Een bijzondere rondleiding langs de schilderijen van Rubens in Mondoñedo |
Van Le Puy-en-Velay naar Santiago de Compostela
Camino del Norte & Camino de la Costa > Irún – Santiago de Compostela
Camino del Norte & Camino de la Costa > Irún – Santiago de Compostela
Camino de la Costa van Lourenzá naar Abadín
Vrijdag 29 juli 2016 – 24,5 km.
Dag 33: 671,1 – 695,6 km
Dag 33: 671,1 – 695,6 km
Door de bergen van Lugo
Het thema van vandaag is
volgens onze wandelgids: ‘Door de bergen
van Lugo’. We hebben gisteren de Cantabrische zeekust al ver achter ons
gelaten, en we zijn op weg naar de grote meseta van de hoogvlakte van de
provincie Lugo. Maar om op die hoogvlakte te komen, moeten Durkje en ik vandaag
behoorlijk klimmen. Eigenlijk staat de hele dag over de volle afstand van 24,5
kilometer in het teken van klimmen. Het hoogteprofiel in onze routegids spreekt
daarover boekdelen.
We vertrekken vandaag weer
ongeveer om 7.45 uur, en rijden vanaf de camping in Barreiros naar de stad
Lourenzá, waar we onze auto weer parkeren achter het grote kloostercomplex. Om
8.15 uur beginnen we onze etappe op het kerkplein vóór de kloosterkerk.
We zijn van plan om naar
Gontán te lopen, maar als het qua terugreis beter uitkomt om een taxi te
regelen in Abadín lopen we nog een halve kilometer verder. Vanmiddag zien we
wel wat we gaan doen.
De eerste zeven kilometers van de dag
Als we de plaats Lourenzá uit
wandelen, ontmoeten we het Brits-Duitse pelgrimsechtpaar John & Cordula,
met wie we ruim een kilometer samen de uitdaging van de flinke klim aangaan. Het
eerste dorpje waar we door heen komen, is Arroxo.
En het tweede dorpje dat we
naderen, is Grove.
In Grove lopen we via het
dorpspaadje onder een hórreo door.
Daarna gaat het verder naar
de plaats San Pedro, die we binnenwandelen ter hoogte van de kapel.
Voorbij Grove is het nog
bijna 4,5 kilometer te gaan naar de stad Mondoñedo. Om 9.45 uur krijgen we
vanaf een prachtig heuvelhellingpad door een bosperceel vanaf behoorlijke
hoogte al een mooi uitzicht over de stad Mondoñedo.
Tijdens onze afdaling naar de
stad komen we nog over een boerderijerf.
We lopen onder een hórreo
door en moeten dan even aan de kant omdat de boer met een kleine tractor met
aanhanger van de andere zijde ook onder de hórreo door moet.
Als we over het erf lopen,
zien we dat aan de andere zijde van de boerderij ook nog een oude hórreo staat.
Onderaan het toegangsweggetje
van de boerderij komen we uit op de brede doorgaande weg, die Mondeñedo in
gaat.
Bij het begin van de bebouwde
kom is in een open container een informatiepunt voor pelgrims geplaatst.
De kathedraal van Mondoñedo
Via de oostelijke ringweg
wandelen we Mondoñedo binnen, in een directe route naar de kathedraal. We wandelen
het grote kerkplein op aan de voorzijde van de kathedraal van Santa María.
De deur van de kathedraal
staat open, dus we gaan eerst maar naar binnen, voordat ze de deur sluiten voor
een middagpauze.
Het is stil en donker in de
grote kerk. We lopen door de rondgang en vinden voorin de kathedraal een beeld
van Sint Jacob als pelgrim.
Daar komen we ook langs het
museum dat in de kathedraal is gevestigd. Bij de entree zit een Italiaanse
mevrouw die ervoor zorgt dat we twee verschillende stempels in onze pelgrimspaspoorten
krijgen. Van de eerste vertelt ze dat dit een tweehonderd jaar oud stempel is
van de kathedraal.
Het tweede stempel is van
meer recente datum, en daarvan vertelt ze dat zij zelf het ontwerp van dit
stempel heeft gemaakt.
Museo Diocesano Y Catedralicio
‘Santos Sancristobal’
We kopen van haar ook twee
toegangskaartjes voor het museum van de kathedraal en van het bisdom, omdat we
ook de collectie van gewijde kunst willen bekijken. Eén van de prachtwerken van
deze museumcollectie is een tamelijk grote zilveren Jacobsschelp, gedateerd op
1907.
Rondleiding langs Rubens
Als we na dit museumbezoek de
rondgang verder doen, komen we langs een nogal donkere ruimte in de zijbeuk van
de kerk. Als we naar binnen lopen, vraagt een man vanuit het duister aan de
andere zijde van de diagonaal of we Spaans zijn. Als we onze nationaliteit
noemen, komt de man – een oude priester - op ons af en spreekt ons in het Duits
aan.
Als we vragen of we hier rond
mogen kijken, zegt hij dat het akkoord is, en doet hij de verlichting van de
grote kroonluchter aan.
En dan begint er een
verrassende privé-rondleiding, want hij vertelt dat deze kathedraal eeuwen
geleden schilderijen van de Nederlandse schilder Rubens heeft gekocht, en dat
die hier in deze ruimte hangen. Vervolgens gaat hij samen met ons bij alle hier
aanwezige werken van Rubens langs, onderwijl vertellend welke bijbelse
voorstellingen deze schilderijen tonen. Ik krijg ook toestemming om alle acht
schilderijen te fotograferen, mits er niet wordt geflitst.
De priester vertelt ook over
de periode dat hij in het Duitse Beieren werkte, over het feit dat het ook in
Spanje al een probleem is om voldoende personele bezetting in kerkelijke
functies te krijgen, en hij vraagt naar onze pelgrimstocht.
Na deze bijzondere ontmoeting
bedanken we hem hartelijk. Hij haalt uit een lade een grote ijzeren sleutel,
die in een dik lederen etui wordt bewaard, en als we samen met hem de grote
zaal uit lopen, sluit hij deze ruimte af. Een bijzondere ervaring rijker gaan
we verder met onze bezichtiging van deze kathedraal. Onze aandacht wordt in het
bijzonder ook getrokken door het grote gotische roosvenster dat in de gevel van
de kathedraal zit.
Daarna verlaten we met nog
een blik op het hoofdaltaar deze kathedraal van Santa María.
Koffie met
We steken het kerkplein over
om aan de overzijde in een café een kop koffie te drinken. Als we daar binnen
komen, zit het Brits-Duitse pelgrimsechtpaar John & Cordula daar ook. We
nemen hier ook even rustig de tijd om van onze welverdiende kop koffie met iets
lekkers erbij te genieten.
Na deze koffiepauze lopen we
over het stadsplein naar de oude waterbron, de Fuente Vieja.
En dan lopen we de stad uit,
en kunnen we na een eerste deel van de klim achter ons in het dal nog de stad
zien liggen, met de hoge torens van de kathedraal uitstekend boven de
stedelijke bebouwing.
We komen vervolgens door een
behoorlijk aantal buurtschappen, dat allemaal wel een eigen plaatsnaambordje heeft,
zoals bijvoorbeeld Barbeitas.
Klimmen in de mist
De rest van de dag bestaat
voornamelijk uit klimmen. En als we voor een stukje toch weer even dalen, wordt
dat direct weer gecompenseerd door een stijgend volgend stuk. De temperatuur
hierboven in de heuvels blijft vandaag hangen op zo’n 18 à 19 graden Celsius.
Rondom en boven de heuvels hangt de hele dag een dichte mist. We lopen dan ook
het grootste deel van deze dag in de mist, waarbij we nagenoeg voortdurend
worden bevochtigd door een nevelachtige dunne neerslag, een soort hele lichte
motregen. Door de frisse wind die af en toe opsteekt, is het vochtig koud
onderweg. En van een mooi uitzicht vanaf deze grote hoogte is al helemaal geen
sprake. Hier boven is het stil, nat en fris.
Vergane glorie van industrieel erfgoed bij Lousada
We waren van plan om na 8,3
kilometer in het dorpje Lousada een pauzeplek te zoeken om het meegenomen brood
te eten. Dat hier geen horeca is, wisten we al. Maar deze heuvelnederzetting is
heel klein en biedt op geen enkele manier de gelegenheid voor passerende
pelgrims om even plaats te nemen voor een rustpauze, dus we gaan door, op zoek
naar een betere rustplek.
De sterkste klim van de dag
volgt nu na Lousada. Op het hellingpad passeren we in een bocht de verlaten
oude kalkoven; een immens complex, tegen de heuvelhelling gebouwd, en inmiddels
voor een groot deel overwoekerd door de natuur.
Iets verderop komen we langs
de ruïne van wat vroeger ooit een marmerfabriek is geweest. Ook hier is de
natuur weer de baas geworden.
Jacobsschelpen in beton gegoten
Een hele lange en steile klim
vraagt het nodige van ons doorzettingsvermogen. Maar we komen boven, en dan
staan we voor de betrekkelijk nieuwe pijlers van de A8.
In het betonwerk aan de
zijkant van dit viaduct heeft men betonelementen ingebouwd, waarin hele grote
Jacobsschelpen zijn afgebeeld. Dit is een prachtige plek voor pelgrims om zo
langs de Jacobsschelpen verder te lopen. Ze geven bovendien ook nog de goede
richting aan.
Heen en weer-geit
Via parallelle paden gaat de
route nu verder langs deze autosnelweg. We komen op een asfaltweg langs een
weiland waarin koeien en geiten staan. Als we voorbij wandelen, krijgen twee
koeien een dolle bui en drijven ze twee geiten in onze richting, naar de
prikkeldraadafscheiding. Beide geiten proberen door de prikkeldraadafrastering
te springen. De ene geit wordt door het prikkeldraad tegengehouden, maar de
andere geit komt met de nodige draaien zo terecht dat hij zich toch door het
prikkeldraad heen wurmt. Resultaat is dat hij vlak vóór ons op de asfaltweg
staat en niet weet wat nu te doen.
Als we door willen lopen,
loopt de geit weer terug naar het prikkeldraad en krijgt hij het in een tweede
poging ook nog voor elkaar om tussen de prikkeldraden vrij eenvoudig weer in
het weiland bij de andere geiten en de koeien te komen. Eind goed, al goed. Wij
lopen dan weer verder.
Gontán
Het eind van onze etappe van
vandaag komt in zicht. We passeren nog een waterbron langs de asfaltweg en
overwegen om hier toch nog even te pauzeren om een broodje te eten. We hebben
vanaf Mondoñedo nog niet weer gerust, dus als we nu doorlopen naar Gontán – wat
niet zover meer is – hebben we zonder rustpauze 17 kilometer aaneen gelopen. We
besluiten nu dan toch maar door te lopen, want die laatste twee kilometers
kunnen er ook nog wel bij. Zo lopen we al spoedig daarna het dorpje Gontán
binnen.
Hier zijn enkele café’s en
een pelgrimsherberg, maar we treffen hier geen taxi aan. Daarom lopen we nog
een halve kilometer door naar het volgende dorp, Abadín, waar getuige onze
wandelgids meer voorzieningen zijn dan hier in Gontán. De route van Gontán naar
Abadín wordt keurig bewegwijzerd met grote Jacobsschelpen, die zijn bevestigd
op de weg.
En zo arriveren we al spoedig
in Abadín, na een wandeling van 24,5 kilometer.
Op het moderne dorpsplein
vinden we geen taxi, dus we vragen een barkeeper om een taxi te bellen. We
moeten dan zo’n twintig minuten wachten, wat ons de gelegenheid geeft om in dit
café een kop koffie te drinken.
Daar raken we in gesprek met
twee jonge Duitse dames uit Keulen, die vanaf Bilbao tot hier hebben
gepelgrimeerd. Omdat ze morgen al met het vliegtuig vanuit Santiago de
Compostela terug moeten naar Frankfurt, nemen ze vanuit Abadín straks de bus
naar Santiago de Compostela. Ze zitten hier nu al drie uren te wachten op de
bus, die straks komt volgens de barkeeper.
Onze taxi arriveert iets
later dan aangekondigd, en dan brengt de taxichauffeuse ons van Abadín terug
naar Lourenzá. Ze vertelt tot onze verrassing dat het vandaag de hele dag in
Vilalba – waar zij vandaan komt – warm is geweest, met een temperatuur van toch
zeker wel 25 graden Celsius. Kortom, heel ander weer dan het vochtig koele
weertype waar wij de hele heuvelroute vandaag in hebben gelopen.
Nadat de taxichauffeuse ons
heeft afgezet bij het kloostercomplex van Lourenzá, halen we daar nog
boodschappen voor de komende dagen, en rijden we met onze auto weer terug naar
onze strandcamping in Barreiros. Daar is het prachtig weer, met een temperatuur
van rond de 21 graden Celsius, dus ook mooier dan hoog in de ‘bergen’ van Lugo.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten