woensdag 6 augustus 2008

Pelgrimeren van Lac des Vieilles-Forges naar Remilly-les-Pothées

Van Sint Jacobiparochie naar Santiago de Compostela

Sentier vers Saint-Jacques-de-Compostelle; via Vezelay
Van Lac des Vieilles-Forges naar Remilly-les-Pothées
Zaterdag 12 juli 2008 – 18 km.
Dag 38: 795,2 – 813,2 km.


Rond 9.30 uur breng ik met Durkje de beide fietsen met de auto vanaf de camping naar Remilly-les-Pothées.
Daarvandaan fietsen we tussen 10.00 – 11.00 uur ongeveer 17 kilometer terug naar onze camping.
Het weer is mooi, totdat we bijna de camping op de fiets bereiken.
Op de toegangsweg naar de camping schuilen we onder de grote bomen voor een flinke bui.
Dan breekt de zon prima door en drinken we buiten bij de tent eerst koffie.

Om 11.30 uur wandelen we vanaf de camping naar het startpunt van onze wandeldag, dat iets voorbij Vieille-Forges ligt.
We volgen de oever van het stuwmeer en krijgen na enige tijd het strand vóór onze camping - aan de overzijde van het meer - in zicht.

Het pad is drassig langs deze zuidwestelijke uitloper van het meer.
Sportvissers zijn hier met de auto heen gereden om langs de oever van dit stuwmeer te vissen.
Het derde beekje dat we middels een aantal keien/stapstenen over steken, is de beek van Pont Gilles.

Op een splitsing scheiden de wegen van ons wandelpad (de GR654) en van de GR12C.
Hier staat ook weer een pelgrimsmijlpaal, met de vermelding dat het vanaf hier nog 2.523 kilometer is naar ons einddoel in Santiago de Compostela.

Als we de volgende heuvel afdalen, gaan we door een mooi begroeide vallei.
Als we na vijf kilometer bij Pré Manteau de D22 oversteken, vinden wij bij het Arboretum (bomenverzameling) van een lokale basisschool een mooie picknicktafel, waaraan wij pauzeren.

Bij La Rocaille komen we het bos van Devillers weer uit bij de entree van de N43 in Rimogne.
Met een ruime bocht lopen we om Rimogne heen en komen daarbij op een gegeven moment bij een soort woonwagenkamp langs, waar getuige de aanwezige bouwsels en de inrichting van de ruimte eromheen kleurrijke mensen wonen, die hier tegen de bosrand alle ruimte en gelegenheid krijgen om te doen en te laten wat ze willen.
Een eind verder zien we rechtsachter ons de kerk van Rimogne staan, met daarbij een opvallend hoog úitstekend bouwwerk van vermoedelijk het Leisteenmuseum.

We steken de D122 over bij de zuidwestelijke entree van Rimogne.
Dan dalen we door het bos af naar de oude leisteengroeve Pierka.
Het bospad en de rechter hoge berm ligt bezaaid met stukken leisteen.
De hoogopgaande leisteengroeve-wand is nog duidelijk zichtbaar en ook het hele terrein er omheen, ligt bezaaid met resten leisteen.

In 1158 zijn de monniken van het verderop gelegen Signy-l’Abbaye in Rimogne begonnen met het winnen van leisteen en dat is doorgegaan totdat in 1970 de exploitatie hier werd stopgezet.

Door het bos klimmen we naar het gehucht Châtelet-Haut.
Tegen de bosrand staan hier twee betonnen bankjes - waarop we pauzeren - met uitzicht op het gehucht.
Twee mannen toveren op dat moment een enorm lange stacaravan tevoorschijn uit een oude dorpsschuur.

Daarna dalen we af langs de perceelmuur van de plaatselijke kasteelruïne.
Wat ons opvalt, is dat ze hier vroeger leisteen hebben gebruikt om de ongelijkheid van de stenen van de kasteeltuinmuur te compenseren.
Leisteen fungeerde hier dus ook om een zo regelmatig mogelijke muurstructuur te krijgen.

Beneden de kasteelheuvel staan we al snel bij de entree van Châtelet-sur-Sormonne.
Via de stenen brug steken we de rivier de Sormonne over.
Op het dorpsplein staat een groep bruiloftsgangers te wachten op het bruidspaar, dat wij verderop in een tuin zien staan.
We lopen vóór de dorpskerk langs.

Buiten het dorp passeren we de begraafplaats èn een daarnaast in aanbouw zijnde woning, waarvoor overigens zelfs de doorgaande weg is afgesloten.
Er staat namelijk een grote bouwkraan op de weg, waarmee op dit moment niet wordt gewerkt; waarschijnlijk omdat het nu weekend is
De bouwplaats is geheel verlaten, maar de wegblokkade blijft kennelijk ook gedurende het hele weekend toch gehandhaafd.

Na een dichtbegroeid, stijgend veldpad en een erop volgende asfaltweg lopen we het dorpje Murtin-et-Bogny binnen.
De 16e eeuwse beelden in de dorpskerk van Murtin kunnen we vandaag helaas niet bekijken, want de kerk is gesloten.

Zonder ergens een spoor van een voormalige spoorlijn te herkennen, passeren we een ex-spoorwachtershuisje.
Ondertussen is het een prachtig zonnige dag geworden, dus ook de wandeling over de nu volgende lange veldweg door een glooiend landschap is een lust voor het oog.
We zien veel vlinders en horen rondom veel sprinkhanen.
Ondanks de vele zonnige perioden moeten we toch regelmatig ook een kortdurende regenbui trotseren.
Maar … even schuilen onder een grote boom volstaat en dan schijnt de zon al weer aangenaam.
Als we het kleine bos Le Tranchoir doorkruist hebben, krijgen we weer een mooi uitzicht over de voor ons liggende velden.

Aan de zuidzijde van de D978 lopen we door het veld naar een bijzonder dichtbegroeid smal pad, dat we in oostelijke richting parallel aan de drukbereden spoorlijn tussen Lille en Straatsburg volgen.
Het pad is zo overwoekerd, dat de beide veters van mijn wandelschoenen loshaken achter het lage struikgewas.
Bij het verlaten en vervallen spoorwachtershuis van Bolmont steken we na alweer een fikse regenbui de spoorlijn over.
Als we verder lopen, begint het signaleringssysteem bij de overweg achter ons te rinkelen en passeert al spoedig een lange goederentrein met gesloten wagons èn met open wagons met nieuwe auto’s erop.

Iets zuidelijker steken we via de Pont à Bolmont de rivier l’Audry over.
Door het verval in de rivier werd bij de aanliggende woning vroeger elektriciteit opgewekt.
Je ziet dat hier regelmatig, zo ook bij Vieille-Forges bijvoorbeeld, waar we er vanmorgen ook bij langs liepen.

Vlak vóór Bolmont gaan we in zuidwestelijke richting langs het bosje van La Hame flink stijgend naar ons eindpunt van vandaag.
Vlak voordat we Remilly-les-Pothéés binnenwandelen, lopen we door de van vroeger nog herkenbare rook van de particuliere zaterdagmiddag-vuilnisverbranding naar de entree van dit hooggelegen dorp.

Aan de koorzijde van de 16e eeuwse versterkte dorpsburchtkerk eten we ons laatste brood in een abri aan de doorgaande dorpsstraat.
Tenslotte lopen we naar onze auto, die we vanmorgen al vóór het gemeentehuis hadden gestald, aan de voet van de verhoging waarop het kasteel van Remilly-les-Pothées prijkt.
Het kasteel is privé-bezit en is niet toegankelijk.

Hiervandaan rijden we met de auto via de supermarkt in Renwez weer naar onze tent op de camping bij Les Mazures.
Op deze doorgaans mooi-weer-dag hebben we tussen 12.00 -17.00 uur weer 18 kilometer afgelegd.
Alweer een mooie dag met veel afwisseling qua weer, landschap en bezienswaardigheden.

Geen opmerkingen: