zaterdag 31 maart 2012

It Bûtergieltsje yn 'e Uthôf fan Utert

Zaterdag 31 maart 2012
Bûtergieltsje - Speenkruid - Scharbockskraut


Uthôf fan Utert

Toen ik afgelopen donderdag op de Uithof van Utrecht (in het Fries: Uthôf fan Utert) de auto had geparkeerd bij de Universiteit Utrecht en daarvandaan naar de Hogeschool Utrecht wandelde, viel mijn oog op een aantal uitbundig bloeiende groepen Speenkruid in een slootwal, nabij enkele oude wilgen, op de grens van oever en water, volop in het schijnsel van de aangename voorjaarszon. Een eend in de sloot en de woerd op de oever completeerden dit prachtige voorjaarstafereel. Als het Speenkruid bloeit, is het voorjaar begonnen.

It Bûtergieltsje
In Fryslân hebben ook alle dieren en planten een eigen, Friese naam. Het Speenkruid noemen we in Fryslân 'it Bûtergieltsje', wat vertaald in het Nederlands zou heten: het Botergeeltje.Speenkruid is een ware voorjaarsbloeier, aangezien deze mooie frisse plant al in maart bloeit, tot ongeveer in mei. Ik herinner me dat onze biologiedocent de heer Wilbers ons in de zeventiger jaren als groep studenten van de Christelijke Pedagogische Academie te Drachten tijdens zijn lessen meenam naar buiten om in het kader van heemkunde te leren wat er in elk seizoen zoal om ons heen groeit en bloeit. De heer Wilbers trekt een bosje Speenkruid uit de grond en wijst ons op de knollen die hij tegelijk mee naar boven trekt. Zowel door zaad als middels knollen vermeerdert het Speenkruid zich. De kleine knollen lijken wel op spenen. De plant werd vroeger ook gebruikt als geneeskundig kruid, om aambeien en uierontsteking bij koeien te bestrijden. Het zou kunnen zijn dat de plant daar ook haar naam aan ontleent. Overigens vind je verderop in het seizoen ook hele kleine knolletjes in de oksels van de bladeren.

Scheurbuikskruid
Duitsers noemen het Speenkruid 'das Scharbockskraut'. Ook dat is een naam met een historie. Speenkruid werd vroeger bijvoorbeeld ook wel gegeten als spinazie en/of als salade. De nog jonge voorjaarsplanten zijn namelijk rijk aan vitamine C en daarmee diende het Scharbockskraut ook als midden tegen scheurbuik. Hoe verder je in het seizoen komt, hoe hoger het gehalte aan giftige stoffen in de plant toeneemt, dus àls je Speenkruidbladeren beslist wilt eten (kan ook met kaas erbij als salade op brood of bijvoorbeeld in de soep), doe dat dan bij voorkeur vóórdat de plant bloeit, want dan is de smaak (als je het al lekker vindt) het best, is het gifgehalte nog gering en is de vitamine C aanwezig.

vrijdag 30 maart 2012

Moderne spiritualiteit tussen traditie en vernieuwing


Vrijdag 30 maart 2012
Cover van de symposium-publicatie

Moderne spiritualiteit
Moderne spiritualiteit heeft eigen vormen, die getuigen van een soms moeizaam verworven evenwicht tussen traditie en vernieuwing. Dat blijkt als drie twintigste-eeuwse spirituele denkers de revue passeren, zoals hier: Simone Weil, Abraham Joshua Heschel en Dag Hammarskjöld. Bij hen komen bepaalde problemen en spanningen van de moderniteit op indringende wijze aan het licht. Het gaat om spanningen in de verhouding van individu en gemeenschap, om de verbinding tussen handelen en reflectie en om de houding tegenover de eigen religieuze traditie. Maar niet alleen de problemen waarmee zij worstelen, kunnen ons begrip van moderne spiritualiteit verhelderen. Vooral de oplossingen die zij zoeken, staan onder het beslag van de moderniteit.

Van symposium naar publicatie
In december 1996 organiseerde onze Vereniging voor Christelijk Wetenschappelijk Onderwijs (VCWO) in samenwerking met de Faculteit der Wijsbegeerte van de Vrije Universiteit in de VU te Amsterdam het symposium ‘Moderne spiritualiteit tussen traditie en vernieuwing’. De voordrachten van dat symposium werden gebundeld onder redactie van VCWO-staffunctionaris dr. Bart Voorsluis en ze werden in boekvorm uitgegeven in het jaar 1997 met als gelijknamige boektitel: ‘Moderne spiritualiteit tussen traditie en vernieuwing’.
Alleen de in dit boek opgenomen bijdrage over het dagboek van Dag Hammarskjöld is door Voorsluis speciaal voor deze bundel geschreven en toegevoegd als laatste hoofdstuk.

Onderzoeksvraag
De vraag die in dit boek wordt onderzocht is of er een eigen vorm van spiritualiteit bestaat die ‘modern’ of ‘hedendaags’ kan worden genoemd. De volgende drie kwesties worden in de uitwerking meegenomen, te weten:
  • Het op het oog tegenstrijdige verschijnsel van enerzijds een groei in belangstelling voor spiritualiteit en anderzijds de huidige secularisatietendens.
  • De vraag aan welke bronnen de hedendaagse spiritualiteit zich laaft of laat laven.
  • Wat is de relatie tussen spiritualiteit en concrete activiteit dienstbaar aan de maatschappij.
Inleiding
In de verhelderende inleidende beschouwing van Bart Voorsluis komen drie sociologische kenmerken van moderniteit aan het licht, te weten: individualisering, fragmentalisering en instrumentalisering. Ook schetst Voorsluis de relatie tussen spiritualiteit en secularisatie. Volgens Bart Voorsluit biedt moderne spiritualiteit tussen traditie en vernieuwing een inspirerende kennismaking met drie belangwekkende gestalten van hedendaags spiritueel denken. Voorsluis: “De laatste decennia lijkt spiritualiteit ontdaan te worden van haar oorspronkelijke verwijzing naar christelijke bronnen’.

Moderne spiritualiteit en secularisatie
Cultuursociologe Anneke van Otterloo beziet 'moderne spiritualiteit en secularisatie' vanuit haar invalshoek van de sociologie; ze plaatst het tegen de achtergrond van maatschappelijke ontwikkelingen, zoals: fragmentatie en individualisering, en commercialisering en marktwerking. Van Otterloo spreekt niet over ‘secularisatie’, maar over een ‘religieuze verandering’.

Anneke van Otterloo:
  • Veel meer mensen leven nu onder voorwaarden die individuele reflectie en innerlijkheid eenvoudiger mogelijk maken dan vroeger.
  • Men kan aan spiritualiteit doen zonder ergens lid van te zijn of zich aan dwingende regels te houden.
  • Spiritualiteit duidt ook op het verlangen naar een zinvol en moreel bestaan, dat harmonisch en evenwichtig verloopt.
  • In Europa zijn de kerken verschoven van de culturele en maatschappelijke kern naar de rand. Ook op binnenkerkelijk en individueel niveau neemt de (christelijke) godsdienstigheid af.
  • Men behoort tegenwoordig steeds algemener zijn tijd en zijn levenspad te plannen en grotendeels zelf verantwoordelijk te zijn voor de doeleinden die men zich stelt.
De spiritualiteit van Simone Weil
Theoloog Rob Hensen schrijft over de Franse filosofe Simone Weil, die ook wel de 'pelgrim naar het absolute' genoemd. Hij schrijft over haar sterk besef van individualiteit en haar afkeer van het collectief verbinding zoeken met een radicaal afzien van het persoonlijke en van het individuele.

Rob Hensen beschrijft vijf kwesties, namelijk:
  1. Simone Weil is een christen met een agnostische inslag die niet van ontkennende, maar van vragende aard is.
  2. Spiritualiteit is voor haar een persoonlijke volgehouden oriëntatie van denken en handelen.
  3. Naast haar anti-judaïsme had deze anti-joodse een esthetisch-religieuze voorkeur voor het vooral liturgische katholicisme.
  4. Ze gaat niet uit van een psychologische benadering.
  5. Volgens deze filosofe is religie een parallelweg waarlangs de filosofe soms een eindweegs wandelt.
  6. Simone Weil heeft altijd in een politieke en in een sociale context gedacht.
Weil blijft ervan overtuigd dat wij ons niet mogen verbeelden aan de misère van de wereld een einde te kunnen maken, maar dat er wel belangrijke verbindingen te vinden zijn.

Simone Weil schrijft:
  • Aandacht erkent de ander in het ongeluk en het lijden waarin deze zich bevindt; als die ene mens die op dat moment van ons vraagt haar en hem als gelijke te behandelen.
  • Wie in haar en zijn geest enige vorm van geweld toelaat, zet de poort voor toename van geweld wijd open.
  • Hoe zal ik betrouwbaar zijn in woord en daad als ik de motieven van mijn eigen hart en die van de groep waartoe ik behoor, niet heb leren wantrouwen?
  • God oefent zijn almacht niet uit.
  • God zelf doorkruist het universum en komt tot ons..
  • Als God ons raakt en het zaad van zijn goedheid in ons zaait, kunnen we niets anders meer doen dan wachten. Het groeien van het zaad doet pijn.
Spiritualiteit bij Abraham Joshua Heschel
VU-filosoof Evert van Holst schrijft over de - van de drie - meest eigentijdse auteur, Abraham Joshua Heschel, die verbonden is met het jodendom, die vanuit een profetische bewogenheid mensen gevoelig wil maken voor verwondering, voor de openheid voor het mysterie in de werkelijkheid.
Bij Heschel heeft de spiritualiteit haar bron bij de bijbelse ervaringswereld, maar de weg daar naar toe loopt via een soort wijsgerige reflectie. Het kenmerk van de religieuze mens is, dat hij dingen niet vanzelfsprekend vindt. Heschel ziet het als een taak van joden en van christenen om de hardheid van het hart te boven te komen, door onder andere deuren te openen naar de heiligheid in deze tijd. In het uitgedaagd worden, ontdekt de mens zichzelf als menselijk wezen en ontdekt hij een opdracht te hebben. Het menselijk leven krijgt pas betekenis wanneer men zich van die oproep bewust wordt. Het gaat vooral ook om het blijven bij God en het antwoorden, om een leven dat verenigbaar is met Gods aanwezigheid.

Heschel: “Het besef van de wonderen om ons heen is de bron van het gebed en de kern van alle liturgie. In de viering, in de liturgie, wordt - als het goed is – tot verwondering opgeroepen en wordt deze voortdurend levend gehouden. Verwondering maakt de mens gevoelig voor de ervaring van heerlijkheid, dat wil zeggen, van de tegenwoordigheid van God”.

Het dagboek van Dag Hammarskjöld
Bart Voorsluis schrijft over Dag Hammarskjölds dagboek 'Merkstenen', het dagboek van de vroegere secretaris-generaal van de Verenigde Naties, waarin de protestantse Hammarskjöld laat zien hoe de verhouding tussen het contemplatieve en het actieve leven in onze tijd ergens gestalte krijgt. Hammarskjöld laat zien dat hij de idealen - die (ook door zijn ouders) aan hem waren overgedragen - zich gaandeweg werkelijk heeft toegeëigend, waarmee ze voor hem zijn gaan leven; van  traditie naar inspiratie.
In zijn dagboek maakt Hammarskjöld een ontwikkeling door van een sterk op zichzelf gerichte introspectie naar een openheid die gestalte krijgt in een dialogische relatie met God, die ook grote gevolgen heeft voor zijn verhouding (van liefde) tot de medemens.

donderdag 29 maart 2012

Kwaliteitscultuur en Human Resource Management

Donderdag 29 maart 2012 
Presentatie door Pas & Mellema van Fontys Hogeschool ICT















Onderwijskwaliteit door HRM
Er wordt ook in het hoger onderwijs veel gesproken over 'kwaliteitscultuur'. Het is bijvoorbeeld een centraal begrip geworden in de 'Instellingstoets Kwaliteitszorg' van de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO), de organisatie die ook de kwaliteit van het Nederlandse hoger onderwijs waarborgt. Maar wat is dan die kwaliteitscultuur van een goede opleiding?
Zeker is in ieder geval dat in een kwaliteitscultuur de docent van doorslaggevende betekenis is. Daarom zou bijvoorbeeld het Human Resource Management (HRM) van een hogeschool een kwaliteitsbepalende factor van betekenis moeten zijn. Je kunt je dan afvragen wat in dat verband dan de relatie is tussen Human Resource Management en Kwaliteitszorg.

Netwerkbijeenkomst
Hoe zou je dan in het hoger onderwijs de kwaliteit van je opleiding een groei-impuls kunnen geven door in te zetten op de kwaliteit van je docenten en van je overige hogeschoolmedewerkers?
Rondom deze vraagstelling zijn we vandaag als leden van het Platform HBO van het Nederlands Netwerk voor Kwaliteitsmanagement bijeen in Utrecht.
De sprekers die vandaag voorafgaand aan de plenaire discussieronden een presentatie verzorgen, zijn Tonnie Huibers van Avans Hogeschool en Adriaan Mellema & Robbert Pas van Fontys Hogescholen.
Deze netwerkbijeenkomst wordt geopend en geleid door onze netwerksecretaris Annemieke Voets, werkzaam bij Avans Hogeschool.

Sociotechnische benadering
Tonnie Huibers is directeur van de Academie voor Sociale Studies van Avans Hogeschool.
Huibers' presentatie is getiteld: 'Organisatiekanteling ASH: ontwerp- en veranderaanpak'.
Huibers vertelt dat hij deze academie bij zijn aanstelling aantrof als een complexe onderwijsorganisatie, waarin docenten gedemotiveerd dreigden te raken. Gebruik makend van inzichten vanuit een sociotechnische benadering heeft Huibers de structuur en de cultuur van zijn academie in samenhang aangepakt.

Tonnie Huibers vertelt:
  • De kern van mijn verhaal gaat over de sociotechnische visie op organiseren;
  • Als we cultuur willen creëren, doen wij dat via het inrichten van systemen, via de structuur (de inrichting van processen), via onze mensen (personeelsmanagement) en via cultuurinvloeden (zij het in geringe mate).
  • De gehanteerde uitgangspunten zijn bijvoorbeeld: de besturingsfilosofie, participatieve beleidsvoering en vormgeving en professionele autonomie. 
  • Ga en blijf met elkaar in gesprek en laat docenten vooral meepraten; hetgeen ze doen in zogenoemde carousselsessies.
  • Het onderwijskundig leiderschap ligt bij de Onderwijscommissie.
  • Onze HRM-er houdt zich alleen bezig met HRM-beheerszaken en is niet betrokken bij de kernteams.
  • Als management moet je geduld hebben en je moet een kernteam ook haar 'shit' gunnen.
  • We hebben geen kernteamhoofden; in een kernteam worden/zijn alle taken onderling verdeeld.
  • De volgende vier docentrollen hanteren we: vakman, collega, organisator en ondernemer.
HRM en beroepenveld
Adriaan Mellema is als onderwijskundige verantwoordelijk voor de kwaliteitszorg binnen Fontys Hogeschool ICT en zijn collega Robbert Pas is als HRM-adviseur verantwoordelijk voor de ontwikkeling en de implementatie van het Personeelsbeleid binnen Fontys Hogeschool ICT.
Hun presentatie is getiteld: 'Kwaliteitscultuur en HRM: ontwikkeling van de brede bachelor HBO-ICT'.
Zij vertellen hoe zij in hun brede opleiding een kwaliteitscultuur willen realiseren via de weg van HRM. Hun Fontys-opleiding ICT beleefde in het jaar 2006 een moeilijke periode. In de aanloop naar de onderwijsvisitatie en de accreditatie van deze opleiding werd besloten tot stevige interventies op het gebied van HRM en op de positionering van het beroepenveld binnen deze HBO-opleiding.

Adriaan Mellema en Robbert Pas vertellen:
  • Onze HBO-bachelor ICT is Nederlands eerste brede ICT-opleiding.
  • We werken met de zogenoemde 'Eén-curriculum-architectuur'.
  • De overstap is gemaakt naar betekenisvol, activerend en ontwikkelingsgericht onderwijs.
  • Onze 'nieuwe werkelijkheid' betekende onder andere: competentiegericht leren, een nieuw onderwijsconcept, samenwerking met industry 'partners in education', een nieuwe curriculumstructuur en een nieuwe toetsstructuur, waarbij de European Credits (cf. ECTS-systeem) worden verdiend door aan de vereiste competenties te voldoen.
  • De opleidingsdocenten kregen vier jaar de tijd om zich aan te passen aan die 'nieuwe werkelijkheid', om 'teamspeler in de arena' te worden.
  • Er wordt gewerkt met teamplannen.
  • Wat goed is voor studenten, is ook goed voor medewerkers.
  • Het HRM-beleid loopt in de pas met het onderwijsbeleid.
  • De gesprekscyclus (met o.a. functioneringsgesprekken) gaat uit van ontwikkelingsgericht HRM-beleid.
  • Zo doorlopen we onder andere de volgende processen:
Van Technology naar Innovation;
Van Vast naar Flexibel;
Van Statisch naar Dynamisch;
Van Plannen en Reguleren naar Faciliteren;
Van Lokalen naar Projectruimtes;
Van Leidinggeven naar Coachen;
Van Toeschouwer naar Teamspeler.

  • Doordat onze formatie sterk groeit, kunnen we die collega's aanstellen, die in de gewenste ontwikkelstand staan. We doen aan actieve 'recruiting'.
  • We zijn overgegaan naar een netwerkorganisatie met tijdelijke samenwerkingsverbanden (subteams).
  • Docenten worden door blokteamhoofden gevraagd in hun team te participeren. Docenten moeten ervoor zorgen dat ze geen leegloopuren hebben. Docenten die veel worden gevraagd, hebben daardoor de mogelijkheid om te kiezen waarin ze participeren. Docenten worden dus niet meer door het management ingezet, maar hun inzet wordt gevraagd door collega-docenten.
  • De HRM-medewerker coacht de teamleiders on the job.
  • We ontkoppelden innoveren van uitvoeren, want uitvoerders zijn geneigd om direct naar de uitvoerbaarheid van innovaties te kijken; bij innovaties moet je juist eerst grensverleggend denken.
  • Wij werken met 'Investor in People', een systeem voor ontwikkelingsgericht Human Resource-beleid.
  • Door al die ontwikkelingen maken we de overstap 'van Reactief naar Proactief' werken.
  • Onze streefnorm voor docenten is dat ze binnen hun aanstellingsomvang 10% van hun tijd besteden aan externe zakelijke dienstverlening, 10% aan onderzoek en  10% aan persoonlijke ontwikkeling.
  • De succesbepalende factoren voor onze aanpak zijn:
De horizon, waar duidelijk en consistent op wordt gestuurd;
Draagvlak en stuurkracht;
Eigenaarschap wordt beloond;
Grote betrokkenheid van medewerkers;
Niet de Studententevredenheid, maar Innovatie staat voorop.

De kracht van deze aanpak van Fontys Hogeschool ICT is gelegen in het feit dat de HRM-medewerker stevig participeert en faciliteert in de (door)ontwikkeling van 'de nieuwe werkelijkheid' in de opleiding.

woensdag 28 maart 2012

SRK-werkgroep Strategie bijeen in Steenwijk

Woensdag 28 maart 2012 
Web-Based Community Building















Van strategie naar tactiek
Als SRK-werkgroep Strategie van de Stichting Rusland Kinderhulp komen we rond het avonduur weer bijeen in Steenwijk. In onze vorige bijeenkomst van 28 februari 2012 hebben we de eerste aanzet tot een vernieuwde strategie voor SRK besproken en daarna geformuleerd. De hoofdlijnen daarvan zijn aanvang maart 2012 voorgelegd aan het stichtingsbestuur van de SRK; en door deze bestuurders akkoord bevonden. Daarnaast hebben we toen een aantal aspecten in globale bewoordingen aan het bestuur voorgelegd over de richting waarin de uitwerking van de opnieuw geformuleerde strategie mogelijk vorm en inhoud zou kunnen krijgen. Nu de strategische hoofdlijnen bestuurlijk akkoord zijn, staat vandaag een eerste aanzet tot tactische uitwerking op de agenda.

Uitwerking
Zo bespreken we vandaag bijvoorbeeld de volgende zaken:
  1. Hoe kunnen we de continuïteit van SRK waarborgen, kijkend naar enkele kwetsbare kenmerken van SRK. Ons doel is om te transformeren van persoonsafhankelijkheid naar persoonsonafhankelijkheid. Zo willen we bijvoorbeeld graag dat de organisatie-eenheden van SRK in Nederland en in Wit-Rusland ook blijven voortbestaan en goed blijven functioneren, indien door tijdelijke, langdurige of definitieve afwezigheid van een aantal prominente SRK-ers dat voortbestaan in gevaar zou kunnen komen. 
  2. Hoe kunnen we de betrokkenheid en de invloed van de SRK-werkgroepen in den lande verder vergroten, opdat SRK een organisatie van ons allemaal wordt, is en blijft. Daarbij wordt onder andere gedacht aan een landelijke klankbordgroep en aan regionale samenwerking van werkgroepen.
  3. Hoever kunnen en willen we gaan qua autonomie van de landelijke SRK-werkgroepen. Alle reeds aanwezige kaders en randvoorwaarden voor deze werkgroepen zouden jaarlijks moeten worden geëvalueerd en op grond daarvan gereviseerd.
  4. Hoe zal onze interne en externe communicatie in de komende jaren gestalte krijgen? Insteek is om van eenrichtingscommunicatie op te schuiven naar interactieve communicatie. Een multimediale aanpak met bijvoorbeeld een vernieuwde website in combinatie met een selectie van geschikte 'social media' kan SRK verder brengen in de richting van een op internet gebaseerde gemeenschap (Web-Based Community). Dit zou een mooie praktijkopdracht voor een groepje studenten in het hoger onderwijs kunnen zijn.
  5. Het zou goed zijn om een SRK-productenboek te maken, waarin het totale aanbod van SRK zou kunnen worden opgenomen, zoals bijvoorbeeld de busreizen, de visumhulp, de zomervakantiegroepen en de Kerstpakketten. Het SRK-dienstenpakket kan allicht ook verder worden geflexibiliseerd, in aansluiting op de wensen en behoeften van onze achterban.
  6. En vanzelfsprekend moeten we ook de financiering van SRK en van haar activiteiten goed borgen. Met de inzet en de creativiteit van de hele SRK-achterban zal het toch zeker ook lukken om als financieel gezonde stichting onze doelen en plannen te realiseren.
  7. Welke vormen van internationale samenwerking zijn in de komende jaren wenselijk en mogelijk? In Europees verband is al sprake van samenwerking. Wellicht kan dat verder vorm en inhoud krijgen?
  8. Een specifieke vorm van samenwerking die op termijn wel eens van cruciaal belang zou kunnen zijn voor de continuïteit van de kinderhulp van SRK, is de samenwerking van SRK met geschikte, bijpassende organisaties in Wit-Rusland.
Follow up
Na zo'n twee uren hebben we de richting van bovenstaande elementen wel bepaald. Aan deze zaken zal de komende weken in kleiner comité nadere uitwerking worden gegeven. In een volgend werkgroepoverleg maken we dan de balans op van alle ideeën die te zijner tijd ter bespreking zullen worden voorgelegd aan het stichtingsbestuur. Daarna is het moment aangebroken om aan de veel bredere achterban in de SRK-werkgroepen te vragen of men de herformulering van de strategie en van de voorgestelde werkwijze om dat verder uit te werken ook beschouwt als wenselijk en haalbaar.

dinsdag 27 maart 2012

Juckemaleane in Stiens

Dinsdag 27 maart 2012
Juckemaleane in Stiens met zicht op Skilhiem en Sint-Vituskerk















Westelijke toegangsweg
Wie ter hoogte van de nieuwe rotonde op de kruising van de N393 vanuit Sint-Annaparochie en de N357 vanuit Hallum of vanuit Leeuwarden Stiens binnenrijdt, betreedt ons dorp via de Juckemaleane. Vanaf de genoemde provinciale wegen en vanaf de Bûtenskilwei en de Moundyk kun je aan de westzijde in Stiens arriveren. Aan de rechterzijde zie je dan het verzorgingstehuis Skilhiem en op de achtergrond steekt de kerktoren van de Sint-Vituskerk hoog boven de voorliggende bebouwing uit.

Juckema's terp
De huidige Juckemaleane doorsnijdt het voormalige grondgebied van de vroegere Juckemastate. De Juckemaleane is dan ook genoemd naar de Stienser familie Juckema, die vroeger Juckemastate bewoonde. In het jaar 1472 werd Juckemastate bewoond door Werp Juckema, een beroemde Schieringer. Daarna woonde Ritske Juckema in deze Stienser state. Ritske Juckema stierf in het jaar 1510 en hij werd begraven in de Stienser Sint-Vituskerk.
Juckemastate werd afgebroken in het jaar 1750. Deze state was gebouwd op een terp. Deze terp is bijna 150 jaar later - in 1899 - afgegraven. De huidige Juckemaleane is de toegangsweg van Stiens, die vlak langs de voormalige terp loopt.

De nieuwe poort
Als je over de Juckemaleane rijdt, passeer je al vrij snel de afsplitsing in noordelijke richting naar de Venusskulp, één van de woonstraten van de Stienser woonwijk It Skil. Aan de noordzijde van de Juckemaleane loopt een parallel fietspad en aan de zuidzijde ligt het grote wooncomplex van het Skilhiem met haar aanleunwoningen voor senioren. De Juckemaleane gaat al na enkele honderden meters in een flauwe bocht in de weg over in de Nije Poarte, de doorgaande weg richting Stienser dorpscentrum. Als over enige jaren het zogenoemde 'Noordwesttangent' (de gebiedsontsluitingsweg naar o.a. de 'Haak om Leeuwarden') gereed is, zal deze Juckemaleane een belangrijker, drukkere uitvalsweg en toegangsweg worden van Stiens.

maandag 26 maart 2012

BOEK 4.0 expo Pasen 2012

Maandag 26 maart 2012 


Jaarlijkse expositie
Op 15 maart 2012 schreef ik een weblogbericht over de kunstobjecten die momenteel worden geëxposeerd in de Bibliotheek van Stenden Hogeschool te Leeuwarden. De tentoongestelde werkstukken zijn gemaakt door derdejaars en vierdejaars studenten van de HBO-Bachelor-opleiding 'Creatieve Therapie' van Stenden Hogeschool. De actuele expositie draagt de naam 'BOEK 4.0'. De kunstvoorwerpen zijn tot half april 2012 te bezichtigen op de begane grond van de Bibliotheek van Stenden Hogeschool te Leeuwarden.

Nieuwe boekvormen
De opdracht die de studenten kregen, was: 'Geef een bestaand boek een nieuwe vorm'. Op allerlei manier zijn boeken verwerkt in de tentoongestelde kunstobjecten. Eén van die objecten is gemaakt door Stenden-studente Esther Langendijk. Het is een bijzondere combinatie geworden van een boek met daar als het ware uit omhoog groeiende wilgentakken. 

Pasen 2012
We weten dat hout de grondstof is voor papierproductie. 
Dat in je gedachten meenemend, zie je hier als het ware levend hout verrijzen uit dood hout. 


Hoe Pasen kan het zijn?

zondag 25 maart 2012

Jozef, hèt musical-succes van Stiens

Zondag 25 maart 2012 
















Wachten op Jozef
Het is tegen 10.00 uur in de ochtend. Snel groeien vanaf de verschillende ingangen van het kerkhof de lange rijen wachtenden vóór de ingang van de eeuwenoude Sint-Vituskerk van Stiens. Een bijzondere ochtend. Niet alleen omdat we als kerkgangers niet gewend zijn om in zulke lange rijen te wachten om de kerk op zondagochtend binnen te gaan. Met name ook bijzonder omdat zoveel belangstellenden gisteravond eerst de klok een uur vooruit hebben gezet, om vervolgens na een korte nacht vanmorgen vroeg op te staan om hier een moderne musical in een oude terpkerk bij te wonen. Op het moment dat de oude, inmiddels gerestaureerde luidklokken in de hoge kerktoren het hele uur van 10.00 uur aangeven, gaat klokslag 10.00 uur de kerkdeur open en komt er beweging in de wachtrijen vóór de ingang. Twee studenten van de opleiding Vrijetijdsmanagement van Stenden Hogeschool uit Leeuwarden staan bij de ingang. De student deelt programmaboekjes uit en de studente neemt bij entree alle toegangskaarten in ontvangst. Verwachtingsvol wandelen Durkje en ik met haar ouders en met mijn moeder naar binnen, op zoek naar een zitplaats in de kerkzaal, die is omgebouwd tot schouwburgzaal.

Een droom wordt werkelijkheid
Andere studenten van het moduul Leisure Events van de opleiding Vrijetijdsmanagement van Stenden Hogeschool wandelen als gastvrouw door de kerk, om de gasten waar nodig te assisteren bij het zoeken en vinden van een goede zitplaats in de kerk. Ook voor de bezoekers in een rolstoel is een passende plaats geregeld. De zaal is uitverkocht, niet eenmaal, niet tweemaal of driemaal, maar zelfs de vierde - extra - voorstelling is uitverkocht. Ruim duizend mensen kunnen zo genieten van een voorstelling, een musical, een productie waaraan nota bene zo'n 100 mensen hun medewerking verlenen. De oudste medewerker is 72 jaar en de jongste nog geen jaar oud; zijn rol: een gulle lach. Samen zetten ze een grootse prestatie neer: de musical 'Jozef'. Een 7 kwartier durende musicalproductie over het bijbelverhaal van Jozef; over de dromer, de slaaf, de gevangene, de 'onderkoning' van de Egyptische farao. Over hoe je leven een wending kan nemen als je trouw bent aan God en omdat God trouw is aan jou.

De kerk in het dorp en het dorp in de kerk
Onze Protestantse Gemeente van Stiens organiseert deze musical in samenwerking met een zes leden tellende studentengroep 'Leisure Events' van de HBO-Bachelor-opleiding Vrijetijdsmanagement van Stenden Hogeschool. De musical wordt gespeeld door gemeenteleden, jong en oud, met allemaal hun eigen talenten. Het doel van deze musical is om saamhorigheid te creëren in onze kerkelijke gemeente. Tegelijk ontwikkelt iedereen zijn of haar talenten en creëert deze hechte samenwerking een vergrote betrokkenheid tussen de verschillende generaties kerkgangers. We doen het niet alleen voor ons zelf, maar ook voor de andere dorpelingen. Daarom zijn de toegangskaarten gratis verstrekt via de Stienser Bruna-winkel; iedereen is welkom. De eerste voorstelling was afgelopen vrijdag, vandaag is de tweede uitvoering en op 30 en 31 maart 2012 zullen nogmaals twee voorstellingen ten tonele worden gebracht.

Mega
Projectleider is dominee Jaap Overeem, die al sinds augustus 2010 werkt aan de voorbereidingen van deze mega-productie. Hij speelt samen met zijn echtgenote, dominee Desirée Scholtens, ook nog in het musical-orkest, dat tijdens de musical de gehele muzikale begeleiding op voortreffelijke wijze verzorgt. Dirigent is ons gemeentelid Ridzert Beetstra, die de muzikale leiding heeft over het musical-orkest en over het musical-koor. Marjet van der Wal, opgegroeid in onze kerkelijke gemeente, regisseert de musical; ook een hele prestatie vanwege de fikse omvang en de diverse samenstelling van alle Stienser musicalsterren. Deze musical is geschreven door Gerard van Amstel en Gerard van Midden. Beeld, licht en geluid worden verzorgd door onze technische gemeenteleden Homme & Bas van der Wal. Verder maakt een vrolijk kinderprogramma voor 15 meespelende kinderen volwaardig deel uit van deze musicalproductie. En natuurlijk zijn er al die mensen die zorgen voor de benodigde techniek, zoals muzikale arrangementen, fotografie, decorbouw, financiën, vormgeving en drukwerk, beeld en geluid en allerlei zaken van administratieve en organisatorische aard.

Twist en verdriet
Om half elf heet dominee Jaap Overeem de gasten in de overvolle kerkzaal hartelijk welkom. Hij vertelt dat de musical het bijbelverhaal van Jozef vertelt in de vorm van een verzameling opeenvolgende flashbacks, terugblikkend op het leven van Jozef, de zoon van Jacob & Rachel. Hij bereidt ons voor op de eerste scène: de intrede door het middenpad van de kerkzaal van de begrafenisstoet voor de begrafenis van Jozef. Op het podium ontstaat na de begrafenis een ruzieachtige scène in het huis van de overledene, met Jozef zijn nabestaanden in familieberaad bijeen. Deze scène wordt afgesloten met het lied 'Over de doden niets dan goed'. Dan komt de nog jonge Jozef op het podium, gespeeld door Jesmar Jonker. Jozef, de dromer, gestoken in een prachtige mantel die de verwende jongen van vader Jacob kreeg; Jozef, veracht door zijn oudere broers. We komen weer terug in de familietent van de overleden Jacob, waar het getwist verder gaat. Eén van de verzuchtingen die ik daarin hoor: 'Nieuw verdriet scheurt oud verdriet weer open'.

Biografie van Jozef
Daarna volgt een aaneenschakeling van een groot aantal verhalen over het leven van Jozef. In een kinderscène wordt Jozef zijn mantel afgenomen door zijn broers. Jozef wordt in de put geworpen. Jozefs broer Ruben zingt over zijn verwerping van de broedermoord het lied: 'Ik kon het niet'. Jozef komt als slaaf in het huis van Potifar. Door een list van Potifars vrouw komt Jozef - nu gespeeld door Taco Osinga - in de gevangenis, waar hij de dromen van de ook gevangen schenker en bakker verklaart. Jozef de dromer verklaart ook andermans dromen. Jozef wordt de rechterhand van de Egyptische Farao, nadat Jozef ook de dromen van de Farao heeft verklaard. In die hoge functie aan het hof van de Farao volgt het weerzien van Jozef met al zijn broers. Als Jozef terugblikt op zijn leven, verzucht hij: 'God heeft me gezegend, maar het heeft me ook veel gekost.'

Kerk als podium
In rap tempo volgen alle scènes elkaar op. Steeds weer terug in de familietent van Jozef, dan weer terug naar de geacteerde verhalen over de biografie van Jozef. En elke keer weer wisselen toneelspel, koorzang en solozang elkaar af. Het orkest begeleidt voortreffelijk, precies goed. Ook knap hoe scènes in elkaar overlopend wisselen. Tussendoor zijn de kinderscènes perfect ingeweven. Het grote podium in het koor van de kerk wordt van voor tot achter en van links tot rechts geheel gebruikt en ook de centrale ruimte vóór het podium en zelfs het brede gangpad in de kerkzaal worden benut als speeltoneel. De musical-acteurs bewegen zich voor, naast en achter je. Vrijelijk wordt alle nog beschikbare ruimte van de grote kerkzaal benut. Een lange voorstelling van bijna twee uren, maar het publiek - van heel jong tot heel oud - zit ademloos te kijken en te luisteren. Dat mag zeker een knappe prestatie worden genoemd.

Koffie van de schenker
Maar aan alle goede dingen komt eens een eind,  zo ook aan deze musical.  Als de laatste zang en muziek heeft geklonken, vangt een hartelijk applaus aan. In enkele groepen komen de acteurs nogmaals op het podium, hun welverdiende, steeds weer aanzwellende applaus dankbaar in ontvangst nemend. Als het applaus uiteindelijk afneemt, volgen de woorden van dank van Hindrik ten Hoeve, onze voorzitter van de kerkenraad. Na nogmaals enkele applaussalvo's verlaten we allen de toneelkerkzaal. Voor iedereen staat de koffie klaar in het Sint-Vitushûs, gastvrij door onze Protestantse Gemeente van Stiens aangeboden aan allen die nagenietend nog willen napraten over deze succesvolle musical.

Passie
Als bezoekers, als gasten en als gemeenteleden past het ons om - ook langs deze weg - woorden van waardering en dank uit te spreken voor het vele en het goede dat zovelen aan inzet en werk hebben verricht om deze bijzondere musical in het kader van de huidige Veertigdagentijd met zoveel passie ten tonele te brengen. Hulde en grote dank aan iedereen die daaraan meewerkte!

En vergeet niet:
Heb lief.
Blijf dromen, blijf hopen, geloven vooral. 
Dromen!

Koeboek

Zaterdag 24 maart 2012 
Omslag van het Koeboek - het koeienprentenboek















Koeien in prent en tekst
In het jaar 2000 verscheen het 'Koeboek', een uitgave van Agnita's Animal Art & Gopher Publishers. Het koeienprentenboek is geschreven door Agnita Ratelband-Prins en Hans Offringa. De koeienprenten zijn met pastelpotlood en pastelkrijt getekend door Agnita. De vormgeving is verzorgd door Menno Bos. Het concept van dit boek is heel eenvoudig, namelijk: links een prachtige kleurenprent van een koe en rechts een korte tekst over die specifieke koe.Onderaan elke tekstpagina staat het heraldisch wapen van de koe: een rood-wit-blauw wapenschild met een koeienhoorn in top, aan beide zijden een koe en in het onderliggende vaandel de tekst: 'In Lac Veritas'.

Koe nationaal
Het boek begint met de eerste koe die op aarde verscheen - met een zuigfles in het stro - in ... inderdaad ... Fryslân. De koe verspreidde zich over heel Nederland, hetgeen met koeien in klederdracht wordt afgebeeld: klederdrachten van Groningen, Volendam, Spakenburg, Scheveningen en Zeeland. De koe wordt overal voor ingezet: voor de melk, als vleeskoe en voor de bemesting van Hollandse tulpen. Ook op de Amsterdamse Walletjes verschijnen koeien en ze ontdekken dat ze ook muziek kunnen maken op hun eigen hoorns.

Cow international
Koeien verschijnen zelfs in het buitenland, zoals op het Venetiaanse Carnaval, als Egyptische Koe-tank Ahmon, als Russische Moskoeviet, met hun heilige status in India, doedelzak-spelend als Schotse Hooglander en als Vrijheidsbeeld in de Verenigde Staten.

Cultuur Koe
Ook in de kunst is de koe prominent aanwezig; denk maar aan de beroemde geschilderde koeien van Paulus Potter, het zelfportret van de koe van Vincent van Gogh en de koeienvlaai volgens Piet Mondriaan.
En wat denk je van de Amerikaanse filmkoeien in Hollywood, zoals de koe met de opwaaiende jurk van Marilyn Monroe en de stier in de western-stijl van John Wayne.

Us Mem de Friesche Koe
Toen de Friese koe wereldwijd bekend was geworden, keerde de Friese koe weer terug naar Fryslân, waar ze als 'koningin onder de dieren' in brons fraai werd vereeuwigd als "Us Mem", en waar ze in Leeuwarden door de koningin van Nederland werd onthuld. De 'Friesche Koe' is nu dus weer terug op haar geboortegrond; 'en deze keer voorgoed', zo besluit dit Koeboek.

vrijdag 23 maart 2012

Mon Bourdon est mon compagnon


Vrijdag 23 maart 2012
Genootschapsbourdon en Pelgrimsmantel

Mijn Bourdon is mijn compagnon.
Mijn Pelgrimsstaf is mijn vriend.

Tak wordt stok
Veel pelgrims onderweg naar het Spaanse Santiago de Compostela zie je gaan met één of met twee wandelstokken. Die wandelstokken zijn er in allerlei soorten en maten. De één raapt onderweg een tak op en gaat voort, wandelend, steunend op die tak. Soms blijft de tak onbewerkt, maar sommigen bewerken de tak, halen de bast eraf en kerven decoraties in de tak. Zo’n tak wordt gaandeweg een wandelstok, zoals een wandelaar op het pelgrimspad gaandeweg een pelgrim wordt.

Stok wordt wandelstok
Anderen kopen een kant-en-klare, bewerkte wandelstok in de winkel, soms met metalen plaatjes erop, die de herkomst verraden en tonen. Tegenwoordig zijn er wandelstokken in alle soorten in de handel, bedoeld voor sportieve wandeldoeleinden, zoals Nordic Walking, gezondheidswandelen of lange afstandswandelen.
Diverse materialen worden tegenwoordig gebruikt, zoals bijvoorbeeld lichtgewicht carbon. Deze wandelstokken zijn in hoogte verstelbaar, zodat bijvoorbeeld grote en kleine mensen bij stijgen en dalen de wandelstok op een voor hen, en voor dat doel passende lengte kunnen afstellen.

Wandelstok wordt compagnon
Bij veelvuldig en langdurig gebruik, wordt je wandelstok je compagnon, als vriend altijd bij je, bij stijgen en dalen, bij kou en bij hitte, in de zon en in de regen, op eenzame rechte wegen of als een brute hond je al te gevaarlijk ogend nadert.
Als je overnacht in pelgrimsherbergen onderweg, is de kans groot dat je ergens in een hoek - bijvoorbeeld in een ton of in een houten bak of zomaar ergens in de hoek - een aantal wandelstokken ziet staan. Doorgaans zijn dat wandelstokken die bij vertrek in de vroege ochtend door de wandelaar zijn vergeten. De eigenaar ontdekt later dat hij of zij diens wandelstok heeft laten staan in de refugio en komt dan in de verleiding om weer terug te gaan om de stok weer op te halen.
Het karakter van de pelgrim, de binding met de stok, de mate van uniciteit van de stok en de lengte van de terugtocht zijn dan enkele van de aspecten die de pelgrim doen besluiten om al dan niet de stok weer terug te halen.

Je compagnon en vriend
Op 19 oktober 2011 verlieten Durkje en ik het Zuid-Franse pelgrimsdorp Ostabat-Asme. Vlak buiten het dorp ontmoetten we een groepje pelgrims, die zojuist een andere pelgrimsherberg hadden verlaten, dan die waar wij hadden overnacht. Eén van die pelgrims - een Fransman -  kwam in onze richting terug gewandeld en vertelde ons dat hij had vergeten om zijn wandelstok mee te nemen bij vertrek uit de refugio. Hij ging terug – gelukkig nog niet al te ver – om zijn wandelstok te halen. Je laat je compagnon, je wandelvriend, toch niet in de steek?
De Nederlandse pelgrims die een eindje verderop stond, wachtte op zijn Franse wandelmaat, want je laat je compagnon, je wandelvriend, toch niet in de steek?

Genootschapsbourdon met Friese vlag
Toen ik afgelopen zaterdag de Voorjaarsbijeenkomst van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob bijwoonde in de Nicolaikerk te Utrecht, zag ik tegen de kerkmuur een zwarte pelgrimsmantel hangen met daar op genaaide Sint-Jacobsschelpen. Naast de pelgrimsmantel stond de Bourdon, de pelgrimsstaf, van ons Nederlands Genootschap van Sint-Jacob. Deze Genootschapsbourdon is rijkelijk versierd met allerlei zaken, zoals een lange witte veer, vaandels, al dan niet met herkomst-opdruk, en ….. zowaar ook een Friese vlag, want ook Fryslân is één van de actieve regio’s van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob.

Camino der Lage Landen
De Genootschapsbourdon wordt als ceremoniële wandelstaf gebruikt als bijvoorbeeld Genootschapsgroepen aan de wandel zijn. Vorig jaar bijvoorbeeld heeft de ‘Camino der Lage Landen’ ook enkele dagen de provincie Fryslân bezocht. Ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob hebben wandelgroepen in wisselende samenstelling ook Fryslân in enkele dagen doorkruist; de Genootschapsbourdon dagelijks in vol ornaat meenemend. De Bourdon werd tijdens deze landelijke wandelestafette – de Camino der Lage Landen – nabij de provinciegrenzen steeds ceremonieel overhandigd aan de pelgrims van de naburige provincie, zodat deze Bourdon uiteindelijk in weken, in maanden heel Nederland heeft doorkruist. Veel pelgrims hebben – deelnemend aan deze pelgrimsestafette – op deze wijze veel provincies gezien. Maar de Bourdon heeft àlle provincies bezocht, als compagnon, als vriend van de pelgrim.

Mon Bourdon est mon compagnon.

donderdag 22 maart 2012

Autobedrijf Stiens in Stiens

Donderdag 22 maart 2012 
De Mercedes-bedrijfswagen vóór Autobedrijf Stiens


Achter de sportschool
In ons dorp Stiens zijn sinds jaar en dag een aantal autobedrijven gevestigd. Eén van die bedrijven is 'Autobedrijf Stiens'. Deze garage heeft als postadres 'It Noarderfjild', maar om met je auto het bedrijfsterrein op te rijden, moet je bij de sportschool en de daarvóór gelegen benzinepomp eerst 'De Boskrâne' in rijden, om vanaf De Boskrâne naar de garage te kunnen rijden.Voorbij de benzinepomp en achter de sportschool zie je dan de garage staan. De blauwe Mercedes-bedrijfswagen van Autobedrijf Stiens staat duidelijk zichtbaar geparkeerd aan De Boskrâne, zodat voor de passanten op It Noarderfjild goed is te zien waar dit autobedrijf is gevestigd.

Reparaties & onderhoud
Bij Autobedrijf Stiens kun je terecht voor:

  • De Algemene Periodieke Keuring (APK), bedoeld als check voor onze eigen verkeersveiligheid en voor die van andere weggebruikers.
  • Normale banden en voor winterbanden. Voor een aangename en veilige autorit is de conditie van je autobanden van groot belang. Een check op bandenspanning van, scheuren in en bulten op je autobanden is dan ook geen overbodige luxe, met name om gevaarlijke situaties in het verkeer te voorkomen.
  • De airco, want ook de airco in je auto heeft periodiek onderhoud - bijvoorbeeld het bijvullen van koelvloeistof - en reparatie nodig.
  • Onderhoud, zoals de kleine en grote beurt en bijvoorbeeld ook een zomercheck en/of de wintercheck. Om grote problemen en dure reparaties te voorkomen, is regelmatig onderhoud van vitaal belang. Periodiek en goed onderhoud van je auto zal uiteindelijk ook de inruilwaarde van je auto ten goede komen.
  • Reparaties, want als er dan toch eens problemen met je auto zijn, is dat altijd vervelend, komt je dat voor je gevoel altijd ongelegen, en stel je het als klant op prijs dat je garagebedrijf tenminste probeert om je zo snel en zo goedkoop mogelijk weer de weg op te helpen.

woensdag 21 maart 2012

Is dat nou alles?


Woensdag 21 maart 2012
Stiltecentrum Stenden Hogeschool Leeuwarden

Op weg naar Pasen
Onze Stenden-collega Klaas-Wybo van der Hoek meldt aanvang deze week op zijn weblog dat Jettie Holwerda samen met een student - een stagiair van ons Studentenpastoraat Expect – het Stiltecentrum in ons Ontmoetingscentrum van Stenden Hogeschool in Leeuwarden heeft aangekleed met het thema Goede Vrijdag & Pasen.
We leven momenteel in de Veertigdagentijd: de vastenperiode tussen Aswoensdag en het Paasfeest. Deze Passieperiode, en het Paasfeest waar we naar toe leven, kent een aantal symbolen, die alle hun eigen betekenis hebben.

Tijd van bezinning
Het oude altaar in het Stiltecentrum is bekleed met grote jute kleden. Jute verwijst naar eenvoud, naar soberheid en naar het boetekleed. De Veertigdagentijd is ook een periode van bezinning. Paars is de liturgische kleur die hierbij hoort. Paars in een tijd van vasten, van bezinnen. Zijn wij wel goed bezig in ons denken, in ons voelen en in ons handelen? Is dat goed in onze ogen en is het ook goed in Gods ogen? Wat zou Jezus hiervan hebben gevonden? Wat zou Jezus hierover hebben gezegd?

Zie het kruis
Aan de achterwand hangt een kruis. Een steen ligt op de horizontale kruisbalk. Die steen komt straks terug. Het kruis-teken bestaat hier uit twee balken: een verticale en een horizontale.
  • De verticale lijn wijst ons op het Verbond: de liefde van God tegenover de mensen. Ook het paarse kleed verbindt ‘boven’ en ‘beneden’: God en mens.
  • De horizontale lijn is de zware houten balk van de kruistocht. Die balk betekent voor ons de opdracht om elkaar als mensen te omarmen, om elkaar - op gelijke voet - lief te hebben.
  • Op het ‘kruispunt’ van beide kruisbalken komen wij als het ware Jezus tegen. Jezus Christus is de mens-geworden Zoon van God, die onder ons leefde, die heeft geleden, die is gestorven voor wat wij verkeerd deden en die is opgestaan uit de dood. Hij leeft en is in ons midden; en dàn is het Pasen!
Zand en steen
Onderaan in het altaar ligt zand. Dat kan verwijzen naar de woestijn, die het volk Israël doortrok, nadat zij gevlucht waren uit het land Egypte, nadat ze het Joodse Paasfeest eerst hadden gevierd. Een volk dat 40 jaar onderweg is naar het Beloofde Land.
In de woestijn krijgen ze dorst. Als Mozes – de leider van het volk Israël – met zijn staf op een rotssteen slaat, stroomt er water uit de stenen. De stenen zijn het bewijs dat de levende HEER in hun midden is. De rotssteen komt weer terug in het Paasverhaal, als op de Paasmorgen de steen voor het graf is weggerold. Even later zien we dat de uit de dood opgestane, levende Jezus in het midden van zijn vrienden verschijnt.

Begin van de lente
Het christendom heeft al in de vroegchristelijke tijd enkele symbolen ontleend aan de van oorsprong heidense feesten. Natuurverering speelde daarin een belangrijke rol. Na een lange, koude winter werd de komst van het voorjaar gevierd. Diverse culturen kenden – en kennen nog steeds – hun Lentefeesten, met oude symbolen, die we soms ook weer herkennen in het christendom.
Op het altaar staan vandaag bloeiende planten. In de lente heeft de natuur het leven en de vruchtbaarheid weer doen ontwaken. Wat dood leek, blijkt toch te leven. De dood heeft bij Jezus niet het laatste woord. Dat is een feestje waard. Dat vieren we dan ook tijdens het Paasfeest, dit jaar op 8 april 2012,

Eindeloos

In het Stiltecentrum liggen de attributen.
Gewoon wat jute, een paar stenen, wat zand, enkele bloeiende planten, twee houten balken en een paars kleed.
Is dat nou alles?

‘Is dat nou alles?’, zullen ook veel mensen hebben gedacht die Jezus hebben zien lijden en sterven.
Pasen bleek echter niet het einde te zijn, maar het begin van nog veel meer, het begin van alles wat daarop volgde en wat ook na vandaag nog zál volgen.....

dinsdag 20 maart 2012

Tall man with tulip wants to talk about cooperation

Dinsdag 20 maart 2012 
Cover van de columnbundel van de Nuffic


Internationale mobiliteit vergroten
In het begin van de negentiger jaren was ik behalve docent Store Management van de Retail Management School Leeuwarden (RMSL) van de toenmalige Christelijke Hogeschool Nederland (CHN; tegenwoordig Stenden Hogeschool) ook Coördinator Internationalisering voor de RMSL in het bijzonder en voor de Faculteit Economie & Management in het algemeen. Het waren de jaren waarin onze hogeschool veel nieuwe contacten legde met hogescholen, universiteiten en werkveldorganisaties in Europa, maar ook in alle andere werelddelen. In Europa en daarbuiten werd een groot aantal hoger onderwijsnetwerken opgezet, waarin docenten en stafmedewerkers uit het hoger onderwijs elkaar periodiek ontmoetten om de internationale mobiliteit van studenten, docenten en stafmedewerkers te vergroten.

Internationaliseerder
Eén van de Nederlandse collega's die ik in dat verband leerde kennen, was Joop van Schijndel, ook internationaal coördinator in het hoger onderwijs. Joop was een 'internationaliseerder' in hart en nieren, een pionier die een belangrijke rol speelde in de doorontwikkeling van de internationalisering van het hoger beroepsonderwijs. Jarenlang is hij voorzitter geweest van het Hogescholenoverleg Internationale Betrekkingen en van 1995 tot 2004 was hij vaste columnist van 'Transfer', het vakblad voor de internationalisering van het hoger onderwijs dat door de Nuffic werd uitgegeven. De werkzaamheden van de Nuffic lagen indertijd met name op het gebied van ontwikkelingssamenwerking, internationalisering van het hoger onderwijs, diplomawaardering, onderwijsvergelijking en internationale marketing van het hoger onderwijs.

Vriendennetwerk
Jaren later leerde ik Joop van Schijndel zijn echtgenote kennen, toen nog werkzaam bij de Netherlands Quality Agency. Van haar hoorde ik op een gegeven moment dat Joop ernstig ziek was en niet weer beter kon worden. De slopende ziekte werd de ongeneeslijke Joop noodlottig en hij overleed - veel te jong nog - eind maart 2005, nu bijna zeven jaar geleden. Dat Joop in zijn leven en werken privé en in het werk een groot vriendennetwerk had opgebouwd, bleek tijdens zijn afscheidsbijeenkomst. De aula op de begraafplaats waar de rouwbijeenkomst werd gehouden, was overvol. Zeer velen waren gekomen om hem de laatste eer te bewijzen en om Joop zijn familie bij te staan in die verdrietige dagen van afscheid.

Transfer-columns
Aanvang januari 2006 kreeg ik van Roelien van Empel een boekje toegezonden, met als titel: 'Tall man with tulip wants to talk about cooperation'. Joop van Schijndel staat op de omslag genoemd als de auteur. Het is een publicatie van de Nuffic, een serie gebundelde columns uit het magazine Transfer, uitgegeven in december 2005. In het Voorwoord schrijft Hanneke Teekens, Nuffic-directeur afdeling Internationalisering - dat dit boekje de verzameling is van alle columns die Joop in de periode van 1995-2004 had geschreven. Teekens schrijft dat de inhoud een terugblik is, een nuttige analyse, en opvallend hoe raak en actueel sommige columns van Joop van Schijndel zijn gebleven. Zijn charme, betrokkenheid en weloverwogen uitlatingen blijken zijn columns een lange houdbaarheidsduur te geven. Met belangstelling en aandacht las ik indertijd deze Nuffic-publicatie; een waardevol initiatief als eerbetoon aan één van de vele hardwerkende internationaliseerders in het hoger onderwijs.

Houdbaarheidstoets
Dit boekje bevat 21 columns met pakkende titels zoals: 'Strijdvaardiger' en 'A glamourous conference in Tampere' en 'Europa moet!'.
Enkele quotes van Joop van Schijndel in zijn columnbundel:
  • ... besefte ik dat privatisering toch niet, zoals sommigen ons doen geloven, onvoorwaardelijk de redding van het hoger onderwijs is.
  • Subsidies zijn noodzakelijk, maar ze vormen geen voldoende voorwaarde voor onderwijsinnovatie met sterke internationale trekken.
  • ... onze internationaliseerdersrol en onze organisatorische inbedding worden afhankelijk van de manier waarop wij manifest kunnen maken wat onze bijdrage is aan een bloeiend voortbestaan van de onderwijsinstelling.
  • Gelukkig blijkt die buitenlandse student afkomstig uit de 'frontaal lesgeven cultuur' ons systeem na een tijdje toch te verkiezen.
  • We moeten het anders aanpakken, willen we onze studenten prikkelen om eens een andere route te kiezen.
  • Nadrukkelijke aandacht binnen het leerproces voor de consequenties van gezamenlijk onderwijs met buitenlandse studenten moet onderdeel zijn van de leerdoelen van de module, het programma of het thema van een uitwisselingsprogramma.
  • Voor Nederlandse studenten gaat studeren vaak samen met een onafhankelijkheidsstrijd met de ouders, maar bij Indonesische studenten ligt dat heel anders: 'I never want to disappoint my parents, who paid so expensively for my study'.
  • Docenten moeten een voorbeeldrol gaan vervullen als het gaat om een buitenlands studieverblijf.
  • Prikkelen, presteren en profileren: het hbo moet nog zendingswerk doen voor de ontwikkeling van een Nederlands accrediteringssysteem.
  • Ik zie een mooie uitdaging voor ons als internationaliseerders in het samen met onderwijskundigen en vakdocenten ontwerpen van krachtige vormen van internationalisering die leiden tot vergroting van het vakmanschap van studenten.
  • Een transparant Europees systeem (ECTS) voor het meten (assessment) van in het buitenland verworven competenties zou wel eens een effectiever instrument voor de bevordering van mobiliteit kunnen zijn.
  • Als Europa niet leeft in Nederland is het een beetje flauw om studenten hun geringe interesse voor Europese kwesties te verwijten.
  • Allochtone groepen worden door sommigen van onze verlichte Kamerleden in feite uitgenodigd om juist eerder de verschillen dan de overeenkomsten met de Nederlandse cultuur te benadrukken.
  • Internationalisering is voor ons als internationaliseerders niet langer ons exclusieve beleidsterrein. Coalities met studiebegeleiders, decanen en diversiteitsmedewerkers zijn nodig.
Joop van Schijndel schreef dit tussen de 17 tot 8 jaar geleden.
Hoeveel en welke van deze quotes gelden ook in 2012 nog?

maandag 19 maart 2012

Expositie van de Minor Beeldende Praktijken


Maandag 19 maart 2012
Expositie Beeldende Praktijken in Stenden Hogeschool














Keuzemoduul
De HBO-Bachelor-opleiding Creatieve Therapie van Stenden Hogeschool ontwikkelde de minor ‘Beeldende Praktijken’. 
Dit keuzemoduul is bestemd voor alle studenten die zich willen professionaliseren in de beeldende richting en die beeldende werkvormen willen inzetten binnen hun toekomstige beroepspraktijk van bijvoorbeeld:
  • De Sociaal-Pedagogische Hulpverlening;
  • Het Basisonderwijs;
  • De Creatieve Therapie;
  • Personeel en Arbeid;
  • De Vrijetijdssector;
  • Media en Entertainment-sector.
Creativiteit en improvisatie
Door de associatieve werkwijze en door de speelse omgang met beeldende middelen vergroten deze deelnemende studenten van Stenden Hogeschool hun creativiteit en hun improvisatievermogen en ontwikkelen ze zich tot vindingrijke professionals, die creatieve processen weten te stimuleren bij diegenen die later aan hun leiding en/of zorg worden toevertrouwd in het werkveld waarvoor ze nu worden opgeleid.

Expositie in Stenden Leeuwarden
Deze minor wordt tenslotte afgesloten met een presentatie van het gemaakte beeldend werk. 
In de vitrine van Creatieve Therapie aan de Kennisboulevard van Stenden Hogeschool in Leeuwarden wordt momenteel een deel van dit gemaakte beeldend werk gepresenteerd.
De werkstukken in deze vitrine zijn gemaakt tijdens de workshops:
  • Taal en Beeld
  • Ruimtelijke werkvormen
  • Schilderen
Met deze expositie krijgen we allen een beeld van wat in de werkplaatsuren van dit keuzemoduul zoal is gemaakt.

zondag 18 maart 2012

Hoe blij kan ik zijn!


Zondag 18 maart 2012 
De Goede Herder heeft het schaapje weer gevonden

De kerk van Stiens op visite bij Talant
Ons dorp Stiens omarmt al vele jaren een grote vestiging van Talant, de Friese organisatie die zorg verleent aan onze dorpsbewoners met een lichamelijke en/of een verstandelijke beperking. Hier en daar in Stiens kennen we enkele wooneenheden waar cliënten wonen en in het midden van ons dorp hebben we een minidorp van Talant, dat door de bebouwing van Stiens aan alle zijden als het ware wordt omarmd. Tijdens de zondagse kerkdiensten woont een aantal vaste bewoners van Talant onze kerkdiensten 's morgens en 's avonds bij; anderen komen af en toe eens in de kerk. Iedereen is welkom, en er zijn enkele gemeenteleden die 's zondags bewoners van Talant naar de kerk meenemen en na afloop weer thuis brengen bij Talant. 

Vrolijk bij elkaar
Vanavond hebben we die situatie eens omgekeerd. Niet Talant komt naar de kerk, maar de kerk komt naar Talant. Vanavond organiseert onze Stienser Zendings- en Evangelisatiecommissie een Gemeentedienst in het restaurant van Talant aan de Ieleane in Stiens. Nog voordat deze Sing In begint, blijkt dit prima initiatief alleen al qua opkomst een overweldigend succes te zijn. Het restaurant zit tegen 19.00 uur al bomvol; alle stoelen zijn bezet, ook de bijgeplaatste bankjes zitten vol, mensen zitten op tafels langs de muren en wie geen zitplaats heeft, staat rondom achter in het grote restaurant van Talant. In de zaal zitten heel veel bewoners van Talant en veel kerkgangers van onze gemeente, gezellig gemengd, vrolijk bij elkaar. Er worden nog snel ordes van dienst bij gekopieerd om iedereen mee te kunnen laten zingen met al die vrolijke liederen die vanavond worden gezongen.

Hoe 'joyfull' kan ik zijn!
Voorganger van deze kerkdienst is dominee Dieke Heijs, geestelijk verzorger van Talant. Pianist is onze gemeenteorganist Han Giesing en muzikale medewerking wordt verleend door Joyfull, een enthousiast gospelkoor uit Leeuwarden, onder leiding van dirigent Hans Bergman. Hun gedeelde passie is: muziek maken voor God, om God te prijzen en de boodschap van Gods liefde met muziek uit te dragen. Het thema van deze zangdienst is 'Hoe blij kan ik zijn!' En dan past een gospelkoor met een naam als 'Joyfull' daar natuurlijk prima bij. Het belooft een vrolijke dienst te worden met veel mooie liederen.

De Heer is jouw en mijn Goede Herder
We beginnen met het lied 'Kom in de kring van Gods gezin'. Ammy mag daarna de Paaskaars aansteken en daarna krijgen we 'de groeten van God'. Nadat de voorganger laat zien hoe blij je bent als je je autosleutel weer hebt gevonden, als je die kwijt was, maakt ze duidelijk dat het thema van deze bijzondere kerkdienst is: "Hoe blij kun je zijn!". Aansluitend zingt de gospelgroep en bidden we, met aansluitend het lied: 'Lees je Bijbel, bid elke dag'. Daarna begint dominee Heijs met haar vertelling over het Bijbelverhaal van de Goede Herder die op zoek gaat naar het zoekgeraakte schaapje. Tussen de verhaaldelen in zingen we steeds een bijpassend lied. Op een gegeven moment wordt het verloren schaapje weer teruggevonden. Het zat verstrikt tussen de struiken en kon niet meer los komen. De dominee legt ons aan het eind van het verhaal uit dat wij vandaag de dag eigenlijk allemaal zo'n schaapje zijn en dat onze lieve Heer onze Goede Herder is. We zingen afsluitend dan ook het lied: 'De Heer is mijn Herder'. 

In Heaven
Na het verhaal zingt het gospelkoor met een soliste het prachtige lied: 'Gabriella's Sang' uit de beroemde speelfilm 'As it is in Heaven'. Een welverdiend en uitbundig applaus volgt. Na de muziek van het gospelkoor volgt een verrassing. Ineens staan een aantal dames in de zaal op en voegen zich bij het gospelkoor. Wat is er aan de hand? Dan wordt uitgelegd dat een tiental dames van onze Stienser gospelgroep zich sinds kort hebben aangesloten bij dit Leeuwarder gospelkoor. De Stienser gospelgroep Dabar houdt namelijk op te bestaan en gelukkig heeft deze groep gospelkoorleden zich vrolijk bij Joyfull aangesloten; voor iedereen een hele mooie oplossing. De ex-Dabar-leden zingen samen met het gospelkoor en met ons in samenzang een bewerking van het gebed dat Jezus ons heeft geleerd: 'Onze Vader in de hemel, heilig is Uw naam'.

Samen bidden, samen zingen, samen zijn
Dominee Dieke Heijs vraagt de aanwezigen voor wie we met elkaar gaan bidden aan het eind van deze Sing In. Namen worden genoemd van bewoners van ons dorp, omdat ze ernstig ziek zijn en/of omdat ze in het ziekenhuis liggen. Ook wordt door een aanwezige gevraagd om te bidden 'foar heit en mem', omdat die zijn overleden en in de hemel zijn. Na het gebed met deze voorbeden steekt de predikant ook nog kaarsjes aan voor de genoemde zieken. We mogen vanavond terugzien op een fijne bijeenkomst met allemaal verschillende mensen uit Stiens en omgeving. Dus niet alleen qua opkomst, maar ook inhoudelijk en qua samen vieren en samen zijn een bijzondere ontmoeting. We sluiten opgewekt zingend af met: 'Amen, God, Uw naam ter eer'.

Voorjaarsbijeenkomst voor pelgrims in Utrecht

Zaterdag 17 maart 2012
Woorden van waardering na de lezing van Mireille Madou















Voorbereiding in het voorjaar
Nog vier dagen voordat de lente aanvangt. Het voorjaar begint. Dit is de periode waarin de eerste pelgrims zich in wandelkledij steken en bijvoorbeeld lopend of fietsend hun woonplaats verlaten om de lange pelgrimstocht naar het Spaanse Santiago de Compostela te beginnen. Voor de leden van ons Nederlands Genootschap van Sint Jacob (NGvSJ) is dit ook hèt moment bij uitstek om pelgrimservaringen met elkaar te delen. Pelgrims vertellen wandelaars en fietsers waar ze het beste rekening mee kunnen houden in de voorbereidingsfase van hun pelgrimstocht. Om dat mogelijk te maken, maar ook om de statutaire Algemene Ledenvergadering te laten plaatsvinden, organiseert het NGvSJ voor haar leden vandaag de landelijke Voorjaarsbijeenkomst, die ik in Utrecht bijwoon. 

Informeren en inspireren
We worden ontvangen en welkom geheten in de Nicolaikerk. Hier wordt de bijeenkomst geopend en is gedurende de gehele dag ook de gelegenheid om de Informatiemarkt voor wandelaars en pelgrims te bezoeken. Rondom in de grote kerk staan de marktkramen met daarop allerlei organisaties en mensen die informatie geven of bijvoorbeeld hun handelswaar – zoals wandel-reisboeken – verkopen. Ook onze Stichting Jabikspaad Fryslân is zoals te doen gebruikelijk hier vandaag met een informatiestand aanwezig, waarin Janneke & Gerlof enthousiast als altijd vertellen over ons mooie Jabikspaad, het pelgrimspad vanuit Noord-Friesland tot in de kop van Overijssel. In de kerk kan koffie en thee worden gedronken en halverwege de dag wordt aan de deelnemers ook het lunchpakket uitgereikt en kan in en buiten de kerk worden geluncht. De ontmoetingen in en bij de kerk hebben doorgaans ook een hoog reüniekarakter. Er wordt volop verteld over ervaringen als wandelaar, fietser en/of als pelgrim, nu eens verhalen van vele jaren geleden, dan weer ook nog heel recent. En altijd is het voor elkaar een feest der herkenning.

Informatie voor wandelaars
Gedurende de ochtend is er een informatiebijeenkomst voor wandelaars en parallel ook één voor fietsers. Ik woon de workshop ‘Wandelen’ bij in de kapel van het Utrechts Centraal Museum. Deze wandelsessie wordt verzorgd door het pelgrimsduo Helmut & Loes. Ze vertellen dat ze na een grondige voorbereiding naar Santiago de Compostela zijn gewandeld, want een goede voorbereiding is erg belangrijk, bijvoorbeeld:
  • Mentaal: ze benoemen onder andere de pelgrimsreis als de metafoor van het leven;
  • Fysiek: loop bijvoorbeeld ook eens een extra grote afstand en/of onder beroerde weersomstandigheden;
  • Bepakking: ‘Alles wat je thuis laat, is meegenomen’;
  • Routebeschrijving;
  • Aan- en afreismogelijkheden.
Eén van de door dit pelgrimsduo gegeven adviezen is: Neem de tijd voor je tocht, maak vooral de reis van je leven, want voor velen is de aankomst in Santiago de Compostela een anti-climax.

Camino de Santiago abre España
Na de lunch en na het bezoeken van de Informatiemarkt, ga ik naar de lezing van de Vlaamse emeritus hoogleraar dr. Mireille Madou, mede-oprichter en erelid van ons pelgrimsgenootschap, voorheen hoogleraar aan de Rijksuniversiteit te Leiden. NGvSJ-bestuurslid André Brouwer vertelt vooraf dat we voor deze lezing moesten uitwijken naar de grote aula van het Academiegebouw van de Universiteit Utrecht, omdat de aanvankelijk geplande zaal voor 120 mensen veel te klein was voor de 280 leden die zich voor deze lezing van de zeer gewaardeerde 81-jarige Mireille Madou hadden aangemeld. Haar lezing wordt ondersteund door een mooie Powerpoint-presentatie met veel pelgrimsfoto’s. Haar lezing gaf zij als titel: ‘Camino de Santiago abre España’, ofwel: de pelgrimsweg naar Santiago de Compostela opent Spanje.

Kathedralen als vruchten van de camino
Mireile Madou begint haar lezing met een historische schets, waarin ze uitlegt hoe en wanneer veel Spaanse wegen en bruggen zijn aangelegd in de richting van Santiago de Compostela, soms als voorbeeld van ‘goede werken’ en veelal om de eindeloze stoet pelgrims onderweg naar Santiago de Compostela met deze infrastructuur te faciliteren. Vanaf de 12e eeuw komen in het Spaanse Puente de la Reina vier oude pelgrimswegen bij elkaar, waarna ze als één pelgrimspad richting Santiago de Compostela gaan: de ‘Camino de Santiago’. Nu nog is zichtbaar dat deze camino de centrale as is, waarlangs eeuwenlang veel bouwactiviteiten plaatsvonden, denk maar aan al die dorpen, steden, kloosters, kerken en kathedralen die je over deze Spaanse pelgrimsroute tegenwoordig passeert. Madou: “Ze zijn als de vruchten van de weg”.

Als vreemdeling onderweg
Na deze historische schets gaat Mireille Madou in op het vele dat je onderweg ziet als je het pelgrimspad volgt. Ze vertelt over de pelgrim, over de traditionele klederdracht, waaraan je de pelgrim kon herkennen, als vreemdeling op weg naar de heilige Jacobus. Ze toont oude wegkruisen en laat zien dat de nieuwe rituelen bij bijvoorbeeld Cruz de Ferro het gevolg zijn van het feit dat de doorsnee-pelgrim tegenwoordig niet meer weet wat de ware betekenis is van de stenen bij dit ijzeren kruis. Ze vertelt over de attributen van de klassieke pelgrim, zoals bijvoorbeeld: de staf, de hoed en de Sint-Jacobsschelpen.

De heilige Jacobus van Santiago de Compostela
En zo – al vertellend – wandelen we in haar lezing met Mireille Madou als het ware het pelgrimsoord Santiago de Compostela binnen. Hier en onderweg naar deze stad staat altijd de heilige Jacobus centraal, bijvoorbeeld:
  • Jacobus als apostel: veelal met een boek, een Bijbel, in de hand;
  • Jacobus als martelaar: bijvoorbeeld met een palmtak;
  • Jacobus als pelgrim: te herkennen aan de kleding en de symbolen van de pelgrim (zoals: hoed, schelpen, staf);
  • Jacobus als Morendoder (Matamoros): bijvoorbeeld te paard met een zwaard in de hand.
  • Jacobus als heilige: met een aureool.
Deze patroonheilige van Spanje (als vaandeldrager) en van de pelgrims kent dus vele gezichten, zowel in verhalen als in de kunst-uitingen langs de route: op schilderijen en in beelden. De eerste voorstelling van Sint Jacob in Spanje dateert al van het jaar 1086. 

De camino opent Spanje
Santiago de Compostela en Jacobus horen bij elkaar. Het legendarische graf van Santiago (Sant Iago = Sint Jacob) heeft Santiago de Compostela Europees en zelfs wereldwijd op de kaart gezet. Al eeuwenlang wordt de pelgrimsweg, de camino naar Sint Jacob in Santiago de Compostela open gehouden voor alle pelgrims op weg naar dit bedevaartsoord. Zo is en blijft de camino een verkeersader, die Spanje opent. Na zoveel eeuwen houden de tegenwoordige pelgrims die weg nog elke dag open. Mireille Madou eindigt haar toespraak dan ook met de woorden: “Dank voor uw aandacht en dank dat u de weg open houdt’.

Hulde voor erelid Mireille Madou
Genootschapsbestuurder Adrie Dik bedankt ons erelid Madou op hartelijke wijze en het applaus dat daarbij enkele malen vanuit de zaal komt, spreekt boekdelen: de aanwezigheid van Mireille Madou, de beelden die ze ons toonde en de woorden die zij sprak, zijn door de aanwezigen in de grote universiteitsaula buitengewoon gewaardeerd.