donderdag 12 juni 2014

Instellingstoets Kwaliteitszorg. De eerste ervaringen en de toekomst

Donderdag 12 juni 2014
Presentatie van Stephan van Galen (NVAO) voor NNK-Platform HBO














In control
Als onderdeel van de tweede generatie van het Nederlandse accreditatiestelsel voor het Hoger Onderwijs is in het jaar 2011 de Instellingstoets Kwaliteitszorg (ITK) geïntroduceerd. Instellingen zoals hogescholen en universiteiten die op deze kwaliteitstoets positief worden beoordeeld, kunnen voor hun opleidingen volstaan met een beperkte opleidingsbeoordeling, omdat uit de instellingstoets al is gebleken dat deze instelling voor hoger onderwijs voor wat betreft de kwaliteitszorg ‘in control’ is. Inmiddels zijn 27 uit 40 instellingen met een positief oordeel beoordeeld. In onze kring van het Platform HBO van het Nederlands Netwerk Kwaliteitsmanagement (NNK) is het tijd om de balans op te maken omtrent de eerste ervaringen, en om vooruit te blikken naar de toekomst van de kwaliteit van het hoger onderwijs. Daartoe zijn we vanmiddag bijeen in het Congres- en vergadercentrum Domstad te Utrecht.
Onderwerpen
Het thema van deze HBO-netwerkbijeenkomst is: ‘Instellingstoets Kwaliteitszorg – De  eerste ervaringen en de toekomst’. Enkele aspecten die vandaag aan bod komen, zijn:
  • Wat zijn de ervaringen met de ITK, gezien vanuit de instellingen en vanuit de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO)?
  • Wat was het uitgangspunt van de ITK; en is dat gerealiseerd?
  • Hoe verhoudt zich de Instellingstoets tot de opleidingsbeoordelingen in de praktijk?
  • Hoe zit het met de administratieve last?
  • Wat is de toekomst van dit instrument?
Sprekers
Sprekers
 zijn vanmiddag Mariska Wit (manager Onderwijskwaliteit en projectleider Instellingstoets Kwaliteitszorg van de Hogeschool Rotterdam (HR)) en Stephan van Galen (de projectleider Instellingstoets Kwaliteitszorg van de NVAO). Ongeveer 35 deelnemers hebben zich voor deze bijeenkomst opgegeven; voornamelijk medewerkers uit het hoger onderwijs, en van organisaties die op enige wijze als richtinggever en/of als dienstverlener in dit werkgebied opereren.
Netwerkvoorzitter Paul Nieuwenhuis heet alle aanwezigen welkom en opent deze bijeenkomst met een korte introductie. Daarna introduceert Annemieke Voets als lid van de Agendacommissie het onderwerp van vanmiddag en ook de sprekers die vandaag hun inhoudelijk bijdrage aan deze netwerkbijeenkomst zullen leveren.

De Instellingstoets Kwaliteitszorg, bezien vanuit de Hogeschool Rotterdam.
Mariska Wit begint bij het doel, de kaders, en enkele ins en outs inzake de door de HR georganiseerde proef van de ITK in 2012. Aanvang 2013 werd begonnen met de instellingstoets. Daarna volgt een toelichting op de uitvoering van de Verkennende Audit. Bij het open spreekuur was de opkomst eigenlijk te groot voor de daarvoor beschikbaar zijnde audittijd.
Na de Verkennende Audit volgden de Audittrails bij negen van de elf instituten, met deze drie inhoudelijke thema’s: Van audit naar verbeterplan (inclusief Studeren met een functiebeperking), Personeelsbeleid (professionalisering) en Toetskwaliteit. Confronterend was dat op een warme audittraildag in juni de opgeroepen studenten niet kwamen opdagen bij de panelgesprekken.

Terugblikkend op deze auditdagen volgen nu enkele aandachtspunten/tips met betrekking tot de ITK, zoals: onderhoud goed contact met de NVAO, beleg alles in de instituten (ook de contactpersonen), verzorg heel veel communicatie, bereid alle gespreksdeelnemers voor, en zorg voor ondersteuning vanuit de stafdienst(en) ‘Onderwijs-Kwaliteitzorg’.
Deze instellingstoets leverde voor de HR een positief oordeel op. Je realiseert je na afloop dat focus op kwaliteit geen kunstje is, maar dat je de borging van kwaliteit serieus moet nemen.
De ITK (tijd nemen voor reflectie) is ook een vliegwiel voor kwaliteitsverbetering.
De administratieve en organisatorische last van een ITK is groot, ook omdat de organisatie van een hogeschool niet altijd spoort met wat een visitatiecommissie in het kader van een ITK vraagt. Helaas merken de opleidingen er in de (beoogde verlaging van de) administratieve last weinig van dat de ITK door de NVAO is verleend. Zou daar in het gesprek tussen hogescholen en evaluatieburo’s wellicht nog iets meer concreet kunnen worden gemaakt van die lastenverlaging?
De Instellingstoets Kwaliteitszorg, vanuit het perspectief van de NVAO
Stephan van Galen zijn presentatie is getiteld: ‘ITK en Accreditatie 3.0 – een verkenning’.
Van Galen blikt eerst met ons terug op de ervaringen van de ITK, en zal dan enkele strategische dilemma’s benoemen, als een eerste verkenning op de volgende generatie (3.0) van het accreditatiestelsel.
Stelselevaluaties leidden tot de conclusie dat de ITK een doeltreffend, krachtig en effectief stelsel is. De doelen worden grotendeels bereikt, maar de administratieve lasten dalen niet overtuigend. De ITK stimuleert de kwaliteitscultuur (grotere aandacht & betrokkenheid voor en sterkere sturing op kwaliteit), en de opleidingsbeoordeling zie je steeds meer gericht op de inhoud (in plaats van op processen). In zijn toelichting spreekt Stephan vanuit de verschillende perspectieven, namelijk: van de NVAO, van de visitatiecommissies, en van de instellingen voor hoger onderwijs.
De NVAO acht de Audit Trails cruciaal voor een goed functionerend ITK-systeem. Dat er overlap zat in diverse visitatiecommissies bleek positief. De commissies hebben ervaren dat de instellingen de ITK serieus voorbereidden, dat dit voor een gemeenschapsgevoel in de instelling zorgt, dat instellingen nog wel worstelen met visie en/of met het vertalen van visie in beleid. De organisatiestructuur van een instelling blijkt cruciaal te zijn, want duidelijk moet zijn wie verantwoordelijk is voor kwaliteit. De ITK-audit is geenszins een ‘kunstje’.
Toekomst Accreditatiestelsel 3.0
Na deze evaluatieve bespiegelingen, blikt Stephan van Galen vooruit naar de toekomst van de volgende generatie van het Accreditatiestelsel, versie 3.0. Hij doet dat aan de hand van onder andere de volgende dilemma’s, die we in het hoger onderwijs al geruime tijd onder ogen zien tijdens de beschrijving, analyse en beoordeling van het huidige accreditatiestelsel. We zijn allen naarstig op zoek naar intelligente antwoorden op vragen zoals:
  • Hoe beloon je ‘verdiend vertrouwen’?
  • Hoe kunnen verantwoording en verbetering samengaan?
  • Hoe draagt het stelsel echt bij aan de versterking van een kwaliteitscultuur?
  • Hoe brengen we de administratieve lastendruk omlaag?
  • Gaan we verder met open standaarden en/of met meer concrete vragen?
  • Krijgen we straks een Opleidingsaccreditatie en/of een Instellingsaccreditatie?
  • Kunnen we gaan werken met gedifferentieerde oordelen op instellingsnivo?
Tijdpad voor de ontwikkeling van het nieuwe stelsel
Het Ministerie van OCenW werkt toe naar de inwerkingtreding van het nieuwe accreditatiestelsel per aanvang 2017.
Maar in de komende zomer van 2014 komt er eerst nog een gereviseerde versie van het huidige accreditatiekader.
Pas in juli 2014 zal de NVAO een besluit (d.d. 30 juni 2014) communiceren over de indeling in visitatiegroepen. Als bij de NVAO na morgen ook alle visitatiegroepen van de conversie-operatie van de technische opleidingen bekend zijn, kan en zal de NVAO het landelijke totaaloverzicht van alle visitatiegroepen aan de instellingen voorleggen.
Vragen en discussie met de zaal
Na de pauze lanceert Annemieke Voets in deze plenaire gespreksronde het vraagstuk: ‘Hoe verhoudt de opleidingsbeoordeling zich nu tot de verleende Instellingstoets Kwaliteitszorg. Waar zit dan de winst van het verdiende vertrouwen?
Binnen het huidige stelsel zien we momenteel binnen de beperkte opleidingbeoordeling weinig mogelijkheden om de administratieve last te verlagen. Als die last moet dalen, zal dat wellicht alleen maar kunnen als dat in gewijzigde wetgeving wordt geregeld, want de huidige wetgeving biedt die mogelijkheid niet of nauwelijks.
Programmering volgend jaar
Paul Nieuwenhuis bedankt Mariska Wit en Stephan van Galen voor de presentaties van deze beide sprekers en Wiep Koehoorn voor de publicaties van zijn weblogverslagen van deze netwerkbijeenkomsten van de afgelopen periode, en hij vertelt alvast iets over het netwerkprogramma voor het komende jaar. We gaan volgend collegejaar op zoek naar meer diepgang, naar nog een laag dieper, naar wat stelsels en ontwikkelingen bijvoorbeeld voor ons zelf betekenen, (en) in ons eigen werk. Die verdieping zullen we volgend jaar NOG wat sterker tot uitdrukking laten komen.
Enkele thema’s waar we volgend collegejaar mee aan de slag zouden kunnen gaan, zijn bijvoorbeeld:
  • Op 9 oktober 2014 komen medewerkers van het Ministerie van OCenW (zij waren er vandaag ook bij) weer naar onze netwerkbijeenkomst, om dan te vertellen over de contouren van het beoogde nieuwe accreditatiestelsel 3.0 dat nu in ontwerp is.
  • Op 11 december 2014 staat de kwaliteitszorg van praktijkgericht onderzoek op de agenda.
  • Op 12 februari 2015 willen we ons richten op procesmanagement, op bijvoorbeeld Lean Management in het Hoger Beroepsonderwijs.
  • Op 16 april 2015 willen we ons richten op de professionalisering van onderwijspersoneel.
  • En op 11 juni 2015 kijken we ook naar ons zelf en naar ons eigen werk: aan welke bekwaamheidseisen moet bijvoorbeeld een kwaliteitszorgmedewerkers voldoen?
De zaal zat vandaag helemaal vol. Gezien deze prima opkomst spreekt het delen van ervaringen met betrekking tot de Instellingstoets Kwaliteitszorg kennelijk velen aan. Nadat onze netwerkvoorzitter het officiële programma heeft gesloten, is er volop gelegenheid om nog even met elkaar te netwerken en na te praten in een meer informele sfeer.

Geen opmerkingen: