zondag 30 januari 2011

Fan in tút in tintsje bouwe

Zondag 30 januari 2011

In de loop der eeuwen is “de liefde” een veel gekozen onderwerp voor dichters, componisten en beeldende kunstenaars geweest. Het Bijbelse Hooglied is daarvan een sprekend voorbeeld. Jarenlang liep de Friese musicus-componist Hindrik van der Meer rond met het idee om ook een muziekprogramma te maken over de liefde. Daartoe had hij al negen teksten op muziek gezet. Hindrik van der Meer heeft de Friese schrijver-dichter Eppie Dam gevraagd om hierbij verbindende teksten te schrijven en om er uiteindelijk één samenhangend geheel van te maken.

Eppie Dam koos daartoe tien gedichten, die in verschillende perioden zijn gemaakt. Zo stelden Van der Meer en Dam een muzikaal programma samen met teksten van Piter Boersma, Eppie Dam, Tiny Mulder, Huub Oosterhuis, Tsjits Peanstra, Margryt Poortstra, Rixt, Douwe A. Tamminga, Abe de Vries, Ella Wassenaar, Harmen Wind en Baukje Wytsma. Behalve deze betrekkelijk recente poëzie, is ook het 17e eeuwse Midfriese erotische vers in het programma opgenomen, dat begint met de woorden: “Eren doe wij swylen, lay ick mey ien int hae”. Deze geheel Friestalige muziekproductie kreeg een citaat uit een gedicht van Eppie Dam als titel, namelijk: “Fan in tút in tintsje bouwe” met als ondertitel: “gedichten en lieten oer de leafde”.

Vanmiddag zijn Durkje en ik aanwezig bij de uitvoering van deze muziekproductie. Die is in de Groate Kerk van Sint-Jacobiparochie; nagenoeg helemaal vol. Na de uitvoering wijst de voorzitter van de Groate Kerk, Eelkje Hilarides, ons nog op het feit dat het eigenlijk wel heel bijzonder is om in dit markante kerkgebouw op dit moment een concert te hebben, aangezien hier nog hard wordt gewerkt aan de verbouwing en restauratie van dit sociaal-cultureel centrum van de Stichting Groate Kerk. Hilarides wijst er ook op dat over enkele weken in het grote voorportaal van deze Groate Kerk het Pelgrimscentrum St. Jacob zal worden geopend door het Nederlands Genootschap van Sint Jacob en de Stichting Jabikspaad Fryslân.

Na een korte introductie van dirigent Hindrik van der Meer op het muziekprogramma, begint de uitvoering. We luisteren naar een programma dat is ontstaan uit gezongen en voorgedragen gedichten rond de personificatie van de liefde. Suzanne is de rode draad, “De Liefde”, die in de persoon van een vertellende vrouw letterlijk tussen de liederen door loopt, soms spannend en uitdagend, dan weer teder en vertroostend. Gezongen wordt er door Van der Meers eigen Kwartettenkoor van ongeveer vijftig stemmen. De jonge solisten zijn de alt Nynke de With als bruid en de bas Willem Oostra als bruidegom. De zangers worden begeleid op piano en door meerdere blaasinstrumenten.

Daarnaast begeleidt violist Rob du Jardin en verzorgt hij tevens een aantal muzikale solo-intermezzo’s. Met die steeds terugkerende viool-improvisaties rijgt Rob de opeenvolgende gedichten en liederen als steeds weer een nieuwe kraal aan de ketting. In elke improvisatie blikt Rob terug op het voorgaande lied en kijk hij vooruit naar het daarna volgende gedicht. Zo legt hij muzikaal de verbindingen, zoals Susanne (De Liefde) dat op haar manier doet, met de uitgesproken tussenteksten.

Het is een ware Van der Meer-Dam-productie, zoals we dat van Hindrik en Eppie gewend zijn. We genieten van deze poëtische kralenketting met fonkelende kralen van poëzie, tussenstemmen, instrumentele intermezzo’s en schilderachtige Friese woorden op de na vele jaren inmiddels herkenbare muzikale wendingen en eind-akkoorden van Hindrik van der Meer. Aan het eind van het muziekprogramma wordt ook het gedicht “Hús fan stilte” van dichteres Tsjits Peanstra (1924) gezongen op de muziek van Hindrik van der Meer. Ze (Tsjits Jonkman-Nauta) zit naast me en geniet zichtbaar van haar gedicht op Hindriks muziek, uitgevoerd door dit Fries groot-Kwartettenkoor: “Lit ús in hûs fan stilte bouwe. Mei muorren fan leafde …..”.

Ademloos luistert het publiek naar de aaneenschakeling van gesproken woord, poëzie en muziek. Maar, als bruid Nynke “har kening yn har frissels fongen hat” en bruidegom Willem en het vrienden- en vriendinnenkoor dit zingend beamen, volgt na de laatste klank een groot applaus. En na deze “Lofsang op ’e dûnsjende breid” – een bewerking van het Bijbelse Hooglied - zijn we nog maar halverwege het programma.
De liefdestaal gaat verder met onder andere:
- Dam: “ien adem genôch om op in stille jûn de wyn te wekjen”;
- Oosterhuis: “myn neisteke, wat ha ik dy, wat hasto mij oait dien”;
- Poortstra: “In krûdige wyn yn’e maitiid is leafde”;
- Wytsma: “Ik dreamde my in tún fan dy en my’;
- Mulder: “leafste hâld de siken yn”;
- Boersma: “Wy sizze net folle en altyd deselde dingen”.

En dan tot slot het “Kom by my sitten, achterhûs” van Poortstra en ook nòg eens het “Van in tút in tintsje bouwe” van Dam. Een lang applaus. En na de afscheidswoorden van Eelkje Hilarides de prachtige, expressieve toegift van de lofzang op de dansende bruid, door Eppie Dam in het Fries bewerkt, met de liefdesdansmuziek van Hindrik van der Meer. En nog eens weer een enthousiast applaus.
De kerk en al wat daarin is, laat je achter, maar het goed gevoel reist met je mee naar huis, zoals Eppie Dam het dichtte met de woorden: “genôch genôch en lit it sa bliuwe”.

4 opmerkingen:

Anoniem zei

Beste Wiep,
wat een prachtige beschrijving van het geheel. Geweldig dat er zo genoten is van "De tut net als ik, als zangeres van het kwartettenkoor, steeds opnieuw weer geniet om dit te mogen doen. Groet
dicky van Doodewaard

Wiep Koehoorn zei

Dag Dicky,
Hartelijk dank voor je reactie en voor jullie mooie productie. Ga vooral door met het maken en uitvoeren van zulke mooie muziekproducties, want dat wordt door een grote groep belangstellende buitengewoon gewaardeerd, dat zagen we ook gisteren wel weer in de Groate Kerk. Succes gewenst met de volgende uitvoeringen in groter en/of kleiner verband.
vr. gr.
Wiep Koehoorn
31jan11

Anoniem zei

dag Wiep,

Dank voor je treffende woorden. Ik heb je recensie zonet ook aan Rob du Jardin doorgestuurd. Ik heb voor het eerst meegezonden en vond het een feest.

Tryntsje

Wiep Koehoorn zei

Dag Tryntsje,
Mooi om te lezen dat het een feest was om mee te zingen. Voor ons als publiek was het alleszins een feest om erbij te zijn. Dank voor jullie mooie uitvoering.
vr. gr.
Wiep Koehoorn
4feb11