Stille Zaterdag 7
april 2012
|
Cover, ontwerp van Thomas van Oostrum |
Intellectuele vragen
Wat heeft God nou met
je verstand te maken? Je gelooft toch niet met je verstand, dat doe je toch met
je hart? Nou dan!
Je hersens gebruik je
om te studeren en bij je werk, en er zijn nog wel een paar dingen waar het
handig is als je je hersens erbij houdt.
Maar geloof, God, de
Bijbel, de kerk of de gemeente, bidden, evangeliseren - dat is iets heel
anders. Nietwaar?
Nee, niet waar. Ontdek
zelf waar het om gaat.
Christelijk jeugdwerk
In het jaar 1995 publiceerde Henk P. Medema het boek ‘Jouw
verstand en God’. In 1998 en in 2002 verschenen al een tweede en een derde
druk. Dat was in de periode dat ik provinciaal bestuursvoorzitter was van de
‘Federatie Christelijk Jeugdwerk Friesland’, de koepelorganisatie van veel
kerkelijke en niet kerkelijke organisaties voor christelijk jeugdwerk in de
provincie Fryslân. Indertijd heb ik dit boek van Henk Medema gekocht, ben er in
begonnen te lezen, maar heb het om een of andere reden toen niet helemaal
uitgelezen. Bij het opruimen vond ik onlangs het halfgelezen boek; een mooie
aanleiding om ook de rest van het boek maar eens te lezen, nu al weer zo’n tien
jaar later.
Handboek voor
jongeren
Dit boek verscheen in de negentiger jaren als een deel uit
de serie ‘handboeken voor jongeren’.
Deze serie en dit boek wordt van harte aanbevolen door Youth for Christ
Nederland. Dit handboek gaat eerlijk en openhartig in op intellectuele vragen
waar jonge mensen mee worstelen. In dit boek legt Henk Medema vanuit de denk-
en belevingswereld van de jongere de bijbelse boodschap uit en beantwoordt hij
hun vragen. In heldere bewoordingen en met een overzichtelijke indeling worden
de meest voorkomende vragen en probleemvelden van de Bijbel beantwoord. Door
dit vragenderwijs te doen, activeert Medema de lezer om actief mee te denken en
laat hij zijn lezers vrij om een persoonlijke visie op diverse vormen van bijbeluitleg
te ontwikkelen.
Gebruik je hersens
De Bijbel zegt dat we God eer moeten geven in ons lichaam,
dus met je handen, je voeten, je oren, je ogen en ook met je verstand. Geloof
heeft ook alles te maken met je verstand. Medema begint zijn boek met de
inleiding, getiteld: ‘Gebruik je hersens’.
God vraagt van ons dat we onze hersens gebruiken, dat we
Zijn Woorden onderzoeken en dat we Hem gehoorzamen. God vraagt geen onlogische
of onbegrijpelijke dingen. Niet voor niets gaf Hij ons het denkvermogen. God
wil dat we in Hem geloven met ons volle verstand.
Vragen, opdrachten,
studie
Regelmatig nodigt Henk Medema je uit om de Bijbel er zelf
ook maar eens op na te lezen, want – zo schrijft hij: ‘Het staat er echt’.
Na elk hoofdstuk geeft Henk Medema je vragen om verder over
na te denken. Met en door die vragen is het boek ook prima in
(gespreks)groepsverband te gebruiken is. De auteur heeft 50 vragen geformuleerd;
bijbelkritische vragen, want de Bijbel kan echt wel tegen een stootje.
Dergelijke vragen nodigen je al snel uit tot verdere studie.
De Bijbel
Hoofdstuk 1 gaat over wie ons bewijst dat de Bijbel
betrouwbaar is. Hoe weten we bijvoorbeeld dat de Bijbel Gods Woord is? Staan er
bijvoorbeeld ook fouten in de Bijbel. Medema wijst je in elk geval op enkele
tegenstrijdigheden in de Bijbel.
God
In hoofdstuk 2 beschrijft Henk Medema hoe we zeker kunnen
weten dat God bestaat. Daarbij legt hij bijvoorbeeld uit wat de Bijbel en wat
de wetenschap zeggen over de kwestie of het heelal en de onze aarde zijn
ontstaan door schepping of door evolutie. Medema wijst zijn lezers er op dat de
vraagstelling in dezen belangrijk is, want als die vraagstelling al verkeerd
is, zal het antwoord ook nooit goed zijn. Volgens Medema is de vraag voor ons
geloof niet zozeer hóe (wetenschap) de Schepper alles heeft gemaakt, maar òf
(geloof) er een Schepper is die alles heeft gemaakt.
Ook een ander moeilijk vraagstuk schuwt Medema niet,
namelijk: als God liefde is, hoe kan Hij dan al het lijden in de wereld
toelaten? Regeert de Here God? Of lijdt Hij met ons mee en is Hij nabij in ons
lijden en in onze moeilijkheden? En, wat moeten wij denken van wonderen, het
niet-herhaalbare, dat wat ons verstand te boven gaat, maar wat niet tegen ons
verstand in gaat?
Medema sluit af met een nadenkertje: God verbergt zich in
Zijn openbaring. Gods Woord-openbaring lees je in de Bijbel. Daar lees je dat
God zich in Jezus (de Zoon van God) ten volle openbaart. Maar alleen als je je
hart opent voor Gods Woord, dan gaat er iets met je gebeuren.
Jezus
In het 3e hoofdstuk neemt Medema de lezer mee in de vraag of
Jezus wel echt heeft geleefd.
Medema:
- Jezus heeft de hele
wereldgeschiedenis ingrijpend beïnvloed, weinig gebeurtenissen in de
wereldgeschiedenis zijn zo zorgvuldig gedocumenteerd;
- Als Jezus wordt
geboren (zie het Nieuwe Testament in de Bijbel), blijkt dat alle voorgaande
profetieën (van het Oude Testament) tot op de letter nauwkeurig in vervulling
gaan;
- Jezus was zozeer Mens,
alsof Hij helemaal niet God was; en tegelijk was Jezus zozeer God, alsof Hij
helemaal niet een Mens was. Men nam Jezus tijdens zijn leven uiterst serieus en
op Hem was niet het allergeringste aan te merken; Hij was waarlijk zonder
zonde;
- Het kan toch niet voor
niets zijn dat miljoenen mensen zich met hart en ziel aan Hem hebben
uitgeleverd?
Christendom
In hoofdstuk 4 ligt het vraagstuk op tafel of het
christendom de beste godsdienst is. Eerst beschrijft Henk Medema de grote
wereldgodsdiensten, zoals: het jodendom, de islam, het hindoeïsme, het
boeddhisme en het confucianisme.
In aansluiting daarop schrijft hij dat het christendom de
enige godsdienst is waarin het gaat om een persoonlijke, oneindige God, die
zich openbaart door naar ons toe te komen.
Jezus, Immanuël, betekent: God met ons.
Jijzelf
In hoofdstuk 5 vraagt Henk Medema de gelovige lezer of hij
of zij als gelovige mag twijfelen. Hij beschrijft - ter verduidelijking - eerst
de volgende soorten twijfel:
- Emotionele twijfel;
- Wilstwijfel;
- Logische twijfel;
- Ethische twijfel;
- Geloofstwijfel.
Medema nodigt de jongeren uit om zelf een keuze te maken, om
zelf te kiezen voor een bewust en persoonlijk geloof. Hij sluit dan af met een
paragraaf over het dienen van God.
Medema verwoordt dat als volgt:
“Het begint in je
hart;
Het gaat door naar je
verstand, dat onderworpen wordt aan het gezag van Gods Woord;
Het brengt je gevoel
in beweging;
Het richt jouw wil
naar Gods wil;
Het maakt je talenten
bruikbaar voor hem;
Het brengt je dicht
bij Hem, en er is niets dat daar bovenuit gaat.”