Op de camino in gesprek met jongeren van het internationale evangelisatieteam |
Van Le Puy-en-Velay naar Santiago de Compostela
Camino del Norte & Camino de la Costa > Irún – Santiago de Compostela
Camino del Norte & Camino de la Costa > Irún – Santiago de Compostela
Camino de la Costa van Boimorto naar O Pedrouzo
Vrijdag 5 augustus 2016 – 24 km.
Dag 39: 803,9 – 827,9 km
Dag 39: 803,9 – 827,9 km
Vroege ochtendrituelen
De wekker wekt ons op de
gebruikelijke tijd om 6.20 uur en om 6.30 uur staan Durkje en ik dan op. Eerst
naar de sanitairruimte van onze camping in Mesón da Cabra, waar dan het
gebruikelijke korte ochtendpraatje met de campingeigenaar Antonio wordt
gehouden, die zelf ook van dit waslokaal gebruik maakt. Elke ochtend staan we
hier samen, wastafel aan wastafel. Verder slaapt iedereen op de camping nog.
Antonio doet elke ochtend om 7.00 uur het campinghek open. Na het ontbijt
verlaten Durkje en ik vanmorgen om 7.20 uur de camping om met de auto naar
Boimorto te rijden, waar onze etappe van vandaag op de Camino de la Costa
begint. We lopen vandaag de 24 kilometers van Boimorto naar O Pedrouzo, vanwaar
het (morgen) nog één dag gaans is naar Santiago de Compostela.
Vandaag de variant via O Pino
Gisteren schreef ik al dat je
als pelgrim bij het verlaten van Boimorto moet kiezen welke vervolgroute je neemt.
De gebruikelijke – en meest gekozen - etappe van de Camino de la Costa gaat bij
het gezondheidscentrum linksaf in de richting van en naar Arzúa, en de route-‘Variant
via O Pino’ gaat op dit punt rechtdoor in de richting van O Pedrouzo. Beide
bestemmingen liggen op de pelgrimsroute richting Santiago de Compostela. In
plaatsen zoals Melide, Arzúa en Loureiros (vlak vóór O Pedrouzo) komen
verschillende camino’s bij elkaar, om van daaruit samen verder te gaan naar
Santiago de Compostela.
Tijdens onze eerste
pelgrimage hebben Durkje en ik de Camino Franchés al geheel gelopen, die via
Melide, Arzúa en O Pedrouzo naar Santiago de Compostela gaat. Tijdens onze
tweede pelgrimage hebben we de Camino del Norte in combinatie met de Camino
Primitivo gelopen, die zich in Melide samenvoegt met de Camino Franchés. Vorig
jaar hebben we dus al voor de tweede maal het traject van Melide via Arzúa en O
Pedrouzo naar Santiago de Compostela gelopen.
Dit jaar gaan we het anders
doen. Gisteren liepen we al van Boimorto de standaardroute van de Camino de la
Costa naar Arzúa. Om nu te voorkomen dat we dit jaar voor de derde maal de
etappe van Arzúa naar O Pedrouzo lopen, gaan we vandaag terug op de route naar Boimorto,
om dan vanuit Boimorto naar O Pedrouzo te lopen via de ‘Variant via O Pino’ van
de Camino de la Costa. Vandaag gaan we dus nu rechtdoor over de variant-route richting
O Pedrouzo, en daarmee maken we dan de alternatieve aansluiting op de Camino
Franchés bij het gehucht Loureiros.
Boimorto
Onze auto parkeren we in
Boimorto bij de dorpssupermarkt tegenover het gezondheidscentrum, waar de beide
routes uiteen gaan. Twee oude mannen met een oude vrouw komen vanuit het dorp
aanlopen, die gedrieën in de nog vroege ochtend een ochtendwandeling gaan
maken. Nu is het daarvoor nog heerlijk ochtendfris met de 10 graden Celsius
waarmee onze etappe vandaag begint. Eén van de mannen wijst met zijn wandelstok
ons de richting aan: rechtdoor is naar O Pedrouzo, “Buen Camiño”, en zij gaan alvast voorop.
Wij maken ons bij de auto
gereed voor vertrek.
Dan lopen we naar de splitsing
bij het gezondheidscentrum, waar we gisteren in de regen en vanmorgen in de ochtendkou
bij de richtingwijzer uitvoering geven aan de richtingkeuze van de dag.
We volgen de drie oudere
wandelaars de eerste honderd meter, waar zij een zijweggetje in gaan, en wij de
doorgaande route over de CP-0603 volgen. De routebeschrijving van de variant is
al even duidelijk als de route: gewoon 10 kilometer lang deze CP-0603 blijven
volgen, daarbij alle zijwegen en zijpaden negerend.
Als we het dorp Boimorto uit
wandelen, komt juist de opgaande zon achter ons in beeld, en werpt de zon haar
lange schaduwen van ons ver vóór ons uit over de asfaltweg. Al snel kun je zien
aan het korter worden van deze schaduw dat de zon achter ons snel en ver boven
de horizon uit klimt.
Van 1 tot 10
De variantroute die we lopen,
wordt niet of nauwelijks bewegwijzerd met gele pijlen of anderszins, maar de
routebeschrijving in onze routegids is voldoende duidelijk. Daar komt bij dat
we na elke kilometer een bermbordje in de berm zien staan, waarop staat hoeveel
kilometer we van Boimorte zijn verwijderd. Het eerste bordje hebben we al snel
buiten Boimorto gepasseerd, en we weten dat we tot het tien-kilometerbordje
deze weg moeten blijven volgen.
We lopen ten opzichte van de
hoofdroute van gisteren veel hoger, dus we hebben regelmatig ook prachtige
vergezichten in beide richtingen. Links naar het oosten kunnen we heel ver het
diepe dal in zien, met de bergen daarachter op de horizon.
En rechts genieten we ook van
de prachtige wegbermen, met haar mooie plantenkleuren in het prille en
schilderachtige ochtendlicht.
Alternatieve koffie
De CP-0603 is een hele stille
asfaltweg, golvend op en neer, door bossen met naaldhout en veel eucalyptus, en
tussen open velden, die vaak ook het resultaat zijn van houtkap in deze
productiebossen. We passeren een kaalgekapt perceel, dat geheel gereed is voor
nieuwe bomenaanplant. Daarachter staat al een rij nieuwe eucalyptusbomen met
een hoogte van zo’n drie meter, en daarachter is de dichte boszoom met de veel
oudere en veel hogere eucalyptusbomen.
Onze routegids meldt
overigens dat we op deze routevariant maar één horecagelegenheid zullen passeren,
en dat dit zal zijn na 4,25 kilometer voorbij Boimorto. Dat is mooi, want dan
kunnen we daar na ons eerste uur wandelen een kop koffie drinken, alvorens we
verder trekken. En ja hoor, na die 4,25 kilometer staan we vóór de bewuste bar
Requero. Tafels en stoelen staan keurig opgesteld op het terras, dus dat komt
wel goed. Niet dus, want de deur is dicht, en rondom het hele gebouw is niemand
te bekennen.
Niets aan te doen, geen
koffie dus vanmorgen. Maar geen nood, want ze hebben hier in Spanje
koffiesnoepjes, en daar hebben we een doosje van in onze rugzak, voor het geval
een kop koffie geen haalbare kaart is. We krijgen elk een dergelijk snoepje met
koffiesmaak, en gaan dan toch met de smaak van koffie moedig verder.
Asfalteren bij de kapel
De zevende kilometerpaal
staat bij de kapel van A Mota.
Wegwerkzaamhedenbordjes staan
er langs de weg, maar die deren ons niet. Wij steken diagonaal door de berm
over naar de kapel van A Mota. Die is zoals zoveel kapellen en kerken langs
deze route gesloten, dus daar zijn we zo langzamerhand wel aan gewend.
We gaan weer terug naar de
doorgaande weg, en dan zien we waarom onze weg is afgesloten voor alle verkeer.
Verderop wordt geasfalteerd, maar dat hoeft voor ons als wandelaars toch geen
belemmering te zijn. Wij gaan gewoon rechtdoor verder, en lopen ter hoogte van
de asfalteringswerkzaamheden door de smalle wegberm. Omdat er net teer op het
wegdek is gespoten en het wegbermgras hier en daar ook enig teer heeft opgevangen,
krijgen wij op dit traject wel enige teerdruppels op onze wandelbroeken en
wandelschoenen, maar dat is niet erg (daar kunnen de meningen uiteraard over
verschillen), en als we die zwarte vlekjes in de komende tijd terugzien, zullen
we ze zeker herinneren als tekens van de camino. Als we bij een wegwerker langs
lopen, groet hij ons en vertellen we hem dat we als pelgrims onderweg zijn naar
Santiago de Compostela. ‘This is the
right way to Santiago’, is zijn reactie; voor ons niet nieuw, maar wel goed
nieuws.
Tot Alto de Goimil
Na ongeveer negen kilometer
komen we door het plaatsje As Calles, nabij Goimil.
Verderop passeren we een
vrachtwagen volgeladen met boomstammen. Er staat een servicewagen bij. Als we
dichterbij komen, zien we dat de chauffeur en de servicemonteur net een wiel
hebben vervangen. Kennelijk een lekke band. Ze zijn bezig de dikke wielmoeren
weer aan te draaien om het reservewiel vast te zetten.
Nabij het tienkilometerbordje
arriveren we in Alto de Goimil.
Hier eindigt voor ons het
traject van de CP-0603. Op het kruispunt in het dorp gaan we linksaf verder
over een asfaltweg. Die hoeven we maar 420 meter te volgen, want dan moeten we
al weer rechtsaf op een splitsing waar een bordje verwijst naar de parochie van
Oins.
Tweelingdorpen Ferradal en Oins
Weer volgt een lange
asfaltweg, ook nu weer door een golvend landschap, maar een veel opener
landschap met meer open velden tussen de bospercelen. Vlak vóór het plaatsje
Ferradal halen we een man en een vrouw in, die met een hondje aan de wandel
zijn. Veiligheidshalve houdt de man het hondje even vast als we hen passeren,
waarbij het hondje met serieus gegrom toch wel even wil laten merken dat hij
protesteert tegen onze passage.
We lopen Ferradal binnen.
Eerder spraken we al af dat
we bij de parochiekerk van het buurdorpje Oins een rust- en etenspauze zullen
houden, want daar zal vast wel een gelegenheid zijn om even te zitten.
We lopen Oins in als we
Ferradal uitlopen, en dan zijn we ook direct al bij de kerk. Hier staat een
wegwijzer in de berm die aangeeft dat Santiago de Compostela rechtdoor is.
De kerktoren steekt mooi af
tegen de helderblauwe lucht.
Het is ondertussen al warm
geworden. De temperatuur loopt tijdens onze dagetappe op tot 24 graden Celsius.
We vinden tegenover de kerk een goede plek om te zitten in de bushalte. Daar
rusten, eten en drinken we.
Hondenbrokken voor het schaap
Naast de kerk staat een huis
met eronder een grote garage, waarvan de deur open staat. Naast de ingang staat
dat hier ook een wc is. Als ik naar de wc ga, zie ik aan één kant van de garage
allemaal rommel staan: grote papieren zakken, dozen met oud papier, stapels
boeken, en nog veel meer. Als ik even later weer uit de wc kom, hoor ik om de
hoek iemand in die rommel scharrelen. Als ik de hoek om loop, zie ik dat het
een groot schaap is. Madam staat met de voorpoten op de houten bank, en met de
kop in een van de papieren zakken. De kop komt uit de zak en dan zie ik dat ze
eet. Dat tafereel van kop in de zak, uit de zak en dan knabbelend kauwen, mij even
aankijken, en dan de kop weer in de zak, herhaalt zich enkele malen, en ik maak
van deze gelegenheid gebruik om daar met mijn fotocamera een mooi filmpje te
maken. Ze kijkt me steeds aan met een blik van: “als jij hier niet over praat tegen anderen, doe ik het ook niet”.
Omdat dit niet oneindig door kan gaan, omdat Durkje en ik weer verder moeten,
jaag ik het schaap naar buiten en doe de grote garagedeur dicht. Dan blijft het
schaap met veel beweging en kabaal duidelijk maken dat ze de wei weer in wil tussen
de kerk en de garage, maar het hek zit dicht en de muur waar ze zojuist vanaf
is gesprongen, blijkt proefondervindelijk te hoog te zijn om op en over heen te
springen. Of ik het hek even open wil doen; daar gaat ze staan wachten, mij
aankijkend. Ik kan het hek inderdaad met een metalen schuif openen, en dan
stapt mevrouw dankbaar door het hek weer in de wei en voegt zich bij de andere
schapen. Eind goed al goed, en beiden wel gevoed.
Over de nieuwe autosnelweg
Durkje en ik gaan weer
verder. We lopen Oins uit en direct Beis al in.
Verderop komen we door het
plaatsje Os Campos.
Een hele stevige en lange
klim volgt over asfalt. Als we boven komen, zijn we verrast, want we staan
ineens op een locatie waar een autosnelweg wordt aangelegd. Links en rechts van
ons zien we twee nieuwgebouwde viaducten die nog niet in gebruik zijn.
Daar onderdoor zien we tot
zover we kunnen zien aan beide zijden de basis van wat ooit eens de nieuwe
autosnelweg van Santiago de Compostela naar Lugo zal zijn. De basis doorsnijdt het
landschap, maar geasfalteerd is het nog niet.
Van beide zijden rijden grote
vrachtwagens heen en weer.
De ene kant op zijn ze leeg,
de andere kant op zit de laadbak vol grond. Steeds moeten ze onze doorgaande
asfaltweg oversteken.
Over enkele jaren zal dit (camino-)asfaltweggetje
hier ter plekke niet meer bestaan, en zal de camino waarschijnlijk over het
dichtstbijzijnde viaduct gaan.
Mee in de lange stoet pelgrims
Nog een eindje verder en dan
staan we voor de N-547. Dit is de weg tussen Arzúa en O Pedrouzo.
We steken deze drukke
verkeersweg over en wandelen dan het plaatsje Loureiros binnen. Vóór ons zien
we al de eerste pelgrims deze asfaltweg oversteken. Dit zijn de pelgrims die
vandaag doorgaans op de samengevoegde camino onderweg zijn van Arzúa naar O
Pedrouzo.
Op de plaats waar onze
variant van de Camino de la Costa zich samenvoegt met onder andere de Camino
Primitivo en de Camino Franchés kijken we even naar links, vanwaar de pelgrims
komen. Wat we al dachten, en eigenlijk ook uit ervaring al wisten, wordt dit
pelgrimspad druk bewandeld, hetgeen ons direct opvalt als we al die pelgrims
zien die van links komen, hier oversteken en naar rechts verder gaan richting O
Pedrouzo.
Wij voegen ons in deze bonte stoet
pelgrims en gaan met hen mee naar het westen.
Ons vallen de bermpalen op
langs de route. We hebben de indruk dat dit nieuwe bermpalen zijn, die hier
zijn geplaatst nadat wij hier vorig jaar langs zijn gelopen. Deze (nieuwe)
bermpalen geven (nu) ook aan hoeveel kilometer het nog is tot aan de kathedraal
van Santiago de Compostela.
We volgen nu de camino-route,
die op dit stuk nogal dicht langs de lawaaierige N-547 gaat. Af en toe moeten
we onder deze weg door, of deze verkeersweg oversteken.
Jesus died for a reason
Nadat we de N-547 weer eens zijn
overgestoken, komen we over een picknickplaats. Daar heeft een Spaanse
evangelische geloofsgroep een evangelisatiestand ingericht.
Alle pelgrims worden met een
gospellied met gitaarbegeleiding ontvangen, worden vriendelijk aangesproken,
kunnen een folder ‘Jesus died for a
reason’ mee krijgen, mogen een portie paëlla mee-eten en krijgen allemaal
een beker bronwater aangeboden. We raken met enkelen van deze
evangelisatiegroep aan de praat.
Dit gaat uit van een Spaanse
organisatie, die werkt met jongeren die vanuit allerlei landen naar Santiago de
Compostela komen, om hier op de camino te evangeliseren. Zo spreken we met
jongeren uit Bulgarije, Slowakije, Spanje en Kroatië. Het werkt goed op deze
plek.
Gegeten wordt er nauwelijks,
gedronken wordt er veel, en veel pelgrims gaan toch even in gesprek met deze jonge
evangelisten.
Verderop zien we nog veel
pelgrims met het foldertje lopen: ‘Jesus
died for a reason … You are that
reason! Good News: If the Son makes you free, you shall be free indeed’.
Halen we Santiago?
We lopen over een breed en
heerlijk geurend bospad door een eucalyptusbos. In 2012 kwamen we hier al langs
een plek waar een Ierse familie een eenvoudig herdenkingsmonumentje had
opgericht om te gedenken dat hun dierbaar familielid als pas gearriveerd pelgrim
in haar slaap in Santiago de Compostela overleed. Vorig jaar was dat punt nog
duidelijk herkenbaar als herdenkingsplek. Als we er vandaag weer – nu dus al
voor de derde keer – bij langs lopen, zien we dat er van deze plek eigenlijk
niet veel meer rest dan een rommelige hoop steentjes, met hier en daar nog een
klein gedenk-briefje ertussen. De meeste pelgrims zullen waarschijnlijk niet
eens meer in de gaten hebben dat ze hier een dergelijke herdenkingsplek
passeren.
O Pedrouzo
Als we dan nu alle ons
bekende plaatsen zoals O Brea, O Empalme, Santa Irene en tenslotte A Rúa zijn
gepasseerd, komen we het bos uit en zien we links vóór ons de plaats O Pedrouzo
liggen.
Er zijn dan twee opties: òf
je steekt de weg over en gaat over een breed bospad door een eucalyptusbos hoog
achter de bebouwde kom langs, òf je loopt door de berm rechtstreeks naar het
centrum van O Pedrouzo. Die laatste optie is met name de beste voor wie vooraan
in O Pedrouzo een slaapplaats zoekt. Verderop staat namelijk een grote refugio
direct vooraan in de bebouwde kom. Als we daar om 14.00 uur langs lopen, zien
we een behoorlijke rij wachtenden voor de ingang van de pelgrimsherberg staan
om zich in te schrijven voor de overnachting van de komende nacht.
Uitersten op de Camino’s de Santiago
Vlak voorbij die refugio zie
ik bij een café een taxi staan, zonder chauffeur. Aan de bar in het café
ontmoet ik de taxichauffeur, met wie ik afspreek dat hij ons voor 20 euro
terugrijdt naar Boimorto. Eerst via de N-547 en vanaf Loureiros exact over de
asfaltwegen waarop we vandaag liepen, rijdt hij ons met hoge snelheid in zijn
Mercedes terug naar Boimorto. Deze terugreis wordt voor ons zo als het
terugdraaien van de film van nagenoeg de hele pelgrimsetappe van vandaag. In
Boimorte stappen we uit de taxi bij onze auto, en dan rijden we met onze auto
vanuit Boimorto weer terug naar de camping in Mesón da Cabra.
De afstand van de 24
kilometers van vandaag hebben we in bijna zes uren afgelegd. De temperatuur
liep op van 10 naar 24 graden Celsius, en vanwege de helderblauwe lucht was het
vandaag een stralende zomerdag op de camino. De enige pelgrim die we op de
variant-route van vandaag ontmoetten, was een fietspelgrim. Op deze voorlaatste
pelgrimsdag hebben we van Boimorto tot aan Loureiros in een opvallend stille
omgeving gelopen, die in groot contrast staat met de grote drukte op de camino
tussen Loureiros en O Pedrouzo. Tussen deze twee uitersten gaat de pelgrim
voort, want het is allemaal – waar je ook gaat – een ‘Camino de Santiago’.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten