zondag 24 februari 2019

Rondje Landweer in vijf etappes - Etappe 1.3

Zondag 24 februari 2019
Bij een heideven ten zuiden van Ontwijk nabij Donkerbroek



















Tussen Landweer & Friese Waterlinie
In het jaar 2015 verscheen de wandelgids 'Tussen Landweer & Friese Waterlinie', geschreven door de landschapsjournalist Fokko Bosker. Deze wandelgids bevat vijf Themaroutes, die zijn opgebouwd uit 13 afzonderlijke wandelroutes door de Friese gemeenten Ooststellingwerf & Weststellingwerf, over een afstand van 250 kilometer, en qua etappe-routes gebaseerd op het Friese Wandelknooppuntennetwerk.
De 13 etappes worden vooral verhalend beschreven, waarbij de streekhistorie en de flora en fauna van de streek uitgebreid aan bod komen. De gids heeft meer het karakter van een wandelgids, dan een routegids, want je leest wel veel over wat je onderweg wandelend passeert, maar de incidentele teksten over de te wandelen etappe-routes zijn zo globaal, dat ze niet kunnen worden gebruikt om de route onbezorgd te lopen.

Rondje Landweer in vijf etappes
Omdat voor vandaag een buitengewoon mooie zonnige voorjaarsdag is voorspeld, hebben Durkje en ik besloten vandaag de derde route te wandelen van de 13 etappes van deze wandelgids. We lopen vandaag de derde etappe van Themaroute 1, met als titel 'Rondje Landweer in vijf etappes'. De vijf etappes zijn respectievelijk 18, 10, 19, 24 en 19 kilometer lang. Onze keus viel vandaag op de derde etappe, met een afstand van 19 kilometer.
Etappe 1.3 is getiteld: 'Over een dassenburcht en de Tjonger naar het Blauwe Bos'.

Spoorzoeken in het Wandelknooppuntennetwerk van Zuid-Oost Fryslân
Van elke etappe wordt het startpunt en het eindpunt aangegeven, en de route-aanwijzing bestaat uit de opeenvolgende Wandelknooppuntennummers die je wandelend 'in het veld' passeert. Het kaartje in de wandelgids met daarin de knooppuntennummers is zozeer verkleind afgebeeld dat die niet kan worden gebruikt als betrouwbare gids. Onderweg ervaren we dat de wandelknooppuntennummers in de wandelgids in meerdere gevallen niet overeenkomen met de nummers op de veldpalen, wat het correct volgend van de route bemoeilijkt. Sommige nummers uit de wandelgids ontbreken in het veld, en enkele van de nummers in het veld staan niet in de wandelgids. In één geval staan twee nummers in routegids omgekeerd. Kortom het is vandaag enigszins spoorzoeken.
Toch zijn we onlangs door Recreatieschap Marrekrite prima geholpen met een nulversie van de Fiets- en wandelknooppuntenkaart Fryslân, van de regio Zuidoost-Fryslân; en eerlijk is eerlijk, als je die erbij hebt, los je de problemen van de wandelgids niet geheel op, maar lukt het je wel - met enige scherpe oriëntatie in het veld - om de route vrijwel geheel correct te volgen. Slechts eenmaal - in het Haulerveld vlak voordat we het bos uitkomen - laten routebeschrijving, kaart en bewegwijzering ons in de steek, en lukt het ons om verderop met een ANWB-paddenstoel vast te stellen dat we iets eerder op goed geluk rechtsaf zijn gegaan, waar we linksaf hadden moeten gaan. Deze 'early warner' van de ANWB behoedt ons voor een al te grote afwijking van de route. We ervaren in elk geval de wandelknooppuntenkaart als van doorslaggevende betekenis voor het volgen van de juiste route.
Als over enige tijd de wandelknooppuntenkaart in de verkoop komt, zou het helpen dat de uitgever van de wandelgids een erratum publiceert - behorend bij de wandelgids - waarin dan voor alle 13 etappes de correcte volgorde van wandelknooppunten staat, zoals die in het veld worden aangetroffen.

Etappe 1.3: Over een dassenburcht en de Tjonger naar het Blauwe Bos
Rond 9:00 uur vertrekken we vanuit Feinsum, en brengen we een auto naar het eindpunt in Haulerwijk. Daarna rijden we van Haulerwijk naar het centrum van Oosterwolde, vanwaar we de wandelroute aanvangen. Toen we vanmorgen vertrokken, zat het ijs op de autoramen, bij een temperatuur van 3 graden Celsius. Bij aankomst in Oosterwolde is het al 5 graden Celsius, en omdat de zon al volop schijnt, kun je al heel goed zonder jas wandelen. Gedurende de hele dag blijft de zon volop schijnen, zodat de temperatuur vandaag oploopt naar zo'n 16 graden Celsius, en we de hele wandeldag kunnen genieten van een stralend zonnige zondag. Onderweg ontmoeten we vandaag veel wandelaars en fietsers, waarvan een aantal tijdens het passeren naar ons ook benadrukken dat ze zo genieten van het mooie zonnige weer.

Van Oosterwolde via Hoek Makkinga naar Donkerbroek
We verlaten Oosterwolde aan de westzijde, en zodra we onder de N381 door zijn gegaan, lopen we in de richting van Hoek Makkinga. Van daaruit doorkruisen we een bosperceel in noordelijke richting om dan langs de zuidoever van de Makkingaaster Vaart naar de brug te gaan waarmee we de vaart in noordelijke richting kunnen oversteken.
Daarna gaan we onder het nieuwe tracé van de N381 door, om iets noordelijker een mooi bos- en heidegebied te doorkruisen richting Donkerbroek. Hier passeren we een prachtig heideven, waarin de blauwe lucht en de omringende bomen schitterend spiegelen. Bij de te koop staande villa 'Ontwijk' willen we even van de route af om in Donkerbroek een kop koffie te gaan drinken. Twee dames wijzen ons de weg naar een horecagelegenheid een eind verderop, maar als we daar naar toe wandelen, komen we langs de voetbalvelden en horen we dat de kantine open is. Buiten is iedereen gericht op de derby van de clubs uit Donkerbroek en Makkinga, en binnen scoren wij een kop koffie.

Door de Tjongervallei
Na deze koffiepauze gaan we weer terug door het bosperceel bij Ontwijk, om dan in de richting van het buurtschap Jardinga te lopen.


In de Haulerpolder zien we dat we in de Tjongervallei lopen, want verderop - rechts van ons - stroomt veel lager de Tjonger slingerend door het veld.
Door een schitterend coulissenlandschap met bospercelen en paden door het open veld, gaan we verder in de richting van het dorp Waskemeer.

Haulerveld
Ten zuiden van Waskemeer valt onze dagroute deels samen met het Groot Frieslandpad, dus behalve de bewegwijzering van het wandelknooppuntennet van de Marrekrite, volgen we nu ook de rood-witte bewegwijzering van dit betrekkelijk nieuwe LAW-pad.
In het gebied ten zuiden tussen Waskemeer en Haulerwijk komen we in het Haulerveld, een prachtig natuurgebied met veel zandpaden, fietspaden, bos (Blauwe Bos) en heidevelden. Gezien de vele rijplaten en de hoog opgestapelde boomstammen is wel duidelijk dat boswerkers hier in deze periode volop aan het werk zijn.
Midden op een breed zandpad staat een kleuter met op zijn buik een voor hem gigantische fotocamera met grote lens, van zijn begeleidende ouders. Als Durkje en ik dichterbij komen, maakt hij een knappe foto van mij op het moment dat ik hem nader. Moeder helpt hem even om samen het resultaat te bekijken. Een mooie foto, dus we hebben hier te maken met een goede fotograaf in spe.
Bij het openluchtzwembad verlaten we het bosperceel, en dan kunnen we recht op het dorp Haulerwijk af lopen.

Haulerwijk
In Haulerwijk arriveren we bij onze auto, die we hier vanmorgen parkeerden. We halen daarna de andere auto uit Oosterwolde terug, en rijden dan weer richting (t)huis.
De warmte van de afgelopen dagen heeft als het ware voor een voorjaars'boost' gezorgd in de natuur. Veel planten zoals narcissen en krokussen staan overal al in bloei, en datzelfde geldt voor een aanmerkelijk deel van de elzen, de berken en de wilgen. Niet voor niets waarschuwde men vanmorgen op de radio al voor een explosie van hooikoortsverschijnselen. Ook in de komende dagen zal het betrekkelijk warm zijn voor de tijd van het jaar. Het voorjaar is begonnen.

woensdag 20 februari 2019

Pelgrimsseizoen is weer van start in Feinsum

Woensdag 20 februari 2019 
Twee pelgrims gaan vanuit Feinsum weer verder op het Jabikspaad



















Refugio Ultreia Feinsum
Vandaag is het twee jaar geleden dat de eerste paal werd geslagen voor de bouw van onze nieuwe woning in Feinsum.
En over een maand is het een jaar geleden dat onze Refugio Ultreia Feinsum werd geopend en gezegend in het bijzijn van een grote groep bevriende medepelgrims.
Met het mooie weer van de afgelopen dagen komt zo langzamerhand het pelgrimsseizoen weer op gang. Wandelaars en fietsers die de pelgrimage richting Santiago de Compostela willen ondernemen, denken alvast na over hun besluit daartoe, over de vertrekdatum, over wat dat allemaal voor hen zelf en voor hun naaste omgeving betekent, en wat er allemaal nodig is om voldoende voorbereid op pelgrimstocht te gaan.

Pelgrims op het Friese Jabikspaad
Gisteravond ontvingen we in onze Refugio Ultreia Feinsum al weer de eerste pelgrims van het Jabikspaad van het nieuwe pelgrimsseizoen. Twee dames - Elly en Anneke - zijn gisterochtend vanuit Noord-Holland vertrokken, voor hun eerste vier dagen op het Jabikspaad, startend vanuit het Friese Sint-Jacobiparochie. Gisteren liep hun eerste wandeldag tot aan onze refugio in Feinsum, waar ze de afgelopen nacht hebben overnacht. Vanmorgen na het ontbijt hebben Durkje en ik deze pelgrims uitgezwaaid, en zijn ze via de pelgrimsroute van het Jabikspaad over de Hege Hearewei richting Stiens gegaan, om daarna via Britsum, Koarnjum en Jelsum naar Leeuwarden verder te lopen.

Dorpsprogramma 2019 voor Feinsum
Een half uur later werd in Feinsum huis aan huis het nieuwe 'Dorpsprogramma 2019 van Feinsum' verspreid, afkomstig van de burgerlijke gemeente Leeuwarden. Wat we niet wisten, en wat ons dus verraste, is dat deze brochure een foto bevat van de openingsdag van onze refugio, waarover ik hier boven schreef.
Zo komen op één dag bij toeval een aantal zaken bij elkaar, zoals de start van onze woningbouw, de opening van onze refugio, de eerste overnachtende pelgrims van het nieuwe seizoen, en aandacht van de gemeente voor het feit dat de al langer bestaande 'Bêd en Brochjes' en ook onze refugio een maatschappelijke functie vervullen in ons dorp, middels de opvang van recreanten en van pelgrims, die ieder op eigen wijze langer of eenmalig overnachten tijdens hun meerdaags verblijf in de Feinsumer 'Bed & Breakfasts' en voor de eenmalige doorreisovernachting van pelgrims voor pelgrims.

dinsdag 19 februari 2019

Pelgrimeren van Maaseik naar Sittard

Maandag 18 februari 2019
Bij het kasteel van Landgoed Kasteel Limbricht



















Pelgrimspad van Amsterdam naar Visé
Pelgrimspad 2 van ’s-Hertogenbosch naar Visé
Van Maaseik (België) naar Sittard (Nederland)
Zondag 18 februari 2019 – 20 km.
Dag 16: 364,1 – 384,1 km

Pelgrimeren van Nederland naar Spanje
Op 20 februari 2013 zijn Durkje en ik aan een volgende lange pelgrimstocht begonnen, die loopt vanuit de kop van Noord-Holland naar noordwest-Spanje. 
In zes dagen wandelden we in de periode van 20 februari 2013 tot en met 24 oktober 2013 via de pelgrimsroute van ‘Van Wad tot IJ’ vanuit het Noordhollandse Den Oever over een afstand van 135 kilometer naar Amsterdam.
In acht dagen wandelden we daarna in de periode van 14 oktober 2014 tot en met 6 mei 2015 via de pelgrimsroute deel 1 van het ‘Pelgrimspad’ vanuit het Noordhollandse Amsterdam over een afstand van 203 kilometer naar het Brabantse ‘s-Hertogenbosch.
Na de eerste 135 + 203 = 338 kilometers  liggen nu de volgende 250 kilometers van het tweede deel van de wandelgids ‘Pelgrimspad’ vóór ons, waarvan we vandaag de vierde dag van een tweede vierdaagse wandeling door Noord-Brabant, België en Limburg zullen lopen, van het Belgische Maaseik naar het Nederlandse Sittard, onze zestiende etappe op het ‘Pelgrimspad’.

Al weer mooi wandelweer
De wekker wekt ons om 6:15 uur in Hotel La Ville Blanche in Thorn. Vanaf 7:00 uur kunnen we beneden in het restaurant terecht voor een voedzaam ontbijt, dat ons vandaag weer een eind op weg moet helpen tijdens onze 20 wandelkilometers die we hebben te gaan op deze mooie zonnige maandag. Om 8:30 uur arriveren we met onze auto in Maaseik, waar we onze auto parkeren om vanaf hier te gaan wandelen.
De temperatuur is op dit moment 3 graden Celsius, en met het prachtig zonnige weer van vandaag loopt die temperatuur snel op tot ongeveer 17 graden Celsius. Vandaag hebben we evenals gisteren dus weer betrekkelijk warm winterweer.

Grensbrug over Belgisch-Nederlandse Grensmaas
Vanuit Maaseik lopen we naar de brug die als grensbrug ligt over de rivier de Maas, hier ook wel de Grensmaas genoemd. In het midden van de brug is in de reling een kunstwerk gemaakt dat in staal de plaats aanduidt van de grens tussen België en Nederland.

Op de grens van België en Nederland op de grensbrug van de Grensmaas
Aan de overzijde van de Grensmaas – op de Schansberg – betreden we het waterwingebied De Rug. Over een lang en breed graspad lopen we door deze uiterwaarden naar het eerste Nederlandse dorp, naar Roosteren.

Langs de Maas
Verderop komen we bij het buurtschap Kokkelert op de Maasdijk, die we in zuidelijke richting volgen. Deze Ruitersdijk gaat een eindje landinwaarts, maar komt verderop bij het gehucht Visserweert weer bij de Maas. Het volgende dorp dat we passeren, is Illikhoven.
Voorbij Illikhoven geeft de routekaart aan dat we buitendijks door de uiterwaarden naar Papenhoven dienen te lopen, maar waar dat uiterwaardenpad bij de Maasdijk naar beneden loopt, staat een Pelgrimspad-sticker, waarop staat dat hier sprake is van een omleiding. We vragen aan een passerende fietser of we de uiterwaardenroute al dan niet kunnen volgen. De man vertelt ons dat die is gestremd, en dat we over de Maasdijk (Ruitersdijk) verder moeten gaan. Dat is ook de route die wandelaars voorheen als alternatief dienden te volgen als de Maas bij een hoge waterstand buiten haar oevers trad. Over de Ruitersdijk komen we aan in het tweelingdorp Grevenbicht-Papenhoven.

Over het Julianakanaal naar Born
Vanuit Grevenbicht-Papenhoven lopen we vervolgens door een vlak terrein naar het Julianakanaal, dat we in zuidelijke richting volgen, tot aan de brug over en de schutsluis in het Julianakanaal.
Aan de overzijde van het Julianakanaal wandelen we de plaats Born in, al vele jaren bekend om haar auto-industrie (bijvoorbeeld DAF, Volvo, Smart Forfour, MINI, Mitsubishi, BMW (VDL Nedcar)). In Born willen we graag een koffiepauze beleggen, maar bij navraag bij een inwoner van Born blijkt dat in het centrum van Born niet mogelijk te zijn, want alle horeca is hier dicht op maandagochtend. Op een bankje in het centrum pauzeren we dan toch maar even met water en brood.

Kasteel Limbricht
Buiten Born steken we via een viaduct de A2 over, en dan komen we iets verderop in het Limbrichterbos. Via het wandel-fietspad van de Kievitsweg lopen we langs de sportvelden (van onder andere de plaatselijke schutterij) naar het dorp Limbricht.
Bij Kasteel Limbricht hebben we meer geluk, want bij de kasteeldeur staat dat dit landgoed en kasteelterrein nu geopend zijn. Op de binnenplaats van het kasteel – op een terras heerlijk in de warme zon – genieten we van onze koffiepauze, met – omdat we nu in Limburg zijn – uiteraard ook de Limburgse vlaai-proeverij. Een jongeman – afgestudeerd aan de hogere hotelschool van Maastricht – toont zich een communicatief en vriendelijk gastheer.

Sittard
Daarna wandelen we door het dorp Limbricht, en direct daarna steken we over een viaduct de N276 over, om dan al om 12:45 uur de stad Sittard binnen te wandelen. Dit is na de twintig kilometers van vandaag onze dagbestemming, en tevens het eindpunt van deze vierdaagse op het Pelgrimspad.
Vier dagen alleen maar aangenaam warm winterweer, volop zonneschijn, ‘s morgens een frisse wintersfeer, veranderend in betrekkelijk warme wandeldagen. Een prachtige route door Noord-Brabant, Limburg en België, over heide, langs waterlopen, door bossen, met incidenteel enige horeca in de dorpen aan de route, en overal de vriendelijke mensen onderweg, lopend, fietsend, in de horeca, in tuinen en straten; kortom, al met al aangename wandeldagen over een afstand in vier dagen van bijna honderd kilometer.
Met de ene auto vanuit Sittard halen we de andere auto op uit Maaseik, om daarna weer naar huis te rijden. Om half vijf ’s middags zijn we thuis, waar het ook mooi weer is, zij het iets koeler dan in het zuiden van Nederland.
We zien terug op vier hele mooie wandelvakantiedagen, en hebben nog een mooi vooruitzicht tegoed van nog eens ongeveer vier hierop volgende wandeldagen, waarin we de afstand van Sittard naar het Belgische Visé kunnen afleggen. Dat houden we dan graag tegoed voor een volgende keer.

Pelgrimeren van Tungelroy naar Maaseik

Zondag 17 februari 2019
Kleurrijk interieur van de Sint-Martinuskerk in het Belgische Kessenich



















Pelgrimspad van Amsterdam naar Visé
Pelgrimspad 2 van ’s-Hertogenbosch naar Visé
Van Tungelroy (Nederland) naar Maaseik (België)
Zondag 17 februari 2019 – 26,5 km.
Dag 15: 337,6 – 364,1 km

Pelgrimeren van Nederland naar Spanje
Op 20 februari 2013 zijn Durkje en ik aan een volgende lange pelgrimstocht begonnen, die loopt vanuit de kop van Noord-Holland naar noordwest-Spanje. 
In zes dagen wandelden we in de periode van 20 februari 2013 tot en met 24 oktober 2013 via de pelgrimsroute van ‘Van Wad tot IJ’ vanuit het Noordhollandse Den Oever over een afstand van 135 kilometer naar Amsterdam.
In acht dagen wandelden we daarna in de periode van 14 oktober 2014 tot en met 6 mei 2015 via de pelgrimsroute deel 1 van het ‘Pelgrimspad’ vanuit het Noordhollandse Amsterdam over een afstand van 203 kilometer naar het Brabantse ‘s-Hertogenbosch.
Na de eerste 135 + 203 = 338 kilometers  liggen nu de volgende 250 kilometers van het tweede deel van de wandelgids ‘Pelgrimspad’ vóór ons, waarvan we vandaag de derde dag van een tweede vierdaagse wandeling door Noord-Brabant, België en Limburg zullen lopen, van Tungelroy naar Maaseik, onze vijftiende etappe op het ‘Pelgrimspad’.

Al weer mooi wandelweer
De wekker wekt ons om 7:30 uur in Hotel La Ville Blanche in Thorn. Vanaf 8:00 uur kunnen we beneden in het restaurant terecht voor een stevig ontbijt, dat ons vandaag weer een eind op weg moet helpen tijdens onze 26,5 wandelkilometers die we hebben te gaan op deze mooie zonnige zondag. Om 9:30 uur arriveren we met onze auto op het dorpsplein vóór het multifunctioneel centrum en de dorpskerk van Tungelroy, waar we onze auto parkeren om vanaf dat dorpsplein te gaan wandelen.
Toen we vanmorgen bij het hotel wilden vertrekken, hoefden we in tegenstelling tot gisteren eerst geen ijs van de ramen te verwijderen. De temperatuur is op dit moment 3 graden Celsius, en met het prachtig zonnige weer van vandaag loopt die temperatuur snel op tot boven de 15 graden Celsius. Vandaag hebben we evenals gisteren betrekkelijk warm winterweer, met een helderblauwe lucht. Overal ontmoeten we veel wandelaars, fietsen en recreanten in auto’s.

Bomiis bij Tungelrooi
In Tungelrooi lopen we langs de grote glas-in-lood-panelen bij de dorpskerk, die jaren geleden zijn gered bij de sloop van de voormalige huishoudschool. Ze hebben hier buiten gelukkig een passende plek gekregen in het dorpscentrum.
Iets verderop passeren we de Sint-Annamolen, een ronde bovenkruier op een hoge belt, en daarmee een markant punt in het dorp, ook voor wie ver buiten het dorp naar de skyline van Tungelroy kijkt.
Buiten Tungelroy volgen we een karrenspoor dat langs Theurkes Lossing loopt. De begroeiing is nog bedekt met een witte laag rijp, en op de waterplassen in het pad ligt een heel dun laagje ijs, wat we in Fryslân ook wel ‘bomiis’ noemen. Halverwege ontmoeten we een oude man die hier opgewekt met nordic walking-stokken loopt. Hij geeft aan dat hij dit ook doet om vooral actief te blijven op zijn leeftijd.
Aan de overzijde van de doorgaande Pelmersheideweg komen we in en door het natuurreservaat De Krang. En daarna volgt een onverhard pad door de Laagbroek.
Als we de houten brug over de Tungelroyse Beek oversteken, komen we langs een grote visvijver in het Heijkers Broek, voor een belangrijk deel het resultaat van een oud werkverschaffingsproject, waaraan veel Rotterdamse mannen vlak vóór de Tweede Wereldoorlog een belangrijke bijdrage hebben geleverd.
Als we het Heijkers Broek uit wandelen, komen we in het dorpje Ell, dat we via de buitenrand passeren.

Bijzondere band met Schutterij Sint Jacobus van Hunsel
Via een halfverhard pad en verderop een veldpad komen we na zo’n vier kilometer aan in Hunsel, op de plaats waar een monument staat, ter herdenking aan het feit dat hier op deze plek in de Tweede Wereldoorlog in 1944 een geallieerde Lancaster-bommenwerper neerstortte.
Het is mooi om weer eens in Hunsel te zijn. Durkje en ik hebben een bijzondere band met de schutterij van Hunsel, omdat deze schutterij een vaandel heeft waarop een afbeelding staat van Sint-Jacobus, dat is ontleend aan een foto die wij in een Franse kerk hebben gemaakt van een schilderij dat wij zagen tijdens onze pelgrimage van Nederland naar het Spaanse bedevaartsoord Santiago de Compostela. In het jaar 2013 zijn Durkje en ik uitgenodigd voor, en aanwezig geweest bij de zegening van dat schutterij-vaandel, in de Heilige Jacobuskerk van Hunsel, onder leiding van de deken, pastoor Maessen. Nu – zes jaar later dus – zijn we hier weer terug.

Heilige Jacobuskerk en Schutterij Sint Jacobus van Hunsel
Bij het dorpscafé zien we dat dat pas open gaat om twaalf uur, en het is nu nog maar half twaalf. Daarom gaan we eerst verderop naar de Heilige Jacobuskerk, om die te bezoeken. Gelukkig staat de kerkdeur uitnodigend open. Deze pelgrimskerk – die gewijd is aan haar patroon Sint Jacobus – wordt door veel pelgrims bezocht tijdens hun pelgrimage. Er staat ook een beeld van Sint Jacobus in de kerk. Inmiddels is het voorportaal van de prachtige kerk afgesloten met een mooie transparante glazen toegangspartij, waarop ook een afbeelding staat van Sint Jacobus de Meerdere.
Na dit kerkbezoek wandelen we terug naar het dorpscafé, waar we een koffiepauze houden. De café-eigenaresse vertelt ons op onze vraag dat de voormalige voorzitter - Frans Everaers - van de schutterij enkele huizen verderop woont.
Met enig zoekwerk en navraag bij buurtbewoners vinden we het huis van de familie Everaers, en hebben we het geluk dat het gezin thuis is. Bij ons weerzien raadt Frans direct goed dat wij uit Stiens komen, waar wij in 2013 inderdaad woonden, en hij nodigt ons uit om met hem mee te komen naar de binnentuin, waar we heerlijk in de warme zon gezamenlijk koffiedrinken. Het is fijn om elkaar na zes jaar weer eens te ontmoeten. Het geeft ons de kans om weer even bijgepraat te worden over het wel en wee van deze gezellige schutterij van Hunsel.
Met ons bezoek zijn we de belofte van zes jaar geleden nagekomen, dat we tijdens onze pelgrimage op het Nederlandse pelgrimspad ons zouden melden als we Hunsel op die pelgrimage zouden passeren. We hebben dit weerzien als een waardevolle ontmoeting ervaren.

Het witte stadje Thorn
Maar we moeten wel weer door, want we hebben vandaag nog 15 kilometer te gaan.
Via de lange Jacobusstraat lopen we Hunsel uit. In de zonovergoten berm van de Mezenstraat zien we al weer krokussen bloeien tussen enkele knotwilgen, ten teken dat de lente al is begonnen in de winter.

Krokussen als voorjaarsboden in de berm tussen Hunsel en Ittervoort
We komen door het dorp Ittervoort, en gaan dan ten zuiden van Ittervoort langs een bijzonder paadje langs de rand van ’t Vijverbroek.
Dan komt Thorn al in zicht; het stadje waar we drie nachten overnachten, en dat we op het Pelgrimspad straks ook zullen doorkruisen.
In Thorn gaan we eerst naar de immense abdijkerk, en daarna voor een korte stop naar ons hotel La Ville Blanche. Bij het standbeeld van de muziek – aan de rand van het stadje – pauzeren we op een picknickbank, te midden van de vele passerende toeristen uit Nederland, België en Duitsland, die op deze zonnige zondagmiddag het stadje Thorn bezoeken.

Grensoverschrijdend pelgrimspad
Tussen Thorn en Kessenich passeren we de Nederlands-Belgische landsgrens.
In Kessenich bezoeken we de Sint-Martinuskerk, die een schitterend kleurrijk neo-gotisch interieur heeft; terecht een parel van de Maasvallei.
Voorbij Kessenich gaan we in zuidelijke richting naar de plaats Geistingen.
Vanaf Geistingen lopen we vrij dicht langs de oever van de Maas naar de jachthaven van Ophoven. Hier is men druk bezig met allerlei wegwerkzaamheden, tot aan de Taveerne-restaurant De Spaenjerd, die is gelegen op de Maasdijk, met vanmiddag een overvol zonterras aan de zuidzijde.
Over de Maasdijk lopen we dan naar de plaats Leeuwerik, en van daaruit naar het dorp Aldeneik, ook aan de Maas gelegen.

Belgisch Maaseik aan de Maas
Voorbij Aldeneik zien we verderop al de brug over de Maas, die de grensbrug is tussen het Belgische Maaseik en het Nederlandse Roosteren.
Bij het brughoofd van deze Maasbrug wandelen Durkje en ik het stadje Maaseik binnen, waar we gisteren onze auto hebben geparkeerd op de Markt, in het stadscentrum.
Vanuit Maaseik rijden we terug naar Tungelroy, waar we onze andere auto afhalen, om dan met beide auto’s naar Sittard te rijden, waar we een auto achterlaten, opdat we daar morgen een auto hebben staan als we in onze plaats van bestemming Sittard arriveren.
Tot slot rijden we met de andere auto weer terug naar ons hotel in Thorn, waar we een heerlijk warme douche nemen, om vervolgens te gaan eten in één van de restaurants van Thorn. Aansluitend schrijf ik nog dit verslag van deze schitterende, warme winterse wandeldag.


Pelgrimeren van Maarheeze naar Tungelroy


Zaterdag 16 februari 2019
Bij de Grenskerk nabij De Grashut



















Pelgrimspad van Amsterdam naar Visé
Pelgrimspad 2 van ’s-Hertogenbosch naar Visé
Van Maarheeze naar Tungelroy
Zaterdag 16 februari 2019 – 25,5 km.
Dag 14: 312,1 – 337,6 km



Pelgrimeren van Nederland naar Spanje
Op 20 februari 2013 zijn Durkje en ik aan een volgende lange pelgrimstocht begonnen, die loopt vanuit de kop van Noord-Holland naar noordwest-Spanje.
In zes dagen wandelden we in de periode van 20 februari 2013 tot en met 24 oktober 2013 via de pelgrimsroute van ‘Van Wad totIJ’ vanuit het Noordhollandse Den Oever over een afstand van 135 kilometer naar Amsterdam.
In acht dagen wandelden we daarna in de periode van 14 oktober 2014 tot en met 6 mei 2015 via de pelgrimsroute deel 1 van het‘Pelgrimspad’ vanuit het Noordhollandse Amsterdam over een afstand van 203 kilometer naar het Brabantse ‘s-Hertogenbosch.
Na de eerste 135 + 203 = 338 kilometers  liggen nu de volgende 250 kilometers van het tweede deel van de wandelgids ‘Pelgrimspad’ vóór ons, waarvan we vandaag de tweede dag van een tweede vierdaagse wandeling door Noord-Brabant, België en Limburg zullen lopen, van Maarheeze naar Tungelroy, onze veertiende etappe op het ‘Pelgrimspad’.

Vetrek uit Kamersven bij Maarheze
De wekker wekt ons om 7:15 uur in Hotel La Ville Blanche in Thorn. Vanaf 8:00 uur kunnen we beneden in het restaurant terecht voor een stevig ontbijt, dat ons vandaag weer een eind op weg moet helpen tijdens onze 25,5 wandelkilometers die we hebben te gaan. Rond 9:00 uur zijn we klaar om te vertrekken voor deze wandeldag. Om 9:50 uur arriveren we met onze auto op het landgoed Kamersven nabij Maarheeze, waar we onze auto parkeren en dan de woonwijk uit wandelen, om de aansluiting te maken op de plaats waar we gisteren onze dagtocht beëindigden.
Toen we vanmorgen bij het hotel wilden vertrekken, moesten we eerst het ijs van de ramen verwijderen. De temperatuur is op dat moment 2 graden Celsius, maar met het prachtig zonnige weer van vandaag loopt die temperatuur snel op naar ongeveer 15 graden Celsius. Vandaag hebben we evenals gisteren betrekkelijk warm winterweer, met aanvankelijk een helderblauwe lucht.

Brabanders ter grenskerke in Limburg
Over de Hommelberg lopen we ten zuiden van Hugten over de bospaden door de Hugterheide. Naar het zuidwesten lopend komen we bij gerestaureerde fundamenten van de oude Grenskerk. In het ‘koor’ van de restanten zijn een altaar en een kruis geplaatst, en in het schip van de kerk staan rijen zitbankjes. Toen het de Brabantse katholieken in de 17e eeuw werd verboden om ter kerke te gaan, werd dat opgelost met de bouw en het gebruik van een kleine grenskerk net over de Brabants-Limburgse grens. Zo konden de Brabanders tot ongeveer 1681 toch nog naar kerk, op de kleinst mogelijke afstand vanuit thuis.
Vlak voorbij de Grenskerk komen we bij De Grashut; een vogelkijkhut aan de rand van een open heideveld midden in het bosgebied. Een fotograaf die net aan komt rijden, vragen we waarom wij gisteren en vandaag voortdurend geweerschoten horen. De jacht mag hier dan wel populair zijn, maar zoveel zal daartoe toch niet worden geschoten? De man vertelt ons dat verderop een schietbaan is voor het kleiduifschieten. Het geluid daarvan kun je kilometers ver al horen.

Budelerbergen en Weerterbergen
Door het Weerterbosch lopen we verder in de richting van de A2 tussen Eindhoven en Maastricht. Aan de overzijde van de A2 gaan we vlak bij een schietkamp het langgerekt bosgebied in van de Weerter- en Budelerbergen. Onze insteek is om bij Blaakven een koffiepauze te hebben, maar daar is de horecagelegenheid gesloten. Dan lopen we door naar bungalowpark Weerterbergen. Met een ruime bocht gaan we om het bungalowpark heen, totdat we op de Boshoverheide komen. Dan lopen we in noordoostelijke richting naar de ingang van de Weerterbergen. Daar lunchen we heerlijk in de zon op het terras van de Van Horne Hoeve.

Tungelerwallen
Na deze lunchpauze wandelen we naar de brug over de Zuid-Willemsvaart, bij Sluis 16. Aan de overzijde gaan we het natuurgebied ‘De IJzeren Man’ in. Die begint bij de ‘Grote IJzeren Man', en eindigt bij de ‘Lange Heide’; twee grote waterplassen, die zijn ontstaan door de zandafgraving.
Vanaf de ‘Lange Heide’ gaat het dan over een asfaltweg verder naar het kruispunt van Heihuis, waar een wegkruis staat. Over voornamelijk brede zandpaden gaat de route dan verder in oostelijke richting, ten zuiden van de plaats Alweerderheide.
Ten zuiden van Altweerderheide betreden we het natuurgebied van de Tungelerwallen, die heel lang geleden zijn ontstaan als gevolg van zandverstuiving. Als we op een picknickbank rusten om weer even wat te eten en te drinken, zien we op de lokale kaart dat we straks op een hoger gelegen punt komen, dat op betrekkelijk geringe afstand zo’n tien meter hoger ligt dan de plek waar onze picknickbank staan. Verderop zien we dat dat ook duidelijk zichtbaar is, want de Tungelerwallen bestaat inderdaad ook uit een meters hoge en langwerpige hoge zandwal, die op de meeste plaatsen behoorlijk is begroeid.

Bovenop de Tungelerwallen
Bestemming Tungelroy
Als we de Tungelerwallen uit lopen, wandelen we al snel het buurtschap ‘Op ’t Torentje’ binnen.
En aan de overzijde van een drukke verkeersweg lopen we dan al spoedig Tungelroy binnen, waar onze auto staat geparkeerd. Het is nu inmiddels 15:30 uur, dus we hebben de 25,5 kilometers vandaag afgelegd in ongeveer zes uren.
Vanuit Tungelroy rijden we terug naar Maarheeze, waar we de andere auto afhalen, om die dan vervolgens naar het Belgische Maaseik te rijden, waar we deze auto achterlaten, omdat we die morgen weer op dit eindpunt van onze wandeling van morgen zullen afhalen.
Tot slot rijden we met de auto terug vanuit Maaseik naar het nabijgelegen Thorn, waar we vanavond dineren en overnachten.

Pelgrimeren van Heeze naar Maarheeze

Vrijdag 15 februari 2019
Bij Kasteel Heeze in het Brabantse Heeze



















Pelgrimspad van Amsterdam naar Visé
Pelgrimspad 2 van ’s-Hertogenbosch naar Visé
Van Heeze naar Maarheeze
Vrijdag 15 februari 2019 – 24,5 km.
Dag 13: 287,6 – 312,1 km

Pelgrimeren van Nederland naar Spanje
Op 20 februari 2013 zijn Durkje en ik aan een volgende lange pelgrimstocht begonnen, die loopt vanuit de kop van Noord-Holland naar noordwest-Spanje. 
In zes dagen wandelden we in de periode van 20 februari 2013 tot en met 24 oktober 2013 via de pelgrimsroute van ‘Van Wad tot IJ’ vanuit het Noordhollandse Den Oever over een afstand van 135 kilometer naar Amsterdam.
In acht dagen wandelden we daarna in de periode van 14 oktober 2014 tot en met 6 mei 2015 via de pelgrimsroute deel 1 van het ‘Pelgrimspad’ vanuit het Noordhollandse Amsterdam over een afstand van 203 kilometer naar het Brabantse ‘s-Hertogenbosch.
Na de eerste 135 + 203 = 338 kilometers  liggen nu de volgende 250 kilometers van het tweede deel van de wandelgids ‘Pelgrimspad’ vóór ons, waarvan we vandaag de eerste dag van een tweede vierdaagse wandeling door Noord-Brabant, België en Limburg zullen lopen, van Heeze naar Maarheeze, onze dertiende etappe op het ‘Pelgrimspad’.

Tweede vierdaagse op Pelgrimspad deel 2
We staan aan het begin van de Voorjaarsvakantie van 2019. Het ziet er naar uit dat het ook echt een voorjaar-vakantie gaat worden, want al enkele dagen voorspellen de weermannen en weervrouwen dat vanaf vandaag de temperaturen in de komende dagen zullen oplopen tot ver boven de tien graden Celsius. Durkje en ik besloten dan ook om de eerste vier dagen van deze voorjaarsvakantie te benutten om wederom een vierdaagse wandeltocht te ondernemen op het tweede deel van het Nederlandse Pelgrimspad. Het plan is dat we in vier dagen willen wandelen van het Brabantse Heeze naar het Limburgse Sittard, over een afstand van 96,5 kilometer pelgrimspad.
Daarom vertrekken we vanmorgen om 7:15 uur van thuis, om eerst naar Maarheeze te rijden. Daar parkeren we onze auto in de woonwijk van het landgoed Kamersven, ten noordoosten van Maarheeze, waar het Pelgrimspad langs loopt. Dan rijden we met de andere auto in noordelijke richting naar Heeze, waar we vorig jaar in de herfstvakantie onze eerste vierdaagse beëindigden, en waar we vandaag dan ook weer beginnen, bij het NS-station.

Over uitgestrekte heidevelden
Langs de protestantse kapel-kerk wandelen we over de Boschlaan Heeze uit. Bij het Kasteel Heeze lopen we de Herbertusbossen in. De bospaden leiden ons naar de Strabrechtse Heide, een uitgestrekt natuurreservaat met een grote variatie aan droge en natte gebieden. Eerst passeren we het Waschven, en dan komen we op de Lieropsche Heide aan bij het Beuven, het grootste ven van Nederland.

Uitzicht over het Beuven op de Lieropsche Heide
Met een grote bocht wandelen we langs het heideveld en door de omliggende bossen om de heide en heidevennen heen, waaronder ook het Starven. Bij een tweetal kleinere vennen staat een picknickbank, waarop we pauzeren, om er iets te eten en te drinken.
Het is schitterend weer. Een helder blauwe lucht, en volop zonneschijn, met een buitengewoon aangename temperatuur, die zelfs boven de 15 graden Celsius uit komt vandaag. Met de jas al uit, lopen we hier over de heidevelden en door de bossen alsof het een zomerse dag is.


In het Hoenderboom-bos passeren we het Witven, en dan komen we op de Somerensche Heide. In dit bos- en heidegebied komen we langs het Keelven, dat in een klein heidegebied ligt, dat voor een groot deel bestaat uit zes verschillende vennen.
Tussen twee bospercelen in gaan we over de Maarheezerdijk, een breed pad dat tussen weiden en akkers door open veld gaat.
In het bosperceel van de Vrolijke Jager ontmoeten we twee stellen, die vandaag gezamenlijk dezelfde etappe lopen als de onze. De voorste man toont mij zijn Garmin-gps-apparaat, dat ze voor de route gebruiken. Hij legt me de werking uit, maar omdat onze aandacht dan uit gaat naar de werking van dit navigatieapparaat, zien we een verscholen wegwijzer niet, en lopen we rechtdoor over het bospad, waar we eigenlijk rechtsaf hadden moeten gaan. Al snel ontdekken we echter dat we niet goed lopen, dus we gaan terug, en vinden dan met enig zoeken de benodigde wegwijzer, die niet zichtbaar bleek te zijn vanwege een ervoor liggende omgevallen boom.

Vanuit Heeze in Maarheeze
Bij het heideveld van de Pan vinden we een bankje waarop Durkje en ik kunnen pauzeren, en de vier andere wandelaars vinden zo’n honderd meter verderop ook een mooie plek om even te rusten.
Daarna komt het einde voor vandaag in zicht, want door het bos van de Boschvelden en van de Hugterheide komen we tussen de plaatsen Hugten en Maarheeze bij het landgoed Kamersven, waar we vanmorgen de auto hebben geparkeerd.
We zijn vanmorgen in Heeze begonnen om 10:50 uur en zijn op ons eindpunt van vandaag om 16:30 uur, dus de 24,5 voorjaarswarme kilometers hebben we - inclusief korte onderbrekingen - gelopen in zo’n zes uren.
Vanuit Maarheeze rijden we terug naar Heeze, waar we de andere auto afhalen. Die brengen we dan naar ons eindpunt van morgen, in het dorpje Tungelroy. En met de andere auto rijden we door naar het witte stadje Thorn, waar we voor de komende drie nachten een hotelkamer hebben geboekt in ‘Hotel La Ville Blanche’, afgelopen zondagavond nog op tv in het programma ‘Typisch Thorn’. Daar checken we in, en ’s avonds genieten we van een goede maaltijd in het restaurant van dit witte hotel in dit witte stadje.

Geen horeca in de natuur
We blikken terug op een prachtige wandeldag, met voornamelijk onverharde paden, die bijzondere natuurgebieden doorkruisen. Deze dag stond in het teken van veel bos en grote heidevelden, met veel vennen. De wandelgids waarschuwt de wandelaar dat je op de route tussen Heeze en Weert over al die 30 kilometers geen enkele horecagelegenheid passeert. Dat ligt bijna voor de hand, want de eerste 24,5 van deze 30 kilometers van vandaag gaat eigenlijk alleen maar door uitgestrekte natuurgebieden, waar je af en toe een wandelaar, een fietser, een ruiter te paard, enkele vogels, en een aantal Schotse Hooglanders ontmoet.

Zonsondergang in Feinsum

Donderdag 14 februari 2019

Zonsondergang in Feinsum

De belevingswereld van de pelgrim: sporen in architectuur en decoratie


Woensdag 13 februari 2019
Achtergrond en betekenis van pelgrimskerken uit 1000-1200 na Chr.




















De belevingswereld van de pelgrim door de eeuwen heen
Het pelgrimeren heeft door de eeuwen heen sporen nagelaten. Die vertellen over andere tijden, over de pelgrim van toen, over zijn/haar gedachten en beweegreden. Ze vertellen ook over de smaak van weleer: hoe bouwmeesters, schrijnwerkers, schriftstellers en muzikanten naar de geest van hun tijd daar uiting aan gaven. Wie er oog voor heeft, herkent ze in relieken en devotionalia, in manuscripten en reisverslagen, in het landschap en de infrastructuur van wegen en bruggen, in de architectuur en decoratie van kerken, kloosters en hospitalen. Ze vertellen iets over de veranderende beweegredenen van de pelgrim.

Lezingenserie 2019: Sporen in kunst en architectuur
Evenals in voorgaande jaren organiseert de ‘Werkgroep Geschiedenis en Cultuur’ van ons ‘Nederlands Genootschap van Sint Jacob’ weer een lezingenserie. In vijf lezingen belichten gerenommeerde sprekers - aan de hand van casuïstiek uit verschillende stijlperiodes - de sporen van de pelgrim in beeld en kunst langs de Camino (het pelgrimspad).
Deze avondlezingen vinden in het eerste kwartaal van 2019 plaats in het Institutio Cervantes aan het Domplein te Utrecht. De lezingen zijn toegankelijk voor alle leden van ons nationaal pelgrimsgenootschap, maar ook niet-leden kunnen zich bij het Nederlands Genootschap van Sint Jacob opgeven als deelnemer voor één of meer van deze lezingen.
  • De eerste lezing vond plaats op 30 januari 2019, verzorgd door Franneke Hoeks & Charles van Leeuwen, met als onderwerp: ‘Gestold verlangen en uitgekristalliseerd geloof: de materiële cultuur van het pelgrimeren.

Spreekster Irmgard van Koningsbruggen
Spreekster vanavond is Irmgard van Koningsbruggen. Ze is architectuurhistorica en erfgoeddeskundige. Zij heeft ruime ervaring in het universitaire onderwijs, met name op het gebied van middeleeuwse architectuur en de geschiedenis van het erfgoed. Haar passie voor onderwijs combineert ze met advies- en bestuurstaken op de terreinen monumenten, welstand en ruimtelijk erfgoed.

Irmgard van Koningsbruggen
Gebouwen als verbinding
Kerkgebouwen en kloosters vormen de letterlijke en figuurlijke hoogtepunten op de routes naar het Spaanse bedevaartsoord Santiago de Compostela, in de Middeleeuwen, en ook nu nog steeds. Vele werden er in 11e en 12e eeuw vormgegeven als een afspiegeling van het hemels Jeruzalem. In de lezing gaat Irmgard van Koningsbruggen in op de rijke en betekenisvolle vormentaal van deze gebouwen. Vanaf de 19de eeuw werden ze veelal als monument aangemerkt, gerestaureerd en wettelijk beschermd. Sommige kregen het predicaat UNESCO-werelderfgoed. Daarmee vormen ze een fysieke verbinding tussen heden, verleden en toekomst.
Wat de hedendaagse pelgrim ervan ziet, is beslist een ander gebouw dan wat de middeleeuwse mens aanschouwde. Het tweede deel van haar lezing gaat daarom in op bedevaartarchitectuur als eigentijds erfgoed.

Pelgrimskerken van 1000-1200: achtergrond en betekenis
De wereldgedachte van de middeleeuwse mens bestond zeker al ook wel in de Middeleeuwen, want in de Middeleeuwen werd al ver gereisd.
In de tachtiger jaren heeft Irmgard van Koningsbruggen naar Santiago de Compostela gereisd in een gammele ‘Eend’, en afgelopen zomer was ze er nog weer eens terug, om daar nog eens te kijken, om daar dan te constateren dat er ook in die tientallen jaren al weer veel is veranderd.
Vanavond zoomt ze in haar lezing in op de architectuur van (pelgrims)kerken, over waarom die qua exterieur en interieur indertijd zo zijn gebouwd, en over wat de zogenoemde ‘betekenisdragers’ in die gebouwen zijn.
Pelgrims gaan tegenwoordig niet (meer) op weg naar de kathedraal van Santiago de Compostela om ‘de waarheid’ te vinden, immers wij kennen ‘het verhaal van Jacobus’ als een ‘legende’. 
De belangrijke kerken langs deze pelgrimsroute zijn oorspronkelijk abdijen. Met (kerk)gebouwen maak je plekken van betekenis. De bouwmeesters van de kerkgebouwen langs de pelgrimsroute hadden bij het ontwerpen van die kerken wel degelijk bepaalde concepten (met een bepaalde betekenis) in gedachten.

Als een hemels Jeruzalem
In de nieuwe Sint-Pieterkerk van Rome vind je nog verschillende hergebruikte materialen uit de oude Sint-Pieterkerk. Daaruit maken we op dat de oude St. Pieter een veelkleurige kerk was. Daarmee werd deze veelkleurige St. Pieter vroeger gezien als een afspiegeling van het hemels Jeruzalem, geheel conform de beschrijving daarvan in de Bijbel. Met veel kleuren, met glanzende materialen en met schitterend licht werd de St. Pieter en werden dergelijke andere kerken heel betekenisvol. Pelgrims beschrijven dat ook in hun dagboeken.
Deze kerken kennen een dichte opeen-zetting van de vele zuilen. In de oude kerken (de basilica) werd vroeger onder andere recht gesproken, en ook de warenmarkten werden erin gehouden. De dwarse ruimte (het dwarsschip) in de kerk in combinatie met een (halfronde) absis betekende een verbijzondering van het kerkgebouw. Je liep dan in het schip van de kerk onder de boog door naar het dwarsschip, en die ronde boog staat daarbij symbool voor (het betreden van) de hemel.
Bij het bekijken van oude gerestaureerde (kerk)gebouwen moeten we ons ervan bewust zijn dat doorgaans is gerestaureerd naar een nieuw gecreëerd ideaal beeld van vroeger, waarbij in veel gevallen (een deel van de werkelijke) geschiedenis (on)bewust weg is gelaten.
Er moest in oude kerken een relatie zijn tussen de reliek(en) en het altaar. Onder het altaar werd daartoe een crypte gemaakt, waar de relieken werden bewaard. Waar dat niet kon (omdat de ondergrond het bijvoorbeeld niet toeliet), werd het altaar op een hoger liggende vloer geplaatst, om vervolgens in de nieuw gebouwde ruimte onder het altaar de crypte op de vloer van de begane grond te plaatsen. Als er later scheuren in de kerkgebouwen ontstonden, verklaarde men dat de relieken - die in de kerk lagen - verplaatst wilden worden. Relieken werden vroeger overigens vaak ook uit kerken geroofd en meegenomen naar een andere plek (kerk).

Symboliek van begraven
Bonifatius is aanvankelijk begraven in Fulda aan de oostzijde in de kerk. Een latere abt vond dat niet gepast, en stelde voor om Bonifatius op een meer gedenkwaardige plek – zoals Petrus in Rome – te begraven. Daarom is aan de kerk een nieuwe absis gebouwd aan de westkant van de kerk, en toen werd Bonifatius aan die zijde in die nieuwe absis herbegraven. Kennelijk was in die tijd een westelijk absis van grotere betekenis, en werd Bonifatius daarmee meer recht gedaan.
De kerken die zijn gebouwd in de vorm van een Grieks kruis, hebben vijf koepels, en onder elke koepel lag dan de reliek van ‘een stukje apostel’. De middeleeuwse pelgrims zagen overigens die koepels pas als ze al in de kerk waren. De nadruk van de kerken in die tijd lag indertijd namelijk op het interieur. Het exterieur van die oudste kerken was aanvankelijk van ondergeschikt belang.
Als je het heilige graf in de Heilige Grafkerk in Jeruzalem wilde bezoeken, kwam je eerst door twee atriums en vervolgens door een voorhof in een zogenoemde ‘centraalbouw’. In de ronde vorm van die centraalbouw herkennen we de eeuwigheidsbetekenis, van de cirkel. De vorm van deze Heilige Grafkerk is elders in Europa op verschillende plekken gekopieerd. Een graf wordt in christelijke kringen overigens ook beschouwd als een rustplaats, totdat je in de hemel verder gaat.

Mozarabische invloeden
Een ander soort koepel - met platte ribben - is rechtstreeks herleidbaar tot de Mezquita van Cordoba. Onze cultuur heeft veel te danken aan de invloeden van de Arabische overheersing van het Europese vasteland (bijvoorbeeld in Spanje; ook in het noorden langs de Spaanse pelgrimsroute). Zo kom je talloze Arabische symbolen tegen in bijvoorbeeld 10e, 11e, en 12e eeuwse kerken in Frankrijk en Spanje. De zogenoemde Mozarabische invloeden zie je op veel plaatsen in Spanje.
De 12e eeuwse Santa Maria van het Spaanse Eunate is wellicht ook een kopie van de Heilige Grafkerk. De omgang is overigens niet middeleeuws, maar een latere toevoeging. Het metselwerk vertoont Franse invloeden, zichtbaar aan de regelmaat van gelijkvormige gevelstenen. Spanjaarden bouwden toen namelijk met de stenen in de vorm die ze lokaal beschikbaar hadden.
In Santiago de Penalba settelde zich een kluizenaar. ‘Kluizenaar zijn’ betekende dat je een beetje dicht bij God was. Wegens het succes kwamen er steeds meer kluizenaars bij wonen, met als gevolg dat uiteindelijk de oorspronkelijke functie van de kerk verloren raakte, en het weer een gewone parochiekerk werd.

De kathedraal van Santiago de Compostela
In het jaar 1078 werd de eerste steen gelegd voor een nieuw kerkgebouw in Santiago de Compostela. Deze kerk heeft een oosters eindstuk, dat met haar halve centraalbouw verwijst naar het Heilige Graf. Verder heeft het een enorm dwarsschip, en heeft de kerk heel veel pijlers. Daarmee lijkt de kathedraal van Santiago de Compostela op de Sint-Pieterkerk van Rome. De twee galerijen boven de zijbeuken verwijzen naar de Heilige Grafkerk van Jeruzalem. Deze kerk heeft een tongewelf, en al die bogen in de kerk hebben de betekenis dat je – in deze kerk – als het ware bijna in de hemel bent.
In 1122 wordt het eerste altaar van de kathedraal van Santiago de Compostela gewijd, met onder het altaar het graf van Jacobus. Dit altaar werd ingewijd door Urbanus, die bekend is van het klooster van Cluny (alwaar overigens schoonheid een onderdeel was van de religie). Urbanus was goed bekend met alle gewoontes omtrent en de betekenis van relieken.

Cluny
Cluny had lang veel krachtige abten. De oude regel van Benedictus werd hier opgepoetst en doet in Cluny intrede, een belangrijke orderegel is dat je als monnik blijft op de plaats waar je ingetreden bent (stabilitas loci). Een dergelijke rust heeft de 10e eeuwse mens heel hard nodig, want de mens is in die jaren doodsbang voor bijvoorbeeld het jaar 1000 of het jaar 1033: het duizendste sterfjaar van de gekruisigde Jezus Christus. Alom heerst angst voor het einde van de wereld, angst voor het ‘laatste oordeel’.
Cluny bepaalt ook dat we ‘in ons klooster’ niet luisteren (gehoorzamen) naar wereldse leiders. Ze aanvaarden alleen het gezag van Petrus, ofwel van de Paus. Ze stellen zichzelf dus onder het gezag van de Paus, en niet van de bisschoppen. Dat wordt als heilzaam ervaren in de middeleeuwse wereld, want die bisschoppen waren in die tijd veel teveel verbonden aan de wereldlijke leiders, en daarmee ook aan hun onderlinge strijd. Cluny kondigt daarmee de ‘godsvrede’ af. Door de relieken en door kloostergebouwen te vestigen en die zo mooi mogelijk te maken, lukt het dit klooster van Cluny om mensen te laten denken dat ze hier al in de hemel zijn; immers het ziet er super mooi uit in de gebouwen. De kloosterlingen van Cluny zingen veel en mooi. De getijden rijgen zich aaneen, zodat er van zonsopgang tot zonsondergang voortdurend wordt gezonden. Men ziet dat als ware als een leger van engelen.
De relieken kun je – zo werd toen verondersteld - tevreden stellen door prachtige kerken te bouwen. Cluny bouwt en krijgt ook veel kerken en kloosters, waardoor een grote Cluniacenser congregatie ontstaat. In heel Europa voelen velen zich verbonden met deze orde van Cluny. De inkomsten stromen binnen, de dorpen waar deze orde is gevestigd, bloeien op en groeien.

Autun
De kathedraal Saint-Lazare van Autun laat iets zien van hoe de kerk in Cluny er oorspronkelijk uit moet hebben gezien.
De sculpturen aan de buitenkant van kerken, vond men in de vroegchristelijk periode nog een heidense zaak, want die verwezen namelijk naar de Romeinen. Maar in 1170 werd volop ingezet op beelden van het laatste oordeel, aan de buitenkant van de kerk.
In de kerk wordt de hemel verbeeld met bogen. Die bogen riepen derhalve het gevoel op dat je in deze kerk in zeker opzicht al in de hemel was.

Vézelay
Een Cluniacenser abdij is ook de basiliek van Vézelay, de Sainte-Marie-Madeleine. De daar liggende relieken zijn vroeger gestolen uit Marseille. De heilige Maria Magdalena doet hier – als de relieken hier liggen - dan al heel snel wonderen, zo wordt gesteld. Het geld stroomt dan binnen, en dan kan men al heel snel een nieuwe grote kerk gaan bouwen.
Het maken van grote stenen gebouwen heeft Europa vroeger ontbost, vanwege de toepassing van houten steigers bij de bouw. Die waren overigens brandgevaarlijk, waardoor er in deze grote stenen gebouwen wel eens brand uitbrak.
Deze kerk van Vézelay heeft aan de buitenkant luchtbogen als steunconstructie, opdat je de binnenkant mooier kunt maken. Men had toen kennelijk al veel kennis van bouwtechniek en was in staat om dergelijke bouwzaken goed op te lossen.

Monumentale kerken
De kerkverwoestingen maakten ook duidelijk dat de kunstwerken moesten worden beschermd. Daaruit ontstond een organisatie zoals we die momenteel ‘monumentenzorg’ noemen. Ter plekke in de huid van de vroegere bouwmeester kruipend, kon je in de geest van de kerk-bouwmeester iets nieuws bouwen, dat veelal mooier werd, dan dat het vroeger ooit was geweest.
Belangrijke bedevaartskerken op de Frans-Spaanse pelgrimsroute zijn te vinden in bijvoorbeeld: Tours, Conques, Toulouse en Santiago de Compostela. Het zijn cluniacenser kerken, die alle voor een deel op elkaar lijken. Op elke Franse pelgrimsroute vind je wel zo’n sterk gelijkende kerk. De ene kerk is groter dan de andere, om maar zoveel mogelijk op te vallen, en om daarmee zoveel mogelijk pelgrims aan te trekken.

Conques
De abdijkerk van Sainte-Foy in Conques kent alle kenmerken van zo’n bedevaartskerk, geheel in de traditie van Cluny. In de preken werden de onderdelen van het kerkgebouw vroeger gebruikt om duidelijk te maken dat je in de kerk al in een soort hemels Jeruzalem was. De boodschap van de voorganger was daarmee duidelijk: wees gewaarschuwd en schenk aan de kerk, om deze kerk in stand te houden.

Kleurrijke kerken
Veel van de tegenwoordige kerken zien we nu in het wit, maar zo heeft de middeleeuwse mens die kerken doorgaans niet gezien. Veel kerken waren namelijk kleurrijk, om ook daarmee het hemels Jeruzalem te simuleren. Middeleeuwers hielden van schittering en kleur, ook in de kerk. 
Irmgard van Koningsbruggen geeft ons tot slot van haar avondlezing nog mee dat we deze oude bedevaartskerken voortaan maar eens met middeleeuwse ogen moeten bekijken, want ze waren in die tijd (al) oogverblindend mooi.

Bestuursvergadering voor Nijkleaster in de Sint-Radboudkerk van Jorwert

Dinsdag 12 februari 2019 
Liturgische schikking in de kloosterkerk van Nijkleaster

Stilte en inkeer
Het stichtingsbestuur van Stifting Nijkleaster komt vanavond voor haar maandelijkse bestuursvergadering bijeen in de Sint-Radboudkerk van Jorwert.
Voordat we ons focussen op allerlei bestuurszaken, markeren we de overgang van de hectiek van alledag naar de vergadering van dit kloosterbestuur met een moment van stilte en inkeer. In het koor van deze eeuwenoude dorpskerk nemen we plaats in een kring, om onder leiding van voorganger-pionierspredikant Hinne Wagenaar eerst het avondgebed te vieren.
We worden stil, spreken korte teksten, luisteren naar een korte psalmlezing en bidden en danken zingend.

De weg van droom naar werkelijkheid
In stilte verlaten we de kerkzaal, om dan onder het genot van een kop koffie met wat lekkers erbij nader kennis te maken met Andries Visser, onze nieuwe penningmeester van het stichtingsbestuur.
Dan werken we vervolgens de agenda van deze bestuursvergadering af, waarin we onder andere spreken over de inhoudelijke programmering van Nijkleaster, personele zaken, bouwzaken en fondsenwerving. We voelen ons gesterkt door het vele en goede dat ons als Nijkleaster wordt geschonken, door inzet van mensen en organisaties die de doorontwikkeling van Nijkleaster steunen; ons daarbij ook beseffend dat er nog een lange weg is te gaan om onze droom van een fysiek klooster in het bijzondere midden van Fryslân te realiseren. We bidden en hopen dat veel vrienden en veel organisaties Nijkleaster zullen blijven en voor nu en later nog zullen gaan ondersteunen, want alleen met al die middelen kunnen we onze droom van een nieuwe Fries klooster in en bij Jorwert realiseren. Aanvang april 2019 is een belangrijk moment, om te besluiten of er al dan niet voldoende financiële middelen zijn om door kunnen met onze plannen.

zondag 10 februari 2019

Volleyballende bruidegommen in spe

Zaterdag 9 februari 2019 
Sudosa in groen versus Exstudiantes in zwart













Volleyballers huwen ook
Na de verdrietige dag van gisteren, gaat het leven vandaag weer verder met een wel geheel ander perspectief. Door onze oudste zoon Jan Wijbe ben ik uitgenodigd om vandaag mee te gaan, om samen met Thomas en diens zwager Boudewijn op zoek te gaan naar twee trouwkostuums, omdat Jan Wijbe en Thomas komende zomer - met een tussenpoos van twee weken - gaan trouwen.
De beide aanstaande bruidegommen delen enkele jeugdjaren in het Friese Stiens, en vervolgens ook enkele jong volwassenenjaren in de stad Groningen. Bovendien delen ze al zo'n twintig jaar hun passie voor volleybal, en spelen ze nota bene nog steeds in dezelfde volleybalvereniging.

Zoek het trouwkostuum
Vanmorgen bezoeken we in Leeuwarden de kledingzaak van Jan Eringa, en vanmiddag Roka in Groningen; twee herenkledingzaken met een specialisme in de verkoop van mannenmode voor een onvergetelijke trouwdag.
De afspraken zijn verdeeld over de ochtend en de middag, dus wij melden ons op de afgesproken tijden in de beide kledingzaken, om ons uitgebreid te laten adviseren over allerlei ins en outs die van essentieel belang zijn voor een goed trouwkostuum, want dit is wellicht het belangrijkste kostuum dat de heren tijdens hun hoogtijdagen aanschaffen.
Zoals ook beide aanstaande bruiden zich hullen in het serieuze stilzwijgen over de keuzes die zij maken voor wat betreft de bruidsjaponnen, zwijgen wij mannen uiteraard ook over de resultaten van onze vrolijke jacht op beide trouwkostuums.

Win de match
Waar we wel openhartig over kunnen zijn, is het staartje van deze dag. Aansluitend aan het winkelbezoek moeten beide trouwlustige heren nog wedstrijdvolleyballen in Groningen. Ik breng Jan Wijbe naar de sporthal, waar hij 'just in time' arriveert om de eerste sets mee te kunnen spelen in een spannende volleybalwedstrijd van zijn volleybalclub Exstudiantes. Als supporter ben ik getuige van de sportieve match van Exstudiantes tegen de volleyballende jongeheren van Sudosa uit Assen.
Na een aantrekkelijk van start gegane vierde set met mooie lange rally's komen de heren van Sudosa succesvol terug van een hele grote achterstand, met als gevolg dat deze wedstrijd een vijfsetter wordt. Die wordt voor het wanhopige strijdende Sudosa echter de genadeslag, want het Exstudiantes-team van Jan Wijbe maakt de vijfde set succesvol met winst af, zodat Exstudiantes met een 3-2 voorsprong de boventoon voer en wint.

Komen als Trijntje Lijske Hendrikje en gaan als Tiny

Vrijdag 8 februari 2019 
Afscheid met kaarsen en bloemen in de Bronkerk van Ugchelen













Beginnen in Fryslân en Zuid-Holland

Mijn grootouders van Koehoorn-zijde woonden en werkten op een boerderij aan de Nieuwe Bildtdijk in de noord-Friese Bildthoek. Hun huwelijk was gezegend met vier kinderen. Mijn vader was de eerste zoon Jan die overleed (in 2011), en de oudste zoon Bouwe overleed twee jaar later (in 2013). Toen resteerden nog oom Paulus en tante Tine.
Maar na een korte doch hevige ziekte is eind vorige week mijn geliefde tante Tine op 71-jarige leeftijd overleden. Ze was de jongste van de vier kinderen Koehoorn, en kreeg als enige dochter de doopnamen mee van achtereenvolgens mijn beide overgrootmoeders en van de zuster van mijn grootmoeder. Haar roepnaam werd Tine, maar in de loop der jaren is die naam tijdens haar werken en wonen in Zuid-Holland veranderd in Tiny.

Eindigen in Gelderland
Haar leven is bepaald niet altijd over rozen gegaan, maar ze heeft haar levensjaren in familiekring en in haar werkkring in de verpleging krachtig doorlopen, waarmee ze veel respect verdiende. In een volle Bronkerk te Ugchelen hebben we vandaag te midden van al haar geliefde familie, vrienden en kennissen in een zorgvuldig uitgevoerde bijeenkomst afscheid van haar genomen, waarna we haar hebben begeleid naar haar laatste rustplaats op een natuurbegraafplaats in de regio.
Gedurende mijn 60 levensjaren is ze er altijd geweest, dus op zo'n dag als vandaag sta je er weer eens bij stil dat we in ons leven ook een plaats moeten geven aan onherroepelijk afscheid; een afscheid dat voor haar naaste familieleden, en zeker ook voor alle anderen die eveneens van haar hebben gehouden en haar van nabij hebben gekend, een groot gevoel van gemis oproept.

A Journey through Quality & Quality Assurance in International Perspective

Donderdag 7 februari 2019 
Spreker Michal Karpíšek van EURASHE 



















The International Perspective
Quality Assurance (QA) and internationalization meet each other on at least three levels. This afternoon we are invited to meet (international) experts to discuss relevant themes as:

  • Applying for International Distinctive Feature: How to evidence our international orientation?
  • Applying for an International accreditation, whether by an international partner of the NVAO as THE-ICE or domain specific as EADI: How to demonstrate our quality in an international context?
  • Development of Quality Assurance in the European Higher Education Area: How does the international policy on higher education relate to our institutions and our quality assurance? And what are the challenges and opportunities?

This afternoon we will join some short presentations and participate in dialogue sessions. This meeting will be conducted in English.

Sprekers en dialoog
Met deze aankondiging zijn de leden van het Platform HBO van het Nederlands Netwerk voor Kwaliteitsmanagement en andere belangstellenden uitgenodigd om vanmiddag deel te nemen aan de periodieke netwerkbijeenkomst, die wordt gehouden in Cursus- en Vergadercentrum Domstad te Utrecht.
Drie sprekers zijn uitgenodigd om over een drietal onderwerpen binnen dit thema een presentatie te verzorgen. De inhoud van die korte lezingen vormen in het tweede deel van de middag de basis voor de groepsgesprekken in subgroepen.

Introduction
Netwerkvoorzitter Paul Nieuwenhuis opent deze bijeenkomst en motiveert het thema van deze netwerkbijeenkomst door te verwijzen naar de toenemende mate van internationalisering in het hoger onderwijs.
Middagvoorzitter Gea van Zutven introduceert het onderwerp van vanmiddag. Iedereen heeft wel te maken met internationalisering, en dat heeft veel verschillende dimensies, die voor een deel vanmiddag in het programma aan de orde zullen komen. Dan introduceert ze de drie spreker van vanmiddag, en geeft het woord aan de eerste spreker.

Quality Assurance in the European Higher Education Area: What’s next?
First speaker is Mr. Michal Karpíšek, Secretary General of EURASHE, the European Association of Universities of Applied Sciences.
Mr Karpíšek will give insight in upcoming quality and quality assurance issues in the European Higher Education Area. He will guide us briefly through the history, starting with the Bologna process and the role of the European Standards and Guidelines 2015 (ESG), up to the Paris communiqué in May 2018 and new initiatives. He will illustrate this with examples of concrete projects for international cooperation like PHExcel (project to develop a framework for excellence in professional higher education and tools for benchmarking, peer support and review possibilities) and EQUIP (supporting and promoting a consistent, efficient and innovative embedding of the ESG 2015 at grass-root level). Seated in Brussels, EURASHE is one of the founding fathers of the European Quality Assurance Forum (EQAF). Each year EQAF provides a platform for discussion, professional development and exchange of experiences among the main stakeholders in QA: management and staff members responsible for QA in higher education institutions, students, QA agency staff and researchers working on higher education or the QA field.

Michal Karpíšek
Eerst legt Michal Karpíšek uit wat EURASHE is (de European Association of Institutions in Higher Education). Dat doet hij onder andere aan de hand van haar rol en prioriteiten. EURASHE representeert meer dan 650 instellingen voor hoger onderwijs in ruim 30 landen. Aanvankelijk was de focus vooral op promotie van de organisatie gericht, en tegenwoordig verschuift dat steeds verder in de richting van een onderzoeksfunctie. Zo hebben ze bijvoorbeeld onder ongeveer 800 onderwijsinstellingen onderzoek gedaan naar de profielkenmerken van instellingen voor hoger onderwijs. Opvallend in de resultaten van dat onderzoek was het scherpe onderscheid qua profiel tussen het meer wetenschappelijk onderwijs en het overwegend hoger beroepsonderwijs. Ook zie je dat de digitalisering in en van het hoger onderwijs leidt tot steeds meer vormen van flexibel onderwijs.  De focus van EURASHE ligt voornamelijk op strategie en beleid; ook ten behoeve van het leveren van goede input voor inhoudelijke agendering van Europese onderwijsministersconferenties. Verder werkt EURASHE in uiteenlopende samenwerkingsrelaties met andere organisaties voor hoger onderwijs.
Daarna legt Michal de relatie van het werk van EURASHE met het Europese Bologna-proces. EURASHE is één van de organisaties die een belangrijke bijdrage heeft geleverde aan het formuleren van kwaliteitsitems die van belang zijn voor goed hoger onderwijs. Dat hebben ze ook in samenwerking met overheden, publieke instellingen en andere op hoger onderwijs betrokken partijen gedaan. EURASHE participeert in verschillende Europese stuur-, project- en werkgroepen. Haar focus zal de komende jaren minder op geheel nieuwe doelstellingen moeten liggen, maar tot nader order eerst op de implementatie van actueel beleid en op de resultaten daarvan in de huidige onderwijsinstellingen.
Er wordt bij EURASHE ook aandacht besteed aan allerhande zaken zoals: Fundamentele waarden, Academische vrijheid, Regionale betrokkenheid, Levenslang leren, Short Cycle Education, Benoemen en ondersteunen van items op het gebied van leren en onderwijzen, Diversiteit in het hoger onderwijs, Stages, en Werken & leren-trajecten. Verder is het stimuleren van een kwaliteitscultuur in hoger onderwijs een belangrijk topic.
Karpíšek waarschuwt niet teveel nadruk te leggen op het (bijvoorbeeld landelijk) verplicht toepassen van theoretische concepten en formats in onderwijsinstellingen, want zij moeten wel de nodige ruimte hebben en houden om op hun eigen (passende) wijze aan kwaliteitsoptimalisatie te werken. Je moet – aldus Michal - het belang en de invloed van de Europese (kwaliteits)eisen niet overschatten, want nationale onderwijsinstellingen volgen primair voornamelijk de landelijke wet- en regelgeving en de nationaal voorgeschreven kwaliteitscriteria (in Nederland bijvoorbeeld van de NVAO).
EURASHE is momenteel ook op zoek naar mogelijkheden om digitaal benchmarks te kunnen organiseren tussen verschillende onderwijsinstellingen, die zich nationaal en internationaal met elkaar willen vergelijken.
Verder verwijst Michal Karpíšek naar de tweede editie van het EURASHE-handboek dat Lucien Bollaert (voorheen werkzaam bij de NVAO) schreef: de ‘Manual for internal Quality Assurance in Higher Education’.

International accreditation in the context of the strategy of the Hotelschool The Hague 
Second speaker is Mrs Nataly Alarcon, Quality assurance Officer at this hospitality business school.
Mrs. Alarcon will share The Hotelschool The Hague’s experience on what a multiple accreditation entails, how the certification trajectory has been managed and how they have accomplished all objectives. On behalf of the association of hotelschools in The Netherlands, the NVAO has started a project to combine the Dutch accreditation with the THE-ICE accreditation (International Centre of Excellence in Tourism and Hospitality Education). In the Spring of 2018 the Hotelschool The Hague went through a successful visitation by the NVAO and this prestigious partner. Next to this they successfully receive the Certificate for Quality in Internationalization (CeQuInt) led by the European Consortium for Accreditation (ECA).

Nataly Alarcon
Eerst vertelt Nataly Alarcon een en ander over de karakteristieken van haar hogeschool. Dan geeft ze een toelichting op de strategische beslissingen die ten grondslag lagen aan het aanvragen van een combi-accreditatie bij de NVAO (Nederlands), bij CeQuint (internationalisering), en bij THE-ICE (m.b.t. hospitality & tourism education). Nataly legt uit dat ze in het collectief van de associatie van hogere hotelscholen dit project zijn aangegaan. De NVAO en CeQuint zijn vooraf met elkaar en met de deelnemende hotelscholen in gesprek gegaan, om te onderzoeken op welke wijze dit combi-project gezamenlijk op verantwoorde kon worden uitgevoerd. Het naast elkaar leggen van de drie verschillende beoordelingskaders - om die ten behoeve van deze clustervisitaties goed te  hanteren - was een uitdaging.
De ingezette visitatiepanelleden waren vertegenwoordigers van alle drie verschillende accrediterende organisaties. Tijdens de visitatiedagen verbleven ze in het hogeschoolhotel. De resultaten van deze visitatie waren positief.
Leerpunt voor de hotelschool van Den Haag was onder andere het verbeteren van de planning. In de praktijk liep men er bij de visitatie toch nog tegen aan dat de beoordelingsstandaarden van NVAO & CeQuint en van THE-ICE niet geheel met elkaar in lijn zijn.

Recent experience with Distinctive Feature Internationalization and international accreditation
Mr Ben Schulte, Senior policy officer at Van Hall Larenstein University of Applied Sciences
Mr Ben Schulte will share the experience of Van Hall Larenstein University of Applied Sciences with the accreditation trajectory for the distinctive quality feature internationalization by NVAO conform CeQulnt/ECA. The assessment of this distinct feature took place during the site visit for the accreditation of three programmes (two masters and one bachelor) in the last week of January 2019. Simultaneously the two master programmes are also assessed for a joint accreditation conform the standards of EADI, an Europe-wide network of institutes, researchers and students of various disciplines in the field of development studies. He will tell us whether this was successful.

Ben Schulte 
Eerst introduceert Ben Schulte zijn onderwijsinstelling, gevestigd in Velp en in Leeuwarden.
Dan vertelt hij over hun Bachelor-opleiding ‘International Development Management’; een internationaal onderwijsprogramma, dat wordt gevolgd door meer dan 200 studenten. Dan zijn er ook nog enkele Master-opleidingen zoals: ‘Management of Development’ en ‘Agricultural Production Chain Management’. Deze drie opleidingen werden geschikt geacht voor een internationaal accreditatieproces via EADI en CeQuint & NVAO. De afzonderlijke beoordelingskaders overlapten elkaar behoorlijk, maar er waren toch ook enkele specifieke beoordelingscriteria die voor bijvoorbeeld slechts één van de accrediterende instellingen geldt. Met die overeenkomsten en verschillen kon – zo leek het in eerste instantie - goed worden gewerkt. In dit combi-accreditatieproject werd voor het eerst onderzocht of de mogelijkheid zou bestaan om ook de accreditatie van CeQuint erbij aan te vragen. Dat bleek geen haalbare kaart te zijn. Maar de accreditatie van EADI was wel goed naast die van de NVAO te doen, omdat de EADI-beoordelingscriteria goed overeenkomen met de beoordelingsstandaarden van de NVAO. Op alle accreditatieorganisatiespeciale zaken werd een extra hoofdstuk geweid in het zelfevaluatierapport om de visitatie goed te laten verlopen.

Dialogue in groups & Plenary reflection and wrapping up
Na de pauze gaan de ongeveer 45 aanwezige deelnemers van deze netwerkbijeenkomst in drie subgroepen uiteen. In elke subgroep participeert één van de drie genoemde sprekers. De resultaten van deze groepsgesprekken worden aan het eind van de middag plenair met elkaar gedeeld, en daarna wordt de bijeenkomst gesloten.