maandag 27 augustus 2012

Pelgrimeren van Santo Domingo de la Calzada naar Belorado

Uitzicht op Redecilla del Camino


















Van Sint-Jacobiparochie naar Santiago de Compostela

Camino Santiago > Roncesvalles – Santiago de Compostela
Van Santo Domingo de la Calzada naar Belorado
Woensdag 25 juli 2012 – 25 km.
Dag 128: 2707,5 – 2732,5 km
 
Stoffige paden maken stoffige schoenen
Vanmorgen heb ik om 7.00 uur de wandelschoenen aan, klaar voor vertrek. De  oorspronkelijk donkergekleurde wandelschoenen zijn in de afgelopen twee wandeldagen al veranderd in een grauwe kleur, als gevolg van de vele kilometers stoffige paden van de Spaanse camino. De rode aarde, het zand, het stof en het steengruis van de steenachtige paden hebben hun sporen zichtbaar gemaakt. Als je de wandelschoenen even tegen elkaar aan slaat om steentjes uit de schoenen te verwijderen, dwarrelt een stofwolk rond de schoenen langzaam op de grond.

Santo Domingo de la Calzada
Om 7.15 uur openen we de electrische poort van camping El Ruedo in Nájera en dan rijden we van de camping af, richting Santo Domingo de la Calzada. Even vóór 7.45 uur staan Durkje en ik bij de oude stadspoort ter hoogte van de kathedraal van Santo Domingo de la Calzada, gereed om onze wandeling van vandaag te starten. We zijn van plan om vandaag van Santo Domingo de la Calzada te lopen naar Belorado, ongeveer 25 kilometer verder op de Spaanse camino, richting Santiago de Compostela.
Vanuit het stadscentrum volgen we de historische Sint-Jacobsroute door de hoofdstraat van Santo Domingo de la Calzada. Het is zo vroeg in de ochtend nog stil in de stad; zelfs de ook van hieruit vertrekkende pelgrims zien we (nog) niet. Buiten Santo Domingo de la Calzado steken we via een brug de droge rivierbedding over van de rivier de Río Oja.
Vóór ons lopen een Spaanse jonge man en vrouw met een jongen van ongeveer tien jaar oud; waarschijnlijk een gezin dat de vakantie pelgrimerend invult. Gisteren zagen we het drietal ook al in Santo Domingo de la Calzada, toen zij vlak vóór ons arriveerden in deze pelgrimsstad.

Schapenboerderij
Op de plaats waar we een asfaltweg over steken, staat een Spaanse pelgrim zoekend om zich heen te kijken, op zoek naar de juiste weg. Hij wacht tot wij ook op dit punt zijn gearriveerd. Vlak vóór de oversteek èn diagonaal aan de andere zijde van de asfaltweg zijn echter richtingwijzers aangebracht, die hij (nog) niet heeft gezien. We wijzen hem de weg en gaan hem dan vóór. Als ik verderop even achterom kijk, zie ik dat ook het Spaanse pelgrimsgezin ons volgt op dit onverharde pad. De route gaat dan langs een schapenboerderij. De schapen liggen rustig in het veld langs ons pad.
De lammeren lopen met enkele schapen achter gaas bij een grote loods. Twee honden rennen enthousiast blaffend achter het gaas als wij tussen de schaapskudde en het jongvee vóór het gaas passeren.
De schapen van de kudde links van ons, blijven rustig staan of liggen als we hen dichtbij naderen en voorbij wandelen.

N120
We steken de N120 over en wandelen over het onverharde pad, dat parallel aan de N120 ligt. Verderop komen we weer langs de N120. Nu echter gaan we hoog langs de nieuwe autoweg N120. Dit gedeelte is de nieuwe tweebaans N120, die zichtbaar deel gaat uitmaken van de A12, die hier in aanleg is. De auto’s rijden momenteel over de zuidelijke twee rijstroken. Aan de noordzijde van de vangrails ligt eerst wel asfalt voor de nieuwe autosnelweg, maar voorbij het viaduct ligt nog geen asfalt. Op de pijlers van het viaduct zijn op de oostzijde twee Jacobsschelpen afgebeeld, die duidelijk zijn te zien voor de pelgrims en voor de mensen op en in de passerende motorvoertuigen richting Santiago de Compostela. Aan de andere pijler-zijde staan twee druiventroseen afgebeeld, als teken dat je de wijnstreek de Rioja betreedt.

Graanstoppels
Links van ons zien we de uitgestrekte graan(stoppel)velden in een wijds glooiend landschap. Links van ons wandelpad passeren we een immense stapel stropakken, met een hoogte van 8 tot 10 meter, minstens evenzo breed en wel drie of vier keer zo lang. Deze enorme stro-bouwwerken staan hier en daar op de akkers, verzameld van alle stro van de omliggende graanvelden.

Grañon
Nogmaals passeren we een viaduct over de in aanleg zijnde autosnelweg A12. Op het talud onder het viaduct staan aan de overzijde twee grote Jacobsschelpen afgebeeld.
We zijn dan al in de buurt van het dorpje Grañon. We verlaten het voetpad langs de N120/A12 en steken een asfaltweg over, richting Grañon.
Spoedig wandelen we Grañon binnen, nadat we zojuist twee groepjes pelgrims hebben ingehaald.
Het is inmiddels 9.00 uur en we hebben nu vijf kwartier gelopen. Op het terras van de bar in de hoofdstraat drinken we een kop koffie. Andere pelgrims zitten hier ook om wat te drinken en/of te eten. Voortdurend komen er nieuwe pelgrims bij; anderen wandelen door naar het terras van de verderop liggende bar. Als we de koffie op hebben en enkele pelgrimsansichtkaarten voor onze verzameling hebben gekocht, wandelen we Grañon aan de andere zijde van de dorpsstraat uit. Bij de rand van de bebouwde kom staat een tekstbord, waarop de passerende pelgrims een ‘buen camino’ wordt gewenst.
Wij dalen buiten Grañon af naar het vóór ons liggende beekdal.

Castilla y Léon
Aan de overzijde van het beekdal stijgen we via het wandelpad naar een heuvelrug, die we in westelijke richting volgen. Op een hoger liggend uitzichtspunt staan drie informatieborden voor pelgrims. Op de ene staat algemene informatie over de provincie Burgos in de regio Castilla y Léon, die we nu binnenwandelen. Op het afgebroken betonnen paneel staat een detailroute van hier tot aan Castildelgado. En het meest prominente bord is het metershoge paneel met daarop de route-informatie over de pelgrimsroute vanaf hier naar de grens van deze regio aan de westzijde, de kant van Santiago de Compostela.

Redecilla del Camino
Op een hooggelegen punt van het heuvelrugpad hebben we vroegtijdig uitzicht op de volgende plaats waar we doorheen zullen komen: Redecilla del Camino. Een groot geelgekleurd zonnebloemenveld vormt een welkome kleuronderbreking in dit omliggende landschap van voornamelijk graanstoppelvelden.
We moeten eerst de N120 oversteken om in Redecilla del Camino aan te komen. De tegeltableau’s tegen de muren van enkele panden, laten je zien dat je hier onmiskenbaar op de camino loopt.
We wandelen door de hoofdstraat, nemen even een korte pauze om wat te drinken en dan wandelen we al snel weer - voorbij de plaatselijke weegbrug - Redecilla del Camino uit. We steken hier de N120 nogmaals over.

Castildelgado
Aan de overzijde van de N120 gaan we verder over een wandelpad langs de N120. We gaan met een brug over een droge rivierbedding. Het voetpad voert ons naar het dorpje Castildelgado.
Bij de rand van de bebouwde kom is een man bij een woning in een groententuintje aan het werk. Aan de andere kant van het pad ligt een graanstoppelveld. Op de graanstoppels zijn grote lappen textiel uitgespreid om te drogen. Het is de manier die ik nog ken van mijn grootmoeder, die vroeger haar wasgoed op ‘de bleek’ legde naast de boerderij van mijn grootouders. De was droogde en bleekte toen - en óók hier en nu - in de volle zon.

Viloria de Rioja
We drinken even wat en verlaten dan Castildelgado al weer snel. We gaan weer parallel verder langs de N120, totdat het voetpad eindigt en op een splitsing met een asfaltweg overgaat in een asfaltweg. De camino gaat hier verder over asfalt, maar vóór ons zien we een pelgrim met een zware tred rechtdoor lopen, door een graanstoppelveld, langs de N120. Hij snijdt een stukje van de camino af, maar moet daarbij dus wel moeizaam over de akkers. Wij lopen dan over asfalt weg van de autoweg en gaan stijgend naar het volgende dorpje: Viloria de Rioja.
Op een schaduwrijke picknickplaats naast de dorpskerk nemen we een rustpauze. We gaan bij een picknicktafel zitten, in de schaduw onder een grote boom. Een andere pelgrim zit hier ook te rusten. Ze vertelt dat ze uit Hongarije komt en enkele dagen geleden in het Franse Saint-Jean-Pied-de-Port haar pelgrimage is begonnen, samen met de twee Hongaren die iets verderop op een schommel zitten. Als we gegeten en gedronken hebben, gaan we verder; de Hongaarse blijft nog rustig zitten. Ze maakt enkele aantekeningen, als kort verslag in haar dagboekje.
Wij wandelen Viloria de Rioja uit en gaan daarbij via een lang dalende asfaltweg weer terug naar de N120.
Bij de N120 volgen we wederom het voetpad langs de N120. Na ongeveer drie kwartier arriveren we in het volgende dorp: Villamayor del Río.

Villamayor del Rio
We steken de N120 over, wandelen door Villamayor del Rio en steken dan de N120 nog eens over.
En aan de overzijde van de N120 – aan de andere kant van Villamayor del Rio – gaat het ons inmiddels welbekende wandelpad weer verder langs de N120. Vóór ons en achter ons lopen voortdurend andere pelgrims. Af en toe halen we een enkele langzamer wandelende pelgrim of groepjes pelgrims in. Het is tamelijk fantasieloos en niet al te enerverend wandelen, hier langs de N120. Rechts van ons denderen zware vrachtwagens langs ons op de N120. Personenauto’s en een enkele auto met caravan met Nederlands kenteken.

IJskoud bronwater
Het is inmiddels weer erg warm geworden. De temperatuur is al opgelopen tot 29 graden Celsius en er is geen schaduw op dit pad te vinden. Dan doemt vóór ons een grijze bestelbus op. De auto stopt bij alle tegemoetkomende pelgrims en de pelgrims stoppen dan bij de bestelbus. Zo komt de bestelbus steeds dichterbij ons, totdat we bijna een groepje van vier pelgrimerende jonge dames zullen inhalen. De bestelauto stopt ook bij hen – vóór ons - en dan zien we dat de chauffeur van de bestelbus aan alle vier dames een flesje bronwater geeft. Ook wij krijgen van de chauffeur ieder een flesje ijskoud bronwater.
Dankbaar drinken we van het koude water. Getuige de tekst op de bestelbus en op het etiket van dit flesje bronwater wordt dit welkome geschenk ons aangeboden door de dit jaar tien jaar bestaande refugio ‘Cuatro Cantones’, gevestigd in Belorado en in Burgos.

Belorado
Heerlijk gekoeld door dit frisse bronwater gaan we weer verder over het voetpad langs de N120. Na ruim 6 kilometer voetpad arriveren we bij de bebouwde kom van Belorado, onze bestemming voor vandaag.
We steken de N120 over en gaan dan over een steenachtig breed pad achter de bebouwing in de richting van het dorp. Daarbij passeren we op nog vrij grote afstand van de andere bebouwing een rechts van ons, hoger liggende refugio. Het ziet er allemaal groot en professioneel uit. Terrassen aan de voorzijde en een zwembad maken dit een waar eldorado voor vermoeide pelgrims.

Santa María de Belén
We lopen het dorp aan de achterzijde binnen en arriveren dan bij de oude kerk van Santa María de Belén, aan de rand van de oude dorpskern. Een aantal pelgrims zit op enkele stoelen bij de ingang van de naast de kerk en bij de kerk behorende parochiale refugio. Ze wachten totdat de refugio open gaat. Het is nu nog maar 12.30 uur, dus het zal allicht nog even duren voordat de refugio open gaat en de inschrijving voor de komende nacht van start zal gaan. Wij bezoeken de oude dorpskerk. In het koor staat een prachtig koorwerk met een beeldje van Maria rechtsonder.

Graffiti Jacobsschelpen
Daarna vervolgen we onze weg door het oude dorpscentrum. We passeren enkele afbeeldingen van Jacobsschelpen, onder andere uitgevoerd in graffiti-werk.
Verderop zien we ook in graffiti een wapenschild, met aan beide zijden de pelgrimssymbolen van de kalebas aan een pelgrimsstaf en een kruis op een Jacobsschelp.
We lopen nu in de richting van onze hier verderop geparkeerde huurauto. Daarbij passeren we het Plaza Mayor van Belorado, waar óók een kerk staat.
Vlakbij onze huurauto passeren we de slagerswinkel van het dorp. Op dit moment wordt de slagerswinkel bevoorraad met dikke bouten vlees en met enkele stuks geslacht kleinvee.

Terug naar Nájera
Met de huurauto halen we onze auto op uit Santo Domingo de la Calzada, waarna we de huurauto naar de bestemming van morgen rijden: San Juan de Ortega. Tenslotte rijden we met onze auto weer terug naar de camping in Nájera. Om 15.15 uur zijn we terug in Nájera. De ongeveer 25 kilometer lange dagtocht hebben we vandaag in vier uur en drie kwartier gelopen. Dat is voor deze warme zomerdag een prima afstand en wandeltijd.

Geen opmerkingen: