zaterdag 3 november 2018

It docht der wis wól ta

Zaterdag 3 november 2018
Twee geheel verschillende binnenzijden van één Mexicaanse Kristalbol
















I really don’t care, do u?
Het is juni 2018. Het veel te harde, chanterende immigratiebeleid van de Amerikaanse president roept heftige emoties op. Kleine kinderen van immigranten die via Texas de VS binnen proberen te komen, worden gescheiden van hun ouders, en worden als dieren opgesloten in ‘kooien’ van gaas. Niemand mag deze huilende en roepende kinderen aanraken om hen te troosten. Hartverscheurende beelden komen via tv en internet bij ons binnen.
Melanie Trump, de vrouw van de president, stapt in het vliegtuig om een sociaal getint werkbezoek af te leggen aan zo’n opvangcentrum voor immigrantenkinderen. Wereldwijd ontstaat die dag verontwaardigde ophef vanwege de tekst die op haar jas staat, die ze voor het oog van de wereld draagt als ze het vliegtuig in stapt. Op die jas staat: ‘I really don’t care, do u?’ (vertaald: ‘Het kan mij echt niet schelen, jou wel?’). De publieke opinie getuigt terecht van felle kritiek op Melanie, zoals: Dit kan zo toch niet, of maakt het je dan helemaal niet uit wat deze kinderen zo zeer doet?

Buitenkant van de kristalbol
Gewoon of Bijzonder
Afgelopen zomer zag ik in Giethoorn een Mexicaanse Kristalbol. Zo aan de buitenkant niets bijzonders. Ja, ik zie daar mineralen zoals Sideriet, Jaspis en heldere Calciet op de buitenkant. Het lijkt zomaar een steen, niet iets om je druk over te maken.
Maar als je vragen gaat stellen over deze steen, de ontstaansgeschiedenis leert kennen, en door het splitsen ervan een kijkje in het innerlijk van deze vulkanische bol neemt, gaat er op verrassende wijze een nieuwe wereld voor me open. Ineens zie ik dat deze vulkaanbol twee binnenkanten heeft: de ene kant van bergkristal en de andere kant van blauw en wit Chalcedoon.
Ineens is dit voor mij niet zomaar gewoon een steen, maar is het iets bijzonders geworden, waar je bovendien ook goed voor moet zorgen om blijvend van dat unieke karakter van deze kristalbol te kunnen genieten.

Gewoon openbaart zich als Bijzonder
Tijdens de pelgrimstochten van Durkje en mij hebben wij in al die jaren veel medepelgrims ontmoet. Je ziet ze lopen, ogenschijnlijk gewoon: rugzak op, een hoed tegen de felle zon, wandelstokken, met een Jacobsschelp en een landsvlaggetje aan de rugzak. Aan al die pelgrims is aan de buitenkant doorgaans niets bijzonders te zien.
Maar, als je al wandelend met elkaar tot een gesprek komt, gaat al heel snel een onzichtbare wereld voor je open. Wandelend op het pelgrimspad gaat vaak al in het eerste kwartier een heel leven voor je open. Wat pelgrims intens hebben beleefd, hoor je al in hun eerste verhalen; over die ernstige ziekte, over die zo uit de hand gelopen vechtscheiding, of over dat pijnlijke arbeidsconflict, en dat dít die pelgrim beweegt om hier nu als vreemdeling (pelgrim) door onbekende oorden te gaan.
Maar je hoort onderweg ook over de mooie dingen van het leven. Bijvoorbeeld over dat pas gesloten huwelijk van een pelgrimsduo, over dat allerliefste kleinkind van de wereld, of je ziet tranen van geluk als die wonderbaarlijke genezing onder woorden wordt gebracht.
Daar waar zulke levensverhalen aan elkaar worden verteld, krijg je zicht op die veelzijdige binnenkanten van je medemens.

Ik kan het verschil maken
Daar krijg ik zicht op wat deze mens zo bijzonder, zo uniek maakt.
Daar leer ik dat ieder mens iemand nodig heeft; door te luisteren, en dóór te vragen, door aandacht en advies te geven, en te helpen, om pijn te verzachten, door iemands naaste te zijn.
Dan besef ik dat het die ander niet helpt als ik zeg dat het me niet kan schelen.
Daar leer ik dat ik als naaste geroepen ben, dat mijn geloof er toe doet, dat ik deze naaste hoop kan geven, dat mijn naastenliefde het verschil kan maken voor die ander.
Ineens is deze naaste voor mij niet zomaar gewoon een mens. Het is mijn bijzondere medemens geworden, waar ik toch tenminste barmhartig voor kan zijn.

God really does care, do you?
In het bijbelboek van de Psalmen laat de psalmdichter ons veelvuldig zien dat het God wel degelijk uitmaakt hoe het met ons mensen gaat. Alleen al de eerste tien psalmen wijzen mij op Gods zorg voor ieder mens:

  1. De Heer beschermt mensen die leven zoals hij het wil.
  2. Gelukkig zijn mensen die hulp zoeken bij de Heer.
  3. Heer, alleen U bent mijn Redder.
  4. U beschermt mij altijd als ik het moeilijk heb.
  5. Heer, U maakt goede mensen gelukkig.
  6. De Heer hoort hoe ik om hulp roep, Hij luistert naar mijn gebed.
  7. U bent toch een rechtvaardige God?
  8. Een mens is maar klein, en toch vergeet U hem niet.
  9. De Heer helpt mensen die onderdrukt worden, Hij beschermt hen in moeilijke tijden.
  10. U ziet alle ellende en al het verdriet, en U wilt altijd helpen.

Als ik volgeling van deze God wil zijn, betekent dat vast ook iets voor mij. Goed Voorbeeld doet goed volgen.
Zijn voorbeeld is mijn opdracht, dus als God wel zorgt, zorg ik ook wel.
Geen woorden, maar daden.
Kijk eens om je heen, luister goed naar wat je naaste nodig heeft, denk na wat jij kunt doen, en doe het goede goed. 

Column
Deze (mijn) column werd gepubliceerd in de Twaklank van oktober 2018. 
Twaklank is het informatie- en opinieblad van de Protestantse Gemeente te Stiens.

Geen opmerkingen: