zondag 21 augustus 2022

Nederlands Kustpad deel 3: Van Arwerd naar Delfzijl

Vrijdag 19 augustus 2022
 
De Vrouwenbrug over het Damsterdiep in Appingedam bij de hangende keukens

















Lange-afstand-wandelpad 5-3 Stavoren-Nieuweschans
  • In de periode van 4 april 2008 tot en met 25 oktober 2015 wandelden Durkje en ik alle zeven etappes van het Friese Kustpad (LAW 5-4), over een afstand van 150,5 kilometer. Deze wandelgids beschreef de route van Stavoren naar Lauwersoog.
  • Er bestond in die jaren ook een lange-afstand-wandelgids dat de kust van Groningen volgde. Die wandelgids had als titel 'Wad- en Wierdenpad' (LAW 5-5). Deze wandelgids beschreef de route van Lauwersoog naar Nieuweschans, over een afstand van 123 kilometer.
  • Beide wandelgidsen maakten deel uit van het 'Hollands Kustpad', dat loopt van Bergen op Zoom tot aan Nieuweschans.
  • En dat Hollands Kustpad maakt deel uit van de lange Europese wandelroute 'E9' van het Franse Hendaye naar het Poolse Gdansk.
  • Durkje en ik waren aanvankelijk van plan het Wad- en Wierdenpad te gaan wandelen, als vervolg op het Friese Kustpad.
  • Maar inmiddels heeft de uitgever van deze twee wandelgidsen beide wandelgidsen gebundeld in één nieuwe uitgave (2013), die nu de naam kreeg: 'Nederlands Kustpad Deel 3 Friesland - Groningen', met als ondertitel 'Lange-afstand-wandelpad 5-3 Stavoren - Bad Nieuweschans 268 km'.
Nederlands Kustpad Friesland - Groningen
  • Inmiddels hebben we deze nieuwe combi-editie van het Nederlands Kustpad Deel 3 gekocht, om daarmee het vervolg op het Friese Kustpad te gaan wandelen, zijnde de etappes van Lauwersoog naar Bad Nieuweschans; door Hunsingo, Fivelingo en Oldambt.
  • Maar behalve dat bovengenoemde twee wandelgidsen gebundeld zijn, heeft de uitgever nog enkele andere etappes toegevoegd, en wel als volgt:
  • a. Proloog Afsluitdijk (32,4 kilometer). Deze hebben Durkje en ik grotendeels gelopen op 25 augustus 2007, en de resterende aantak-route op 14 mei 2022.
  • b. Variant W Wadroute: 5 etappes in noord-Groningen, over een afstand van 34,6 kilometer;
  • c. Dagwandelingen Waddenwandelen: 21 etappes in het noorden van Fryslân en van Groningen, over een afstand van 148,5 kilometer.
  • Aan de hand van deze nieuwe combi-wandelgids, gaan we in de komende tijd naast de etappes van Lauwersoog naar Bad Nieuweschans ook nog de 5 variant-etappes lopen en eveneens de 21 dagwandelingen.
  • Vandaag wandelen we door het Groningse Fivelingo, van Arwerd naar Delfzijl, over een totale afstand van 13,5 kilometer.
Van start in Arwerd
Nu onze zomerpelgrimage van 2022 in Frankrijk en Spanje achter de rug is, en we weer thuis zijn, gaan we verder met het bewandelen van het Nederlands Kustpad deel 3. 
Om 8:00 uur vertrekken Durkje en ik vanuit Feinsum, om met de auto - met achterop twee fietsen - eerst naar de Groningse zeehavenplaats Delfzijl te rijden. De temperatuur is dan 17 graden Celsius, en die loopt in de loop van de middag op naar 27 graden Celsius. Vergeleken met de dagtemperaturen van onze recente zomerpelgrimage - die soms meer dan tien graden hoger lagen - is dat een heel aangename wandeltemperatuur. 's Morgens is het onbewolkt, maar vanaf het moment dat we vanmiddag Delfzijl binnenwandelen, neemt de bewolking toe. Pas als we deze etappe hebben voltooid, volgt lichte regen, maar de lucht is veel dreigender dan de neerslag feitelijk is. 
Om ongeveer 9:20 uur halen we de fietsen van de fietsendrager van de auto, en laten we de fietsen achter bij het gemeentehuis van Delfzijl. Dan rijden we vervolgens naar Arwerd, waar om 9:45 uur onze etappe aanvangt. We wandelen direct dit buurtschap uit.

Over de Kloosterweg naar Nijenklooster
We verlaten Arwerd in zuidelijk richting, en passeren een boer die hier een akker ploegt, maar die nu samen met een ander geniet van een koffiepauze op het land.
Bij boerderij De Klip (1882) passeren we eerst de voormalige boerenschuur waarvan de dakbedekking is verwijderd, en verderop gaan we langs de nieuwere schuur en de woning van de boerderij.
We vervolgen de Kloosterweg, en komen dan langs Nijenklooster, de locatie waar Emo van Romerswerf rond het jaar 1200 zijn klooster stichtte, maar in 1213 dit klooster al verliet om zich als de inmiddels beroemde abt Emo van Huizinge te vestigen in het door hem gestichte klooster Bloemhof van Wittewierum. De nonnen bleven achter in Nijenklooster (later Rozenkamp genoemd), totdat het in 1594 werd gesloten, en later afgebroken. Nu staat op deze locatie een grote boerderij, en is van het klooster niets meer te zien, dan alleen nog de door riet omkranste kloosterdobbe bovenop de wierde, die je vanaf de Kloosterweg nog duidelijk kunt zien.

Wierhuizerweg en Damsterweg
Hier verlaten we de Kloosterweg, om dan over de Wierhuizerweg verder te lopen naar de afgegraven wierde van Wierhuizen. Bij de boerderij van Wierhuizen zien we het vee in de koestal staan.
Verderop ontmoeten we de boerin, met wie we in gesprek raken over hun EAZ-windmolen, die zie van Pieter hebben gekocht. De molen staat op een mooie locatie en rendeert goed. We zien daar overigens - omgeven door oude bomen - nòg een verhoging in het landschap, maar kunnen op deze afstand niet goed zien of het een door een aarden wal omgeven kuilbult is, of dat hier nog een tweede terp (wierde) in het landschap ligt.
Met links van ons de meanderende Kleine Heekt gaat de route verder over een smal voet- en fietspad tussen de weilanden door, naar de Damsterweg. Ten westen van de Damsterweg staat een tractor met een veewagen midden in het weiland. Jongvee graast er rondom, en als we achter de veewagen langslopen, zien we dat het meeste jongvee in de schaduw in de veewagen ligt.
Aan de andere zijde van de kruisende spoorlijn Groningen-Delfzijl is een boer al vroeg in het seizoen aan het hekkelen. Als we nog maar net de spoorwegovergang en de hekkelende boer zijn gepasseerd, horen we dat de spoorbomen naar beneden gaan, en even later passeert de Arriva-trein van Delfzijl richting Groningen.

Via Tjamsweer naar Appingedam
De Damsterweg gaat over in de Tjamsweersterweg. Waar die kruist met de Ds. Klinckhamerlaan staat op de T-splitsing een zogenoemde Weggeefkast, waar passanten gratis spullen uit mogen meenemen.
Dan komen we bij de kerk van Tjamsweer. Onze route gaat onder langs de kerktoren van deze kerk, die dateert van 1538. Opvallend is de grote neo-gotieke grafkelder (1883) op het kerkhof, van de familie Alberda van Ekenstein.
Over het Ds. Sijperdapad verlaten we het buurschap Tjamsweer, om dan direct de N360 over te steken, om daar onmiddellijk de bebouwde kom van Appingedam binnen te gaan.

Appingedam langs het Damsterdiep
Over het Jonkerspad en de Jonkerslaan lopen we naar de Westersingel. Daar gaan we verder over de Fivelkade langs de woonboten in het Damsterdiep. Via de Corn. Albertsstraat lopen we naar het zogenoemde Gouden Pand (voorheen stadsapotheek), waarvan je aan de zijmuur duidelijk kunt zien dat dit pand oorspronkelijk is gebouwd van kloostermoppen, misschien wel van kloosters die in de buurt van Appingedam zijn afgebroken. 
Door de laat-middeleeuwse Solwerderstraat gaat het dan verder. Ook hier staan enkele eeuwenoude karakteristieke panden, die het historische zeevaart-karakter van Appingedam (1200) onderstrepen. Eén ervan is bijvoorbeeld het pand Eben Haëzer.
Direct daarna komen we bij de Vrouwenbrug, genoemd naar de Heilige Maagd Maria (Onze Lieve Vrouwe), aan wie de Nicolaïkerk verderop was gewijd. 
Deze sierlijke gietijzeren brug ligt over het Damsterdiep.
Bij het oversteken van het Damsterdiep krijg je mooi zicht op de zogenoemde hangende keukens van Appingedam, waardoor Appingedam ook wel het 'Venetië van het noorden' wordt genoemd.
Aan de overzijde van het Damsterdiep is een terras aan het water, waar we koffiedrinken in de schaduw van een grote parasol, met uitzicht op met name de hangende keukens van Appingedam.

Nicolaïkerk en raadhuis van Appingedam
We komen daarna in de Dijkstraat, waar we in gesprek raken met een ouder echtpaar, dat zich al jaren inzet voor humanitaire goederentransporten naar Roemenië. Vroeger deden ze dat met een plaatselijke werkgroep, maar momenteel zijn zij de laatste twee die nog actief zijn; vandaag met de verkoop van tweedehands goederen vanuit het voorste deel van een leegstand pand aan de Dijkstraat. Als we staan te praten, zakt plotseling het veel te vol en dus te zwaar volgehangen kledingrek dat tegen de gevel staat. We helpen het even overeind te halen, en nemen dan afscheid van deze bevlogen mensen.
Door de Oude Kerkstraat lopen we naar de 13e eeuwse Nicolaïkerk van Appingedam, die opengesteld is vandaag, en die we dus gaan bezichtigen.
Heel bijzonder van deze kerk zijn de plafondschilderingen.
Helaas is een zijkapel van de kerk gesloten voor het publiek, omdat deze kapel zichtbaar lange en dikke scheuren heeft opgelopen als aardbevingsschade, waaraan deze regio zo lijdt. Achterin de kerk is het bijzondere kerkorgel van deze grote kerk.
Als we buiten om de carillontoren heen lopen, passeren we het oude raadhuis (één van de kleinste van Nederland), gebouwd in renaissancestijl. 
Op het plein bij het raadhuis eten we een broodje alvorens we verder gaan. Het is kwart over twaalf als we er luisteren naar de klanken van het carillon linksboven ons.

Telefoon verloren en gevonden
Na deze broodjespauze is het moment gekomen om Appingedam te verlaten. Via de Nieuwe Kerkstraat en de Dijkstraat steken we het Damsterdiep weer over, om dan parallel aan het Damsterdiep richting Delfzijl te gaan. Daartoe volgen we achtereenvolgens de Solwerderstraat, het Trekpad en de Delfzijlsterweg, totdat we komen bij de grens van Appingedam en Delfzijl, ter hoogte van de Uitwerdermaar.
Twee fietssters komen ons tegemoet. We maken een praatje met een man die gaat kanovaren op het Damsterdiep. Als we verder lopen, vind ik een smartphone in een grijs fietshoesje op het wegdek. Het glas van de telefoon is versplinterd, omdat er waarschijnlijk een auto overheen is gereden, maar de telefoon doet het nog wel. We pakken hem in en vragen de kanoër of de telefoon van hem is. Als dat niet het geval is, pakken we hem in in een plastic zakje, om hem straks in Delfzijl af te geven op het politieburo tegenover het gemeentehuis, waar onze fietsen staan. Als we verder lopen, worden we een tijdje later ingehaald door dezelfde twee fietssters van zojuist. Als ik hen in het voorbijgaan vraag of ze wellicht een telefoon kwijt zijn, stoppen ze direct, en reageren blij verrast, omdat de door ons gevonden telefoon inderdaad van één van hen is. Ze had hem op de fietstas gelegd, en was vergeten hem eraf te halen toen ze verder fietsten. Helaas is het telefoonglas kapot, maar doet de telefoon het nog, en de vrouw is vooral blij dat ze de simkaart daarmee weer terug heeft, want, zegt ze: 'Daar staat immers alles van mij op." Met veel woorden van dank nemen ze afscheid van ons. De kapotte telefoon in de fietstas.

Maigret nog wel, maar de LTS niet meer 
Bij de Delf aangekomen, verlaten we het Trekpad, en gaan we rechtsaf verder langs het Damsterdiep, waardoor we niet de langere meander van het Damsterdiep hoeven te volgen. We blijven alsmaar het voet- en fietspad langs het Damsterdiep volgen, totdat we op het Vlotterspad komen. Daar kunnen we royaal bramen plukken, want een enorme bramenstruik hangt hier bomvol overrijpe bramen.
Over het Jaagpad lopen we naar het beeld van Maigret. De Belgische schrijver George Simenon schreef zijn eerste Maigret-boek in Delfzijl, en het boek 'Maigret in Holland' speelt zich trouwens helemaal af in Delfzijl. 
Vanaf deze plek maken we heel even een klein uitstapje over de Rijksweg naar de kale locatie waar vroeger de Lagere Technische School heeft gestaan, de school waar ik 43 jaar geleden mijn onderwijscarrière begon, met mijn allereerste les Nederlands aan de examenklas Electrotechniek van de latere scholengemeenschap 'Oldenij'. Ik was toen nog maar 20 jaar, en mijn oudste leerling in die klas was al 19 jaar. Toen was het 1979, en nu is er van die hele school niets meer te zien, slechts één groot vlak grasveld resteert.  

Teruggekomen bij Maigret vervolgen we onze route, waar we al snel bij het Damsterdiep-bruggetje van Midscheeps het plaatsnaambord van de buurplaats Farmsum passeren.

Kruiskerk met eigentijds Stiltecentrum
De Rijksweg volgen we tot aan het oude bolwerk van Delfzijl (1272), ter hoogte van de Menno van Coehoornsingel. Daar komen we langs de ons welbekende Kruiskerk van Delfzijl, waar Durkje en ik kerkten in de jaren 1979-1987; waarvan de laatste vier jaar samen als echtpaar. 
Onze oudste zoon Jan Wijbe, die in Delfzijl is geboren in 1987, is in deze kerk gedoopt.
De kerkdeur staat open, dus wellicht kunnen we de kerk binnen bekijken. Als we de kerk in gaan, blijkt dat die grondig is verbouwd, en wel op een hele mooi manier. 
Aan de kant van de voormalige kerkdeur is nu een Stiltecentrum gecreëerd, van waaruit je door een glazen wand een prachtig zicht krijgt op het interieur van deze mooi vernieuwde kerkzaal. Fijn dat men deze kerk zo mooi up to date heeft gemaakt. 
Prachtig is ook het ronde en kleurrijke kerkraam op de plek van de voormalige entree van deze protestantse kerk.
In dit mooie stiltecentrum kun je op adem komen, stilte vinden, een gebed bidden, een kaarsje aansteken, en bijbellezen in vele talen. Een meeneem-folder ligt voor alle bezoekers klaar, met daarin teksten om te lezen, erbij stil te staan, en/of om te overdenken. Heel waarde(n)vol!
Tot slot van deze etappe gaan we over de Menno van Coehoornsingel verder, langs de voormalige zeevaartschool Abel Tasman, naar het gemeentehuis van Delfzijl, tegenover het politieburo en het NS-station. Hier eindigt deze etappe van het Nederlands Kustpad deel 3.

Sightseeing Delfzijl
Het is nu 14:00 uur en ons rest daarmee nog drie uren, omdat we hebben afgesproken dat we rond vijf uur vanmiddag op familiebezoek gaan in Meerstad. We hebben dus nog volop tijd om eerst het centrum van Delfzijl weer eens te bezoeken. Tot 1987 hebben we hier gewoond, en het centrumgebied hebben we al vele jaren niet meer bezocht. Kortom, we maken een wandeltour door de hoofdwinkelstraten van Delfzijl. 
Veel is hier nieuw, maar er zijn toch ook zeker nog wel de nodige herkenningspunten van nu al weer precies 35 jaar geleden. 
Door de Waterpoort brengen we ook een bezoek aan de Zeehaven van Delfzijl, waar ook het nodige is veranderd. Een groot zeeschip verlaat - samen met een loodsboot - juist op dit moment de zeehaven. 
Vanaf de zeehavenkade gaan we Handelskade Oost over, om bij het grote cortex-stalen kunstwerk het Baaisterhoofd op te gaan.
Vanaf het hoge Baaisterhoofd krijgen we een prachtig uitzicht over het nieuwe Zeestrand bij het Eemshotel. 
Verderop zien we het Muzeeaquarium, en heel in de verte ook de Eemshaven. Achter ons krijgen we een mooi uitzicht over het centrum van Delfzijl.

Buitengewoon bijzondere kerk in Krewerd
Dan is het moment aangebroken om terug te gaan naar onze fietsen bij het gemeentehuis, want we moeten nog wel op de fiets terug van Delfzijl naar Arwerd. Bovendien pakken dreigende luchten zich samen boven Delfzijl, en ten noorden daarvan, en dat is ook de route die we moeten fietsen naar Arwerd. Het zou dus zo maar kunnen zijn dat we overvallen worden door fikse regen.
Op het fietspad onder aan de voet van de zeedijk fietsen we langs de kust in noordelijke richting. Daarbij passeren we onder andere de Kustweg-flat waar ik van 1979-1983 eerst alleen heb gewoond, en daarna - na onze trouwdag - nog vier jaar samen met Durkje. In januari 1987 werd onze zoon Jan Wijbe hier geboren, en in de zomer van 1987 kreeg ik een nieuwe baan in het Middelbaar Middenstandsonderwijs te Hoogeveen, waardoor wij verhuisden naar die plaats in Drenthe.
Benoorden Delfzijl gaan we verder over het fietspad langs de N977, om vervolgens door de plaats Holwierde naar het dorpje Krewerd te fietsen. Als we in Holwierde zijn. begint het licht te regenen, maar het is al weer nagenoeg droog als we in Krewerd zijn.
We zijn nog vroeg, dus hebben ruim de tijd om de Mariakerk van Krewerd te bezichtigen, en daar krijgen we geenszins spijt van, want dit is een buitengewoon bijzondere Romano-gotische zaalkerk uit 1280. Heel bijzonder, want dit is de enige kerk in Nederland met een gemetseld doksaal. Dit doksaal wijst erop dat deze kerk vroeger werd gebruikt door de monniken van het klooster van Wittewierum, waarover ik hierboven in de blog al schreef. 
Verder heeft deze kerk het op één na oudste nog bespeelbare kerkorgel van Nederland, dat ook visueel bijzonder is, want het orgel (1531) kent twee geschilderde zijpanelen (1643), waardoor het orgel veel groter lijkt dan het feitelijk is.
Na dit bijzondere kerkbezoek fietsen we van Krewerd nog het laatste stukje naar Arwerd. Het regent dan heel licht, maar daar hebben we helemaal geen last van. In Arwerd laden we onze fietsen op de fietsendrager van de auto, en dan rijden we naar Meerstad. Vanavond rijden we na de avondmaaltijd pas door naar huis.

Geen opmerkingen: