zaterdag 14 mei 2022

Pelgrimeren van Póvoa de Varzim naar Marinhas

Van Lissabon naar Santiago de Compostela

Caminho Portugués de Santiago de la Costa van Póvoa de Varzim naar Marinhas
Maandag 25 april 2022 – 24 km.
Dag III: 41,5 – 65,5 km
 
Bij de kerk van Fão

















Vertrek uit Póvoa de Varzim
Vandaag gaan we de derde etappe van de Caminho Portugués de la Costa lopen, te beginnen vanuit de Portugese badplaats Póvoa de Varzim. Het is de bedoeling dat we vandaag 24 kilometer wandelen naar de plaats Marinhas.
Om 6:30 uur gaat de wekker in de kamer van ons hostal Rêve d’Or in het stadscentrum van Póvoa de Varzim. We maken ons gereed voor vertrek, pakken de rugzakken weer in, en eten dan in de hostalkamer ons laatste broodje als ontbijt.  
Om 7:30 uur laten we de hostalsleutel achter in de receptie en dan verlaten we het hostal; klaar voor vertrek.
Op straat passeren we al direct de supermarkt, maar die is (nog) gesloten. Enkele panden verderop echter is de pastelaria wel open, dus daar kopen we enkele verse broodjes en ook flesjes water voor onderweg. Zo kunnen we weer enkele uren vooruit.
Durkje en ik wandelen dan door de stille straten naar de oceaankust. Daar pakken we de doorgaande route van de caminho weer op, en zo wandelen we eerst een heel eind langs lange rijen appartementencomplexen, tot aan het eind van de bebouwde kom.
We laten Póvoa de Varzim achter ons, en krijgen nog een mooie grote wegwijzer van de caminho langs de route, die ons de weg wijst in noordelijke richting langs de kust.

Praia do Santo André en Aldeia
Over de ons inmiddels welbekende vlonderpaden lopen we naar het strand van Praia de Santo André.
Het is zo vroeg in de ochtend al lekker zonnig weer, en het waait veel minder hard dan de afgelopen twee wandeldagen, dus het wandelen begint ook qua weer heel aangenaam.
Al snel laten we Póvoa de Varzim ver achter ons.
En vóór ons ligt een prachtig natuurreservaat van het kleurrijke duinenlandschap langs de Atlantische Oceaan. Het is een lust om hier zo mooi te lopen. De golfslag is aanmerkelijk minder dan wat we de afgelopen dagen zagen.
Bij Aldeia is een houten raamwerk vol gehangen met allerlei soorten zeeschelpen, waaronder ook de witte Jacobsschelpen. Op veel van die schelpen staat iets getekend of geschreven.
Een pelgrimerend stel zit naast dit raamwerk de tas weer in te pakken, nadat ze hun jassen uit hebben getrokken. Het is nu al warm genoeg om zonder jas te lopen.

Agucadoura
Direct na Aldeia begint de bebouwing van Agucadoura. We passeren een oude Portugese windmolen, die aan zee staat, zoals we ze ook later vandaag nog enkele malen zullen zien in het kustgebied, veelal boven op duinen gebouwd.
Ook in Agucadoura wordt de caminho duidelijk bewegwijzerd met mooie nieuwe wegwijzers van een gele Jacobsschelp en een gele caminho-pijl op een helderblauwe achtergrond. 
Andere wegwijzers hier zijn meestal van cortexstaal, waarbij de afbeeldingen uit het staal zijn gefreesd.
Verderop in het dorp horen we de kerkklokken van de dorpskerk, die ver boven de andere bebouwing uitsteekt.
Op het vlonderpad voorbij Agucadoura passeren we weer zo’n oude windmolen, boven op een duin.
Kilometers vlonderpaden
Voorbij Agucadoura volgt een lang traject van vlonderpaden over een afstand van zo’n twee kilometer. Altijd maar rechtdoor, op enige hoogte door het natuurgebied van de duinen. Ik zie een klein duinkonijntje snel onder de vlonders verdwijnen als ik te dichtbij kom.
Het vlonderpad volgt aan de oostzijde een langgerekte golfbaan. Hier en daar zien we de clubleden aan het golfen. In een zigzagbocht van het vlonderpad lopen we recht op een hekwerk van gaas af. Op verschillende plekken hebben voorbijgangers kruisen van takken in het gaas geweven. Eén van die takken van een Braziliaans stel is versierd met gele duinbloemen.
Om de hoek van het gaaswerk hangt onder de leuning van het vlonderpad een geplastificeerd A4-tje, waarop de gegevens van een hostal voor pelgrims staan vermeld. Het is het hostal ‘Casa do Avô Grande’ dat wij ook al vermeld hadden gezien in onze wandelgids. Wellicht is daar voor ons vandaag plek om te overnachten? We zullen dat later vandaag nog wel te weten komen.
Bij de Camping Río Alto maken we weer een scherpe Z-bocht op ons vlonderpad.
Waar iets verderop een halfverhard pad weer over gaat in een vlonderpad zitten twee Duitse dames als pelgrims tegen het hekwerk uit te rusten. 
Even later passeren we enkele kleine akkers, waarop wordt gewerkt. 
Op de ene akker staan nieuwe uienplanten, en op de akker ernaast zijn drie mensen bezig om uien te oogsten. Ze worden uit de grond gehaald, waarna de buitenste schil wordt verwijderd, en de mooie dikke uien op de akker worden gelegd om te drogen in de warme zon.
In Nederland blijven ze meestal enkele dagen liggen, omdat het drogen in het najaar meestal niet zo snel gaat. Het lijkt erop dat deze uien later vandaag al van het land gehaald zullen worden, want de pickup truck die op de akker staat, is geladen met een flinke partij lege plastic kratten.

Langs akkers en door eucalyptusbos
Her en der hebben we al meer mensen het land zien bewerken op de betrekkelijk kleine akkers tegen de duinenkust. 
Een tijdje later ruiken we iets dat ons heel bekend is. We wandelen nu namelijk een bebost gebied binnen, waar veel eucalyptusbomen staan. De geur van zo’n eucalyptusbos herkennen we direct van de eucalyptusbossen die we op de camino’s door Galicië ook al enkele malen hebben doorkruist.
Voorbij dit kleine bosgebied passeren we een quinta, een boerderij. Tegen de hoge gemetselde tuinmuur van het grote boerenerf zien we de afbeelding van een zwaardkruis, en in de nis zien we een beeldje van Jacobus de Meerdere, de beschermheer van de pelgrims. De afstanden naar enkele caminho-plaatsen richting Fatima (in blauw) en ook enkele van de richting Santiago de Compostela (in geel) staan op een bord onder de nis.

Mooie kerk in Apúlia
Nu komen we in de plaats Apúlia. Twee grote honden staan op een dakterras ons in stilte te verwelkomen. Niet blaffen, maar alleen goed kijken, dan blijft het voor ons allen leuk om te zien. De vrouw die onderaan de muur op straat staat, moet er eigenlijk ook wel om lachen dat de twee honden ons zo nieuwsgierig in stilte voorbij zien lopen.
Apúlia heeft een mooie grote kerk, geheel in wit, maar met een rood pannendak. De kerk steekt schilderachtig mooi af tegen de helderblauwe lucht.
Achter de kerk is een keurig verzorgd toiletgebouw waar alle passanten gebruik van kunnen maken. 
Naast de kerk staat het parochiehuis. De gevel ervan is versierd met een mooi tegeltableau. We lopen langs alle deuren van het parochiehuis, want het zou mooi zijn dat we van deze parochie een parochiestempel mee kunnen nemen in onze pelgrimspaspoorten. Helaas zijn alle deuren gesloten, dus een dergelijk stempel zit er niet in. Daarom gaan we vóór de kerk en het parochiehuis zitten op een stenen bank, waar we een tijdje rusten en een broodje eten. 
Ondertussen komt een oude pelgrim voorbij, in tegengestelde richting. Twee jonge mensen vergezellen hem, en maken een aantal foto’s van de man die zij kennen. Ze vertellen dat de Portugees zijn pelgrimstocht is begonnen in Cap Finisterre, en dat hij in zuidelijke richting pelgrimeert naar Porto. 
Tijdens deze pauze bekijk ik ook de kerk van binnen.
Deze mooie dorpskerk heeft een schitterend kleurrijk koor.
In één van de nissen in de kerk vind ik een tegeltableau waarop de afbeelding staat van Johannes de Doper die Jezus Christus doopt, met een Jacobsschelp.
 
Feest in Fão
Na deze eerste pauze van vandaag verlaten we Apúlia. Na een open agrarisch landschap gaan we weer een bosgebied in. Het is een gemengd bos, maar ook hier weer ruiken we duidelijk de her en der staande eucalyptusbomen. We volgen een mooi breed bospad door dit bosachtig gebied.
Dat is ook best heerlijk wandelen, want enige schaduw op deze zonnige dag is ons welkom.
De volgende plaats waarin we komen, is Fão. Een sierlijk kunstwerk staat op het grasveld vóór de kerk. Achter de kerk zien we een grote groep mensen, stemmig gekleed. Het lijkt erop dat ze hier staan te wachten voor een rouwdienst. 
Een heel andere sfeer – veel uitbundiger – ervaren we als we het centrum naderen. We komen namelijk langs een kermis- en evenemententerrein, waar men bezig is om de nodige voorbereidingen te treffen voor het feest dat hier in Fão wordt gevierd van 10 april tot en met 8 mei 2022. 
Vooraan in Fão passeren we een café-restaurant. Het terras in de volle zon zit nagenoeg vol, dus wij zoeken een koel plekje binnen. Daar genieten we vervolgens van een welverdiend heerlijke kop koffie met iets lekkers erbij.

Fão in en uit
Daarna gaan we Fão verder in. Op het dorpsplein staat een mooie kerk.
En langs de doorgaande weg bij die kerk staat een kleine kapel.
In het wegdek zien we gele caminho-pijlen, maar anders dan we ze doorgaans zien. Deze caminho-pijlen zijn namelijk uitgefreesd in het natuursteen van het wegdek. De groeven zijn geel gemaakt, en zo krijg je toch mooie gele pijlen op straat.
Tegenover het postkantoor staat een grote parkietenvolière, met daar tegenover een spreuk in het Portugees van Oscar Wilde, vertaald: ‘De beste manier om goede kinderen te krijgen, is door ze gelukkig te maken.’ Daar zouden veel mensen – al dan niet in oorlogssituaties zoals momenteel in Oekraïne – nog veel van kunnen leren.
Vervolgens komen we bij de brandweerkazerne. Veel brandweerlui zitten op het pleintje tussen de kazerne en de rivier, hun muziekinstrumenten van het brandweer-korps naast zich op de grond. 
In de kazerne zie ik behalve het nieuwe materieel ook enkele oude brandweerwagens staan.
Nu wandelen we naar de brug over de rivier. 
We steken via deze lange brug de Río Cávado over, en volgen daarna een voormalige verkeersweg die op enige afstand parallel aan de rivier loopt. 

Esposende
Zo wandelen we de stad Esposende binnen.
Bij de entree van de stad staat een groot bord, waarmee de inkomende pelgrims in veel talen hartelijk welkom worden geheten.
We kunnen betrekkelijk hoog langs de rivierhaven wandelen, en zien daarbij op de havenkade allerlei vissersgerei, zoals netten en viskorven.
Durkje wandelt op het vasteland, en ik heb een lange loopbrug genomen, die parallel aan het vasteland loopt, hoog boven het water. Rechts zie ik Durkje wandelen, en rechtsonder in het water staat een witte reiger, roerloos op zoek naar voedsel.
Verderop passeren we de oude vuurtoren van Esposende.
Daarna komen we op het punt waar de Río Cávado in de Atlantische Oceaan stroomt.
Nog iets verder komen we langs een oud fort en de rode vuurtoren van Esposende.

Door Marinhas
Ter hoogte van het strand van Praia Suave Mar gaan we weer landinwaarts in oostelijke richting. Vlak vóór Marinhas komen we langs een hostal. We besluiten daar niet in te checken, maar nog even door te lopen tot in Marinhas, om daar een overnachtingsadres te zoeken. Voorbij de drukke verkeersweg wandelen we bij het Rode Kruis-gebouw en een wegkapel Marinhas binnen.
Langs de weg staat in een tuin een grote citroenenboom, vol met dikke citroenen.
Al vrij snel komen we dan langs de herberg, waar nu al enkele pelgrims in de tuin zitten, wachtend totdat de pelgrimsherberg opent.
Wij lopen door, op zoek naar het hostal dat we voor de komende nacht op het oog hebben. 
Eerst komen we langs de dorpskerk van Marinhas.
De kerkdeur staat open, dus we gaan even naar binnen om de kerk te bekijken.
Op een pleintje bij een kapel vragen we bij een café waar we het door ons gezochte hostal kunnen vinden. 
Men wijst ons erop dat we dan nog een eindje door moeten lopen, naar de dorpsrand van Marinhas. Dat doen we, en even later komen we dan langs een braakliggend terrein waarop een paal staat met daaraan een groot aantal wegwijzers naar diverse pelgrimsbestemmingen, met de afstanden en kilometers erbij.
Vóór het huis naast dat terrein zien we op een muurtje twee beeldjes staan. Eén van Fatima en één van Jacobus.
Daar tussen in staan twee sportschoenen: een blauwe richting Fatima en een gele richting Santiago de Compostela.

Hostal Casa do Avô Grande in Marinhas
En dan is het moment aangebroken dat we de route even voor zo’n 250 meter moeten verlaten, om naar het gezochte hostal te lopen. Daar staan we even later voor een afgesloten poort, maar er is wel een telefoonnummer vermeld. Als we dat nummer bellen en vragen of er nog plek is voor twee personen, blijkt dat we geluk hebben, want er is nog één tweepersoonskamer beschikbaar voor de komende nacht. Of we even vijf minuten willen wachten, want dan komt de hostal-eigenaar direct naar ons toe. 
Binnen vijf minuten is de man present, en dan kunnen we inchecken voor de komende nacht. We krijgen van hem een hostalstempel in onze pelgrimspaspoorten, betalen voor de overnachting, en dan kunnen we de kamer betrekken, en heerlijk onder de douche. Daarna schrijf ik het dagverslag van deze etappe.
De rest van de middag blijft het zonnig, en langzamerhand arriveren ook de andere pelgrims, die hier vannacht in de vier aanwezige kamers zullen overnachten. Er is een echtpaar bij uit het Oostenrijkse Wenen en het Duitse pelgrimsechtpaar Bernadette & Wolfgang dat nabij Heidelberg woont. Even later komen nog twee Duitse jonge vrouwen, die elkaar onderweg hebben ontmoet, en nu samen verder pelgrimeren.
Vanuit onze slaapkamer hebben we het uitzicht over de oceaan in de verte.

Avondmaaltijd met Bernadette & Wolfgang
De hostal-eigenaar die ons op onze vraag naar het dichtstbijzijnde restaurant vertelt waar we dat kunnen vinden, belooft dat hij ons om 19:00 uur zal afhalen om ons dan naar dat restaurant te brengen. Het is zo’n 20 minuten wandelen vanaf ons hostal, dus na onze avondmaaltijd kunnen we zelf wel weer terugwandelen naar ons hostal. Dat dachten we aanvankelijk. Maar het verliep anders. 
Het plaatselijke restaurant bleek bij aankomst dicht te zijn, omdat het vandaag een landelijke feestdag is, de dag van de bevrijding van de dictatuur, de Anjerrevolutie herdenkend. Daarom rijdt de hostaleigenaar ons en ook twee andere (Duitse) gasten naar een ander restaurant, een dorp verderop, in Belinho. Daar eten wij dan samen met Bernadette & Wolfgang, die ook bij ons als pelgrims in het hostal overnachten. Na een gezellige avond met zijn vieren en een heerlijk diner in het restaurant brengt de vriendelijke hostaleigenaar ons op onze telefonische afroep weer met zijn auto terug naar ons hostal. En zo eindigt ook al weer onze derde pelgrimsdag met een verrassend slot op de Caminho Portugués de la Costa.

Geen opmerkingen: