zaterdag 15 december 2012

Van Jan Visser tot Yad Vashem



Zaterdag 15 december 2012
Cover van het herdenkingsboek

Sally wordt Jan
Augustus 1942.
Tweede Wereldoorlog in Fryslân.
Het Joodse jongetje Sally Israël Goedel wordt achter op de fiets door een politieagent (plysje Attema) gebracht op de boerderij van het gezin van Halbe & Leeuwkje Osinga-Takoma in Jutrijp.
De familie Osinga neemt deze jonge onderduiker op in hun gezin en vanaf dat moment gaat Sally als de Rotterdamse evacué ‘Jan Visser’ door het leven.

Getuigen van rechtvaardigheid
Over deze gebeurtenis en wat er daarna allemaal gebeurde in het Friese boerengezin en in de jaren daarna, schreef de oudste zoon van dit gezin – Anne Osinga (1935) – het boek ‘Van Jan Visser tot Yad Vashem’. Dat boek kregen we als leden van het Regiocomité Fryslân van de VU-vereniging aangeboden door Hans Capel, tijdens zijn afscheidsdiner in november 2012.
De schrijver Anne Osinga is in Fryslân ook bekend als de voormalige directeur van de ‘Praktijkschool voor de Veehouderij en het Weidebedrijf’ in Oentsjerk.
Osinga wil met zijn boek eraan bijdragen dat wij niet vergeten wat er in de Tweede Wereldoorlog is gebeurd en wenst dat wij ons sterk maken voor de rechtvaardigheid, waar zijn boek van getuigt.

Bezettingsjaren in het Friese Jutrijp
In het eerste hoofdstuk maken we kennis met de Friese dorpje Jutrijp en in het tweede hoofdstuk met de achtergronden van de familie Osinga.
Hoofdstuk 3 gaat over de Duitse bezetting vanaf 1940 en hoofdstuk 4 over het leven in Fryslân tijdens de bezettingsjaren 1942 tot en met 1945.
In het vijfde hoofdstuk staat het oorlogsgeweld in het tweelingdorp Jutrijp-Hommerts centraal.

Contact verloren
De tweede helft van het boek gaat vanaf hoofdstuk 6 over de jaren na de bevrijding. Sally Israël Goedel zijn ouders zijn in de oorlog vermoord in het Poolse concentratiekamp Sobibor. Jan Goedel wordt met zijn broertje Fred herenigd, en ze groeien beiden verder op bij de dames Baljet in Ede. Sally houdt zijn niet-Joodse voornaam ‘Jan’ en krijgt ‘Baljet’ als nieuwe achternaam. Jan verliest dan het contact met de familie Osinga

Contact hersteld
In de zestiger jaren trouwt Jan Goedel met Farida, die in 1979 werk krijgt bij de gemeente Wageningen, waar Anne Osinga op dat moment wethouder is, aldus hoofdstuk 7. Dat toeval zorgt ervoor dat de familie Osinga via Farida Goedel weer in contact komt met Jan Goedel. Hoofdstuk 8 gaat dieper in op de levensloop van Jan Goedel.

Yad Vashem-onderscheiding
In de negentiger jaren krijgt Jan het gevoel dat hij iets terug moet doen voor zijn Friese gastgezin Osinga. Samen met Farida was Jan op bezoek geweest bij het Israëlische oorlogsmonument ‘Yad Vashem’ in Jeruzalem.
Jan besluit daarna om Halbe & Leeuwkje Osinga voor te dragen voor een eervolle onderscheiding van Yad Vashem, de hoogste onderscheiding die Israël uitreikt, aan mensen die om humanitaire motieven hun eigen leven in de waagschaal stelden om tijdens de Holocaust het leven van Joden te redden.
In hoofdstuk 9 van dit boek wordt met behulp van een groot aantal illustraties beschreven hoe de totstandkoming en de uitreiking in 1998 van deze Israëlische onderscheiding geschiedt. Halbe leeft dan al niet meer, maar op 14 juli 1998 is het zover dat Leeuwkje (Luuk) Osinga-Takoma mag beleven dat Halbe postuum en Leeuwkje zelf bij leven de Yad Vashem-onderscheiding ontvangt, als ‘Rechtvaardige’, die het voortbestaan van de wereld en het geloof in de mensheid waarborgde.

De puzzel is af
Jan Goedel zei in zijn toespraak tijdens de uitreiking van deze Yad Vashem-onderscheiding onder andere het volgende:

  • Toen ik mij bewust werd van mijn herkomst, heb ik een innerlijke strijd moeten leveren. Ik ben toen op zoek gegaan naar mijn eigen identiteit.
  • Het uitreiken van deze eremedaille is een afsluiting van een bepaalde fase in mijn leven. De puzzel is af.
  • Naarmate ik ouder word, raak ik emotioneel sterker betrokken bij het verleden.

Anne Osinga laat ons in zijn herdenkingsboek zien en voelen dat er voortdurend mensen zijn die zoeken naar gerechtigheid, die opkomen voor zwakken en bedreigden, en dat deze mensen dan ook later inzien hoezeer zij afhankelijk zijn geweest van deze rechtvaardigen.

Geen opmerkingen: