woensdag 13 mei 2015

Pelgrim tegen wil en dank

Woensdag 13 mei 2015 
Cover van 'Pelgrim tegen wil en dank'















Balatour naar Santiago de Compostela
Loek Martin (80 jaar) en zijn vaste fietsvriend Igor (65 jaar) maken elk jaar samen een fietstocht, die elk jaar weer begint en eindigt in de Franse plaats Balazuc, in de Ardèche. Dat is dan ook de reden dat ze hun jaarlijks weerkerende fietstochten de 'Balatours' noemen.
Loek & Igor besluiten in 2008 zo'n Balatour te maken naar Santiago de Compostela, maar ze besluiten ook dat het beslist geen bedevaart of pelgrimstocht mag worden, want het moet louter een fietstocht blijven, zoals elk jaar.
Dat is dan ook de reden dat ze afspreken dat ze de traditionele pelgrimsroutes zullen mijden, en via een omweg naar Santiago de Compostela zullen gaan. De geplande route ligt ten zuiden van de Camino Francés naar het Portugese Porto, om van daaruit noordelijk naar Santiago te gaan, en dan langs de Camino del Norte via San Sebastian weer terug naar Balazuc in Frankrijk. Maar zoals dat zo vaak met plannen gaat, wordt de werkelijkheid hier en daar anders dan gepland.

Geïllustreerd verhaal
Over deze 34 dagen durende fietstocht over een netto-afstand van 2.500 kilometer schreef Loek Martin een verhaal. Dat schrijfproces ging hand in hand met illustrator Karel Kindermans (1966). Karel Kindermans maakte van en over deze fietstocht meer dan 150 tekeningen, die in de meeste gevallen geen directe relatie met het geschreven verhaal hebben, maar wel een landschappelijke sfeertekening bieden van hetgeen onderweg wordt gezien en beleefd.
Dit creatieve samenwerkingsverband leidde in het jaar 2012 tot hun gezamenlijk boek met als titel 'Pelgrim tegen wil en dank', en met als subtitel 'Met een omweg naar Santiago de Compostela'.
De herinneringen van Loek & Igor in woord en van Karel in beeld werden in dit boek samengevoegd tot verhaal en beeldverhaal inéén.

Ietsje wijzer thuis komen
Hun motto is 'reizen doe je niet alleen en je doel is belangrijk, maar bovenal aanleiding om weer thuis te komen: gezamenlijk en ietsje wijzer'.
De route bepalen ze altijd samen, fietsend onderweg zijn de vrienden geworden, en onderweg hebben ze een vaste taakverdeling en routines.
Al snel realiseren de beide fietsers zich dat hun omweg te groot is, omdat ze de geplande afstand niet in de beschikbare vijf weken kunnen afleggen. Ze volgen derhalve al snel nagenoeg de route van de Camino Francés - alhoewel ze die nog steeds willen blijven mijden - en in Noord-Spanje reizen ze zo'n 500 kilometer per bus naar San Sebastián. Hun 'omweg naar Santiago' blijkt al vanaf de Frans-Spaanse grens ten einde. Ze volgen tòch de Camino, zij het tegen wil en dank.
Het valt de fietsers niet mee om vol te houden dat ze geen pelgrim zijn. Loek & Martin ontdekken onderweg namelijk dat ze een deel van hun identiteit ontlenen aan hun omgeving. Dus dan toch maar 'pelgrim' worden en zijn, zij het tegen wil en dank.

Pelgrim tegen je wil
Maar de werkelijkheid is ook hier - zoals zo vaak in het leven - weerbarstiger dan je aanvankelijk dacht.

  • Je kunt je wel voornemen om met een omweg naar Santiago de Compostela te gaan, maar in de praktijk blijk je soms dan toch wel over de Camino te gaan. 
  • En je kunt de insteek hebben om beslist niet in pelgrimsherbergen (de zogenoemde refugio's) te overnachten, maar af en toe blijkt dat je geen andere keus hebt dan toch in zo'n refugio de nacht door te brengen, samen met echte pelgrims.
  • Onderweg ontdek je dat jij het als fietsen naar of vanuit Santiago de Compostela niet voor het zeggen hebt om geen pelgrim te willen zijn. De Spanjaarden die je ontmoet, beschouwen je tegen jouw wil en dank toch wel als pelgrim. Voor hen ben je immers de vreemde die hun land doorkruist naar of vanuit hun Spaanse bedevaartsoord.

Loek Martin:

  • Een planning is er om bijgestuurd te worden en naargelang de omstandigheden zullen we onderweg veranderingen in ons plan moeten brengen.
  • De wandelweken vormen rustpunten in zijn (de pelgrim) bestaan.
  • Langdurig oponthoud kunnen we (de 'afstand'fietsers) ons niet veroorloven.
  • Toch herkennen ook wij het gevoel van machteloosheid wanneer wij tegen onze grenzen aanlopen.
  • In deze fase van de strijd kun je iemand niet helpen, hij moet het zelf doen.
  • Ieder voert zijn individuele strijd, maar is daarbij wel op de ander aangewezen. Dat heeft zin!
  • De planning staat min of meer haaks op onze wens tot vrijheid en flexibiliteit.
  • Over een afwijking van de route moeten we uitvoerig overleggen, want een eenmaal gekozen route is heilig.
  • Er is discipline nodig om de gestelde doelen te realiseren.
  • We storten ons iedere dag in het avontuur waarvan we de uitkomst niet kennen.
  • Bijzonder, dat er in deze sfeer van individualisme toch ook een onuitgesproken saamhorigheid heerst.
  • Pelgrims, een wereld apart, waarvan wij (de fietsers) de regels niet kennen. Pelgrim zijn lijkt me zwaar en eenzaam.
  • Wat een bijzondere mensen tref je toch.
  • Het is vooral een zaak van lopen, doorzetten en met je gedachten bezig zijn. Dat is met z'n tweeën aangenamer dan alleen. De gezamenlijke ervaring, daar gaat het om.
  • Mensen houden van fysieke uitdaging. Het lijkt erop dat pelgrims door de lange wandeling en de erbij horende 'ontberingen' hopen nieuwe kracht en inspiratie op te doen.
  • Wat bij ons wél een rol speelt is het tot inkeer willen komen, de belangrijkste intentie van iedere pelgrim, en dat is niet noodzakelijkerwijs verbonden met religie. 
  • Hoe trager je door het landschap gaat, hoe beter je de gewaarwordingen in je opneemt: de kleuren, geuren, de temperatuur.
  • Eén keer pelgrim, altijd pelgrim.
  • De mens dient zo goed mogelijk gebruik te maken van zijn eigen capaciteiten en moet het gewone, alledaagse, menselijke leven aanvaarden en ervan genieten. 
  • Reizen wordt de metafoor voor het leven, telkens nieuwe paden inslaan, nieuwe ervaringen opdoen en zo proberen daarvan te leren.


Geen opmerkingen: