zondag 28 juni 2015

Kwaliteit van onderwijs

Donderdag 25 juni 2015 
Felix Rottenberg interviewt Roel in 't Veld over het onderwijs















Brede doelgroep

Iedereen vindt de kwaliteit van onderwijs wel belangrijk. Bijna vier miljoen jongeren (van peuter tot student) en honderdduizenden docenten hebben er dagelijks mee te maken.
  • Maar, weten we ook waarover we het hebben als wij spreken over onderwijskwaliteit? 
  • Of geeft iedere betrokkene een eigen betekenis aan kwaliteit van onderwijs? 
Hoog tijd voor een fundamenteel debat.
Daarom organiseert het KennisCentrum Examinering (KCE) vandaag het congres 'Kwaliteit van onderwijs' in het NBC Congrescentrum te Nieuwegein. Evenals enkele andere medewerkers van Stenden Hogeschool woon ik vandaag dit congres bij. Zo'n 500 docenten, bestuurders, studenten, wetenschappers, onderwijsdienstverleners, ouders, politici en opiniemakers die bereid zijn vooral ook vandaag hun creativiteit in te zetten voor de kwaliteit van onderwijs wonen dit activerende congres bij.

Activerende werkvormen
De opbouw van het congres is bijzonder. Voorafgaand aan het congres vond namelijk reeds de argumentatie plaats in de vorm van de digitale essaybundel en in de flankerende digitale dialoog tussen essayisten, schaduwraad en deelnemers.
De ochtend van het congres is gericht op verdieping en aanscherping in themabijeenkomsten. Gedurende het middagprogramma van het congres richten we ons op het gezamenlijk ontwerpen van toekomsten met betrekking tot school, curriculum en methoden. Daarnaast stellen we gezamenlijk een manifest op. Naast de ontwerpsessies vindt er een ideeënmarkt plaats. Deze opbouw van het congres vraagt om gewaagde werkvormen waarin vandaag met name actieve deelname van de aanwezigen centraal staat.

Intro van Wim Deetman
Dagvoorzitter van dit congres is Wim Deetman, in onze kring vooral ook bekend als de voormalige staatssecretaris en ook minister van Onderwijs en Wetenschappen. Deetman geeft aan dat in de afgelopen 200 jaren van het Koninkrijk der Nederlanden de vraag niet is gesteld hoe de 'aanhoudende zorg' voor het onderwijs plaatsvond, wat daaraan ten grondslag heeft gelegen en wat de resultaten daarvan zijn.
Met een korte doch flitsende film wordt het dagthema en het komende interview geïntroduceerd. De film vertelt dat ons onderwijs ontstond in een participatiemaatschappij. dat ons onderwijs kwalificeert en socialiseert. Onderwijskwaliteit is waardering, is relationeel en is waardengedreven door de overheid, door onderwijsdeelnemers en door de scholen; er zijn (dus) ook verschillende kwaliteitsbegrippen in omloop.
We maken ons in Nederland zorgen over het feit dat het aanvankelijke succes van de doorgaande leerweg van MBO naar HBO daalt, en dat ongeveer 15% van de jongeren hun onderwijsloopbaan niet met het gewenste succes afsluit. Er is dus nog wel een wereld te winnen in het onderwijs.

Felix Rottenberg interviewt Roel in 't Veld 
Na deze film volgt op het podium een interview, waarin Felix Rottenberg de congres-initiator Roel in 't Veld kritisch bevraagt in een zogenoemd 'bedachtzaam gesprek'.
Op de vraag van Rottenberg waarheen Roel in 't Veld hem mee zou nemen in het onderwijs om hem de kracht van het onderwijs te tonen, antwoordt Roel dat hij Felix dan mee zou nemen naar een ROC (MBO), omdat het daar moeilijk doceren is, en omdat in het MBO momenteel de toekomst van Nederland gestalte krijgt.
Op de stelling van Rottenberg dat de klassieke MO-A- en MO-B-docenten altijd de beste docenten van Nederland waren, en dat je die kwaliteit momenteel te weinig aantreft onder de MBO-docenten, reageert In 't Veld met zijn bewering dat je in het MBO wèl de mateloze toewijding aan de MBO-studenten waarneemt, en dat dat toch wel de kern van het docentschap is.
Roel in 't Veld is ook wel geschrokken van de lage doorstroomcijfers van het MBO naar en in het HBO, en van de hoge uitvalcijfers van jongeren, vooral onder de allochtonen. Dat baart hem zorgen, want daardoor raakt zomaar een hele generatie jonge mensen in het ongerede. Voordat je het weet, ontstaat er een kloof tussen de laagopgeleiden en hoogopgeleide bevolking.

Regeldruk versus autonomie in het onderwijs
In het HBO heeft men in de afgelopen jaren steeds meer last gekregen van de verhoogde beleidsregeldruk van de zijde van parlement en inspectie. Roel in 't Veld geeft daarbij aan dat de docenten in het HBO bij het herontwerpen van hun hoger beroepsonderwijs inmiddels al op voorhand bang geworden zijn van wat onderwijsinspecteurs mogelijk van hun onderwijs zullen gaan vinden. Zo is angst een belemmering voor innovatie in het HBO geworden, aldus In 't Veld, die ook jarenlang Directeur-Generaal was bij het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen. Hij reflecteert nu jaren later ook heel lenig op zijn eigen aandeel in die regeldruk, en wijst op de huidige bemoeienis van de overheid met het onderwijs, erop wijzend dat die huidige bemoeienis gericht op prestatie-afspraken eigenlijk zou moeten zorgen voor autonomievergroting in het HBO en in de rest van het onderwijs, maar dat de politiek daarmee nu juist het tegenovergestelde heeft gecreëerd.
Roel in 't Veld:
  • Je kunt in het onderwijs eigenlijk alleen iets veranderen, als dat van binnenuit gebeurt.
  • Qua kwaliteit van het onderwijs is de belangrijkste waarde waar we trots op zouden moeten zijn, het feit dat we met elkaar in gesprek zijn over de waarden van en in het onderwijs.
  • Laten we maar loslaten dat de toekomst (ook van het onderwijs) voorspelbaar is.
  • Mijn wens is dat de samenleving leeft met waarden, en dat wij de waarden van de ander gelijkwaardig achten aan die van onszelf.
  • En het is mijn verlangen dat ik ooit nog eens goed zal begrijpen in welke wereld mijn kleinkinderen leven.
Aan het eind van dit podium-interview verdient en krijgt Roel in 't Veld een groot applaus van de mensen in de zaal, voor met name zijn grandioze betrokkenheid, wijsheid en inzet voor het onderwijs.

Creating & re-creating Tango's 
Het programma gaat verder met een korte film, waarin professor Frans de Ruiter van de Leidse universiteit de Argentijnse pianiste Barbara Varassi Pega introduceert, die vervolgens samen met de Argentijnse bandoleon-speler Santiago Cimadevilla met kunstig samenspel een muzikaal intermezzo verzorgt. Daarna volgt een korte presentatie van Barbara, waarin ze vertelt over haar met succes afgerond promotietraject in Leiden, waarin ze promoveerde tot doctor op haar proefschrift over 'Creating & re-creating Tango's.
Daarna kondigt Wim Deetman aan dat we ons kunnen verspreiden over de verschillende Verdiepingssessies:
  1. Hoe moet het bestel veranderen?
  2. Hoe tegenstrijdige waarden voor onderwijs te verzoenen?
  3. Hoe moeten scholen en leerlingen/studenten met elkaar omgaan?
  4. Wat zijn toekomstgerichte curricula?
  5. Bepalen docenten de kwaliteit of voeren zij een opdracht uit?
  6. Is afstemming van onderwijs op toekomstige arbeidsmarkten dwaas of wijs?
  7. Draagt toezicht per saldo bij aan kwaliteit?
Verdiepingssessie over Toezicht en Kwaliteit
De zorg voor de kwaliteit van het onderwijs heeft veel gedaanten aangenomen: overheden hebben tal van voorwaarden aangaande kwaliteitszorg verbonden aan hun bereidheid tot bekostiging, en toezichthouders zijn massief aanwezig.
  • Maar dragen deze voorzieningen wel bij aan kwaliteit? 
  • En wie bepaalt wat kwaliteit is? 
  • Is het onderwijs in voldoende mate een lerend systeem? 
  • Zou het toezicht in de samenleving van morgen niet anders vorm moeten krijgen?
Met dergelijke vragen gaan we vanmorgen in deze Verdiepingssessie aan de slag, onder leiding van Anne Flierman, de voorzitter van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO). Flierman: "Kwaliteitskaders zijn onvermijdelijk, en enig toezicht is wel nodig."
De inleiding van deze Verdiepingssessie wordt verzorgd door professor Frans Leeuw, van de universiteit van Maastricht. Leeuw vertelt dat het vroeger nog tamelijk onbetekenende overheidstoezicht op het onderwijs inmiddels is opgerukt naar de voorste linies van overheidsinterventies in het onderwijs, en dat er momenteel veel(soortige) kritiek is op dit toezicht op het onderwijs. We realiseren ons terdege dat het ontbreken van toezicht niet zal werken, en volgens Frans Leeuw moet het roer nu om.

Reviewen en beoordelen met social media
Volgens Leeuw moet je veel meer mensen (alle stakeholders) betrekken bij het gesprek over de kwaliteit van het onderwijs. Zo zou je bijvoorbeeld mensen moeten uitdagen om nog veel meer dan nu te rapporteren over (de kwaliteit) van het onderwijs, zoals dat momenteel al plaatsvindt in bijvoorbeeld weblogs, Facebook, en in allerlei andere vormen van social media. We zouden al die inzichten, feiten, bevindingen, verklaringen en modellen moeten faciliteren, en als alle belanghebbenden van het onderwijs zich daarin dan uitspreken over het huidige onderwijs, zou je de input van al die reviewers kunnen gebruiken bij het overheidstoezicht op het onderwijs. Daarbij zou de overheid zich verre moeten houden van de classificatie van onderwijsinstellingen en van haar opleidingen.
Vanuit de zaal krijgt hij wel bijval: laat instellingen zelf hun kwaliteit maar publiekelijk verantwoorden, en ga dat dan maar beoordelen. Instellingen en hun docenten moeten zich zelf eigenaar voelen van hun eigen onderwijs.

Conclusies van de Verdiepingssessie
Een greep uit de resultaten en conclusies van deze Verdiepingssessie, nadat er ook aan diverse sta-tafels in subgroepen in kleiner comité is doorgesproken over dit verdiepingsthema:
  1. Kwaliteitszorg is meer dan toezicht.
  2. Ga je eigen kwaliteitskader bepalen.
  3. Kwaliteit gaat veel verder dan kwaliteitscriteria.
  4. De kaders voor kwaliteitsbewaking en - toezicht zijn knellend geworden; instellingen vragen meer ruimte en vrijheden.
  5. Bij kwaliteitsoordelen volstaat een tweepuntsschaal van Onvoldoende en Voldoende.
  6. We moeten overstappen van (ver)oordelen naar verbeteren.
  7. Verken en gebruik de ruimte die er is tussen de grenzen van de kaders.
  8. Studenten zijn zelf ook (mede-)verantwoordelijk voor de kwaliteit van hun onderwijs (zoals een patiënt ook verantwoordelijk is voor diens eigen gezondheid).
Anne Flierman:
  1. Je moet die ruimte ook nemen, want er kan doorgaans veel meer dan dat we denken; er kan meer dat wat we aan elkaar (veelal ook uit angst) opleggen.
  2. We moeten het externe toezicht meer op het nivo van de instelling brengen.
  3. Verantwoording afleggen zal altijd blijven bestaan, en dat moet ook.
  4. Extern toezicht hoeft alleen op de basiskwaliteit van het onderwijs.
Ontwerpsessie Leren
Na de lunch gaan we over naar de Ontwerpfase van deze congresdag. In het middagprogramma richten we ons op het gezamenlijk ontwerpen van toekomsten van: leren, curriculum, tools en onderwijsmethoden. Daarnaast stellen we gezamenlijk een manifest op.
We kunnen kiezen uit de volgende Ontwerpsessies:
Ideeënboulevard
Leren
Curriculum, tools en methode
Manifest.
De Ontwerpsessie 'Leren' die ik bijwoon, staat onder leiding van het team van Albert Jan Kruiter, Renée Frissen, Aik van Eemeren, Vincent van Aggelen en Jaap Pasmans.
We gaan vrijelijk de toekomst van het leren in het onderwijs ontwerpen, ons daarbij realiserend dat de toekomst voor ons eigenlijk 'onkenbaar' is. We gaan daarbij op zoek naar de kritische onzekerheden en naar het antwoord op de vraag of de voorspelde toekomst een hoge of een lage impact zal hebben op het onderwijs van de toekomst.
In deze exercitie - eerst plenair, dan in subgroepen, en daarna weer plenair - komen zaken aan de orde zoals: de school al dan niet als fysieke ruimte, ICT & digitalisering, standaardisering & individualisering, internationalisering, migratie(stromen), minder content maar met meer leerervaring, ontmoeting & zingeving, onzekerheden, rollen van docent, leerling, management & bestuur, (nieuwe?) ambachten?, en met of zonder een diploma de school verlaten als afstudeerder. Hoe gaan we voor de leerling/student van de toekomst het leren organiseren.
Is 'leren leren' belangrijker dan leren?

De Ontknoping
Dan volgt tenslotte de Ontknoping, wederom onder leiding van Wim Deetman.
Inmiddels is ook Frans de Ruiter in de congreszaal gearriveerd, om een volgend muzikaal intermezzo van de inmiddels ook gepromoveerde Falk Hübner, die tot doctor promoveerde op reductie in de muzikale uitvoering. In zijn presentatie 'Shifting Identities' vertelt hij hoe hij is gekomen tot het concept van 'muzikale choreografie', en daarna vindt daarvan een muzikale choreografie-uitvoering plaats door Maarten Zaagman.
Daarna volgt de plenaire aanbieding van de resultaten van de Ontwerpsessies van vanmiddag. De resultaten van 'Curriculum, tools en methode' worden aangeboden aan professor Geert ten Dam, voorzitter van de Onderwijsraad. De resultaten van het 'Manifest' worden aangeboden aan Jan van Zijl, voorzitter van de MBO-raad. En dan volgt tenslotte de aanbieding aan een 14-jarige leerlinge uit het voortgezet onderwijs, die de resultaten van de door ons geschetste toekomst van het 'Leren' krijgt aangeboden. Alle drie reageren inhoudelijk kort op de resultaten van deze ontwerpsessies, en daarbij past het om de VO-scholiere groots te complimenteren met haar ongelooflijk goede inhoudelijke reactie op de grote hoeveelheid en uiteenlopende resultaten van onze ontwerpsessie over Leren. Het is dan ook niet verwonderlijk dat zij een staand applaus verdient en krijgt nadat zij haar indrukwekkend uitgebreide en goed geformuleerde reactie vrijmoedig op het podium heeft gepresenteerd. Als zij mag worden beschouwd als het prototype van de leerling van de nabije toekomst, heeft het onderwijs nog wel enkele slagen te maken om dergelijke getalenteerde leerlingen qua onderwijs en vorming uitdagend te faciliteren.

Slot vóór de borrel
Dagvoorzitter Wim Deetman sluit af met enkele observaties van deze congresdag:

  • Geef ons in het onderwijs de ruimte om te doen wat nodig is voor de rol en voor de toekomst van het onderwijs.
  • Wees ervoor op je hoede dat er geen regels komen waar het onderwijs zich aan moet houden, en vraag als onderwijs zelf vooral niet om die regels, want 'dan is de beer los'.
  • Houd je ruimte; eis die ruimte!

En dan sluit de dichteres Dominique Engers onder begeleiding van de gitarist Eelco Mankveld deze congresdag af met een fantastisch treffend en humoristisch resumé in dichtvorm.
Alle congresdeelnemers gaan naar huis met een waardevolle in boekvorm uitgegeven congresbundel, waarin bijna twintig essays zijn opgenomen van toonaangevende auteurs op het gebied van onderwijskwaliteit.

Geen opmerkingen: