donderdag 28 november 2024

Tiraboleiro zijn

Woensdag 27 november 2024
 
Acht Tiraboleiros slingeren de Botafumeiro in de kathedraal















Botafumeiro slingeren
Vanavond wonen Durkje en ik de lezing-avond bij van de Regio Fryslân van ons Nederlands Genootschap van Sint Jacob. Het wordt een avond met een spreker, met drankjes, foto's, filmpjes met muziek en iets lekkers; en dat alles in een Spaanse sfeer. Deze avond wordt gehouden in Akkrum. 
Spreker Herman Velvis – bestuurslid van ons pelgrimsgenoootschap - zal ons vanavond meenemen in zijn verhaal van achter de schermen inzake het slingeren van het wierookvat (de botafumeiro) in de kathedraal van Santiago de Compostela. 
De titel van zijn lezing luidt: ‘Tiraboleiro zijn'.
Velvis vertelt zijn eigen verhaal, van een pelgrim die uiteindelijk na negen jaar het wierookvat in de kathedraal van Santiago de Compostela mocht slingeren. Het is het verhaal van hoe puzzelstukjes in elkaar vallen en hoe voor hem toen hèt moment als zogenoemde 'tiraboleiro' zich aandiende.
  • Wat steekt er achter het slingeren van het beroemde wierookvat?
De pelgrim die ook tiraboleiro werd
Met een bijzonder verlof van zijn werkgever (het UMCG) ging Herman Velvis voor het eerst pelgrimeren, van het Franse Vézelay via het Spaanse bedevaartsoord Santiago de Compostela naar het bedevaartsoord Fatima in Portugal.
Fatima is een plek, vooral ook voor jongeren, om vanuit daar verder te gaan en te komen in je leven.
  • Aan zo’n spirituele pelgrimsreis komt eigenlijk nooit een eind. Eén van de vervolgen daarop was voor Velvis vrijwilliger worden in een pelgrimsherberg. Daartoe volgde hij de voorbereidende cursus. Ook werd hij voor ons pelgrimsgenootschap gastheer in de Huiskamer der Lage Landen, in Santiago de Compostela, waar de pas gearriveerde pelgrims worden ontvangen. Ook werkt hij af en toe op het pelgrimsburo in Santiago de Compostela, waar de nieuw-gearriveerde pelgrims hun Credencial afhalen, zijnde het op pelgrimsnaam gestelde certificaat van de afwikkeling van je pelgrimsreis. Ook is hij vrijwilliger in de kathedraal van Santiago de Compostela, en doceert hij en verzorgt lezingen zoals bij ons vanavond in Akkrum.
  • In Santiago de Compostela ontmoette hij een oude kennis, Suso, die tiraboleiro is. Suso nodigde Herman uit om toe te treden tot de groep van tiraboleiros, die het rookvat slingeren in de kathedraal.
  • De huidig originele, verzilverde botafumeiro (het oorspronkelijke wierookvat dateert overigens van 1554) staat in het museum, en weegt 63 kilo, 
  • Aan de onderkant van de botafumeiro zit een ster. Aan de tiraboleiro zitten ringen, waardoor de slingertouwen gaan. Het draaimechanisme bovenin de kerk is een katrol. Met z’n achten trek en slinger je als tiraboleiro's de botafumeiro, en één daarvan is de dirigent. Deze slingeraars trekken niet zomaar aan de touwen, maar gaan daarbij elke keer neerwaarts door de knieën. Eén keer in de 15 jaar wordt het trektouw vervangen. Het touw weegt 90 kilo en is 65 meter lang. De maximale hoogte die het wierookvat (botafumeiro) tijdens het slingeren bereikt, is 21 meter, en hij mag met een maximale snelheid van 68 kilometer per uur zwaaien. 
  • De botafumeiro was aanvankelijk bedoeld om de aangekomen en toch wel stinkende pelgrims te bewieroken, want ja, zij waren bij aankomst vroeger natuurlijk niet zo fris schoon als hedentendage. 
  • Vroeger kwamen er zo'n miljoen pelgrims per jaar aan bij en in de kathedraal van Santiago de Compostela. Tegenwoordig zijn dat er zo’n vijfhonderdduizend pelgrims per jaar.
  • Het katrolmechanisme van de botafumeiro dateert van 1604, en dat keert de botafumeiro bij elke slinger met radertjes. 
  • Een tiraboleiro is een slingeraar van de botafumeiro. Herman werd vanuit het pelgrimsburo van Santiago de Compostela afgevaardigd om mee te gaan doen als tiraboleiro. Alleen mannen worden toegelaten tot deze taak. Deze mannen worden afgevaardigd door verschillende organisaties, zoals bijvoorbeeld ook het pelgrimsmuseum.
  • Er zit zo’n 400 gram gloeiende houtskool in de botafumeiro, waaraan vervolgens wierook wordt toegevoegd. Dat ritueel wordt met een zegen van de voorganger bekroond, en dan begint het  indrukwekkende slingeren van dit grote wierookvat.
  • Je moet je als tiraboleiro concentreren op het verdelen van de touwknopen. Je moet bovenal luisteren naar de dirigent. Op zijn bevel ga je elke keer dat de botafumeiro in de mis functioneert 17 tot 18 keer trekken, met korte of lange trekken, op de wijze zoals de dirigent dat dirigeert. Ondertussen klinkt in de kerkzaal muziek tijdens het slingeren, namelijk het lied van de apostel Santiago. 
  • Binnen het altaargedeelte moet de botafumeiro tot slot uitdoven, en daarna mag hij worden stilgezet; behalve als de aartsbisschop voorgaat, want dan moet het wierookvat slingeren tot hij helemaal stil ligt. 
  • In een heilig jaar moet de botafumeiro elke dag worden geslingerd. En bij betaling van zo’n 550 euro wordt de botafumeiro voor jou geslingerd. Ook voor huwelijken en bij speciale jubilea mag je betalen, en ook dan wordt voor jou de botafumeiro extra geslingerd, maar dat moet qua bemanning natuurlijk dan nog wel worden georganiseerd.
  • Er is een pool van zo'n 30-32 mannen die tiraboleiro zijn. Er zijn drie dirigenten. 
  • In december 2023 was de botafumeiro in onderhoud, vanwege scheurtjes in de ophangringen, maar toen bleek ook dat de katrol een pin minder had. Beschadiging aan het slingersysteem vormen een serieus risico, want het tijdens de mis losraken van de slingerende, zware botafumeiro is levensgevaarlijk. Eind juni 2024 is de botafumeiro weer teruggekomen in de kathedraal. 
  • Het is en blijft een voorrecht om tiraboleiro te zijn. 
Inmiddels is Herman ook lid van de broederschap van Sint Jacob. Daarbij krijg je een medaillon, die je als broederschapslid bij speciale gelegenheden draagt. 
  • Pelgrimage is - aldus Velvis - niet zozeer een kwestie van alleen religie, want van belang is vooral wat er als pelgrim met je lichaam en geest gebeurt.
  • In principe behoor je in Santiago de Compostela als gearriveerde pelgrim eerst je Compostela (het pelgrimscertificaat van de bisschop) te halen, en pas daarna ga je naar de kathedraal, waarin je dan de pelgrimszegen krijgt over je pelgrimage, te midden van al die andere medepelgrims, en dáár schuilt voor jou als pelgrim nu juist de kracht in.
  • Het slingeren van de botafumeiro wordt niet vooraf aangekondigd, vooral ook omdat het voor de pelgrim niet zozeer zou moeten gaan om de botafumeiro, maar wel van belang is het om na aankomst de pelgrimsmis in de kathedraal van Santiago de Compostela bij te wonen, waarin aan jou dan de pelgrimszegen wordt gegeven. Dáár gaat het bovenal om.

maandag 25 november 2024

Hannekemaaierspad Neurhede - Bakkeveen

Maandag 25 november 2024
 
Cover van de wandelgids

Stichting Hannekemaaiers-pad
De Stichting Hannekemaaierspad is opgericht om cultuurhistorisch waardevolle wandelpaden te behouden. Om haar doel te bereiken, houdt deze stichting zich sinds 1999 bezig met het ontwikkelen van een wandelpadennetwerk van meerdaagse trektochten, die zijn gebaseerd op de historische reisroutes van de zogenoemde Hannekemaaiers, de trekkende seizoen-arbeiders die al vanaf circa 1600-1650 vanuit Duitsland in Nederland kwamen werken.
Deze stichting vindt het belangrijk dat de bovengenoemde cultuurhistorische paden blijven bestaan, want anders zouden die meestal onverharde paden in rap tempo dreigen te verdwijnen. De stichting beijvert zich er derhalve voor om deze oude wandelpaden op te sporen, teneinde die cultuurhistorische wandelpaden op te nemen in wandelroutegidsen. Zo neemt de bekendheid ervan toe, en worden deze oude paden weer en meer belopen. 

Hannekemaaierspaden tussen Duitsland en Noord-Nederland
De stichting Hannekemaaierspad wil meerdere routes van Hannekemaaierspaden uitwerken. Daarbij wordt aangesloten op een oorspronkelijk trekroute van Bourtange via Bakkeveen naar Lemmer, en daar omheen komen uitbreidingen door het noorden van Nederland, vice versa tussen Duitsland en Nederland.
Een deel van de voormalige hannekemaaiers (1600-1900) ging vanuit Duitsland richting westen eerst aan de slag als veenarbeider in Nederlandse turfwinningsprojecten, voordat men verder trok naar de meer seizoensgebonden maaigebieden op de weidegronden in Fryslân.
Na de Nederlandse landbouwcrisis rond 1880 kwam er ook een omgekeerde stroom van trekarbeiders op gang.
De routes van het Hannekemaaierspad zijn beschreven in enkele handzame wandelgidsen, die zijn voorzien van wandelkaarten met bijbehorende routebeschrijvingen. Verder zijn de gidsen voorzien van  achtergrondinformatie over met name de geschiedenis, cultuur en natuur.
Deze routes zijn overigens niet bewegwijzerd, en ze maken ook geen gebruik van het wandelknooppuntennetwerk.

Hannekemaaierspad Neurhede - Bakkeveen
Eén van de wandelgidsen van het Hannekemaaierspad beschrijft de 106,7 kilometer lange trektocht van het Duitse Neurhede naar het Friese Bakkeveen, beginnend bij het Poepekruis in het Duitse Neurhede en eindigend bij het Poepekruis in het Friese Bakkeveen. 
Durkje en ik hebben gebruik gemaakt van de derde druk van deze wandelgids, die is uitgegeven in het jaar 2014.

Een trektocht van Poepekruis tot Poepekruis
Deze wandelgids beschrijft in 18 etappes een route die voor een groot deel door Groningen en Drenthe loopt.
Dergelijke routes werden tussen de 16e en de 20e eeuw als jaarlijks terugkerende tocht van Duitsland naar Nederland gelopen door marskramers, turfstekers, blekers, steenbakkers of grasmaaiers.
Zulke Duitse mannelijke maar ook wel vrouwelijke trek-handelaren (in textiel), werkten soms zelfstandig, maar soms ook wel voor de Tödden (Duitse kooplui). Deze zogenoemde lapkepoepen (kiepkerels of marskramers) gingen in eerste instantie - doeken en lakens verkopend - van deur tot deur. 
Daarnaast richt deze wandelgids zich ook op de Duitsers die vroeger (circa 1650-1920) als grasmaaiers (hannekemaaiers) seizoensarbeid verrichtten voor bijvoorbeeld Friese (greid)boeren.
Maar het bleef niet alleen bij arbeiders, want deze regio was ook in trek bij Duitse predikanten, en mensen die een functie hadden in het leger en in het bestuur. Behalve economische, hadden deze Duitse migranten dus ook wel religieuze of politieke motieven om in het noorden van Nederland te komen werken.
Deze wandelgids laat je over zandruggen en door beekdalen wandelen, door ontveende gebieden, van schans naar schans, onder andere langs de Zwartendijksterschans (Een) en het Poepenhemeltje (Rolde).
Aanvankelijk liepen deze trekarbeiders, maar later werd ook wel gereisd in trekschuiten op turfvaartroutes naar bijvoorbeeld Groningen of Lemmer.
 

In vijf dagen van Neurhede (D) naar Bakkeveen (Frl)
Van onze vijf afzonderlijke etappes heb ik elke keer een dagverslag in de vorm van een blog geschreven, en die als praatje bij plaatjes (een fotoselectie) gepubliceerd op mijn (deze) weblog.
Hieronder staan van alle etappes - zoals Durkje en ik die samen in oktober & november 2024 hebben gelopen - een weblink naar het dagverslag van de hieronder aangegeven 5 etappes.
Deze trektocht van 106,7 kilometer over de oude paden van de hannekemaaiers, de lapkepoepen en de fyndoekspoepen hebben Durkje en ik op de volgende vijf wandeldagen gelopen.
1. Op 12 oktober 2024 liepen we van Neurhede (D) naar Onstwedde (NL) (20,0 kilometer);
2. Op 15 oktober 2024 liepen we van Onstwedde naar Gasselternijveen (19,5 kilometer);
3. Op 7 november 2024 liepen we van Gasselternijveen naar Balloo (21,5 kilometer);
4. Op 11 november 2024 liepen we van Balloo naar Peest (23,0 kilometer).
5. Op 20 november 2024 liepen we van Peest naar Bakkeveen (22,7 kilometer).

zondag 24 november 2024

Memoriazondag 2024 in De Hege Stins van Stiens

Memoriazondag 24 november 2024
 
Namen van de dopelingen & overledenen tussen de Alfa & Omega
















Eeuwigheidszondag
Vandaag op deze Memoriazondag - ook wel Eeuwigheidszondag genoemd - gedenken we als Protestantse Gemeente te Stiens alle dierbaren, die ons in het afgelopen kerkelijk jaar (dat vandaag ten einde komt) zijn ontvallen. We vieren dat vanmorgen in De Hege Stins van Stiens als kerkelijke gemeente, samen met de nabestaande familieleden van de overleden gemeenteleden van onze kerk.
We geloven, hopen  en vertrouwen erop dat de Eeuwige ons vandaag op deze bijzondere zondag - de laatste van ons kerkelijk jaar - zal bemoedigen en troosten met Zijn onmisbare zegen. 
Als we de kerkzaal vanmorgen binnenkomen, staat op het liturgisch centrum vóór de viertafel een wit gedekte tafel met daarop de kaarsenstandaards waarop straks de dan brandende herdenkingskaarsen zullen worden gezet, opdat zij gedurende de kerkdienst ons zullen beschijnen. Voor iedere overledene brandt dan een kaars, die symbool staat voor hun aanwezigheid diep in onze hoofden & harten. 
We zingen samen:
"Dit huis, met liefde opgebouwd, 
dit gastenhuis voor jong en oud,
ligt langs de weg als een oase; 
hier kan men putten: nieuwe kracht,
hier is beschutting voor de nacht, 
hier is het elke zondag Pasen!
Gezegend al wie binnengaat 
en hier zijn lasten liggen laat."

Heer, herinner U de namen
Voorganger van deze ochtendkerkdienst is dominee Jak Verwaal. Het kerkorgel wordt bespeeld door Take Beukema en lector is vandaag Piet Smit.
Aan het begin van de kerkdienst nodigt de voorganger in enkele ronden na het voorlezen van de namen van steeds vier of vijf overledenen de in de kerk aanwezige nabestaanden uit om naar voren te komen, om van hem een herdenkingskaars in ontvangst te nemen, die dan aan te steken aan de Paaskaars vóór in de kerk, waarna de brandende kaarsen worden geplaatst op de kaarsenstandaards op het Liturgisch Centrum van De Hege Stins. Tijdens dat aandachtsmoment zijn wij stil en luisteren we naar de bijpassende muziek van ons kerkorgel. 
Als zo alle overledenen één voor één zijn herdacht, wordt ook nog één kaars aangestoken voor wie vandaag in andere kerken of elders al dan niet een kaars wordt aangestoken, die wij wel in het midden van onze families en vriendenkringen missen.
We luisteren naar de tekst van het lied:
"De mensen van voorbij, zij worden niet vergeten.
De mensen van voorbij, zijn in een ander weten.
Bij God mogen ze wonen, daar waar geen pijn kan komen.
De mensen van voorbij zijn in het licht, zijn vrij."

Met U in het paradijs
We zingen liederen samen, lezen uit de Bijbel, bidden, en luisteren naar de uitleg van dominee Verwaal bij de bijbelteksten die zojuist zijn voorgelezen door de lector.
Wij denken aan al die geliefde mensen die wij zo node missen, en realiseren ons maar al te zeer hoe hun naam en nagedachtenis ons tot heil & zegen zijn; gisteren, vandaag en morgen, en al de dagen die daarop volgen.
Laat de doden eeuwig leven
met U in het paradijs.

zaterdag 23 november 2024

Streekprodukten 'fan 'e pôle' op de Boerenstreekmarkt

Zaterdag 23 november 2024
 
Zo vroeg in de ochtend is het nog rustig op de Boerenstreekmarkt

















De Nije Leije bij Alde Leie
Vlakbij het Friese dorp Alde Leie vind je de zogenoemde 'Nije Leije', bedoeld als een broedplaats voor natuurlijk ondernemen en toekomstbestendige initiatieven. 
Bij de Nije Leije wil men de natuur verbinden met ondernemerschap, en inventiviteit te verbinden met vakmanschap, zulks met respect voor de natuur. 
Geprobeerd wordt om een gemeenschap te creëren, waarin ondernemende huurders, tuinders en vrijwilligers werken en elkaar ondersteunen.

Uitbreiding van het aanbod
Eén van de initiatieven in de Nije Leije is de zogenoemde Boerenstreekmarkt
Dat is een tweewekelijkse warenmarkt met een divers aanbod van lokaal geproduceerde producten, zoveel als mogelijk verkocht door de producenten - zoals de jagers en de boeren - zelf. 
Veel van die producten worden door de markthandelaren op eigen terrein gemaakt, dus je zou kunnen zeggen dat het vooral producten zijn van de eigen - op z'n Fries - 'pôle'.
Vandaag is de Boerenstreekmarkt weer open, dus bij aanvang om 10:00 uur wandel ik de grote warenmarkthal binnen, op zoek naar het lokale en regionale aanbod aan levensmiddelen, aangevuld met enig non food. 
Het is om tien uur vanmorgen nog rustig, dus je kunt nog even in alle rust bij alle marktstands langslopen, maar als ik ruim een half uur later klaar ben met de aankopen van deze biologische en lokale streekproducten, is er al een grote toeloop aan belangstellenden. 
Het valt me vandaag weer op dat het aanbod aan verkoopwaar van lokale en biologische artikelen elke keer groter en diverser wordt. Er zijn al weer meer aanbieders dan tijdens de voorgaande marktdagen.
Het assortiment bestaat uit bijvoorbeeld: aardappelen, groenten, fruit, zuivelproducten, vlees en gevogelte, vis, vruchtensappen, kruiden, brood, maar ook biologisch gefabriceerd zeep. 
In de horecahoek zijn diverse dranken en soepen te koop, die ter plekke ook genuttigd kunnen worden.
En verder is het een mooie gelegenheid om elkaar tussen de bedrijven door te ontmoeten, want de kijkers en kopers komen vanuit de wijde omtrek van Alde Leie.

CNV-ledenbindingsavond van Regio Fryslân in Dokkum

Vrijdag 22 november 2024
 
Klún en Knoffelhakke in theater Sense te Dokkum


















CNV-Platform voor Friese vakmensen
Als verenigingsleden van de vakbond CNV zijn we in groten getale naar theater Sense gekomen in Dokkum, voor de zogenoemde Ledenbindingsavond van de CNV-regio Fryslân.
Na de opening door de regio-voorzitter met een praatje over Duurzame Inzetbaarheid krijgt algemeen secretaris Pien Zijlstra het woord om de bijna volle theaterzaal toe te spreken over de actuele stand van zaken na de afgelopen interne herordening van alle CNV-sectoren. Daarbij geeft ze aan dat we in de huidige tijd van polarisatie vooral zouden moeten werken aan Verbinding, want daarin schuilt onze kracht. Ook zegt ze dat Solidariteit een belangrijke taak is voor het CNV, juist in de huidige tijd van verdeeldheid. 

Theatervoorstelling
Daarna volgt een Friestalige theatervoorstelling van het Friese duo 'Klún en Knoffelhakke' (Broer Douma & Hendrik van der Heide). De voorstelling speelt zich grotendeels af in een televisiestudio, want de beide heren gaan van start met een nieuwe Friese commerciële Omroep. 
Wat volgt, is een avondvullend theaterprogramma, waarin vóór en na de pauze een groot aantal typetjes ten tonele verschijnt, zowel vóór als achter de televisiecamera.

Zorgvraag van kwetsbare groepen versus Marktwerking & Decentralisatie

Donderdagmiddag 21 november 2024
 
Michelle van Tongerloo

Lezing van arts Michelle van Tongerloo
Vanmiddag organiseert de Academie Gezondheid & Welzijn van NHL Stenden Hogeschool een inspirerende netwerkbijeenkomst in haar Auditorium te Leeuwarden.
Tijdens deze bijeenkomst geeft Michelle van Tongerloo, huisarts en straatarts (bij de Pauluskerk) in Rotterdam, een lezing. 
Van Tongerloo werkt in één van de armste wijken van Rotterdam-Zuid en biedt daarnaast zorg aan daklozen en aan kwetsbare mensen zonder papieren. Ze koppelt grote maatschappelijke vraagstukken aan de rauwe realiteit van haar werk als arts. Haar ervaringen publiceert ze in onder andere Vrij Nederland, NRC en Trouw.
Tijdens deze middaglezing gaat Michelle in op de zorgvraag van kwetsbare groepen en op de impact van marktwerking en decentralisatie in de zorg. Haar krachtige verhalen, gebaseerd op persoonlijke ervaringen uit haar spreekkamer, brengen systemische problemen tot leven. Dit maakt haar lezing niet alleen informatief, maar ook aangrijpend, zo blijkt vanmiddag.

Zorg in een tijd van marktwerking & decentralisatie
Michelle van Tongerloo vertelt in haar lezing vanmiddag over haar ervaringen, bijvoorbeeld over een patiënt van de straat, die in het ziekenhuis wordt opgenomen, daar zo snel mogelijk wordt behandeld, en dan direct na zijn ontslag al weer op straat staat; en dat gebeurde bij hem herhaaldelijk. Als zorgverlener voelt dat heel vervelend om dat zo te doen, want je voelt voortdurend dat je jegens je patiënt tekortschiet.
  • Ook bij de zogenoemde 'ongedocumenteerden' (die geen identiteitspapieren hebben), zoals bijvoorbeeld mensen die illegaal in Nederland verblijven, wordt als voorwaarde voorafgaand aan hun behandeling een identiteitsbewijs gevraagd en/of een bewijs dat de patiënt legaal in Nederland verblijft, maar ja, dat lukt natuurlijk nooit bij een ongedocumenteerde patiënt. Die krijgen dan niet de zorg die ze behoeven.
  • Als een patiënt niet over voldoende financiële middelen beschikt, voel je als behandelaar de noodzaak - althans voor wat betreft Van Tongerloo - om dan zelf maar op één of andere manier en zo snel mogelijk voor het benodigde geld te zorgen. Als dat niet of als dat te laat klaar is, kan dat uiteindelijk wegens het nalaten of door het uitstellen van de benodigde behandeling tot overlijden van de patiënt leiden. 
  • Ook al bel je iedereen om hulp en/of geld, dan nog krijg je veelal te maken met dat het niet lukt om te voorzien in de benodigde financiële middelen. Als arts krijg je zo vaak te maken met mensen die dood gaan als en/of omdat er niet iets wordt gedaan wat qua zorg wel nodig is.
  • Veel mensen die juist de hulp & zorg zo hard nodig hebben, krijgen die hulp & zorg niet, zo blijkt in de praktijk.
  • Daarna vertelt Michelle over haar vorige werkzaamheden op Sint Eustatius. Daar bleek al heel snel dat daar geen onderscheid gemaakt kan worden tussen je thuissituatie en je werksituatie. De eilanders regelen namelijk zelf wel voor hun familieleden wat zij nodig hebben, en dan krijg je de familie van een patiënt zomaar thuis op je stoep om als arts/zorgverlener wel met een oplossing te komen.
  • Wij kunnen ons als zorgverleners heel gemakkelijk distantiëren van onze patiënten (we trekken de witte jas aan) - dat zie je in zorginstellingen feitelijk ook gebeuren - en dat is in Nederland zo langzamerhand wel ons probleem geworden in de zorg. Ons zorgsysteem is verziekt.
In Nederland zie je dat protocollen, richtlijnen en geld leidend zijn geworden in de zorg, in plaats van dat 'de mens' leiden is. Niemand is (en/of voelt zich) meer verantwoordelijk voor het geheel, en iedereen focust zich maar op een klein stukje van de zorg. Daar help je onze patiënten niet mee. Zorg is daardoor als het ware een 'mistig geheel' geworden. Resultaat van dat gedrag is dat de mensen daardoor niet meer beschermd zijn.

De alleenstaande tienermoeder
Dan volgt van Michelle van Tongerloo een praktijkverhaal uit het leven van één van haar patiënten:
  • Een jonge vrouw wordt onverwacht zwanger, wil dan wel een abortus, maar mag geen abortus plegen van haar vriend. Even later verlaat haar vriend zijn zwangere vriendin. Zij woont nog steeds thuis bij haar ouders, gaat door met haar studie, en gaat erbij werken. Uiteindelijk stopt ze met haar studie. De baby wordt geboren, maar ze werkt wel door. Het afwijkende gedrag van haar zoontje valt op, en haar familie kan daar niet mee omgaan, dus ze moet noodgedwongen stoppen met werken. Ze gaat vervolgens naar een moederhuis, wat overigens van de bijstand niet kan worden betaald. Gevolg is dat ze daardoor schulden krijgt, in plaats van dat het haar helpt.  Haar zoons gedrag verergert, en zijn logopedie stopt mede daardoor. De gemeentelijke sociale dienst zegt dat ze maar naar de biologische vader van haar kind moet, die trouwens hun kind niet heeft geaccepteerd als zijnde zijn natuurlijke zoon. Na een jaar wachttijd kan ze met haar zoon naar de GGZ, maar dan begint eerst een uitgebreid onderzoek, en dus nog geen behandeling. Ze stopt vanwege problemen met het contact met de vader van haar kind, waardoor - als gevolg daarvan - haar financiële ondersteuning wordt stopgezet, want - zo zegt de gemeente - moeder werkt niet mee aan de regels die zijn gesteld aan geldelijke ondersteuning voor hulpverlening. Resultaat is dan: geen hulp voor haar kind, in de schulden, geen werk, en geen geld meer. Ze moet dan noodgedwongen toch terug naar haar ouders, waar haar moeder inmiddels ook nog een kind heeft gekregen. Ze slaapt daar samen met haar zoontje op een eenpersoons matras onder de tafel, op de grond. Dan verschijnt er een jongerencoach waar ze niets aan heeft. Haar kind gaat naar school, maar wordt daar weggestuurd vanwege zijn afwijkende gedrag. De jonge moeder gaat weer werken, ‘s nachts in een fabriek. En nu - na alles wat er al is gebeurd - is dan het moment aangebroken dat Michelle van Tongerloo met haar te maken krijgt. Bij het consult breekt het zoontje van deze tienermoeder zo’n beetje de spreekkamer af.
Alleenstaande tienermoeders hebben het in Nederland heel moeilijk.
Geen enkele hulpinstantie zit met de andere instanties op dezelfde lijn. Ze werken gefragmenteerd, met de focus op een klein deel van de gehele zorg. Elke organisatie gaat zo zijn eigen gang, en voelt zich niet verantwoordelijke voor het geheel van de zorg. Maar daar help je de mens/je patiënt niet mee.
  • Michelle is zich gaan bemoeien met de hulp en opvang van bovengenoemde tienermoeder met haar zoontje, en vanaf dat moment zag je dat het gedrag van het kind zienderogen opknapt. Duidelijk is nu wel dat het kind (vanwege zijn afwijkende gedrag - veroorzaakt door de netelige situatie) de dupe werd van de al helemaal uit de hand gelopen situatie. 
Het huidige probleem is niet dat we de kwetsbare mensen moet helpen, maar we moet de ambtenaren en zorgverleners gaan helpen. De door hen bedachte zorgmodellen worden door hen boven de werkelijkheid gesteld. Daardoor zijn we de werkelijkheid daarmee gaan verwarren, en hebben we het zicht verloren op de kwetsbare mens.

De arbeidsmigrant
Michelles volgende casus is het verhaal van een arbeidsmigrant, met waarschijnlijk wel een botbreuk, maar geen ziektekostenverzekering.
  • We moeten ons gaan realiseren dat het te duur is om te falen in onze menselijkheid.
  • De beschikbaarheid van de zorg varieert omgekeerd met de zorgbehoefte.
  • De mensen die de meeste zorg behoeven, krijgen in werkelijkheid de minste zorg.
  • Mensen worden ontslagen uit ziekenhuizen, maar dan worden ze ontslagen terug naar omstandigheden die ziek maken.
De dakloze moeder met kinderen
Michelle kreeg een dakloze moeder met twee kinderen vóór zich. Moeder geeft nog borstvoeding, maar krijgt geen opvang, want de gemeente vindt dat ze nog zelfhulpzaam is, wat eigenlijk niet zo is.  Moeder heeft samen met haar twee kinderen wel degelijk hulp nodig.
  • Dat mensen na één tegenslag dakloos kunnen raken, raakt iedereen.
  • Kwetsbare groepen worden in onze tijd tegen elkaar uitgespeeld.
  • Armoede kunnen we uitbannen, maar we sturen er juist op (aan), in de verkeerde richting.
  • Als iemand verslaafd is, is het enige dat telt: die verslaving. 
  • Je moet naar die kwetsbare mensen toe gaan, nieuwsgierig zijn en met hen contact maken.
  • Zulke mensen hebben echt wel gezonde talenten, maar die moet je wel naar boven zien te krijgen.
  • Wees dus nieuwsgierig en sluit je aan bij die mensen. Maak je klein, en voed hen met hoop, dat ze uiteindelijk toch iets kunnen met hun leven. 
  • Dit leer je allemaal niet in je opleiding, maar wel in de praktijk.
Michelle van Tongerloo heeft inmiddels een stichting opgericht om deze kwetsbare mensen te helpen, buiten de gebruikelijke paden om. Michelle schreef over deze problematiek in de zorg ook het boek: 'Komt een land bij de dokter’.

Vragenronde na de lezing
Na haar lezing in een bijna vol auditorium worden de deelnemers in de zaal in de gelegenheid gesteld om vragen te stellen aan Michelle van Tongerloo. Hieronder een aantal items die daarin aan de orde worden gesteld door de aanwezigen:
  • Michelle kan vandaag in deze sessie maar kort iets vertellen, en geeft aan dat de overheid dit zorgprobleem niet meer kan oplossen. 
  • Er zijn al heel veel burgerinitiatieven ontstaan, die ervoor gaan zorgen dat mensen wel de hulp en de zorg krijgen die ze echt nodig hebben.
  • De tegenwerking van gemeenten is duidelijk. Dat helpt beslist niet, maar gelukkig gebeurt er via de actuele burgerinitiatieven wel iets goeds.
  • Er zit een Leeuwarder raadslid in de zaal, die Michelle vraagt om een opdracht voor gemeenten. Michelle is heel duidelijk naar haar, en zegt daar niet meer over na te denken, want ze heeft het al zo vaak geprobeerd. Het wordt helemaal niets bij de gemeente, want gemeenten werken compleet top down, en daar werkt Michelle niet langer meer aan mee. Ze zoekt het daarom nu maar buiten de gemeenten om.
  • Hoe kunnen we de lastige bubbel doorbreken dat ook gewone huisartsen deze mensen gaan helpen?, zo luidt een volgende vraag aan Van Tongerloo. Michelle geeft aan dat het in elk geval direct al bij de opleidingen van artsen moet beginnen, want dit zit allemaal nu nog niet in de opleiding van huisartsen. 
  • Verder zouden we anders met elkaar moeten omgaan in onze maatschappij. Daarvoor moeten we de niet helpende top down-benadering doorbreken, en dingen anders, vooral beter gaan doen.
  • In een onderzoek zou je wel eens kunnen gaan onderzoeken wat het (ook financiële) verschil is tussen enerzijds een behandeling op reguliere manier te doen, en anderzijds die behandeling op Michelles alternatieve wijze te doen.  
  • Mensen met afwijkende levensbeelden zouden veel meer in de politiek actief moeten zijn, toegelaten moeten worden in het politieke veld, want dán verandert er tenminste iets.
  • Artsen zijn heel erg gericht op de ziektesymptomen (wat vooral in de opleiding zit) in plaats van te kijken naar dat wat achter die symptomen schuil gaat. Artsen zouden ook meer naar zichzelf moeten kijken, naar waarom ze het zo lastig vinden om op een andere manier andere vragen aan een patiënt te stellen. Artsen moeten professioneel de patiënt nabij zijn. 

vrijdag 22 november 2024

Simon Vestdijk en de korfbalsport

Donderdag 21 november 2024
 
Lunchlezing van Michel van Gent in Tresoar

















Lunchlezing in Tresoar
“Stijgen, buigen, kantelen… floep door de mand!” In zijn debuutroman ‘Terug tot Ina Damman’ (1934) schreef de beroemde romanschrijver en dichter Simon Vestdijk over een korfbalwedstrijd. Dat is opmerkelijk, want in die tijd was korfbal nog een nieuwe sport. 
Vandaag zijn Durkje en ik aanwezig bij de lunchlezing in Tresoar, waarin Michel van Gent de spreker is. In deze lezing belicht Van Gent de relatie tussen enerzijds de romanschrijver en dichter Simon Vestdijk en anderzijds het korfbal in Harlingen. 
  • Hoe kwam Vestdijk in aanraking met korfbal? 
  • Was hij een goede korfballer? 
  • In hoeverre geeft hij een realistisch beeld van korfbal in zijn debuutroman? 
  • Speelde Ina Damman ook korfbal?
Simon Vestdijk
Simon Vestdijk (1898-1971) is geboren en getogen in Harlingen als zoon van Simon Vestdijk & Anna Mulder. 
Simon jr. zijn vader stond bekend als een strenge gymnastiekleraar van de lokale HBS in Harlingen met driejarige cursus en van de Eerste, Tweede en Derde Gemeenteschool. Zijn moeder was huisvrouw. 
In 1912-1915 bezocht Simon junior de HBS, waarna hij de laatste twee jaren van de HBS in Leeuwarden voltooide. Daarna studeerde hij geneeskunde aan de universiteit van Amsterdam, waarna hij scheepsarts werd. Toen begon hij gedichten te schrijven.
In het najaar van 1934 maakte Vestdijk zijn debuut als romanschrijver met zijn boek ‘Terug tot Ina Damman’. In dat boek beschrijft hij de geschiedenis van een jeugdliefde, waarin ook een beschrijving voorkomt van een korfbalwedstrijd. Deze korfbalwedstrijd werd gespeeld in het eerste jaar van de hoofdpersoon Anton Wachter, op de HBS in Lahringen (lees: het Harlingen in 1912-1913). Dat is opmerkelijk, want korfbal was toen nog een nieuwe sport. In 1903 was namelijk de Nederlandsche Korfbalbond opgericht, maar die had in 1912-1913 nog lang niet overal in Nederland korfbalclubs onder zijn hoede.

Michel van Gent 
Michel van Gent is onderzoeker aan het Huygens Instituut (KNAW) in Amsterdam. Hij werkt aan de digitale databank ‘Sportbonden, sportclubs en sportperiodieken in Nederland tot 2000’, waarvan het gedeelte tot 1940 inmiddels online raadpleegbaar is. 
Van Gent was 38 jaar korfbalmedewerker van eerst de Leidse Courant en later van het Leidsch Dagblad. Verder was hij betrokken bij de inventarisatie van het archief van het Koninklijk Nederlands Korfbalverbond in het kader van de overdracht van dit archief aan het Nationaal Archief in Den Haag.

Lezing over Vestdijk & Korfbal
Vestdijk gebruikte veelal bestaande personen als personages in zijn schrijfsels, maar gebruikte daarbij schuilnamen. Zijn lange lijst van schuilnamen is gelukkig bewaard gebleven. De echte Lies Koning zie je daarin bijvoorbeeld staan met als schuilnaam Ina Damman.
Tijdens deze lezing van Van Gent passeren enkele namen uit de romans van Vestdijk, met erbij de feitelijke gegevens van de personages die werkelijk hebben bestaan. Daarbij benoemt hij ook enkele feitelijke onjuistheden zoals die in de romans zijn beschreven. 
Met gedichten kon Vestdijk niet voldoende verdienen, waardoor hij romans ging schrijven, met 'Terug naar Ina Damman' als romandebuut. .
Op de vraag of Simon Vestdijk ook korfbalde, was in bestaande bronnen (tot nu toe nog) niet geschreven. 
  • Maar heeft hij wel gekorfbald? 
  • Of is het allemaal fantasie?
In zijn jeugdjaren had Simon geen echte kameraden, hetgeen overigens eveneens geldt voor het hele gezin Vestdijk.
  • In 1902 wordt de eerste korfbalwedstrijd op een braakliggend veld tegenover een school gespeeld.
  • Daarvóór werd er in Amerika al basketbal in drie vakken gespeeld. De Nederlander Nico Broekhuizen werkte dat uit naar korfbal, en direct al in 1902 verschenen de spelregels van korfbal. Een jaar later werd de Nederlandse Korfbalbond al opgericht met zes korfbalclubs als eerste leden. De eerste korfbalcompetitie startte in 1904. Korfbal was aanvankelijk nog schoolgerelateerd.
  • In 1907 ging de hoogte van de korf van 3 meter naar 3,5 meter. Daarmee wilde men een ander, dynamischer spel verkrijgen.
  • Korfbal is een eenvoudige en goedkope sport, want je hebt er maar weinig voor nodig. Het brengt je hele lichaam in beweging, dus is het een veelzijdige sport. Het is geen ruwe sport, en het biedt de kans om jongens en meisje tegelijk en samen laten spelen. Aanvankelijk waren er trouwens ook damesploegen en militaire teams. 
  • Het was de eerste gemengde sport, in een toch wel conservatief Nederland in het begin van de vorige eeuw. Er kwam dan ook wel degelijk kritiek op het spelen van korfbal. Zo werd wel beweerd dat korfbal een meidensport is, en dus niet bedoeld voor mannen. 
  • In 1907 werd de eerste spelcursus gegeven in Breda, waarbij ook bovengenoemde Nico Broekhuysen aanwezig was.
  • Gymnastiekverenigingen gingen in Friesland korfbal aanbieden voor meisjes in damesclubs.
  • In 1908 is bij de Harlinger HBS de eerste korfbalclub in Harlingen opgericht, zijnde een gemengde club voor alleen HBS-leerlingen. In de regionale korfbalcompetitie bleek die echter niet succesvol.
  • In 1913 wordt in Harlingen de vereniging Frisia opgericht, een algemene korfbalclub, waardoor ook niet-HBS-ers vanaf dat moment in Harlingen konden gaan korfballen.
  • De roman van Vestdijk begint met de beschrijving van het schoolgebouw, waarbij ook de in de HBS hangende aankondiging van korfbalwedstrijden wordt genoemd. Het boek bevat ook een scène op het korfbalveld. Dat moet zo rond 1912-1913 zijn geweest. 
  • Er zijn overigens wel verschillende versies van dit boek, ook voor wat betreft de items die met korfbal te maken hebben.
  • Liesbeth Koning (in het boek: Ina Damman) komt in het boek niet op het korfbalveld voor. Zij heeft in de werkelijkheid ook nooit gekorfbald, want ze mocht niet sporten. Ze kreeg op school overigens ook geen cijfer voor gymnastiek. Er bestaat trouwens wel een foto van een tennisclubje, waarop Liesbeth Koning (Ina Damman) staat.
  • Simon Vestdijk heeft wel gekorfbald, maar niet in een korfbalclub. Hij korfbalde op school tijdens gymnastieklessen, maar hij was geen sterspeler. Ook is uit nader onderzoek duidelijk geworden dat hij nooit aan officiële korfbalwedstrijden in competitieverband heeft deelgenomen. 
  • In zijn boeken geeft Vestdijk dan ook ook nauwelijks (meer) informatie over het korfbal.

Hannekemaaierspad van Peest naar Bakkeveen

Woensdag 20 november 2024
 
Dreigende luchten boven het Mandefjild



















Stichting Hannekemaaiers-pad
De Stichting Hannekemaaierspad is opgericht om cultuurhistorisch waardevolle wandelpaden te behouden. Om haar doel te bereiken, houdt deze stichting zich sinds 1999 bezig met het ontwikkelen van een wandelpadennetwerk van meerdaagse trektochten, die zijn gebaseerd op de historische reisroutes van de zogenoemde Hannekemaaiers, de trekkende seizoen-arbeiders die al vanaf circa 1600-1650 vanuit Duitsland in Nederland kwamen werken.
Deze stichting vindt het belangrijk dat de bovengenoemde cultuurhistorische paden blijven bestaan, want anders zouden die meestal onverharde paden in rap tempo dreigen te verdwijnen. De stichting beijvert zich er derhalve voor om deze oude wandelpaden op te sporen, teneinde die cultuurhistorische wandelpaden op te nemen in wandelroutegidsen. Zo neemt de bekendheid ervan toe, en worden deze oude paden weer en meer belopen. 

Hannekemaaierspaden tussen Duitsland en Noord-Nederland
De stichting Hannekemaaierspad wil meerdere routes van Hannekemaaierspaden uitwerken. Daarbij wordt aangesloten op een oorspronkelijk trekroute van Bourtange via Bakkeveen naar Lemmer, en daar omheen komen uitbreidingen door het noorden van Nederland, vice versa tussen Duitsland en Nederland.
Een deel van de voormalige hannekemaaiers (1600-1900) ging vanuit Duitsland richting westen eerst aan de slag als veenarbeider in Nederlandse turfwinningsprojecten, voordat men verder trok naar de meer seizoensgebonden maaigebieden op de weidegronden in Fryslân.
Na de Nederlandse landbouwcrisis rond 1880 kwam er ook een omgekeerde stroom van trekarbeiders op gang.
De routes van het Hannekemaaierspad zijn beschreven in enkele handzame wandelgidsen, die zijn voorzien van wandelkaarten met bijbehorende routebeschrijvingen. Verder zijn de gidsen voorzien van  achtergrondinformatie over met name de geschiedenis, cultuur en natuur.
Deze routes zijn overigens niet bewegwijzerd, en ze maken ook geen gebruik van het wandelknooppuntennetwerk.

Hannekemaaierspad Neurhede - Bakkeveen
Eén van de wandelgidsen van het Hannekemaaierspad beschrijft de 106,7 kilometer lange trektocht van het Duitse Neurhede naar het Friese Bakkeveen, beginnend bij het Poepekruis in het Duitse Neurhede en eindigend bij het Poepekruis in het Friese Bakkeveen. 
Durkje en ik hebben gebruik gemaakt van de derde druk van deze wandelgids, die is uitgegeven in het jaar 2014.

Een trektocht van Poepekruis tot Poepekruis
Deze wandelgids beschrijft in 18 etappes een route die voor een groot deel door Groningen en Drenthe loopt.
Dergelijke routes werden tussen de 16e en de 20e eeuw als jaarlijks terugkerende tocht van Duitsland naar Nederland gelopen door marskramers, turfstekers, blekers, steenbakkers of grasmaaiers.
Zulke Duitse mannelijke maar ook wel vrouwelijke trek-handelaren (in textiel), werkten soms zelfstandig, maar soms ook wel voor de Tödden (Duitse kooplui). Deze zogenoemde lapkepoepen (kiepkerels of marskramers) gingen in eerste instantie - doeken en lakens verkopend - van deur tot deur. 
Daarnaast richt deze wandelgids zich ook op de Duitsers die vroeger (circa 1650-1920) als grasmaaiers (hannekemaaiers) seizoensarbeid verrichtten voor bijvoorbeeld Friese (greid)boeren.
Maar het bleef niet alleen bij arbeiders, want deze regio was ook in trek bij Duitse predikanten, en mensen die een functie hadden in het leger en in het bestuur. Behalve economische, hadden deze Duitse migranten dus ook wel religieuze of politieke motieven om in het noorden van Nederland te komen werken.
Deze wandelgids laat je over zandruggen en door beekdalen wandelen, door ontveende gebieden, van schans naar schans, onder andere langs de Zwartendijksterschans (Een) en het Poepenhemeltje (Rolde).
Aanvankelijk liepen deze trekarbeiders, maar later werd ook wel gereisd in trekschuiten op turfvaartroutes naar bijvoorbeeld Groningen of Lemmer.

Traject 5 van Peest naar Bakkeveen
Vandaag bewandelen Durkje en ik het vijfde - en daarmee de laatste - van onze vijf trajecten van dit Hannekemaaierspad, van Neurhede naar Bakkeveen, over een afstand van 22,7 kilometer, van het Drentse Peest naar het Friese Bakkeveen.
Daartoe vertrekken we vanmorgen om 8:05 uur met de auto vanuit Feinsum, om naar Bakkeveen te rijden, waar we de auto parkeren bij in het recreatiepark 't Hout.
Daarna rijden we met de andere auto van Bakkeveen naar Peest, waar onze dagwandeling vandaag op de Brinkweg aanvangt om 10:00 uur. 
Bij vertrek vanmorgen in Feinsum is het 1 graad boven nul, en we staan aan het begin van een regenachtige, deels winterse dag. De temperatuur blijft vrijwel constant, want die stijgt maar met één graad.
Als we arriveren in Peest, regent het nogal, dus we wachten even het eind van de bui af alvorens we uitstappen. De buienradar liet zien dat we om het uur regen en droge perioden krijgen, dus we besluiten de hele dag dan maar in regenkleding te gaan lopen, wat achteraf gezien wel nodig was. Toch valt het mee met de regen, want we krijgen slechts enkele malen met een regenbui te maken, en als we vanmiddag over het Mandefjild lopen, komt daar nog wel een hagelbui overheen. Daarmee is het vandaag overwegend regenachtig wandelweer.

Door de regen van Peest naar Westerveld
Vanaf de Hulligtenweg zijn de routebeschrijving en het wandelkaartje ten opzichte van wat we zien in het veld niet duidelijk genoeg, dus uiteindelijk lopen we over de Bonhagen ten zuiden van Norg iets te noordelijk ten opzicht van de beoogde wandelroute onder Norg door, maar al snel komen we even later toch weer goed vanaf de Bonhagen uit op de Reeweg, die we volgen tot aan de Peesterweg. 
De Asserstraat (N373) steken we over, waarna we over het Maispad door de Velden lopen, waar we al snel een aantal van de veertig grafheuvels zien, die dateren van de laatste vijfhonderd jaar vóór het begin van onze jaartelling, uit de IJzertijd.
Ter hoogte van De Jufferen Lunsing komen we bij de Hoofdweg, waar bij de entree van het dorp Westervelde een partij dikke boomstammen in de brede sloot drijft, en een andere partij boomstammen in de berm ligt te wachten op transport.
Door de Steeg lopen we naar de Schoolstraat, waar we zonder succes een beschutte plek zoeken voor onze koffiepauze. Het koffiedrinken stellen we nog maar even uit, en met een broodje uit het vuistje gaan we lopend verder, via de Schoolstraat het dorp Westervelde uit.

Over de Slokkert na de koffie naar Een
Waar de Schoolstraat over gaan in het Westeind, verlaten we deze doorgaande weg, om ter hoogte van een zorgboerderij een zandpad op te gaan. Dan volgt een lang traject over een drassig karrenspoor tussen graslanden, bospercelen en akkers door.  
Dit pad voert ons naar het fietspad van de Ds. Germsweg. Die gaan we op, om even later het eeuwenoude meanderende riviertje van de Slokkert over te steken via Het Witte Bruggetje. 
De volgende waterloop die we moeten oversteken, is de 6e Wijk, via de Zesde Wijkvonder.
En hier hebben we meer geluk, want hier staat een geschikte houten bank voor onze koffiepauze, en dan nog precies goed met rugdekking voor de winterse wind, en een dak tegen de regen, dus hier houden we onze koffiepauze.
Na deze koffiepauze wandelen we over de Veenhuizerweg het dorp Een binnen.

Door Een-West naar het drieprovinciënpunt
Aan de noordzijde van Een moeten we een alternatieve route lopen, want volgens het erratum van onze wandelgids, is het verbindende pad tussen de oost- en westzijde van de Es onttrokken aan het Hannekemaaierspad, dus we moeten een eindje noordelijker al weer een drassige zandweg op, om die te volgen tot aan de kruising van de Es en de Vennootsweg, waar we de Vennootsweg op gaan naar het buurtschap Een-West.
Daar steken we de Hoofdweg (N979) over, om dan over de Verlengde Vennootsweg naar de Bakkeveenseweg te lopen. Het begint al weer te regenen. Donkere luchten pakken zich een eind verderop samen in het noorden, dus we voorzien een winterse bui straks.
Bij het recreatiecentrum De Drie Provinciën (want we zijn hier vlakbij het drieprovinciënpunt van Drenthe, Groningen en Fryslân) gaan we vanaf de Nije Drintse Wei het Mandefjild op.

Met bochtenwerk door het Mandefjild
Op het Mandefjild gaan we de Alde Drintse Wei op. We lopen over een hoger liggende droge zandwal, parallel aan het veel lager liggende zandpad, dat het restant is van een eeuwenoud karrenspoor door dit prachtige natuurgebied.
Dan gaan we met een ruime bocht om een grote dobbe heen.
Even later krijgen we te maken met een aanhoudende hagelbui. De witte hagel contrasteert mooi met het heldergroene mos eronder, en met de paarse heide er omheen.
Met een groot aantal bochten in de brede en smalle zandpaden doorkruisen we zo het hele Mandefjild van oost naar west.
Langs de uitkijktoren lopen we even later het Mandefjild uit, en de bebouwde kom van Bakkeveen in.

Bakkeveen
Bij de Tsjerkewâl aangekomen, gaan we naar de houten brug, om daar de Bakkeveenschevaart over te steken naar de Houtwâl.
Aan de overzijde van de vaart kunnen we dan een heel smal singeltje door, in de richting van het recreatiecentrum 't Hout. 
Bij de Duerswâldmer Wei aangekomen, moeten we een eind door zand en modder, en langs grote stapels nieuwe klinkers en een stratenmakermachine, want dit deel van de Duerswâldmer Wei wordt opnieuw bestraat.
Het laatste stukje van deze route hoeven we vandaag niet te lopen, want dat hebben we op 17 juli 2024 al gelopen toen we vanaf 't Hout begonnen aan het vervolg van dit Hannekemaaierspad, vanuit Bakkeveen naar Lemmer.
Bij het parkeerterrein van 't Hout aangekomen, is het ongeveer 16:15 uur, en is het al schemerig, met name vanwege de dikke bewolking en de donkere winterluchten die boven deze regio hangen. 
We stappen in onze auto, en rijden bij het vallen van het nachtelijk duister van Bakkeveen naar Peest, waar we onze andere auto afhalen, die we daar vanmorgen hebben achtergelaten. Tot slot rijden we via Bakkeveen weer terug naar huis.
Met dit laatste traject van het Hannekemaaierspad hebben we het hele traject van het Hannekemaaierspad van het Duitse Neurhede via Bakkeveen tot aan het Friese Lemmer geheel voltooid over een totale afstand van 179,1 kilometer.

Zoektocht naar het plan van God

Dinsdag 19 november 2024
 
Edgar de Kruijer in De Hege Stins van Stiens

Edgar Kruijer over bijbellezen
De Stienser Edgar Kruijer heeft zijn schilderleslokaal in het Sint-Vitushûs in Stiens. Daar geeft Kruijer schilderles aan cursisten, die zich oefenen in realistisch schilderen. Als kunstschilder is hij bekend onder de pseudoniem Edgar de Cruijer, naar de oorspronkelijke familienaam uit het eind van de 17e eeuw.
Naast realistisch kunstschilder is Edgar inmiddels ook een serieuze, ijverige lezer van de Bijbel. Vele jaren geleden heeft hij namelijk het evangelie ontdekt. Hij leest dan ook al geruime tijd de Bijbel, en bestudeert deze met anderen. De resultaten hiervan heeft hij uitgewerkt en opgeschreven in twee boeken.
Vanavond gaan we Edgar Kruijer ontmoeten in De Hege Stins te Stiens tijdens zijn lezing, waarin Edgar de resultaten van zijn bijbelstudie met ons deelt.
Overigens heeft Edgar ook een bijzondere kijk op de zogenaamde ‘opname’, waarover wordt geschreven in het bijbelboek 1 Thessalonicenzen 4:15-17. We zijn ook benieuwd wat hij daarover zal vertellen.
Deze lezingavond wordt georganiseerd door de Commissie Vorming & Toerusting van de Protestantse Gemeente  te Stiens.

Lezing in De Hege Stins van Stiens
Ruim 40 mensen zijn naar de zaal in De Hege Stins gekomen, dus we beginnen in een volle zaal.
Met zijn allen proberen we vanavond ons geloof op verschillende manieren - met respect voor elkaar en voor elkaars visie - te waarderen. Als dat zou lukken vanavond, mogen we in deze roerige tijd van vele spanningen wel zeggen dat dan een wonder is geschied.
Edgar Kruijer vertelt ons dat hij is geboren in 1950 in een niet-gelovig gezin, en in Rotterdam naar de kunstacademie is gegaan. Hij wilde kunstschilder worden, maar werd uiteindelijk grafisch ontwerper. Later had hij een reclamebureau, dat hij verkocht om sinds 2004 zich te richten op het professioneel gaan kunstschilderen. 
Voor wat betreft het geloof was Kruijer zich op jonge leeftijd wel bewust van het feit dat er iets hogers moest zijn, en hij oriënteerde zich toen al wel op religies. Zijn jongere zus bekeerde zich op een gegeven moment tot het geloof in Jezus Christus, en van haar kreeg Edgar een Bijbel. 
Edgar ging met haar mee naar een christelijke conferentie in Dalfsen, waar hij iemand ontmoette die hem vertelde waarom Jezus was gekruisigd, gestorven en opgestaan. Bijna 50 jaar geleden kwam hij daar toen tot geloof, waarna hij zijn hele leven herindeelde. 
Hij begon grote delen van de Bijbel te lezen, ging naar verschillende geloofsgemeenschappen, en begon een eigen huisgemeente in Wolvega en Zwolle, waar hij bijbelstudies aanbood. 
Kruijer kreeg in die tijd steeds meer belangstelling voor de grondteksten van de Bijbel: Grieks, Hebreeuws en Aramees.
In 2006 is Edgar Kruijer naar Stiens gekomen, waar hij in 2015 een op de theorie gericht boek uitgaf met als titel: ‘De overweldigende liefde van God’. Onlangs verscheen daar een nieuwe heruitgave van in eigen beheer, getiteld 'De toerusting van de christen' (het onderwerp van vanavond). Ook schreef hij daarna nog een boek over de praktijk van de christen.

“Wij zeggen u met een woord van de Heer:
wij, die in leven blijven tot de komst van de Heer,
zullen de doden in geen geval voorgaan.
Wanneer het signaal gegeven wordt,
de aartsengel zijn stem verheft 
en de bazuin van God weerklinkt,
zal de Heer zelf uit de hemel neerdalen.
Dan zullen eerst de doden die Christus toebehoren opstaan,
en daarna zullen wij, die nog in leven zijn,
samen met hen op de wolken worden weggevoerd
en gaan we in de lucht de Heer tegemoet.
Dan zullen we altijd bij Hem zijn.”
(1 Thessalonicenzen 4:15-17 (NBV21))

Het plan van God
Hieronder volgt een kort overzicht van de inhouden van de lezing van Edgar de Kruijer:
  • Op het plan van God zijn verschillende visies. Aan de visies die mensen daarop hebben, zitten nog wel eens verschillende haken en ogen. God kan in een bepaalde visie zomaar een monster lijken, wiens werk op aarde zou zijn mislukt. 
  • Onze bijbelvertalingen zijn veelal afgeleid van het woord 'Aeon' (of Olam) in de grondtekst. Overal waar in onze bijbels 'eeuwig' staat, zou feitelijk eigenlijk ‘tijdperk’ moeten staan, ziende op de betekenis van het woord 'Aeon' in de grondtekst.  
  • In de grondtekst staat dat God in de tegenwoordige tijd bezig is om Zijn werk uit te voeren. 
  • Er zouden nóg twee Aeonen moeten komen, volgens Paulus, en uitgaande van de twee voorgaande (waarvan de eerste begon met chaos, waarin Satan ook al bestond), en het huidige (3e), zou God uiteindelijk vijf tijdperken beogen. Daarna zou God klaar zijn met Zijn plan, dus dat zou al met al nog wel even kunnen duren, omdat er in die visie na ons huidige derde tijdperk  nog eens twee tijdperken zouden moeten volgen. In deze tijdperken maakt God de mens gereed om na de aionen (tijdperken) met Hem te leven.
  • In het tweede Aeon zou God zijn begonnen met de schepping, óók  van Adam & Eva, dus met de mens. De Zondvloed kwam in deze optiek ook in (aan het eind van) het tweede tijdperk. 
  • Aan het eind van elke Aeon is er een catastrofe (een gericht) als reactie op alle zonden van de wereld. Bij de eerste twee aeonen was dat een watervloed als afsluiting van dat tijdperk.
  • Midden in het derde Aeon staat het kruis van Christus centraal, waarmee het herstel op aarde in gang is gezet. 
  • Het evangelie van Jezus Christus was gericht op de Joden, gericht op Gods Koninkrijk op aarde, maar de apostel Paulus was daarentegen gericht op de christenen, gericht op Gods Koninkrijk in de hemel, overigens wel geïnspireerd op de boodschap van Jezus Christus.
  • Op dit moment zou we in een soort pauzemoment leven, waarin God zich richt op de heidenen. Ons huidige (3e) Aeon zou eindigen met verdrukking en strijd, als overgang naar het vierde Aeon, dat van een duizendjarig vrederijk, zoals beschreven in de Bijbel. Satan wordt dan losgelaten om de mensen te verleiden tot het kwaad, totdat de overgang zal zijn van het vierde naar het vijfde Aeon. 
  • Na de overgang van het vierde naar het vijfde Aeon zal iedereen die niet gelooft voor de 'Grote witte troon' verantwoording moeten afleggen tegenover God, waarna ongelovigen in de poel des (geestelijk) vuurs (Pura) worden geworpen. 
  • In het vijfde Aeon worden alle ongelovigen getuchtigd, opgevoed op aarde voor kortere of langere termijn, al naar gelang de ongelovige goedaardig of kwaadaardig is geweest, totdat zij tot erkentenis van waarheid komen, hetgeen God niet uit haat, maar bovenal uit liefde zal doen, want God is liefde.
  • De leer van de eeuwige straf van God is in deze bovenstaande 'leer' (zoals vanavond door Edgar Kruijer verkondigd) een heidense leer, want wanneer God straft (Kolasis), is dat altijd uit liefde, met de bedoeling om hem/haar te laten terugkeren naar Hem.
  • Aan het eind van het 5e Aeon zal God de dood opheffen, en dan pas is het plan van God voltooid. God zal dan 'alles in allen' zijn. Alle schepselen zijn dan vol van Gods grote liefde. Wat een vreugde en blijdschap zal dat dan zijn. Het echte leven (zonder zonde en dood) zal dan beginnen, in harmonie met God en met elkaar. Wat is dat een overweldigende liefde van God!
Plenair groepsgesprek na de lezing
Na de koffiepauze worden de aanwezigen in de gelegenheid gesteld om inhoudelijk te reageren op de lezing van zojuist. Hieronder volgt een overzicht van enkele onderwerpen die daarin aan de orde kwamen.
De reacties van dominee Verwaal in dit groepsgesprek zijn opgenomen met ingesprongen tekstdelen, om het onderscheid aan te brengen tussen de inbreng van Edgar Kruijer en Jak Verwaal.
Er zijn twee evangeliën in de Bijbel, namelijk die van vóór en van ná de bekering van Paulus.  
Het was de bedoeling dat de gelovigen Jezus tegemoet gaan (volgens de Bijbel is dat een beweging van heen èn weer) in de lucht, maar omdat de heidenen zich niet bekeerden, zitten we nog in de tijd van de heidenen, en is de zogenoemde ‘opname’ - zoals (bovenstaand) beschreven in het bijbelboek Tessalonicenzen - uitgesteld.
De opname zoals die door de Jehova’s getuigen en door de Pinkstergemeenten wordt verkondigd, zal in deze leer nooit zo gebeuren, immers het bijbelboek Tessalonicenzen schrijft daar duidelijk anders over.
Iemand die goed heeft gedaan in zijn leven, zal in deze leer van Kruijer gauw klaar zijn met Gods tuchtiging.
Ieder mens zal later in zijn eigen lichaam worden teruggeroepen volgens deze leer. 
Als je dood gaat, gaat je geest terug naar God. Je kunt niet als geest voor de Grote witte troon verschijnen, dus zal God je geest weer terug laten keren in je lichaam, waarna je met je lichaam & geest voor God zult verschijnen.
  • Jak Verwaal: In welk tijdperk we ook leven, we kunnen ons in ons huidige tijdperk altijd verbinden met God.  Zuiver je nu, zuiver je ieder jaar voor Gods aangezicht. Dat is de liturgische beweging die wij elk jaar weer opnieuw oefenen in onze geloofsgemeenschap. Als christen krijg je meer oog voor schoonheid, en je gaat ook meer zien als je gelovig wordt, waardoor je dan ook wordt geïnspireerd. 
  • Jak Verwaal: De ‘Hemelen’ waarvan wij spreken, betekent ook dat er tijdperken vóór ons waren, èn dat er ook nog tijdperken na ons zullen zijn
  • Jak Verwaal: In alles zit een oneindige grootte, zoals bijvoorbeeld in een atoom, zoals in het heelal, en zoals alle getallen die liggen tussen twee getallen (bijvoorbeeld tussen de getallen 0 en 1). In alle beperkingen die ik als mens heb, zit toch een oneindigheid die God daarin heeft aangebracht. 
Gedurende de aeonen is er nog tijd, maar als we allen terug gaan naar God, is er wel oneindigheid, ofwel eeuwigheid. 
Na alle aeonen is iedereen in de juiste hoedanigheid jegens God, en dan pas zijn we allen in staat om te leven zoals God het heeft bedoeld.  
  • Jak Verwaal: God heeft ook voor nu al een plan om ons allen bij elkaar te brengen, ziende op alle moeilijkheden en noden. Ook in deze tijd biedt God ons nu al een gelegenheid om goed te doen. Zo hebben wij nu ook al de keus om bijvoorbeeld diaconale taken te verrichten, door ons in te zetten voor ons kerkenwerk, door jegens elkander goed te doen.
God wil het kwaad niet als doel, maar God gebruikt het kwaad wel, en laat het toe op aarde, kijk maar naar bijvoorbeeld onze oorlogen in de wereld.
God bereidt ons in alle lijden al voor op Zijn heerlijkheid. Ons lijden heeft dan ook een functie hier op aarde. Het zal ons vormen, ook al willen we eigenlijk niet lijden. Dwars door ons lijden heen zal Gods heerlijkheid komen.

Yvon Sterk exposeert schilderijen in de Nije Skalm te Stiens

Maandag 18 november 2024
 
Schilderij van Yvon Stark

Overstap van zingen naar schilderen
Momenteel exposeert beeldend kunstenares Yvon Sterk een aantal van haar schilderijen in de Nije Skalm te Stiens.
Yvon Sterk was tot een paar jaar geleden vooral actief als (voornamelijk klassiek) zangeres. Ook zong ze bij big bands en jazz ensembles. Maar na 55 jaar gezongen te hebben, werd het tijd voor wat anders. 
Onder begeleiding van Issi Borgers van het Centrum voor talentontwikkeling stortte ze zich met veel overtuiging op het kunstschilderen. Al gauw bleek ze ook daar aanleg voor te hebben en dat leidde tot een serie schilderijen met opvallend kleurgebruik
De onderwerpen van haar schilderstukken zijn vaak voor velerlei uitleg vatbaar, wat de werken extra spannend maakt. 
Tot februari 2024 kunnen haar schilderijen worden bekeken tijdens de openingsuren van de Nije Skalm van Stiens.

zondag 17 november 2024

Wonen & Thuis zijn

Zondag 17 november 2024

Domina Desirée Scholtens in De Hege Stins van Stiens
Breng ons samen in Stiens
Dat we met zijn allen in Stiens een waarde(n)volle kerkdienst kunnen organiseren en vieren, blijkt vanmorgen weer in de ochtenddienst van de Protestantse Gemeente te Stiens in De Hege Stins te Stiens.
Voorgangster in deze kerkdienst is de Stienser domina Desirée Scholtens, en aan deze kerkdienst wordt de altijd weer gewaardeerde medewerking verleend door onze gemeenteband United.
Thema van deze ochtendviering is: "Wonen & Thuis zijn'.
Nu wij samen zijn gekomen in de kerkzaal, beginnen we op passende wijze met het zingen van het lied 'Breng ons samen'.
Na de aanvang van deze viering zingen we samen: 'Wat hou ik van Uw Huis'.

Bouwen en wonen
De liedkeus past vandaag naadloos bij het thema van deze kerkdienst. Wij zingen bijvoorbeeld het kerklied 'Hier is een stad gebouwd' en 'Wij hebben een sterke stad', liederen die ik halverwege de zeventiger jaren heb leren kennen bij de introductie van het 'Liedboek voor de Kerken', waaruit in die beginjaren van die nieuwe liedbundel elke zaterdag een lied op televisie werd gepresenteerd om het lied Nederland-breed te leren zingen. Voor mij was dat van belang, met name ook omdat ik toen als kwekeling (tegenwoordig stagiair genoemd) voor de klas stond van het basisonderwijs, waar we in de daarop volgende week dan de kinderen van de basisscholen deze liederen ook leerden te zingen. Zo brengt de liedkeus van vanmorgen me in gedachten even terug naar 45 jaar geleden, helemaal aan het begin van mijn lange loopbaan in het onderwijs. Deze dichterlijke woorden van weleer hebben niets aan kracht verloren.

Ben je thuis waar je woont?
Maar het blijft niet alleen bij deze liederen uit het Liedboek voor de Kerken, want we zingen bij de bijbellezing bijvoorbeeld in canon ook de song: 'By the waters of Babylon, we lay down and wept for Thee, Zion, we remember Thee, Zion'. 
Het is goed om met bijbellezing en gezang middels deze teksten ook stil te staan bij de ballingschap van het volk Israël in Babylon, want jij woont dan misschien wel ergens, en het lijkt wellicht allemaal koek en ei, maar voel jij je eigenlijk wel thuis op de plek waar je een dak boven je hoofd hebt, waar je woont?
Wij weten maar al te goed uit verleden en in het heden dat dat lang niet altijd zo goed is, en niet zo goed voelt. 
Wellicht zouden we thuis allemaal een eigen knuffel moeten hebben, aldus voorgangster Scholtens, en daarbij komt knuffel Olivier ten tonele, die haar elders een gevoel van thuis geeft, maar ja, voelt Olivier zich hier wel thuis?, want Olivier komt van Aruba, en is nu hier bij ons.
Aan het begin van de verkondiging maken we kennis met de persona's van het jonge stel Daan & Sofie, van de weduwnaar Rienk, van de pas gescheiden Baukje met haar dochtertje, en van de uit Somalië gevluchte Amina. Zij allen hebben een hulpvraag om een passende woning, om daarin te wonen, om geborgen te zijn, om daarin thuis te zijn, om het gevoel te krijgen en te hebben dat je er ook bij hoort. 

Werk aan de winkel in een stad & wereld die niet af is
Ons leven in onze tijd en onze wereld wordt verbeeld als leven in een 'stad in aanbouw, die nog lang niet klaar is, als leven in onze wereld die ook nog lang niet af is'. Laten wij in die stad, in die wereld, met respect, gastvrij, dienstbaar leven en werken, wonen en thuis zijn. 
Laat je keuzes je hoop weerspiegelen, niet je angst.
United zingt aansluitend op deze slotwoorden van de verkondiging de bekende song 'Mag ik dan bij jou'.
Om de boodschap van de preek muzikaal nog door te laten klinken, zingen we samen: 'Als je geen liefde hebt voor elkaar, leef je buiten Gods gloria'.
In de aanloop naar het eind van deze kerkdienst wordt gebeden, zamelen we onze gaven in voor diaconaat & kerk, en houden we de lofzang gaande, met onder andere het lied dat aansluit bij het eind van de preek, als we zingen van 'U geeft een toekomst vol van hoop'.

"Wonen, overal, bijna thuis,
aarde, mijn hemel, mijn Vaders huis,
stijgende sterren, de lach van de maan,
mensen die dromend een stem verstaan,
mensen, veel geluk."

Fedde Schurerlêzing 2024: De Friezen en harren ferhalen

Sneon 16 novimber 2024 
 
Titel-skêrm fan de Fedde Schurerlêzing 2024 yn Tresoar
De Fedde Schurerlêzing
Fedde Schurer (1898-1968) wie in Frysk dichter en sjoernalist. Dêrneist siet er yn de Twadde Keamer foar de PvdA. Jierrenlang wie Schurer haadredakteur fan de Friese Koerier; syn stilistysk briljante en skerpe artikels wiene bekend yn en bûten Fryslân. 
Sûnt 2010 organisearret de (Ried fan de) Fryske Beweging jierliks yn gearwurking mei Tresoar, de Fryske Akademy en de Ljouwerter Krante in grut opsette lêzing ta neitins oan Fedde Schurer.
Yn syn libben en syn wurk mijde Fedde Schurer de paradoks net. Sterker noch: dizze dichtsjende politikus, aktivistyske pasifist en yntellektueel fan beskieden komôf ferienige frijwat utersten yn him. Dat lêste hat er mien mei Fryslân, de provinsje dêr’t er berne waard en dêr’t er foar op de barrikaden gie. Dat makket nijsgjirrich nei de wize wêrop’t Fedde Schurer sjoen hawwe soe nei de Friezen fan hjoed en de opjeften dêr’t dy foar steane.
Hjoed is by Tresoar yn Ljouwert de Fedde Schurerlêzing 2024. Durkje en ik binne derby. It tema fan dizze lêzing is dit jier: ‘De Friezen en harren ferhalen’.   
Flip van Doorn en Sietske Poepjes jouwe hjoed beide in lêzing oer de Friezen en harren ferhalen; oer de ivige paradoks. 
Muzikant Piter Wilkens fersoarget de muzikale yntermezzo's.
Tresoar-directeur Arjen Dijkstra hjit alle minsken yn in folle seal hertlik wolkom, op dizze 73e jierdei nei Kneppelfreed. Dan yntrodusearret er de trije kultuerdragers dy’t harren hjoed presentearje: Flip van Doorn, Piter Wilkens en Sietske Poepjes.

Flip van Doorn 
Flip van Doorn (1967) is skriuwer en sjoernalist. Stof foar syn ferhalen fynt er op it snijflak fan reizgjen, kultuer en skiednis. 
Yn syn boek ‘De Friezenleit Van Doorn de ferbining tusken de hjoeddeiske provinsje Fryslân, dêr’t er wennet, de ferhalen fan syn Fryske pake en de skiednis fan syn heitelân.
Flip van Doorn stelt dat Fedde Schurer in man fan utersten wie. Hy ferienige yn himsels tsjinstellingen. Hy wie èn-èn. 
Us tiid freget it tsjinoerstelde fan ús. Stânpunten en identiteiten binne swart-wyt. Men is folslein fóár of krekt der poer op tsjin. Foaral yn debatten oangeande konflikten yn it Midden-Easten, genderidentiteit of it miljeu liket gjin middenwei mooglik. 
  • Hoe ferhâlde dy stokramten fan gedachten har ta de Fryske identiteit? 
  • Lit de Fries him meislepe yn ritich ‘snowflake’-gedrach?, of nimme de Friezen in oare ôfslach?
Wy hearre nei wat Flip fan Doorn dêroer fertelt.

Lezing van Flip van Doorn
Van Doorn benijdt Fedde Schurer om wie hij was als persoon, ook als politicus, en Flip is benieuwd wat Schurer gedaan zou hebben in het publieke debat van vandaag de dag.
  • Hij benoemt Fryslân als een complexe eenheid van allerlei identiteiten. Van Doorn gaat nu in op de dilemma’s waar de Friezen heden ten dage voor staan.
  • Veel van de geschiedenisverhalen van Fryslân hebben het karakter van een mythe gekregen.
  • Verder kennen we de paradox van de Friese vrijheid, die van de schijnbare tegenstelling.
  • Vraagstukken van wereldformaat raken Fryslân rechtstreeks, zoals bijvoorbeeld het Friese landschap. Als illustratie daarvan toont Flip oude landkaarten - in de loop der jaren - van Heerenveen, alsmaar uitdijend naar alle richtingen.
  • Daarna kijken we naar het schilderij van Jan Mankes, van de Woudsterweg bij Oranjewoud. Veel is er (nog) niet op de geschilderde plek (zo ongeveer waar nu Belvedère staat), maar wat er is te zien, stemt tot tevredenheid.  
  • In IJlst – waar Flip nu woont - vindt hij de schaal van de infrastructuur nog wel in lijn met de schaal van de omgeving. Hij kijkt echter argwanend naar de uitbreidingstrend van de naburige stad Sneek.
  • Weidsheid, ruimte en rust zijn de kenmerken van Fryslân. Daarmee zou je Fryslân ook aantrekkelijk kunnen maken en in de toekomst ook aantrekkelijk kunnen houden. 
  • Water zouden we niet als vijand, maar als vriend moeten zien, daarbij het water de ruimte gevend. Dan zouden al die Friese plasdrasse graslanden van weleer wederom plasdras kunnen worden.
  • Natuur, landschap en seizoenen zijn in onze provincie aan de kant geschoven, ten koste van het Friese landschap van vandaag de dag.
  • Wat zegt het over ons welzijn als onze welvaart toeneemt?
  • De vraag is nu welke keuzes we in Fryslân willen maken, welke houding we willen aannemen: offensief of defensief. Stel eens dat we het economisch bestel niet meer als bepalend laten zijn, en stel dat we de natuur en ons landschap als richtinggevend zouden beschouwen. 
  • Het is de hoogste tijd om ons tot elkaar te wenden: de mens, de natuur, het landschap, enzovoort.
  • We hoeven de klok niet terug te draaien. Maar het is nu wel genoeg geweest. We zouden het economisch stelsel een halt toe moeten roepen, op zoek gaand naar een hernieuwd evenwicht. 
  • Het is tijd voor de Friezen om de Friese paradox te bestrijden!
Piter Wilkens 
Piter Wilkens (1959) is ien fan de pioniers fan de Frysktalige muzyk. Hy is skriuwer en sjonger fan humoristyske en filosofysk kleure ferskes yn tige útienrinnende stilen. 
Hy wurke ek mei oan teäterproduksjes lykas ‘It geheim fan ’e Kânselier’ fan Tryater en teäterspektakel ‘Salomon, het Kollumer Oproer’.

Muzikaal intermezzo fan Piter Wilkens
Oanslutend op de lêzing van Van Doorn komt Piter Wilkens mei syn muzyk. Hy is de troubadour dy't graach ferhalen fertelt mei syn lieten.
Hy fangt oan mei it ferhaal oer de Fryske skûtsjes, mei in liet oer de skiednis fan het skûtsjesilen: “Op it wetter fielden/fiele wy ús oeral thús”. 
Dan folget “it ferhaal fan de dowestien”, fan it saneamde ‘tufsteen’, dy't âlder binnen as de Alde Friezen (de kloostermoppen), dat Piter sjongt oer de tufsteen sa't dy sit yn de tsjerkemuorre fan bygelyks de Redbadtsjerke fan Jorwert. 

Sietske Poepjes 
Sietske Poepjes (1979) is juriste en CDA-politikus; Hja is – no fan de Fryske pôle - sûnt febrewaris 2024 boargemaster fan de Oeriselske gemeente Olst-Wijhe. 
Fan 2011 oant en mei 2023 wie se deputearre yn Fryslân, mei ûnder mear ynfrastruktuer, kultuer en Fryske taal yn har portefúlje. 
Se is auteur fan it non-fiksje boek ‘Eigenheid – Het belang van regionale culturen’.

Lêzing fan Sietske Poepjes
Har radar is no net mear op Fryslân en de Friezen, mar dochs sil se har bêst dwaan om no wat te sizzen wat wiis is.
Hja fangt oan mei har persoanlike bân mei Fedde Schurer, nammentlik oer har beppe Sietske, dy’t as skoalbern noch by master Fedde Schurer yn de klasse sitten hat. Beppe Sietske fertelde oer har skoaltiid: “Schurer wie sa machtige lief”.
  • Fedde Schurer syn oersetting 'Hear bliuw my nei" (fan it liet 'Abide with Me") is syn brêge nei Schurer syn pasifisme. 
  • Mear as aktivisme en pasifisme is nedich. 
  • Omdat ús ratio ús ek net mear leare kin, sjoch net altyd (en allinnich) mei it ferstân nei saken. 
  • In miening krijt in sûn libben as it aktivistysk èn pasifistysk is.
  • Bliuw mei de tengels fan in oar en fan in oar syn dingen ôf. 
  • Jo meie wol oeral in standpunt oer yn nimme, mar jo binne net de rêder fan it frije wurd.
  • Wês fredich en geweldleas yn jo toan.
  • Friezen meie grutsk wêze op it mienskipstinken, mar de Oeriselers hawwe dêr mei harren noaberschap ek fan, sels noch wol wat freonliker en waarmer as wy dat hawwe en dogge yn Fryslân.
  • Schurer hie in hâlding fan bûten josels leare te sjen.
Piter Wilkens nochris wer
Oer Fryslân en har ferhalen, harkje wy no nei it troch Piter Wilkens songen ferhaal fan de Fryske tsjerken, oer harren libbene stiennen, oer de tsjerken as: 
  • "In plak fan leauwen en mear, ... 
  • fol mei ferhaal, ... 
  • mei leafde en fakmanskip bout, ... 
  • dêr’t bidden is foar hope en treast. 
  • Ast sjen wolst, sjochst noch genôch! 
  • Alles fan wearde is kwetsber, ek tsjerken, it hert fan uze kultuer."   
  

Ta beslút: Reaksjes op fragen oan Flip en Sietske op it poadium
  • Flip: Een paradox is een schijnbare tegenstelling. Dat vergeten we in onze tijd wel eens. Realiseer je echter wel dat die/een andere kant er wel altijd is. We moeten niet alleen het zwart en het wit zien, maar ook alles er tussenin.
  • Sietske: Ek fan oaren fan bûten Fryslân wurdt der gâns oprjocht nei ús sjoen. Oprjocht nei oare minsken sjen is de iennige manier om goed nei minsken te sjen. 
  • Flip: De rol van schrijvers en kunstenaars is mensen aan het denken te zetten. Ik wil mensen wel op ideeën brengen, maar hen mijn denken niet opleggen. 
  • Sietske: It wurdt pas yngewikkeld as feskate saken yn jo buert komme, lykas ruzje en munysjedepots. It wurdt lestich as it akelich om jo hinne wurdt. As jo dat noch net (folle) meimakke hawwe, past it jo om stil te wurden.
  • Sietske: It noaberschap is folle leaver as ús mienskipstinken, en yn Sallân wurdt dat noch yntinser. Yn Sallân is it folle warmer. Wy moatte net al te posityf oer ús Friezen tinke.
  • Flip: Noaberschap houdt niet op bij de grens, maar loopt door tussen individuen en samenlevingen. 
  • Flip: Als noord-Nederlanders moeten we met elkaar in gesprek gaan, ook met de andere Nederlanders, zonder elkaar in de haren te vliegen. Laat iedereen vooral blijven nadenken, en nieuwsgierig zijn naar hoe en wat anderen denken en vinden.
  • Flip: De welvaart is hier niet zo groot, maar het welzijn wel, aldus de Friese schrijfster Anne-Goaitske Breteler. Zijn de Friezen wel zo gelukkig als ze beweren te zijn?, of houden de Friezen dingen achter?; bijvoorbeeld omdat ze er geen woorden voor hebben, of - wat meer voor de hand ligt - omdat Friezen daarover (liever) niet spreken?