Van Arles richting Santiago de Compostela
Via Tolosana van Montpellier naar Montarnaud
Via Tolosana van Montpellier naar Montarnaud
Vrijdag 27 juli 2018 – 20,1 km
Dag 5: 93 – 113,1 km
Toegangshek naar de kerktuin van Grabels |
Met bus en tram
Als Durkje en ik vanmorgen om
7:10 uur de camping van Aimargues verlaten, is het 22 graden Celsius. Het
belooft wederom een warme dag te worden. De temperatuur loopt vandaag namelijk
op tot 37 graden Celsius, en ook voor de komende twee weken lijkt het erop dat
de warmte blijft.
Met onze auto rijden we naar Montarnaud.
Daar parkeren we de auto in het dorpscentrum vlakbij de Tabac-winkel. Als we
daar binnen vragen naar een taxi in Montarnaud, vertelt het winkelmeisje dat
Montarnaud geen taxibedrijf heeft, en ze wil wel een taxi vanuit bijvoorbeeld
Montpellier laten komen, maar ze wijst er ook op dat je met de bus van
Montarnaud naar Montpellier kunt. Tegenover het gemeentehuis is de bushalte; of
we dat eens willen proberen? En als dat niet lukt, kunnen we bij haar terugkomen,
dan belt ze alsnog een taxi.
Bij de Mairie aangekomen,
vertelt een receptioniste dat we de bus van 8:44 uur nog kunnen nemen, maar als
we bij de bushalte staan te wachten, en de bus komt niet, dan blijkt dat die
dienst alleen operationeel is buiten de schoolvakanties.
Maar om 9:19 uur komt er wel
een bus, en daarmee rijden we dan van Montarnaud naar Montpellier. Deze bus
brengt ons naar de rand van de stad, en van daaruit kunnen we met de tram de
stad in. We kopen twee tramkaartjes en twintig minuten later stappen we in de
buurt van Place de la Comédie uit. Vanaf hier gaat onze pelgrimsdag van vandaag
beginnen.
Maar voordat we op stap gaan,
drinken we op een terras aan het plein eerst een kop koffie.
Waterloop van Montpellier
Vanaf Place de la Comédie
wandelen we de Rue de la Loge in. Iets verderop kunnen we al de
Jacobswegsymbolen op het voetpad vinden, die ons de stad uit zouden kunnen
voeren.
Tegenover de grote Triomfboog
lopen we het park in.
We lopen recht op het
monument van de Zonnekoning af, met daarachter het Chateau d’Eau, het paviljoen
dat vroeger als waterreservoir voor de stad diende.
Achter in het park gaan we
over de stenen trappen naar beneden, om achter het park rechts van het immense
Aquaduct te lopen, waarmee vroeger drinkwater de stad in werd gebracht.
Daar begint dan ook weer de
wit-rode markering van onze GR653. De komende kilometers blijven we deze
routesymbolen volgen, voortdurend over het pad langs het oorspronkelijk zo
lange traject van het aquaduct. Zelfs veel verder – vóór het departmentshuis –
lopen we nog langs een stromend water-partij in het midden van ons wandelpad.
Allemaal verwijzingen naar het hele oude stadsaquaduct.
Hoe verder we komen, hoe
breder de wegen worden, en hoe dunner de bebouwing wordt. Na ruim anderhalf uur
wandelen, lopen we de bebouwde kom van Montpellier uit.
Grabels
Over een mooi pad lopen we
van Montpellier naar Grabels. Onze lunchpauze nemen we in een parkje in het
nieuwe centrum van Grabels, op een bankje vlakbij het oorlogsmonument van
Grabels. Na die pauze vervolgen we onze route door het oudere gedeelte van
Grabels.
We komen dan bij de kerk van
Grabels.
De kerktuin is in de hoge
tuinmuur afgesloten door een ijzeren hek, maar dat hek blijkt niet op slot te
zijn.
Op het hek staat een pelgrim
afgebeeld, met een verwijzing naar de Via Tolosana, en de verwijzing dat het
vanaf hier nog 1.556 kilometer is naar Santiago de Compostela.
Bij het toegangshek van de
kerktuin staat dat je in de tuin je pelgrimspaspoort kun afstempelen.
We gaan de kerktuin binnen,
en vinden daar het kerkstempel in een metalen kistje. We zetten dit stempel in
onze pelgrimspaspoorten, want ook dit stempel is een waardevolle herinnering
aan deze doorgangsplaats voor pelgrims.
Men heeft er van alles aan
gedaan om deze hoek voor pelgrims zo passend mogelijk aan te kleden.
Ook hangt er een grote
departementale kaart, waarop je kunt zien welke route de pelgrims door dit
departement Herault lopen.
Daarop is ook aangegeven waar
de pelgrim zich nu op deze route bevindt.
Recreëren aan de rivier van Grabels
We lopen om de kerk heen om
verderop Grabels te verlaten.
Aan de rand van de bebouwde
kom dalen we af naar de rivier. Via een lage stenen brug steken we de rivier
over.
Dan komen we in een
gemeentelijk recreatiegebied, waarin van alles is te zien en te doen aan buitenactiviteiten.
Achter de ‘moulin’ is nog een brede waterval.
Hier is ook de grote
picknickplaats La Mosson.
Bloedhete struikgewas-route
Via een asfaltweg klimmen we
achter Grabels naar boven.
Nu volgt een kilometers lange
route door een ruig struikgewas-landschap. De paden zijn afwisselend steenachtig
of rotsachtig.
De begroeiing is betrekkelijk
laag in dit ruige terrein, dus schaduw is er nauwelijks. De zon schijnt
meedogenloos, dus ook over de smalle veldpaden tussen de hoge en lage grassen
is het bloedheet wandelen.
Voorbij een groot zonnepanelenveld
midden in dit ruige terrein, komen we langs het dorpje Bel Air.
Aankomst in Montarnaud
Ter hoogte van Bel Air steken
we een verkeersweg over, bij een houten wegwijzer met bijbehorende
Jacobsschelp.
Met enig klimmen en dalen
gaat de route verder, over karrensporen en voormalige asfaltweggetjes, onder
andere langs boerderijen, met voornamelijk paarden-business.
Na nog weer een klim over het
roodstenen bospad zien we van bovenaf onze plaats van bestemming in de verte al
liggen. We wandelen nog enkele kilometers door, en arriveren dan in de hete
straten van de buitenwijk van Montarnaud. Hoog boven Montarnaud zien we een
kasteel op een heuvel staan.
Enige tijd later lopen we het
oude centrum binnen, ter hoogte van de bushalte tegenover de Mairie.
Politie zorgt voor water
In de Mairie ontmoeten we de
jonge dame weer die ons vanmorgen informatie over de bustijden gaf. Ze zet een
mooi gemeentestempel in onze pelgrimspaspoorten, en als we vragen of we wat
water mogen drinken van de waterkoeler in de ontvangsthal, spoedt ze zich naar
buiten, en komt met een gemeentelijke politieagent het gemeentehuis weer
binnen. De man van de sterke arm loopt verder het gebouw in en komt even later
met een zware nieuwe waterfles, die hij bovenop de waterkoeler installeert. De
lege fles wordt opgeruimd, en wij kunnen volop van het nieuwe water drinken.
Vier liter per persoon per dag
Ruim twintig kilometer
wandelen door allerlei terreinen bij een temperatuur die ondertussen oploopt
naar 37 graden Celsius, vraagt veel van je lichaam. Belangrijk is vooral om
regelmatig te blijven drinken. Vanmorgen kochten we ook enkele bananen in
Montpellier, want ook dat zijn welkome energiebronnen bij dergelijke intensieve
inspanningen.
Gisteren hebben Durkje en ik
eens even uitgerekend hoeveel vocht wij ongeveer per persoon per dag hadden
gedronken. We kwamen in elk geval al op tenminste vier liter per persoon per
dag. Dat lijkt misschien wel heel veel, maar het is geenszins een luxe om bij
dergelijke fysieke inspanning zoveel te drinken. Regelmatig iets eten en
drinken, is een must, vooral tijdens zulke hete dagen.
Met onze auto rijden we van
Montarnaud weer terug naar onze camping in Aimargues. Morgen is na deze eerste
vijf wandeldagen een rustdag voor ons, en dan zijn we van plan om de caravan
weer zo’n honderd kilometer verderop naar een volgende camping te brengen, van
waaruit we vanaf overmorgen de volgende trajecten zullen gaan wandelen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten