zaterdag 25 augustus 2018

Pelgrimeren van Boissezon naar Castres


Van Arles richting Santiago de Compostela

Via Tolosana van Boissezon naar Castres
Vrijdag 10 augustus 2018 – 16,4 km 
Dag 16: 311,6 – 328 km

Beeld van Sint Jacob in Castres

Frisse start
Met onze auto rijden Durkje en ik om 7:30 uur vanaf camping Le Plô in Le Bez naar Boissezon. Deze gezellige middelgrote familiecamping is voor ons als pelgrims in de afgelopen dagen een prima uitvalsbasis geweest, waar we aan het eind van een wandeldag graag weer terug kwamen.
Als we wegrijden, is het 14 graden Celsius. Zo koel hebben we het in deze zomerpelgrimage ’s morgens nog niet gehad.
We parkeren de auto om 7:45 uur op het gemeenschappelijke parkeerterrein voor de dorpelingen van Boissezon, en dan lopen we naar de brug over de rivier, in het centrum van Boissezon.
Hier begint onze volgende etappe, over een afstand van 16,4 kilometer van Boissezon naar de stad Castres. Op het moment dat bij de Chemin-richtingwijzer van het dorp komen, ziet Durkje van links de Franse pelgrim op ons af lopen, de pelgrim die wij gisteren en eergisteren al hebben ontmoet, die vandaag nog tot Castres loopt, om dan aanvang volgend jaar zijn tocht naar Santiago de Compostela vanuit Castres te hervatten. We lopen een eindje met elkaar op.

Bergen en zon
Omdat zijn tempo lager is, gaan Durkje en ik alvast vooruit. We zullen hem vandaag vast nog wel eens ontmoeten.
Vanuit Boissezon moeten we direct al behoorlijk klimmen. Voordeel daarvan is dat we dan al spoedig een mooi uitzicht krijgen over de omgeving, in dit geval op de op grote afstand van ons liggende bergen van de Montagne Noir.
De ochtendmist trekt langzaam op, dus we krijgen steeds meer te zien van deze imposante bergrug.
Bij een oude boerderij houden we links aan.
We lopen over een mooi bospad langs de rand van een bosperceel. De zon probeert hier en daar tussen de bomen door te schijnen, en waar het bladerdek dat toelaat, ontstaat een prachtig lichteffecten, dat dan sterk contrasteert met de donkere delen onder de bomen.

Verrassende kerkplafondschildering in Noailhac
Vandaag komen we maar door één dorp tussen Boissezon en Castres, namelijk door Noailhac.
Omdat we vandaag niet zo’n grote afstand afleggen, hebben we tijd om Noailhac te bekijken. Bij het kleine dorpspleintje gaan we derhalve niet direct het dorp weer uit, maar lopen we door naar beneden, naar de brede kerk van Noailhac.
We zien dat de kerkdeur helaas dicht is, maar op goed geluk lopen we toch om de kerk heen. Daar ontmoeten we een vrouw bij haar auto, die ons direct vraagt of wij wellicht de kerk willen bezichtigen. Zij blijkt de kerksleutel bij zich te hebben, en loopt met ons mee naar de kerkdeur om die voor ons te openen. We kunnen de kerk nu in.
Het zonlicht van de heerlijke ochtendzon schijnt perfect door de mooie kerkramen.
Wat ons direct opvalt, zijn de plafondschilderingen over het gehele plafond van de kerkzaal.
Doordat het zo donker is in de kerk kunnen we niet zien wat er op het plafond is geschilderd, maar met behulp van de lens van de fotocamera zien we dat het iets moois is.
Ik maak een aantal foto’s met de camera, waarop goed is te zien welke mooie schilderingen het kerkplafond heeft.

De Mondriaan-fresco van Noailhac
De vrouw met de kerksleutel legt op ons verzoek ook uit waar we het gemeentehuis van Noailhac kunnen vinden. Omdat we in deze Mairie graag een gemeentestempel willen halen ter gelegenheid van onze doorkomst in het dorp, lopen we naar de Mairie en vragen de ambtenaar naar het stempel. Bij de kennismaking vertelt hij dat hij het hoofd is van deze Mairie, dus we maken ons over dat stempel geen zorgen, want hij zal vast bevoegd zijn om te stempelen. De vriendelijke man weet precies wat er van hem wordt verwacht, dus in een ommezien heeft hij onze pelgrimspaspoorten afgestempeld. Een tweede ambtenaar wil nog even weten waar we vanmorgen zijn gestart, en waar we vandaag naar toe lopen, maar voordat ik dat kan vertellen, heeft de hoogste in rang het goede antwoord al aan zijn collega gegeven. Ik bevestig zijn voorzet.
Als we naar buiten lopen, zie ik op de lange muur tegenover de Mairie een grote muurschildering van een Mondriaan. Verrast stap ik weer naar binnen en vertel de heren wat ik constateer. Zij vertellen dat een inwoner van het dorp de schildering had gemaakt, en dat zij geen idee hadden wat het voorstelde, maar als ik hen vertel wat dit is, spreekt hen dat bijzonder aan. Vanaf vandaag zal deze muurschildering er altijd een verhaal bij hebben voor hen.
Als twee andere gemeentewerkers met een werkbus het terrein op rijden, en zij van hun collega’s te horen krijgen wat de muurschildering voorstelt, horen zij rustig aan wat het verhaal van de muurschildering is, maar hun non-verbale communicatie maakt wel duidelijk dat het voor deze beide heren niet meer wordt dan een muur met verf erop.

Gastvrij Noailhac
Ons was al verteld dat Noailhac geen café-bar heeft, maar wel een restaurant, dat overigens pas om 11:00 uur opent. Het is nu nog maar 9:00 uur, dus een kop koffie zit er vanmorgen hoogstwaarschijnlijk niet in. Als we langs het restaurant lopen, zie ik dat een zijdeur open staat. Op goed geluk probeer ik toch maar twee koppen koffie te scoren bij een dame die ik binnen ontmoet. En ja hoor, die koffie komt er, dus binnen enkele minuten zitten wij aan een klein tafeltje in de hal van het restaurant met ieder een kopje koffie. Voor totaal drie euro voor de koffie is ook deze missie weer geslaagd. Pelgrims worden vaak goed behandeld, en bovendien ontmoeten wij hier in deze regio eigenlijk alleen maar vriendelijke en gastvrije mensen. Dat maakt het pelgrimeren zo verrassend, boeiend en aangenaam.

Mooie voortzetting door bos en veld
Na de koffie verlaten we Noailhac, en merken buiten de bebouwde kom dat de aangekondigde klim voor ons inderdaad de volgende uitdaging is. En ook nu weer met als resultaat een mooi uitzicht over de omgeving.
Over mooie stijgende en dalende bospaden wandelen we door bospercelen en langs weiden.
De zon schijnt aangenaam en zorgt voor een heerlijke wandeltemperatuur. De boslucht vervolmaakt de goede sfeer.
We passeren weer een oude boerderij in Doulatgès, en gaan over het erf verder over een veldpad.
Zojuist hebben we de Franse pelgrim ingehaald. Wij vertellen hem wat wij in Noailhac allemaal hebben gedaan, en hij vertelt dat hij bij binnenkomst direct is doorgelopen. Daarom had hij ons in Noailhac dus ingehaald, en heeft een tijd vóór ons gelopen. Op het mooie veldpad van Doulatgès naar Les Gourgs vergroten wij de afstand tussen hem en ons weer. Wie weet ontmoeten we hem later vandaag nog eens. Onze ervaring heeft ons geleerd dat dat zomaar weer eens kan gebeuren.

Saint-Hippolyte
Voorbij Les Gourgs komen we op een asfaltweg langs Le Castelet, en vanaf dat moment zullen wij vandaag alleen nog over verharde wegen gaan. Na enkele kilometers arriveren we in Saint-Hippolyte, een buitendorp van Castres.
Vanuit het hooggelegen Saint-Hippolyte zien we eerste bebouwing van Castres in het dal liggen: een lange strook bedrijventerreinen en daarna de woongebouwen.

Pelgrimsbeeld van Castres
Vanaf het moment dat we de eerste huizen van de bebouwde kom van Castres passeren, volgt een kilometers lang traject door de buitenwijken van de stad, richting oude stadscentrum. Daarbij komen we langs een langgerekt kazerneterrein met eerst een terrein waar het rollend materieel zoals trucks en tanks staan, en daarna volgen de soldatenverblijven.
Vlak vóór de binnenstadsring komen we bij het pelgrimsbeeld van Castres.
Dit beeld van de weer en wind trotserende pelgrim lijkt wel wat op een zelfde soort pelgrimsbeeld dat wij kennen van het Spaanse O Cebreiro.
Het hier beroemde beeld staat hier op een mooie plek, bij de entree van de oude binnenstad van Castres.

Sint Jacobus als apostel-pelgrim
Door de binnenstadspromenade gaan we naar de Eglise Saint-Jacques-de-Villegoudou, staande aan de Place Saint-Jacques.
We gaan de kerk in om deze te bezoeken.
In de kerk vinden we een aantal uiteenlopende Jacobalia. Zo zien we in een prachtig kerkraam Sint Jacobus afgebeeld als apostel (met Bijbel) en als pelgrim (met staf en kalebas). Opmerkelijk is dat de naam onder in het kerkraam niet meer zichtbaar is, maar het is onmiskenbaar de patroon van deze kerk en van de pelgrims.
Links van het koor bij de ingang van een nis staat hooggeplaatst een groot beeld van Sint Jacobus, ook hier weer afgebeeld als apostel (met bijbelboekrol) en als pelgrim (met staf en kalebas). Ook de Jacobsschelpen op Jacobus de Meerdere zijn pelgrimshoed benadrukken zijn status als pelgrim.

Jacobsschelpen in de kerk van Sint Jacob
Onder het beeld van Sint Jacob staat tegen een pilaar tussen het koor en een zijkapel een houten voorwerp, dat wel lijkt op een rond zitbankje. Het bovenvlak bevat een mooi gestileerde Jacobsschelp, die is uitgesneden en ingelegd in het houten bovenvlak.
De lessenaar voorin de kerk bij het koor verbeeldt een pelgrim, met hoed, staf en kalebas.
En wie deze lessenaar aandachtig bekijkt, ziet dat op de onderzijde van het lessenaarsblad een Jacobsschelp is afgebeeld met een kruis rechtop en een kruis op de kop aan beide zijden van de Jacobsschelp.
Ook op een schilderij zie ik een Jacobsschelp.
Vroeger werden - en ook tegenwoordig nog wel worden - mensen gedoopt met het water uit een Jacobsschelp.
Het schilderij in deze Sint-Jacobskerk laat zien dat er wordt gedoopt door het water vanuit de Jacobsschelp over het hoofd van de dopeling te laten stromen.

Pont Neuf
Buiten de kerk lopen we verder door de binnenstad, naar de Pont Neuf.
Dit is de oude stadbrug van Castres.
Het is de beroemde plek van de veelkleurige oude huizen van de handwerkslieden.
Deze huizen staan pal boven, langs de rivier.

Good practice van de ambtenares van Castres
Omdat we geen kerkstempel van de Sint-Jacobskerk hebben kunnen krijgen, wandelen we snel door naar het stadhuis van Castres. Daar zal het vast wel lukken om een gemeentestempel te krijgen. Maar, als we bij de voordeur arriveren, blijkt het Hôtel de Ville net tien minuten geleden gesloten te zijn voor de middagpauze.
Als we even staan te overleggen wat we nu gaan doen, komt een oudere mevrouw op ons af. Ze vraagt of we assistentie nodig hebben. We vertellen haar dat we graag een gemeentestempel in onze pelgrimspaspoorten willen hebben, maar dat het stadhuis net gesloten is. Ze zegt ons te zullen helpen, vraagt ons achterom het gebouw met haar mee te lopen. Onderweg haalt ze haar telefoon uit haar handtas en belt. Ik hoor dat ze vertelt dat wij (pelgrims) hier buiten staan te wachten op een stempel, of iemand ons kan komen helpen. Resultaat is dat er een andere dame bij de achterdeur van het stadhuis verschijnt, die de deur opent, ons binnenlaat, en direct twee stempels in onze pelgrimspaspoorten plaatst. Ondertussen staat de vrouw buiten ook nog een ander te woord.
Als zij buiten zijn uitgesproken, vragen we haar hoe ze dit voor ons kon regelen. Ze vertelt dat ze in het stadhuis op het buro van de burgemeester van Castres werkt. Wij bedanken haar voor haar adequate hulp aan ons, en voor het mooie resultaat van de stempels in onze credentials. We hebben onderweg in de afgelopen dagen al zo vaak vriendelijke en behulpzame Fransen ontmoet, maar deze mevrouw krijgt hierbij toch ook een bijzondere vermelding, want wat is dit een mooi voorbeeld van gastvrijheid en dienstbaarheid van deze mevrouw van de gemeente Castres. Voor ons allen is zij een goed voorbeeld van dienstbaar zijn aan de onbekende medemens.

Cathédrale Saint-Benoît
Vanuit het binnenterrein van dit stadhuis lopen we rechtdoor de kathedraal van Castres in.
We maken een ronde door deze Cathédrale Saint-Benoît, om ook dit grote Godshuis met een welverdiend bezoek te vereren.

Office de Tourisme helpt
Het is nu al 12:30 uur en we hebben nog geen lunchpauze gehad, dus nu lopen we eerst naar het grote stadsplein verderop in de stad, waar we te midden van alle terrassen en marktkramen eerst ons brood eten en daarna als dorstlesser een pot thee bestellen en leegdrinken op één van de terrassen op het plein.
Inmiddels is de temperatuur vandaag opgelopen van 14 naar 29 graden Celsius.
Daarna lopen we naar de VVV, waar we de VVV-medewerker vragen om voor ons een taxi te regelen voor aanstaande zondagochtend in Dourgne en voor nu één die ons terug kan brengen naar Boissezon. Dat gaat allemaal vlot en goed, en dan hoeven we maar ongeveer een kwartier buiten bij het stadstheater te wachten op de aanrijdende taxi, met daarin de chauffeur die ons gisteren van Boissezon naar Anglès bracht.
In Boissezon zet hij ons vanmiddag af bij onze auto, waarna we met onze auto terugrijden naar camping Le Plô in Le Bez.
Morgen gaan we met de caravan weer verhuizen naar een volgende camping voorbij Castres, om dan vanaf zondag de laatste serie pelgrimsdagen op de volgende etappes te beleven.

Geen opmerkingen: