Vrijdag 29 april 2016
Langs een broccoliveld naar Reguengo do Alviela |
Caminho Portugués de Santiago van Santarém naar Golegã
Vrijdag 29 april 2016 – 31,2 km.
Dag 6: 90,4 – 121,6 km
Dag 6: 90,4 – 121,6 km
Uitzicht over de Taag bij de Sint-Jacobspoort
We hebben voor vandaag de
etappe van Santarém naar Golegã in de planning, over een afstand van 31,2
kilometer, dus we staan vanmorgen betrekkelijk vroeg op om 7.00 uur.
Voor alle gasten staat
vanmorgen het ontbijt al klaar in de eetkamer naast de keuken, dus we kunnen
daar bij de andere vier gasten aanschuiven voor een behoorlijk ontbijt.
Daarna vertrekken we direct,
om in het stadscentrum een aantal broodjes voor vandaag te kopen. Dan wandelen
we door het centrum in de richting van de Santiago-poort, waardoor we straks de
stad richting Santiago de Compostela zullen verlaten. Maar eerst
willen we bij het naastgelegen panoramapunt op de voormalige burchtmuur nog
genieten van het uitzicht over de Taag en over de riviervallei.
Het hek naar het park is
helaas gesloten, maar we zien een Portugese vrouw rechts van ons toch het
parkterrein betreden via een zij-ingang. Wij volgen haar en zo komen we dan
toch in het park, bovenop de oude stadsmuren.
Daar krijgen we een prachtig
uitzicht over de beide kanten van de Taag.
De Sint-Jacobspoort van Santarém
Dan is het tijd om naar de
Santiago-poort te gaan.
Deze poort moeten we door om
de stad Santarém in de juiste richting te verlaten.
Als we door de poort lopen,
staan we buiten de stad aan de voet van de oude burchtmuur.
Dan volgt een behoorlijke
steile afdaling over een hellingpad in de richting van de Taag.
Ribeira de Santarém
Beneden aangekomen, moeten we
verder langs een drukke asfaltweg, die ons naar de plaats Ribeira de Santarém
voert.
We wandelen Ribeira de Santarém
binnen en steken in het centrum het treinspoor bij de spoorwegovergang over.
Karrenspoor tussen akkers en wijnvelden
Buiten Ribeira de Santarém
komt ons langs de asfaltweg een oudere Portugees tegemoet, die ons uitgebreid met
een tekening op de grond en met een lange toelichting uitlegt waar we de weg
moeten verlaten, om dan voorbij het bedoelde huis kilometers lang het
karrenspoor te volgen richting de volgende plaats.
We volgen zijn aanwijzingen
en bewandelen dan een prachtig karrenspoor tussen pas ingezaaide akkers en langs
wijnvelden. Een wijnboer komt ons op zijn kleine tractor tegemoet en wenst ons
bovenal een goede caminho.
Het is een prachtig pad
tussen al die akkers en velden, waar het ook heerlijk ruikt.
We lopen hier ver van de
bebouwing af, en zien slechts af en toe een restant van wat in dit gebied wel
ooit een mooi huis is geweest.
Onderweg ontmoeten we nog een
Amerikaanse pelgrim van Zweedse komaf. Hij zit in de schaduw onder een boom een
banaan te eten, en vertelt dat hij zojuist terug is geweest naar Santarém om
zijn vergeten wandelstokken weer op te halen. Dat heeft hem al met al meer dan
een uur gekost, en zijn Ierse wandelmaat is ondertussen doorgewandeld, dus die
is al ver vooruit.
Vale de Figueira
We komen via een asfaltweg in
het dorp Vale de Figueira aan. Op het dorpsplein bij de kerk zit de Ierse
pelgrims op een muurtje bij het café. Binnen heeft hij al koffie gedronken, en
nu wacht hij zijn wandelmaat op. We vertellen hem hoe lang het ongeveer gaat
duren voordat hij hier arriveert.
Daarna gaan wij koffiedrinken
in het café van dit dorp. Als we even later weer vertrekken, zijn de Zweeds-Amerikaanse
en Ierse pelgrim weer herenigd, en zitten zij nog een kop koffie binnen in het
café te drinken.
Zonnepanelen en broccoli
Wij verlaten Vale de Figueira
en nemen een breed steenachtig pad met uitzicht op de heuvels linksachter ons.
Op een zeker moment, nog
voordat we een rivierbruggetje oversteken, komen we al parallel aan het
snelstromende riviertje te lopen.
We passeren een grote
boerderij, waarvan een deel al zwaar is vervallen, maar waar dan wel weer een
groot aantal zonnepanelen staat opgesteld. We zien dergelijke installaties van
zonnepanelen hier regelmatig in het open veld, soms niet, maar ook wel bij
boerderijen.
Over het karrenspoor passeren
we een veld met doorgeschoten broccoli. Van de ene plant resteert alleen nog
het blad, andere planten bevatten nog behoorlijk wat broccoli, en andere
broccoliplanten staan vrolijk in gele bloei.
De nieuwste route van de gemeente Golegã
Op een betonnen waterbassin
onder enkele bomen zit een pelgrimsstel, dat afgelopen nacht ook in ons
pelgrimshostel overnachtte. Het is een jong Duits stel, dat ook al bedreven is
geraakt in het pelgrimeren op de camino’s van Spanje. Ze rusten hier even. Ze
vertellen ons dat hen enkele dagen geleden al was verteld door een Portugese
pelgrim dat er ook een Nederlands pelgrimsechtpaar op de caminho loopt. Het blijkt
nu dat het de Portugese Fátima-pelgrim was, die wij enkele dagen geleden in de kathedraal
van Lissabon spraken, die deze twee Duitse pelgrims over ons vertelde.
Op een T-splitsing begint een
geheel nieuwe bewegwijzering met keurig geglazuurde wandtegels, op veel
plaatsen aangebracht door de gemeente Golegã.
Op dit punt splitsen ook twee
route-alternatieven. Wij volgen de recent aangegeven bewegwijzering van de
gemeente Golegã, die ons eerst voert naar het dorpje Reguengo do Alviela. Deze
route vermijdt een lager gelegen gebied, dat in 2012 door de rivier de Taag
overstroomde.
Pombalinho
Hier bij Reguengo do Alviela
komen we op de doorgaande asfaltweg. Ver van de weg af zien we een boer zijn
akker ploegen. Een grote groep ooievaars volgt zijn ploegspoor, op zoek naar
voedsel.
Het eerste dorpje waar we dan
door komen, is Pombalinho.
Hier ontmoeten we de twee Belgische
pelgrims weer, die in gesprek zijn geraakt met een Franse schrijfster die met
haar wandelrugzak op de rug deze caminho op en neer wil fietsen, om er
vervolgens een spiritueel betoog over te schrijven in haar volgende publicatie
over pelgrimeren.
Durkje en ik gaan het eerste
plaatselijke café binnen, waarin ook het postkantoor is gevestigd. Een bont
gezelschap van heel jong tot heel oud, met allerlei verschillende motieven om
hier te zijn, zit hier bij elkaar in dit gezellige dorpscafé. We lunchen hier
te midden van Portugezen en een drietal pelgrims, waaronder op zeker moment ook
het pelgrimerende Duitse stel, dat wij zojuist ook al ontmoetten in het veld.
Azzancha
Daarna voeren de
gemeentelijke camino-wegwijzers ons naar het plaatsje Azzancha.
We passeren daarbij een
waterrijk natuurgebied.
Vlak voordat we Azzancha
binnen wandelen, passeren we de plaatselijke waterzuiveringsinstallatie. Een
medewerker roept ons, en we raken kort met elkaar in gesprek. Hij vraag ons of
we water nodig hebben voor onderweg. We antwoorden dat dat niet nodig is, want
we hebben zojuist in Pombalinho ‘bijgetankt’. Hij wil ons kennelijk toch iets
meegeven, dus vraagt hij ons of we ieder een sinaasappel mee willen hebben. Die
nemen we graag van hem aan, dus hij loopt zijn kantoortje binnen, en komt dan
direct weer terug met twee Portugese sinaasappels, die wij met grote dank van
hem aannemen.
We nemen afscheid van deze
vriendelijk Portugees en wandelen dan het dorpje Azzancha binnen, waar
gemeentewerkers bezig zijn om het openbaar gebied prachtig her in te richten.
Azinhaga
Vanuit Azzancha wandelen we direct ook het dorpje Azinhaga binnen. Zoals op zoveel andere plaatsen zien we ook hier weer grote aantallen zwaluwen af en aan vliegen naar hun prachtig gebouwde nesten onder een dakgoot, tegen de muur.
Vanuit Azzancha wandelen we direct ook het dorpje Azinhaga binnen. Zoals op zoveel andere plaatsen zien we ook hier weer grote aantallen zwaluwen af en aan vliegen naar hun prachtig gebouwde nesten onder een dakgoot, tegen de muur.
Aan de rand van het dorp
staat een groot bord van de Europese Unie, waarmee de voorbijgangers erop
worden gewezen dat hier een pelgrimsroute richting Santiago de Compostela langs
gaat.
Iets verderop wandelen we
Azinhaga uit.
Langs de drukke doorgaande
asfaltweg passeren we een iets van de weg af staande ruïne van een kerk.
Bovenop de kerk heeft een
ooievaarspaar een nest gebouwd. Eén ooievaar staat boven op het nest.
Quinta da Broã
Aan de andere zijde van de
weg passeren we een ruig terrein dat een kleurrijk palet van allerlei soorten
bloeiende planten toont.
Dan wandelen we het dorpje Broã
binnen.
We lopen recht op een grootschalige
boerderij af.
Het is de Quinta da Broã. Een
waakhond aan een ketting houdt bij de ingang van de grote hoeve de wacht.
Golegã
Aan de rand van Broã steken
we de Rio Almonda over, en dan rest ons tenslotte nog een ruim vijf kilometer
lang recht traject langs een drukke asfaltweg van Broã naar onze plaats van
bestemming Golegã.
Bij de ingang van Golegã
pauzeren we kort.
Hier bekijken we dan ook in
ons routeboekje welke overnachtingsaccommodaties er in Golegã zijn. Daarna
lopen we het stadje binnen, om aan de overzijde van het dorpsplein bij de kerk
naar het toeristenbureau te gaan, waar we vragen om een geschikte
overnachtingsplek in Golegã. We worden daar vriendelijk en duidelijk te woord
gestaan en krijgen een prima tip om te gaan overnachten in ‘Casa da Tia Guida’.
Daar vinden we een goede slaapplaats voor de komende nacht. Er zijn ook enkele
restaurants in deze plaats, dus ook een goede maaltijd zit er vandaag wel weer
in.
Het was weer een lange wandeling vandaag, met mooi weer, af en toe zonnig en warm, en af en toe ook enigszins bewolkt met een koele bries. De route met veel mooie paden door een prachtig agrarisch gebied maakte ook van deze dag weer een mooie pelgrimsdag.
Het was weer een lange wandeling vandaag, met mooi weer, af en toe zonnig en warm, en af en toe ook enigszins bewolkt met een koele bries. De route met veel mooie paden door een prachtig agrarisch gebied maakte ook van deze dag weer een mooie pelgrimsdag.
Aan het eind van de dag het wandelverslag schrijven in Casa da Tia Guida |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten