donderdag 18 april 2019

Ulke Veersma exposeert in Stenden Art Gallery

Donderdag 18 april 2019
Een deel van de expositie van Ulke Veersma in de Stenden Art Gallery













Kunst van de straat
In de Stenden Art Gallery is tot 2 juli 2019 een expositie te zien met kunst van de straat, zoals grafiti in Londen en Georgetown.
De foto’s die Ulke Veersma op deze expositie laat zien, zijn genomen in twee steden in heel verschillende delen van de wereld: in Londen, en om precies te zijn in Oost-Londen, en in Georgetown op het eiland Penang in Maleisië.

Oost-Londen
Oost-Londen is van oudsher een immigrantenwijk, waar achtereenvolgens Hugenoten, Joden en Indiërs en Bangla Deshi naar toe zijn getrokken. Terwijl de wijk al sinds jaar en dag onderdak biedt aan hippe winkeltjes en markten, heeft er de laatste jaren een transformatie plaatsgevonden naar een buurt met alternatieve fashion & design.
De geëxposeerde foto’s laten de fantasiewereld, de angsten en droombeelden van deze avant garde van de kunst van de straat zien, met sprankelende kleuren en vaak groteske figuren. Alles kan hier omdat de straat van niemand is, maar ook van iedereen.

Georgetown
Georgetown is de havenstad die de Britten, samen met Singapore, ontwikkelden in hun nieuwe kolonie Maleisië, nadat de haven van Malaka verzand was en de roem van de VOC in deze regio tanende was.
De geëxposeerde foto’s laten een heel andere wereld zien dan die van de buurt rond Bricklane in Oost-Londen. Zij tonen hoe grafiti-kunstenaars in dit deel van de wereld de jeugd ervaren. Door het ter plekke gebruiken van artefacten, die deel uitmaken van de schilderingen, door jongeren van nu, vindt er een vermenging plaats van nostalgische beelden met de nuchtere werkelijkheid van het Georgetown van nu.

Mensen van hoop: Christenen in Pakistan

Woensdag 17 april 2019
Cover van het boek 'Christenen in Pakistan'

Onderdrukte christenen in Pakistan
'Mensen van hoop' is een serie boeken over christenen in onderdrukte gebieden. Kerk in Actie vertelt middels deze serie de verhalen van de kerk in Rwanda, in Pakistan en in het Midden-Oosten. Het zijn landen waar de christenen de kerk zien als een baken van hoop in moeilijke tijden.
Christenen vormen een kleine minderheid (1,8%) in het overwegend islamitische Pakistan. Deze christenen zijn vaak slachtoffer van discriminatie of geweld, of worden bij het minste of geringste tot zondebok gemaakt, bijvoorbeeld als er sprake is van spanningen of onrust. 
Met liefde en doorzettingsvermogen zetten christenen in Pakistan zich in voor verandering. Zij vechten voor vrede en een rechtvaardige samenleving voor iedereen. Dus niet alleen voor zichzelf, maar ook voor andere minderheden die te maken hebben met discriminatie en geweld.

Kerk in Actie
Alle sponsoren van de Stienser werkgroep Ma'laap kregen eind vorig jaar het boek 'Mensen van hoop' aangeboden, om te lezen over de de situatie waarin Pakistaanse christenen leven. Het boek vertelt alle gastouders van onze verbindingsgroep Ma'laap hoe de relatie is van christelijke minderheidsgroepen in deze islamitische republiek, hoe zij in Pakistan leven, en hoe christenen en ook interreligieuze groepen samen werken aan hoop en vrede in Pakistan.
In haar Voorwoord schrijft de Programmamanager van Kerk in Actie, Rommie Nauta, dat dit boek de christenen van Pakistan laat spreken, over hun geloof en over het doorzettingsvermogen van de kleine christelijke gemeenschappen. De Nederlandse organisatie 'Kerk in Actie' werkt samen met de grootste kerk in Pakistan, de 'Kerk van Pakistan'.
In zijn 'Groet uit Pakistan' schrijft Ds. Humphrey Sarfaraz Peters (Moderator-bisschop van de Kerk van Pakistan en tevens bisschop van het bisdom Peshawar) dat de christelijke minderheid in Pakistan wel een goede reputatie geniet, omdat die goed werk doen op het gebied van onderwijs, gezondheidszorg en diaconaat. Lastige uitdagingen zijn echter de vooroordelen, de discriminatie, de groeiende verstedelijking, de armoede, het gebrek aan werk, en het grote aantal hoger opgeleiden (ook christenen) dat Pakistan verlaat (brain drain). De groei van het aantal nieuwe kerkjes is mooi, maar het gevolg is wel dat het steeds lastiger wordt om gezamenlijk op te trekken.
De kerk werkt voortdurend aan tolerantie, een vreedzame samenleving en menselijke waardigheid. De Kerk van Pakistan wil een instrument van God zijn, door alle zegeningen en liefde van God te delen met alle andere mensen in Pakistan.

Pakistan werkt aan een betere toekomst - Feije Duim
In 1947 werd India opgesplitst in het overwegend door hindoes bewoonde India en het islamitische Pakistan.
De grote investeringen van China in de infrastructuur zorgen voor nieuwe economische ontwikkeling van het land. Het handelsakkoord van Pakistan met de Europese Unie is gesloten met als tegenprestatie dat Pakistan zich inzet voor mensenrechten en democratie. Extremisme en gewapend terrorisme zijn nog diep geworteld in de Pakistaanse samenleving. De vrijheid van meningsuiting staat onder druk. Met steun van Kerk in Actie zet de Kerk van Pakistan zich in voor de rechten van minderheden.

Een omstreden geschiedenis - Kor Grit
De Kathedraal van de Opstanding van de Protestantse Kerk van Pakistan is een imposante 19e eeuwse kerk. Het ongeveer 2.000 jaar oude Taxila-kruis aan de muur is het officiële symbool van de nieuwe verenigde kerk, en is van groot belang voor de geschiedenis van de christenen in Pakistan.
De apostel Thomas wordt gezien als de apostel van Jezus die het evangelie vanuit Jeruzalem naar India heeft gebracht.
De religieuze ongelijkheid ontstond al in de 17e eeuw, maar door de komst van de Britten in de 19e eeuw kreeg het christendom een bevoorrechte positie. Tegenwoordig worden de christenen gezien als minderwaardig, onrein en dus onaanraakbaar.
Religieuze sentimenten van moslims krijgen in Pakistan meer bescherming dan die van christenen en hindoes. Een verdenking of beschuldiging van blasfemie (godslastering; denk maar aan Asia Bibi) kan je je leven al kosten.
Christelijke kerken zoeken de verbinding met andere godsdiensten, onder andere door maatschappelijk betrokken te zijn vanuit christelijke naastenliefde, door concreet handen en voeten te geven aan hun geloof.

Altijd bang voor geweld - Kor Grit
Door de maatschappelijke achterstelling van christenen komen zij vanzelf in een economisch inactieve rol terecht. Maar weinig christelijke professionals werken in het financiële en commerciële hart van Pakistan.
Voor christenen dreigt er voortdurend gevaar. Ook kerken en bedrijven van christenen worden aangevallen.

Van schoolboek tot haat - Kor Grit en Sebastian Justin
Het Pakistaanse onderwijssysteem zit vol vooringenomen en denigrerende vooroordelen, waardoor het zaad voor uitsluiting en geweld jegens kinderen al vroeg is gezaaid. Wil je deze intolerantie verbannen, dan moet je beginnen met het aanpassen van het onderwijsmateriaal.

Kerk vol hoop en leven - Marusja Aangeenbrug
Het kleine aantal extremisten dat christenen angst aanjaagt, heeft grote invloed.
Toch wordt door christenen benadrukt dat de kerk vol hoop en vreugde is. Mensen zijn trots om christen te zijn. De kerk is actief en levend, en het aantal jonge christenen groeit langzaam. De Kerk van Pakistan laat zien dat ze er is voor iedereen, en ze pleit voor medemenselijkheid voor iedereen. De kracht van deze kerk ligt in het omzien en het luisteren naar de naaste.

Wees zelf de verandering - Noman Sajjad
Noman - werkzaam bij de Vredesafdeling van de Kerk van Pakistan - zijn verlangen is om mensen van verschillende geloven met elkaar in contact te brengen; dat ze gaan samenwerken en een relatie opbouwen. Zijn bisdom realiseerde zich dat jongeren een richting nodig hebben in hun leven, en wilde hen activeren om zich in te zetten voor vrede en veiligheid. Het is effectief om - op een veilige plek - met jongeren te werken. Jongeren wordt geleerd om kritisch te denken en om de leiding te nemen.
Mentaliteit en gebrek aan bewustzijn vormen de belangrijkste oorzaken van conflicten en problemen.
Zodra er spanningen optreden, zijn christenen de zondebokken in Pakistan.
In Pakistan zou meer begrip moeten komen voor de veelkleurigheid in het land.
Muziek brengt liefde en verbindt mensen met heel verschillende achtergronden aan elkaar.
Vredesclubs helpen om elkaar meer te begrijpen, en om je beeld van de ander bij te stellen.
De leden van het bisdom willen de verandering zijn die ze wensen te zien.

Alles begint met vertrouwen - Jennifer Jivan
Het Christelijk Studiecentrum in de Pakistaanse stad Rawalpindi buigt zich over vragen rond vrede en een harmonieuze samenleving. Men zet zich in voor dialoog en harmonie tussen religies. Ze ontwikkelen een theologische en sociologische benadering van vreedzaam samenleven. Bewustwording is een belangrijk onderdeel van hun werk. Voor hen is ook de theologische reflectie essentieel, om na te denken over theologie die aansluit bij de Pakistaanse cultuur en samenleving. Hun roeping zorgt ervoor dat ze hun spiritualiteit ontdekken in relatie tot God en tot andere mensen. Die roeping beweegt hen ook tot liefde.
Vredesopbouw en interreligieuze dialoog beginnen bij het luisteren naar jezelf en naar de ander. Daartoe verdiept men zichzelf eerst in het eigen geloof.

Het heft in eigen hand - Marusja Aangeenbrug
De Pakistaanse organisatie NOAD steunt dorpsbewoners en gehandicapte kinderen. Zo helpen ze bijvoorbeeld loonarbeiders om een klein eigen bedrijfje op te starten. Ze zorgen voor trainingen en voor een klein startkapitaal. Deelnemende boeren delen hun opgedane kennis met anderen.
In Pakistan ervaren veel families met een kind met een verstandelijke beperking financiële of sociale druk. NOAD wil dat deze kinderen een volwaardige plek krijgen in het gezin, en mee kunnen doen in de gemeenschap. Hun ouders leren dat hun kinderen zich juist ontwikkelen als ze liefde, zorg en aandacht krijgen.

Meer leren over de Bijbel - Marusja Aangeenbrug
Pakistaanse christenen hebben behoefte om ondersteuning te krijgen in hun geloof. Dankzij cursussen van het Pakistaanse Open Theologische Seminarie krijgen cursisten inzicht in hun eigen geestelijke conditie. Hun kennis van Gods woord wordt vergroot, en hun leven verandert daardoor. Christenen leren zo bijvoorbeeld ook beter met hun gezin om te gaan. Door vernieuwend onderwijs te geven, door kerkelijke gemeenschappen te leiden en door pastorale zorg te geven, groeit de kerk steeds meer.

Over Zeeuwse boeren en Pakistaans eten in Barendrecht - Tom Kolsters
Na de Zeeuwse Watersnoodramp van 1953 was Pakistan één van de landen die Nederland te hulp schoot. Nu - zo'n 65 jaar later - doen Zeeuwse kerken iets terug. De vier classes in Zeeland hebben ervoor gekozen om Pakistan gezamenlijk te steunen. Opbrengsten van acties gaan naar Pakistan. Daarmee willen de kerken op bijvoorbeeld Walcheren de christenen in Pakistan bemoedigen. Het gezamenlijk bidden, zingen en vieren inspireert en bemoedigt heel veel kerkgangers.

  • "Door ons wil Jezus present zijn in deze wereld".
  • "We geloven dat we van elkaar kunnen leren".

De Urdu-gemeenschap van ongeveer 250 Pakistaanse christenen in Nederland is een buitengewone gemeente van de Protestantse Kerk in Nederland, met kerkdiensten in Rotterdam en Amsterdam.
De protestantse gemeente (PKN) van Barendrecht vindt het belangrijk dat de christenen in Pakistan weten dat zij met hen mee bidden en meeleven, en dat er ergens op de wereld mensen zijn die hun best voor hen doen. Het zendingswerk van Barendrecht laat zien dat zending tegenwoordig steeds meer geven èn ontvangen is. Barendrecht schenkt niet allen talenten, gebeden, gedachten en financiën, maar ontvangt ook doordat men er leert van Pakistaanse christenen, bijvoorbeeld over de diepte van het geloof, en dat God wereldwijd op allerlei manieren wordt aanbeden en dat de kerk vele vormen heeft.

zondag 14 april 2019

Rondje Landweer in vijf etappes - Etappe 1.4

Zondag 14 april 2019 
Smal wandelpaadje door het Fochteloërveen



















Tussen Landweer & Friese Waterlinie
In het jaar 2015 verscheen de wandelgids 'Tussen Landweer & Friese Waterlinie', geschreven door de landschapsjournalist Fokko Bosker. Deze wandelgids bevat vijf Themaroutes, die zijn opgebouwd uit 13 afzonderlijke wandelroutes door de Friese gemeenten Ooststellingwerf & Weststellingwerf, over een afstand van 250 kilometer, en qua etappe-routes gebaseerd op het Friese Wandelknooppuntennetwerk.
De 13 etappes worden vooral verhalend beschreven, waarbij de streekhistorie en de flora en fauna van de streek uitgebreid aan bod komen. De gids heeft meer het karakter van een wandelgids, dan een routegids, want je leest wel veel over wat je onderweg wandelend passeert, maar de incidentele teksten over de te wandelen etappe-routes zijn zo globaal, dat ze niet kunnen worden gebruikt om de route onbezorgd te lopen.

Rondje Landweer in vijf etappes
Durkje en ik hebben besloten vandaag weer een route te wandelen van de 13 etappes van deze wandelgids. We lopen vandaag de vierde etappe van Themaroute 1, met als titel 'Rondje Landweer in vijf etappes'. De vijf etappes zijn respectievelijk 18, 10, 19, 24 en 19 kilometer lang. Onze keus viel vandaag op de vierde etappe, met een afstand van 24 kilometer.
Etappe 1.4 is getiteld: 'Door werelderfgoed en levend hoogveen'.

Spoorzoeken in het Wandelknooppuntennetwerk van Zuid-Oost Fryslân
Van elke etappe wordt het startpunt en het eindpunt aangegeven, en de route-aanwijzing bestaat uit de opeenvolgende Wandelknooppuntennummers die je wandelend 'in het veld' passeert. Het kaartje in de wandelgids met daarin de knooppuntennummers is zozeer verkleind afgebeeld dat die niet kan worden gebruikt als betrouwbare gids.
We kunnen aan het begin van deze vierde etappe nog gebruik maken van het Wandelknooppuntennetwerk, maar de wandelgids meldt dat we die niet kunnen gebruiken in het deel van de etappe (van vandaag) dat door de provincie Drenthe loopt. Wel heeft Fokko Bosker voor dat Drentse deel een routebeschrijving opgenomen in zijn wandelgids. Die beschrijving is voor een aantal delen van de route te beknopt, maar omdat we van Fokko een gedetailleerde stafkaart hebben gekregen, waarop hij voor ons de route heeft ingetekend, zien we gelukkig kans om de route tamelijk goed volgens zijn bedoeling te lopen. Toch is het ook vandaag wederom enigszins spoorzoeken.
Verder zijn we onlangs door Recreatieschap Marrekrite prima geholpen met een nulversie van de Fiets- en wandelknooppuntenkaart Fryslân, van de regio Zuidoost-Fryslân; en eerlijk is eerlijk, als je die erbij hebt, los je de problemen van de wandelgids niet geheel op, maar lukt het je wel - met enige scherpe oriëntatie in het veld - om de route (vrijwel geheel) correct te volgen; hetgeen vandaag van toepassing is op het eerste en op het laatste deel van de etappe. We ervaren in elk geval de wandelknooppuntenkaart als van doorslaggevende betekenis voor het volgen van de juiste route.

Etappe 1.4: Door werelderfgoed en levend hoogveen
Rond 8:15 uur vertrekken we vanuit Feinsum, en brengen we een auto naar het eindpunt in Ravenswoud. Daarna rijden we van Ravenswoud naar Haulerwijk, vanwaar we de wandelroute aanvangen. Toen we vanmorgen vertrokken, was het 1 graad Celsius, en bij aankomst in Haulerwijk is het 2 graden Celsius. Er waait een frisse oostenwind, maar echt koud is het niet. Verder genieten we later vandaag van een groot aantal zonnige perioden, en dan is het buitengewoon aangenaam wandelweer. De temperatuur loopt vandaag op tot 10 graden Celsius.
We verlaten Haulerwijk om 9:30 uur in noordelijke richting, om dan over de Scheidingsweg (de grensweg tussen Drenthe en Fryslân) naar het Mandeveld te lopen. In een bosstrook ten noorden van het Mandeveld passeren we een oorlogsmonument, ter nagedachtenis aan (een groep) verzetsmannen die hier op 10 april 1945 door de Duitse bezetters zijn gefusilleerd. Eén van de namen op de gedenksteen is die van de bekende Groninger kunstenaar Hendrik Werkman. Er liggen veel bloemen bij het monument, en de witte linten maken duidelijk dat een groep scholieren, die dit monument heeft geadopteerd, hier waarschijnlijk in de afgelopen week bloemen heeft gelegd bij dit oorlogsmonument.

Van Een-West naar Een
Vanaf Camping De Drie Provinciën gaan we over op de routebeschrijving van Fokko Bosker. We wandelen het streekdorp Een-West binnen, en lopen dan door naar de Schansduinen, een hele mooie smalle strook natuur van stuifzandduinen en natte veenbodem. Via de Schansweg lopen we naar de Zwartendijksterschans, waarmee de Friezen lang geleden hebben geprobeerd om de in Groningen gelegerde Spaanse troepen buiten de provincie Fryslân te houden.
Via de Vennootsweg lopen we over de es naar het oostelijker gelegen dorpje Een.

Veenhuizen
Vanuit Een lopen we in zuidelijke richting, en kruisen we eerst de Schipsloot, en iets verderop bij de brug met stuw de Zesde Wijk.
Langs de rand van het beekdal van het riviertje De Slokkert en door een bosperceel gaan we richting Veenhuizen. Daartoe volgen we de enkele kilometers lange boslaan van de Hospitaallaan.
Aangekomen in Veenhuizen, lopen we rond het gevangenismuseum, en dan passeren we het koffiehuis Koffielust, waarvan de deur uitnodigend open staat. Binnen genieten we van onze eerste pauze van vandaag, na de eerst vier uren aaneensluitend te hebben gewandeld. Met een flinke kop koffie en als traktatie de warme wafel van het huis erbij, krijgen we een aangename oppepper om onze route door Veenhuizen te vervolgen.
Op de parkeerterreinen staan veel auto's, en her en der is het een drukte van belang, door alle recreanten die dit mooie weer van vandaag aangrijpen, om een uitstapje naar deze voormalige kolonie te maken.

Bankenbosch
Daarna volgt vooral veel natuurschoon op de rest van deze etappe. Voorbij Veenhuizen lopen we namelijk het Bankenbosch in, om aan de zuidzijde ervan straks het Fochteloërveen op te gaan. Op het eerste punt waar bos en veen elkaar raken, staat een picknickbank vol op de zon, dus een plek bij uitstek voor een zonovergoten lunch, met uitzicht over dit veengebied.
Daarna volgen we langs de boszoom van het Bankenbosch een smal pad, dat verderop over gaat in een wel heel smal paadje door het drassige veengebied, dat verderop zo ontoegankelijk is dat hier bijna niet meer gesproken kan worden van een wandelpaadje. Duidelijk is door de overwoekerende begroeiing wel dat dit paadje niet of nauwelijks meer wordt gebruikt, maar met de nodige zigzaggende bewegingen, kunnen we dit prachtige paadje toch nog geheel blijven volgen, totdat we het Bankenbosch weer in lopen.
Het valt vaak niet mee om de routes van Fokko Bosker correct te volgen, maar het moet eerlijkheidshalve worden gezegd dat hij je met zijn wandelgidsen wel op de prachtigste paden en door de mooiste gebieden laat gaan.

In het Fochteloërveen

Fochteloërveen
En dan ten zuiden van Bankenbosch wandelen we via een breed en hoger gelegen fietspad het Fochteloërveen op. Een schitterend en bijzonder natuurgebied, waar momenteel zelfs weer kraanvogels verblijven. Dit is in al zijn pracht wel een heel kwetsbaar gebied. Zo bleek bijvoorbeeld enkele weken geleden dat de oeverschotten die het water van het hooggelegen Fochteloërveen in dit veengebied moeten houden, beginnen te lekken, waardoor het op termijn nodig zal zijn om die waterkeringen te herstellen, om dit natte veengebied ook nat te houden.
Fokko Bosker heeft voor ons op de stafkaart getekend dat we over een heel smal veenpaadje wat dieper het kolonieveld in kunnen gaan, om het natte Fochteloërveengebied te doorkruisen. Dat is een prima tip, want dit is ook een prachtig stuk van deze veen-etappe.
Met een grote boog lopen we dan nog naar de zuidzijde van het Fochteloërveen.

Terug naar Ravenswoud
Dan volgt nog een laatste deel door een bosperceel, dat deel uitmaakt van de Compagnonsbosschen nabij Ravenswoud.
Het laatste stukje lopen we dan nog door open veld langs een vaart, tot aan de brug die de toegang mogelijk maakt naar Ravenswoud. Daar - bij die brug - staat onze auto geparkeerd.
We arriveren in Ravenswoud om 16:30 uur, dus we hebben de etappe van vandaag afgelegd in 7 uren.
Vervolgens rijden we met de auto vanuit Ravenswoud terug naar Haulerwijk, waar we de andere auto afhalen, om daarna weer terug te rijden naar Feinsum.
Met deze etappe hebben we de vijf etappes van het 'Rondje Landweer' volbracht. De door Fokko uitgezette route van 90 prachtige kilometers, hebben ons in de afgelopen vijf etappes vijf prachtige wandeldagen geschonken.

April-sneeuw in Feinsum

Zaterdag 13 april 2019
Sneeuw in april in Feinsum



















Winterse bui in het voorjaar
Vanmorgen - en ook later vanmiddag - werden we verrast door enkele lichte sneeuwbuien in Feinsum.
Het duurde niet lang, en het was niet veel, en nadat het op de grond was gevallen, verdween de gevallen sneeuw ook zo weer, maar na de tamelijk warme dagen die we in dit voorjaar al hebben gehad, was deze sneeuwval toch niet meer verwacht.
In de afgelopen week werd voor sommige nachten toch al wel nog enige lichte vorst verwacht, dus op zich is het heel begrijpelijk dat je bij dergelijke temperatuursdalingen nog wel een enkele winterse bui kunt krijgen. En dat gebeurde dus vandaag.

vrijdag 12 april 2019

Bestuursvergadering van Stifting Nijkleaster in Jorwert

Donderdagavond 11 april 2019
Vieren & Vaster bij het licht van Nijkleaster























Vieren & Vasten 2019
Vanavond vindt de bestuursvergadering van Stifting Nijkleaster plaats in de Ferdjipping, de bovenzaal van de Sint-Radboudkerk, de kloosterkerk van Nijkleaster.
Voordat deze bestuurdersbijeenkomst aanvangt, wordt in groter verband met alle gasten van Nijkleaster tijd genomen voor de activiteit van 'Vieren en Vasten 2019' van Nijkleaster.
Gedurende de Veertigdagentijd is iedereen elke donderdagavond tot Pasen in deze kerk van Jorwert van harte welkom van 18:00 tot 19:30 uur om mee te doen. Na een korte viering staat een eenvoudige maaltijd klaar: soep en brood. Samen wordt een goed doel bedacht om dat met een financiële bijdrage te steunen. Het is niet nodig je op te geven. Kom gewoon, er is altijd genoeg. Dit jaar lezen we verhalen over water. Het zijn stuk voor stuk verhalen over ervaringen die we zelf ook kennen.

Klooster gewenst in It Westerhûs
Om 19:45 uur is iedereen zover om te beginnen met de bestuursvergadering. Naast allerlei vaste onderwerpen zoals Kleasterried en Kleasterlingen nemen we ook vanavond veel tijd om de voortgang van het kloosterhuisvestingsproject van It Westerhûs te bespreken. Eén van de belangwekkende stukken die vanavond worden behandeld, is het projectplan voor de realisatie van de zo gewenste kloostervestiging in It Westerhûs. De plannen worden steeds concreter, en als we de laatste financiële dekking van enkele tonnen Euro's nog kunnen verkrijgen, kunnen we in elk geval beginnen met de realisatie van een eerste fase van restauratie en nieuwbouw.
Voor de laatste bouwfase hebben we dan nog eens zo'n twee miljoen Euro nodig, dus we blijven geloven, hopen, bidden en hard werken om ook dat resterende budgetbedrag nog binnen te halen. Wat zou het mooi zijn dat we het hele bouwproject toch in één bouwproces zouden kunnen realiseren.

Fondsenwerving
Maar vooralsnog is de focus gericht op de eerste bouwfase, met de fondsenwerving prominent in beeld om het nog ontbrekende bouwbedrag binnen te halen. We houden de moed erin, maar hebben nog wel financiële steun nodig om onze plannen op afzienbare termijn ten uitvoer te brengen.
Daarom is ook de fondsenwerving vanavond weer een bespreekpunt, en verder bespreken we agendapunten met betrekking tot bijvoorbeeld samenwerking met partners, exposities, publicaties, en automatisering en archivering.
Na afloop van de vergadering blijven we nog geruime tijd met elkaar door praten in informeel verband, want ook buiten de zakelijke vergadering om zijn er altijd heel veel andere zaken om aan elkaar te vertellen, want er gebeurt heel veel en veel goeds rondom Nijkleaster in Jorwert.

Wetenschappelijke integriteit in onderzoek en onderwijs

Donderdag 11 april 2019
Presentatie van Peter Peeters

Nieuwe Gedragscode
Vorig jaar heeft de Vereniging Hogescholen (VH) tezamen met andere organisaties (de Vereniging van Universiteiten, de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra, de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek, en de Toegepast Onderzoek Organisaties) de nieuwe ‘Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit’ (NGWI) ondertekend. Voor het bekostigde HBO komt deze gedragscode in de plaats van de ‘Gedragscode praktijkgericht onderzoek voor het hbo’ (2010). Feitelijk treedt de nieuwe gedragscode per 1 januari 2020 in werking.
De NGWI bevat principes voor integer onderzoek, normen voor goede onderzoekspraktijken, zorgplichten van de instelling en richtlijnen in het geval van het niet-naleven van de normen.
Het is de verantwoordelijkheid van iedere individuele betrokkene bij onderzoek en onderwijs zich te houden aan de normen voor goede onderzoekspraktijken. Deze gedragscode geldt in de eerste plaats voor (individuele) onderzoekers. Het gaat daarbij om alle activiteiten, zoals: het opstellen van aanvragen, opzet en uitvoering van het onderzoek, beoordeling en peer review, het optreden als inhoudelijk deskundige, verslaglegging, verantwoording en publiciteit. Steeds moeten onderzoekers elkaar, hun ondergeschikten, hun begeleiders en hun leidinggevenden daarop aanspreken, om te zorgen dat de kwaliteitszorg wordt verbeterd, dat integriteitsschending wordt voorkomen en dat nadelige gevolgen worden hersteld of beperkt. Eén van de zorgplichten is het bevorderen van een onderzoekscultuur waarin de normen uit de code zijn verankerd, en het nemen van maatregelen als er signalen zijn dat deze niet worden nageleefd, of dat het risico daartoe bestaat.

Voor het onderwijs
In het onderwijs is deze code van betekenis als onderwerp van kennisoverdracht en training en als normatief kader bij wetenschappelijk onderzoek en onderzoeksstages van studenten. Wetenschappelijk onderzoek van studenten valt daarmee binnen de code. Zolang dat onderzoek slechts binnen een educatieve context verricht wordt en niet resulteert in publicaties anders dan een openbaar gemaakte scriptie, kan niet-naleven van de code niet leiden tot een klachtprocedure.

  • Hoe creëren hogescholen de voorwaarden voor een onderzoekscultuur die veilig, inclusief en open is en waarbinnen regelmatig aandacht is voor de normen voor goede onderzoekspraktijken? 
  • Gaat dat gepaard met heldere instructies, protocollen of andere middelen die de onderzoeker steun bieden en inzicht in wat een goede onderzoekspraktijk is?
  • Is de kwaliteitszorg hieraan ondersteunend? 
  • Wat is je rol als adviseur als zich (mogelijke) risico’s voordoen die mogelijk impact op de instelling hebben?
  • Hoe wordt wetenschappelijke integriteit verankerd in de onderzoekspraktijken van studenten? 
  • Moeten de curricula hierop worden geanalyseerd en aangepast? 
  • Is de kwaliteitszorg hierop voorbereid?

Paul Nieuwenhuis
Platform HBO
Dit zijn een aantal vragen waarvoor we vanmiddag als Platform HBO van het Nederlands Netwerk Kwaliteitsmanagement bijeenkomen in het Cursus- en Vergadercentrum Domstad in Utrecht.
De opening van deze middag wordt verzorgd door Paul Nieuwenhuis, voorzitter van ons Landelijk Netwerk voor Kwaliteitszorg. Aan het begin van deze sessie inventariseren we eerst welke expertise en functionarissen we momenteel in de zaal hebben.

Presentatie van Natascha van Hattum
Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit in het onderwijs
De eerste presentatie wordt verzorgd door Natascha van Hattum-Janssen, beleidsmedewerker kwaliteitszorg bij Bureau Kwaliteitszorg van Saxion Hogeschool, die de implementatie van de code coördineert en begeleidt.

  • De nieuwe gedragscode is niet alleen belangrijk voor specifieke doelgroepen zoals lectoraten, onderzoekers en studenten, maar ook voor de instellingen, academies en opleidingen (inclusief hun docenten) in het algemeen.
  • Een inventarisatie van risico’s bij het niet correct handelen jegens de nieuwe gedragscode leverde een lijst van risico’s op, met items zoals: confrontatie met claims, imagoschade, datamanipulatie, studievertraging. 
  • In het onderwijs zijn we in het HBO momenteel verplicht aandacht te besteden aan de wetenschappelijke integriteit in het onderwijs en in onderzoek. Daarbij kun je je richten op inbedding in bijvoorbeeld de onderzoeksleerlijn in het onderwijsprogramma.
  • Onderwijs moet een onderzoeksinfrastructuur verzorgen, waarin goed databeheer en het naleven van de regels zijn gefaciliteerd.
  • Ethische normstelling en procedures vormen ook een risico. Zorg bijvoorbeeld voor een ethische toetsing bij het opzetten van een onderzoek(sprogramma). Denk vooraf na over de wijze van die toetsing
  • In een Stappenplan vertaal je de zorgplichten in richtlijnen, wijs je de verantwoordelijke entiteiten aan en inventariseer je informatiebehoeften. 
  • Ook de curricula moet je voor alle leerjaren van een opleiding inrichten op de gewenste aandacht voor wetenschappelijke integriteit. Analyseer je curricula en afstudeertrajecten, plan alle benodigde aanpassingen, en organiseer informatievoorziening aan belanghebbenden.
  • Werk aan het correct regelen van dataverzameling (bijvoorbeeld tools voor online werken) en van  (locaties van) databeheer. En regel de toegang en beveiliging.
  • Richt de (wijze van) ethische toetsing in binnen opleidingen.

Hiermee probeer je te voldoen aan de zorgplicht die hogescholen hebben voor het onderwijs van alle opleidingen. De opleidingenacademies leggen dit vraagstuk voor aan de curriculumcommissies. In de werkpraktijk is deze zorgplicht een issue voor iedere docent die een deel van het curriculum verzorgt.

De Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit en Ethische Toetsing
De tweede presentatie wordt verzorgd door Peter Peeters, strategisch consultant van de Dienst Onderwijs en Onderzoek van Fontys Hogescholen. Hij is lid van een landelijke werkgroep die zich buigt over ethische toetsing, als uitwerking van één van de zorgplichten van hogescholen.  

  • We onderscheiden Principes (zoals eerlijkheid, zorgvuldigheid, transparantie, onafhankelijkheid, verantwoordelijkheid) en Zorgplichten (zoals training en supervisie, onderzoekscultuur, databeheer, openbaarmaking en verspreiding en ethische normstelling en procedures) bij integer onderzoek.
  • Een aantal normen wordt gebaseerd op deze principes, bijvoorbeeld: een open en inclusieve cultuur.
  • Normaal gesproken is een onderzoeker en ook een studentbegeleider verantwoordelijk. Studenten zouden in hun onderwijs verantwoordelijk zijn voor hun eigen handelen en nalaten. Toch zijn hun begeleiders/docenten op grond van hun professionele verantwoordelijkheid verplicht om toezicht uit te oefenen op een correcte werkwijze van studenten (die daar uiteraard ook een eigen – morele - verantwoordelijkheid (onder toezicht) in hebben). Het werk van studenten valt wel onder regelingen zoals de Onderwijs- en Examenregeling van hun opleiding.  
  • Probeer de toetsing aan de voorkant goed te regelen, want dan is de kans op een klachtenprocedure aan de achterkant kleiner. Dat helpt ook bij het bewustzijn van onderzoekers.
  • Docenten en onderzoekers hebben in dezen een inspanningsverplichting.
  • De ethische toetsing zou een onderdeel moeten zijn van de kwaliteit van onderzoek. De instelling bepaalt wat nodig is om deze toetsing mogelijk te maken. Dat kan binnen een faculteit worden gedaan, maar kan ook op instellingsnivo, of door meerdere instellingen gezamenlijk. Denk daarbij ook aan een ethische commissie en een ethische peer review.
  • Een ethische commissie geeft advies over ethische aspecten, geeft gevraagd en ongevraagd advies, draagt bij aan ethisch bewustzijn en draagt bij en deelt actief kennis omtrent ethische vraagstukken. Die commissies kunnen bestaan uit een onafhankelijke voorzitter met ethische deskundigheid, een ambtelijk secretaris, een juridisch deskundig lid; en verder moet worden gewerkt met een helder reglement.
  • Geadviseerd wordt om te investeren in brede deskundigheidsbevordering en kennisdeling tussen hogescholen. 
  • Neem de ethische toetsing ook mee als kwaliteitsaspect bij (externe) evaluaties van onderwijs en onderzoek (zie BKO-standaard 3).

Bij de implementatie binnen hogescholen zul je nu ook aandacht moeten schenken aan hoe je een ethische koers kunt varen in de hectiek van (ook) alle (andere) issues met betrekking tot onderwijs.

Saar Wismans
Stellingen
Na de pauze gaan we onder leiding van Saar Wismans met elkaar in gesprek over een aantal stellingen met betrekking tot dit thema van vanmiddag.

  • Er wordt gepleit om de zorgplicht vooral aan de voorkant serieus te nemen, opdat je aan de achterkant bij uitvoering van onderzoek minder problemen zult ervaren.
  • We moeten ons er ook van bewust zijn dat er vast en zeker meer klachten zullen komen over wetenschappelijk integer handelen, met name vanaf het moment dat wij binnen instellingen inzetten op (gedegen) implementatie van deze nieuwe gedragscode. Bij een groeiend bewustzijn zullen belanghebbenden ook eerder dan voorheen geneigd zijn om op het handelen van anderen een klacht in te dienen. 
  • Verder bespreken we de rol die de kwaliteitszorgmedewerker van een hogeschool heeft bij het vergroten van het bewustzijn over wetenschappelijke integriteit in goede onderzoekspraktijken. Het zou overigens wel een teken van armoede zijn als het (alleen) vanuit die hoek zou moeten komen. Het zijn immers vooral ook de lectoren, onderzoekers en docenten die zich hierop aangesproken zouden moeten voelen. Ook HRM-afdelingen van hogescholen zouden hier een belangrijke taak in kunnen vervullen, waarbij je zou kunnen denken aan het aanbieden van activiteiten met het oog op deskundigheidsbevordering. 
  • En verder spreken we aan het eind van deze sessie ook over het vraagstuk of de ethische toetsing (één van de zorgplichten) als element van kwaliteitsborging van afstudeeronderzoek van een student behoort tot de kerntaak van de afstudeerbegeleider.


dinsdag 9 april 2019

Complexiteit en de waarde van praktijkkennis

Dinsdag 9 april 2019 
Cover van het boek over Complexiteit

Complexiteit en Praktijk
Hoe complexer een vraagstuk is, hoe nadrukkelijker we een beroep moeten doen op praktijkmensen.
Hoe groter de onzekerheden zijn, hoe belangrijker het is waarde toe te kennen aan de kennis van de mannen en vrouwen die met de voeten in de klei staan: die zorg verlenen, voor de klas staan en het land bewerken.
Dat is de centrale boodschap van het boek 'Complexiteit en de waarde van praktijkkennis'. 
Toch doen we dit niet. Integendeel, nog steeds proberen we op krachtige wijze complexiteit te beteugelen met normen, regels, protocollen en procedures. Dat resulteert in allemaal ingewikkeldheid. Mensen raken erin verdwaald.
Zorgverleners zijn meer dan 30% van hun werktijd kwijt met administratie, leraren komen nauwelijks aan echt onderwijs toe en boeren kunnen niet innoveren omdat er altijd wel een norm is waaraan ze niet voldoen.
Vakmanschap wordt ingeblikt.

Complex en Ingewikkeld
Dr. Govert D. Geldof (1958) uit het Friese Tzum maakt in dit boek strikt onderscheid tussen complexiteit en ingewikkeldheid.
De boekpresentatie van dit nieuwe boek vond plaats op 31 januari 2019 in Franeker.
Zijn credo is: 'Het is complex, maar we maken het ingewikkeld.'
In een persoonlijke zoektocht van enkele decennia diept hij beide begrippen uit, beginnend in de collegebanken van Civiele Techniek van TU Delft (1980) en eindigend bij de gemeenteraadsverkiezingen in Noordwest-Friesland (2017).
Duidelijk is dat we niet zozeer het aantal regels moeten verminderen, maar dat we ons vermogen moeten vergroten complexiteit te zien en te hanteren. Daarvoor reikt hij concrete bouwstenen aan.
Een geruststellende conclusie aan het eind is: goed omgaan met complexiteit hoeft niet ingewikkeld te zijn.

Voorwoord
Govert Geldof ervoer dat slechts weinigen bekend zijn met wat complexiteit betekent voor ons dagelijks leven. Daarmee is de ware betekenis van dit begrip verloren gegaan.
Voor dit boek wordt niet de complexiteit, maar de praktijk als vertrekpunt genomen. Praktijkmensen weten immers hoe je complexiteit kunt hanteren. De theorie is ervoor om op gepaste wijze de praktijk te ondersteunen.

1. Drie principes
De auteur gaat in zijn boek uit van de volgende drie principes:
  1. 1. Om niet verstrikt te raken in ingewikkeldheid, moeten we meer complexiteit toelaten;
  2. 2. Hoe hoger de complexiteit is, hoe dichter we op de praktijk moeten acteren;
  3. 3. Het hanteren van complexiteit is vooral een kwestie van dóén en verhalen vertellen.
In de ogen van Govert Geldof is 'Complex' alles wat is ontstaan, waar alles al met elkaar verbonden is.
En 'Ingewikkeld' is wat gemaakt is (door mensen), zoals bijvoorbeeld machines, regels, protocollen en organogrammen. Alhoewel die zijn gemaakt om het leven aangenamer te maken en structuur te bieden, hebben deze zaken ons ingepakt en raken we erin verstrikt. We willen onzekerheden (risico's) inperken, en nemen daartegen beheersmaatregelen, maar die monden veelal uit in extra ingewikkeldheid.
Als je minder ingewikkeldheid wilt, zul je meer complexiteit moeten toelaten.
Als mensen met elkaar moeten samenwerken, worden ze aan elkaar verbonden, en zeggen we dan dat we integraal werken. Het verschijnsel dat beleidsmedewerkers de praktijkmensen gaan sturen, wordt ook wel 'professionalisering' genoemd, maar het gevolg is dat men steeds verder van de praktijk af komt te staan en dat zich een papieren werkelijkheid vormt, die ons het zicht op de echte werkelijkheid ontneemt.
Beleidsmedewerkers hebben de neiging om alles op te hangen aan getallen (bijvoorbeeld kengetallen). Met het kwantificeren van processen willen ze dan controleren en beheersen.
Govert Geldof pleit ervoor dat beroepskrachten een leerproces ingaan, door gewoonweg iets te doen, om dan te kijken hoe het uitpakt. Juist door te dóén en door elkaar daarbij verhalen te vertellen, wordt ook de impliciete kennis overgedragen, die we ook wel 'ervaringskennis' noemen. Juist dan en daar ontstaat ruimte voor ontwikkeling.
Dit eerste hoofdstuk sluit hij af door te stellen dat je ingewikkeldheid alleen kunt verminderen als we meer aandacht hebben voor complexiteit, en als we leren deze te hanteren.

2. Optimaliseren
In Delft leerde Govert Geldof dat je construeert op efficiënte wijze, en optimaliseren kun je alleen maar als de doelen vast staan. In zijn ogen kun je de constructie van een brug optimaliseren, maar complexe zaken zoals onderwijs, zorg en economie laten zich niet optimaliseren.
Angst voor het onbekende weerhoudt sommige mensen ervan om verkenningen voort te zetten. Realiseer je dat mensen met wie je optrekt verschillen qua opvatting over wat de beste koers is.
(Computer)modellen zijn versimpelingen van de werkelijkheid. Het ergste is dat je de uitkomsten ervan gaat geloven. Je moet daarentegen kritisch blijven nadenken en elke uitkomst in twijfel trekken, want anders gebeuren er op een gegeven moment ongelukken. Let op het belang van reflexiviteit.
Je moet je een beeld vormen van de geschiedenis(verhalen) om te kunnen begrijpen wat je in de huidige situatie kunt doen en moet laten.

3. Theorie en praktijk
  • Als je eenmaal begint met normen op te stellen, dan krijg je uiteindelijk ingewikkeldheid. 
  • Aan welke normen moeten normen voldoen?
  • Omdat waarden niet objectief zijn, moet je het er altijd over hebben. Ze moeten levend gehouden worden. Waarden laten beweging toe. 
  • Voor echt waarderen moet je ervaren.
  • Waarden staan voor complexiteit, maar normen staan voor ingewikkeldheid.
4. De ontdekking van de chaos
  • Chaos is het verschijnsel dat kleine oorzaken grote gevolgen kunnen hebben.
  • Alles wat leeft, brengt chaos voort.
  • Tijd is relatief. Pijn duurt tergend lang. Plezier vervliegt. En verlangen vertraagt.
  • De toekomst (verrassingen, onzekerheden, risico's) herbergt veel geheimen.
  • Alles wat chaos in zich heeft, is structureel onzeker.
  • Zekerheid hebben we niet, maar een kans is aanwezig.
  • Chaos draagt zorg voor geheugen. Negatieve feedback zorgt voor demping, positieve feedback zorgt voor versterking. Dynamische structuren kunnen zich duurzaam handhaven. Dat is geheugen.
  • Velen zien waar ze naartoe moeten, maar hebben onvoldoende waardering voor de plek waar ze staan.
  • Alles wat zich uitkristalliseert in een gemeenschap kunnen we duiden als cultuur. In cultuur zitten veel waarden verborgen, die voor mensen uit andere culturen onzichtbaar zijn. 
  • Het veroordelen van anderen zonder kennis van de historische context is uit den boze.
  • Handelingen moet je uitvoeren op het juiste moment, en wat dit juiste moment (kairos) is, wordt bepaald door de omstandigheden. Wacht dus af, en handel als het juiste moment daar is.
  • De meest schokkende ontdekking is dat zelfs de simpelste systemen als gevolg van chaos reeds complex gedrag kunnen voortbrengen.
  • Draagvlak voor een plan wil nog niet betekenen dat er draagvlak is voor de uitvoering van dat plan.
  • Als je wilt dat een proces voorspelbaar strandt, moet je alle chaos elimineren.
  • Echte veranderbaarheid zit in het onvoorspelbare.
  • Als chaos ertoe doet. moet je dicht op de praktijk zitten en uitgaan van de werkelijkheid in plaats van modellen; puur omdat de modellen niet kunnen omgaan met chaos.
  • Je moet liefde hebben voor de inhoud.
5. Regenwater in steden en dorpen
  • Regenwater heeft waarde. Je moet het zo goed mogelijk benutten daar waar het valt.
  • Er is een groot verschil tussen kennen en kunnen, en tussen weten en begrijpen.
  • Praktijkkennis moet je opbouwen.
  • Niet serieel, maar parallel werken is dé manier om in complexe projecten dichter op de praktijk te gaan zitten.
  • Bij integraliteit lossen we meerdere problemen op in samenhang.
  • Een overtuigend verhaal biedt samenhang.
  • Beroepskrachten graven zich in de loop van de jaren steeds verder in, en ze ontwikkelen een jargon waardoor de ingewikkeldheid toeneemt. Voor je het weet, ben je jezelf aan het vervreemden van je omgeving. Je maakt zaken ingewikkelder dan ze zijn.
  • Waar de norm begint, houdt het nadenken op.
  • Draagvlak creëer je niet; dat ontstaat.
  • Geschiedenis dempt niet uit.
  • Waar omgevingsdeskundigen moeite hebben met het verbinden van vakgebieden, hebben de omgeving-bewoners dat totaal niet, want in hun leefomgeving hangen processen op vanzelfsprekende wijze met elkaar samen.
  • Paradox: als je een praktijkvraagstuk wilt oplossen, moet je vooral dat vraagstuk niet oplossen.
6. Complexiteit
Vanuit de chaostheorie weten we dat zelfs eenvoudige systemen complex gedrag kunnen voortbrengen. De complexiteitswetenschap geeft aanvullend aan dat complexe systemen eenvoud kunnen voortbrengen.
Stabiliteit is het gevolg van actieve handhaving. Evenwicht daarentegen is statisch.
Complexiteit bevindt zich tussen orde en chaos. Complexiteit is dus nét geen orde, en nét geen chaos.
Complexe systemen zijn de manifestaties van samenhang en samenwerking.
Noch alleen orde noch alleen chaos bepalen de gezondheid van een systeem.
De kunst is om op succesvolle wijze te adapteren: een weg te vinden door een bewegend landschap vol onzekerheden.
Een mens die goed wil doen, bewandelt het pas tussen te veel en te weinig (Aristoteles).
Door een tekort aan binding en structuur kom je terecht in wanorde.

a. We zijn zelf een onderdeel van het systeem dat we aansturen.
Omdat we onszelf aansturen, zijn we zelf een factor van belang in een samenhangend geheel. Zo is een wandelaar geen toeschouwer, maar een deelnemer, omdat je onderweg in interactie treedt met je directe omgeving, en details waarneemt. Niet alleen het landschap is bepalend, maar ook wie je zelf bent, en de ervaring die je hebt opgebouwd. Op verschillende nivo's doe je ontdekkingen en kun je jezelf verwonderen.
In wisselwerking met anderen zoek je naar wijsheid. Dat is omgaan met complexiteit. Dan wordt er geleerd en schuift de grens tussen orde en chaos op. Het geheel adapteert.
Normen zijn generiek en hebben geen oog voor de specifieke lokale karakteristieken van de wisselwerkingen tussen mensen en materialen, en van mensen onderling.
Vraag aandacht voor samenhang en samenwerking.
Het goede komt voort uit waarden en waardering, uit interactie tussen mens en systeem.

b. We hoeven niet te verbinden, want alles is al verbonden.
Voor mensen die zich niet verdiepen in regels en procedures, maar 'gewoon' leven, is samenhang een vanzelfsprekendheid.
Wie complexiteit accepteert, aanvaardt dat alles met alles samenhangt.
Complexiteitsreductie is een diep verlangen om alles wat gebeurt te verklaren en aan te sturen op basis van generieke concepten.
Door te specialiseren is naast het verkrijgen van generieke waarden ook diepgang verkregen.
Als gevolg van versnippering zijn werkvelden van elkaar gaan vervreemden.
Medewerkers werken in toenemende mate langs elkaar heen.
Overheden gingen delen van taakvelden steeds slimmer (beter gefundeerd) doen, maar de samenhang ertussen was zoek.
Integrale benaderingen resulteerden eerst in multidisciplinaire projecten, daarna in interdisciplinaire projecten en vervolgens in transdisciplinaire projecten.
Als je ingewikkeldheid toevoegt, voelt het resultaat veelal gekunsteld, en toont het een vervormd beeld van de werkelijkheid.
Niemand kan bepalen wat optimaal is.
Ingewikkeldheid komt voort uit het afstand nemen, omzeilen en/of willen onderdrukken van complexiteit. Dit resulteert in schijnbare controle en beheersing.
In de werkelijkheid is alles reeds met elkaar verbonden. Accepteer de complexiteit die je daarin ervaart.
Generieke regels blijven noodzakelijk, meer als achtervang dan als dragers van het proces.
Protokolder = processen die zijn ingepakt in procedures en protocollen.
Adviezen van beleidsmedewerkers resulteren veelal in extra ingewikkeldheid.

Dankzij het schrijven ging ik mijzelf beter begrijpen.
Getallen met vele cijfers achter de komma komen op de een of andere wijze zeer geloofwaardig over, ook al zijn de volkomen fout.
Elke beslissing die moet worden genomen in de werkelijke wereld, is complex.
Eenvoud ontstaat eerder dankzij complexiteit, dan ondanks complexiteit.

7. Ontstaan
  • Het begrip 'ontstaan' manifesteert zich op de grens tussen orde en chaos.
  • Bij alle complexe processen kunnen we krachten ontdekken die op paradoxale wijze elkaar beïnvloeden. Daarin ontstaan patronen.
  • Kennis bouwt zich op en wordt afgebroken, in wisselwerking met mijn omgeving.
  • In een gezond politiek systeem zijn verschillende krachten actief en in dialoog met elkaar. Dialoog resulteert in nuancering, waarbij mensen zich verdiepen in de problemen achter de problemen en de bron willen bereiken.
  • Focussen we eenzijdig op specialiseren, dan schiet de balans door naar ingewikkeldheid.
8. Waterplan Nijmegen
Draagvlak zou je niet moeten hoeven creëren; het moet ontstaan rond de uitvoering.

9. Ervaringskennis
Als je iets wilt veranderen op deze wereld, moet je niet bij de overheid zijn. Deze consolideert en faciliteert, doch stimuleert geen veranderingen. De overheid opereert rond macht, en macht werkt stagnerend. Als je iets wilt veranderen, moet je informele netwerken opbouwen (Hubert Dreyfus).
Mensen hebben het vermogen totaal onlogisch te handelen, en dat is een kracht. Computers zullen dat nooit kunnen.
Ervaringskennis (tacit knowledge; impliciete kennis) is kennis die je wel hebt, maar niet onder woorden kunt brengen of op kunt schrijven.
Vertrouwen is tacit. Het ontstaat, en kun je niet afdwingen. Vertrouwen vertoont niet-lineair gedrag. het is emergent (kan niet volledig worden verklaard uit onderliggende processen). Het is vaak een kwestie van intuïtie.
Tuinieren voltrekt zich op de grens van orde en chaos.
Het doen vormt ons, het bestuderen van doen drukt ons richting angstvallige onzekerheidsmijding.
Door het narratieve; het laten vertellen van verhalen uit de eigen ervaringswereld, verkrijg je inzicht in de betekenis van ervaringskennis.
Niets is complexer dan het maken van keuzes.
Je kon pas echte vooruitgang boeken als je niet te veel in één keer wilde.
Soms doen we eerst en vragen ons achteraf af of we het goede hebben gedaan. Het is een kwestie van verantwoordelijkheid nemen.
Bij integraal werken zorgen de ervaren medewerkers voor rust in het team.
Ervaringskennis is cruciaal bij innovatie.
Mensen met veel ervaring maken onbewust scherp onderscheid tussen hoofd- en bijzaken. De hoofdzaken zetten ze op de voorgrond. Deze bepalen het handelen op de korte termijn. De bijzaken drukken ze naar de achtergrond. Je moet keuzes maken. Dat gebeurt tacit: stilzwijgend.
Iemand handelt of handelt juist niet, omdat zijn of haar intuïtie dat aangeeft.
Zinvol is het onderscheid te maken tussen de verschillende vormen van ervaringskennis en de mate waarin deze met elkaar in verbinding staan.
Na tienduizend uren heb je iets pas echt onder de knie (K. Anders Ericsson). Het aantal mensen dat daadwerkelijk zo lang op één vakgebied zit, neemt af. Conclusie daarvan is dat de ervaringskennis afneemt.
Vooral het opgesloten raken van ervaringskennis in sferen (waar die kennis wordt gedeeld) draagt in sterke mate bij aan het minder goed kunnen hanteren van de complexiteit in de praktijkvraagstukken.
Govert Geldof benoemt dan de volgende vijf sferen:
  • De praktijk-sfeer: hier is de binding met wat de mensen doen groot en de onderlinge banden zijn sterk. Ze hebben een sterke focus op het hier en nu.
  • De rationaliserende sfeer: hier werkt men met modellen, vanuit concepten die houvast geven naar de werkelijkheid toe. Ze hebben relatief weinig contact met bestuurders. Als ze zeggen dat iets concreet moet worden gemaakt, bedoelen ze dat de processen moeten worden gekwantificeerd. 
  • De management-sfeer: bij eenzijdige focus op controle worden ze gauw impopulair bij hun medewerkers, maar als ze te weinig aandacht besteden aan controle en beheersing, wordt het een puinhoop. Eilandjes van mensen in de kantine weerspiegelen de patronen van formele en informele kennisuitwisseling. Managers zijn het schild tussen het bestuur en de medewerkers. Als managers bij het bestuur een idee presenteren van een medewerker, is de overtuiging uit het verhaal verdwenen, omdat de ervaringskennis niet is overgedragen. 
  • De bestuurlijke en politieke sfeer: zij ontmoeten elkaar vooral in formele vergaderingen, en komen weinig in aanraking met de medewerkers. Voor ambtenaren zijn bestuurders vaak een te nemen hindernis. Als politici en bestuurders blindelings de adviezen van ambtenaren volgen, zijn die politici en die bestuurders in feite overbodig.
  • De verbindende sfeer: Deze mensen vullen de leegte die is ontstaan door het onvoldoende laten stromen van ervaringskennis tussen de sferen. Ze vormen nauwelijks een bijdrage in het inbrengen van tacit knowledge.
Tussen deze sferen is de stroom van ervaringskennis marginaal, waardoor ze uiteen drijven, en de schaduw in omvang toeneemt. In die 'schaduw' rondom de autoriteiten (uit het zicht) waagt men (risico) ook dingen die eigenlijk niet kunnen of mogen, in de overtuiging dat het anders mis gaat. Zo houdt men de zaak toch nog overeind. Veel innovaties beginnen in deze schaduw.
De kunst is om ervaringskennis (door verhalen te vertellen) te bevrijden uit de sferen.
Pas als je elkaar goed kent, kun je elkaars verhalen goed begrijpen.
Verhalen vervormen de werkelijkheid.
Bij elk project moet je op zoek gaan naar de verhalen, want zo neem je de geschiedenis mee, en wordt de aanwezige kennis goed benut.
Geen mens is in staat om de volledige werkelijkheid te overzien.
Het is van belang om aan de voorkant van een proces beelden te delen en waar mogelijk expliciet te maken.
  • Discussie = praten tegen elkaar, om van elkaar te winnen, om het gelijk te kunnen claimen;
  • Dialoog = praten met elkaar, en luisteren naar elkaar, uitwisseling van verhalen, om zich in te leven in elkaar, om elkaars beelden op elkaar aan te laten passen.
10. Werkplaatsen
  • De inzet moet zijn dat we ervaringskennis volwaardig in het spel brengen rond complexe vraagstukken, waardoor het sferenvraagstuk afneemt en beelden naar elkaar toegroeien.
  • Waarden wijken voor normen, ethische principes voor procedures.
  • De praktijk moet centraal staan, en niet de abstractie.
  • Door interesse te tonen voor de wereld en voor andere mensen, wordt deze wereld wakker gekust. 
  • Naast het doen is reflexiviteit van groot belang.
  • Vakmanschap komt tot stand door ervaringskennis te laten stromen, in praktijksituaties.
  • Weten is leeg, begrijpen is gevuld met ervaringskennis.
  • Organisaties hebben de nare eigenschap de aandacht steeds meer op zichzelf te richten in plaats van op de doelen waarvoor ze ooit waren opgericht.
  • De landschappelijk vorm is in een aantal stappen gegroeid. waarbij aanvankelijk individuele ontginningen het uitgangspunt vormden.
  • Hoe groter de verschillen in opvattingen, hoe sterker de binding.
  • 'Werkplaatsen' hebben betrekking op een klein, lokaal, concreet en holografisch vraagstuk, waarbij alle sferen erin worden betrokken, en de momenten van moeite (een sombere stemming als gevolg van een goede dialoog) niet worden gemeden maar opgezocht, en waar narratief wordt gewerkt.
  • Stel je de vraag welke kennis we nodig hebben om tot een oplossing te komen.
  • Jongeren vormen een eigen sfeer en het geeft veel waarde hen erbij te betrekken.
  • Leden van een Werkplaats gaan gezamenlijk door een dal, en als ze daar uit komen, is er sprake van gedeeld eigenaarschap, en een gezamenlijk verhaal.
  • Een leefomgeving is een ordening van verhalen.
  • 'Werkplaatsen' leiden tot het antwoord (werkend principe) op een complexe vraag, en tot een leereffect.
  • Door de dialoog voort te zetten, worden onzekerheden hanteerbaar gemaakt.
  • Niemand weet voldoende om tot een passende oplossing te komen.
  • Complexiteit is diep verweven met alles wat zich in je directe omgeving voltrekt en is ongevoelig voor de scheidslijn tussen werk en privé.
11. Pleidooi voor Gilden 2.0
  • Elke keer als je iets wilt veranderen, moet je jezelf afvragen: wiens positie ben ik aan het ondermijnen?
  • Weerstand komt vooral van mensen die er baat bij hebben dat een verandering niet wordt doorgevoerd. Zij hebben zich genesteld in de situatie zoals deze nu is en willen deze doorgaand optimaliseren.
  • Weerstand tegen verandering is een eigenschap van complexe processen.
  • We duiden de huidige manier van sturen door de overheid weleens als sturing via regels en pegels. Niemand heeft meer de volledige regie. Voorlopig noemt men de nieuwe vorm van sturen in Nederland 'decentralisatie'.
  • De overheid weeft een web van regels, normen, procedures en protocollen, die zelf-organiserende maatschappelijke krachten onderdrukken.
  • Het 'nieuw vakmanschap' heeft betrekking op alle sferen en het richt zich op het vermogen invulling te geven aan een gezonde wisselwerking met een dynamische context.
  • De mens is drager van ervaringskennis en in staat de verhalen te vertellen die andere mensen kunnen inspireren.
  • De kunst is niet een organisatie te construeren, maar een institutie te laten ontstaan.
  • Regels zijn beperkingen. Van belang is dat regels op basis van vrijwilligheid worden toegepast, en er gestuurd wordt vanuit gezag.
  • Zaken als energietransitie vragen om een continue wisselwerking tussen mensen en organisaties, een doorlopende kritische grondhouding van reflexiviteit en een oprechte interesse in wat zich voltrekt binnen en rondom het eigen werkveld.
12. Lokale politiek
  • We moeten geen beleid maken voor de maatschappij, maar vanuit de maatschappij (Hans van Mierlo).
  • Economen kunnen alleen vanuit economische modellen denken, en hebben geen flauw benul hoe de leefwereld functioneert.
  • Gewenste veranderingen worden door politici gerelateerd aan wat moet worden, en niet aan wat er reeds is. Bij wat moet worden, kijkt men naar de Randstad. Gewenste veranderingen kun je beter relateren aan wat er reeds is, dan aan wat moet worden.
  • Nieuw vakmanschap is het waardig omarmen van complexiteit. Zoek de praktijkknopen en organiseer daar de dialoog, rond het dóén.
  • Politieke waarden bevinden zich dicht bij je hart en bij wie je bent.
  • Ook de gemeentelijke politiek heeft zich laten inpakken door ingewikkeldheid.
  • Accepteer dat er geen eenvoudige oplossingen zijn, ga in dialoog met anderen op zoek naar handelingen die getuigen van wijsheid, en kom zo tot oplossingen.
  • De burgers zijn er niet om aan het beleid van de overheid te voldoen, maar het beleid is er om mensen te ondersteunen in hun streven naar kwaliteit van leven.
  • Toekijken en klagen is laf.
  • Alleen door tussen de mensen te komen, kun je werken aan de vergroting van naamsbekendheid.
  • Zonder chaos geen verandering.
  • Bij beleid en uitvoering gaat het erom dicht op de praktijk te handelen en oprechte interesse te tonen in de mensen die het aangaat.
  • Participatie kan gebrek aan visie niet vervangen.
  • Visie zonder actie is een dagdroom. Actie zonder visie is een nachtmerrie (Japans spreekwoord).
  • Je eigen geluk is op diepgaande wijze verbonden met dat van anderen.
  • Zet je te eenzijdig in op behoud van een gebied, dan conserveer je en isoleer je een gebied, en kan het zelfs een karikatuur van zichzelf worden.
  • 'Mienskip' is een waarde die vervliegt op het moment dat je het in beton giet.
13. Beelden van kennis
Dit boek begint over systemen, gaat daarna over processen, en vervolgens vooral over kennis.
Het hanteren van complexiteit vraagt vooral om aandacht voor kennis.
Volgens Govert Geldof moet wetenschap voortkomen uit nieuwsgierigheid, verwondering en passie.

14. Twee gezichten
  • Niets is praktischer dan een goede theorie. Theorie en praktijk hebben elkaar nodig.
  • Ingewikkelde systemen worden gemaakt om complexiteit te beteugelen, want deze is een belangrijke leverancier van onzekerheden.
  • De inzet moet zijn de complexiteit te hanteren in plaats van deze te onderdrukken. Dat doe je door dicht op de praktijk te acteren.
  • Waar behoefte aan is, is een laag van reflexiviteit in ons handelen die recht doet aan de complexiteit van de vraagstukken waarmee we worden geconfronteerd.
  • We nemen ingewikkeldheid waar in de vorm van strakke regie op productiefactoren.
  • Het loont de moeite de wisselwerking tussen complexiteit en ingewikkeldheid onder de loep te nemen, vanuit de praktijk, en de mogelijkheden voor een fundamentele omdraaiing te verkennen.
  • Niets is niet complex. Het toevoegen van nog meer ingewikkeldheid dan nu het geval is, werkt averechts.

De belevingswereld van de pelgrim door de eeuwen heen

Maandag 8 april 2019 
Al eeuwenlang lopen pelgrims naar Santiago de Compostela



















De belevingswereld van de pelgrim door de eeuwen heen 
Het pelgrimeren heeft door de eeuwen heen sporen nagelaten.
Die vertellen over andere tijden, over de pelgrim van toen, over zijn/haar gedachten en beweegreden.
Ze vertellen ook over de smaak van weleer: hoe bouwmeesters, schrijnwerkers, schriftstellers en muzikanten naar de geest van hun tijd daar uiting aan gaven.
Wie er oog voor heeft, herkent ze in relieken en devotionalia, in manuscripten en reisverslagen, in het landschap en de infrastructuur van wegen en bruggen, in de architectuur en decoratie van kerken, kloosters en hospitalen.
Ze vertellen iets over de veranderende beweegredenen van de pelgrim.

Lezingenserie 2019: Sporen in kunst en architectuur 
Evenals in voorgaande jaren organiseerde de ‘Werkgroep Geschiedenis en Cultuur’ van ons ‘Nederlands Genootschap van Sint Jacob’ weer een lezingenserie.
In vijf lezingen belichtten gerenommeerde sprekers - aan de hand van casuïstiek uit verschillende stijlperiodes - de sporen van de pelgrim in beeld en kunst langs de Camino (het pelgrimspad).
Deze avondlezingen vonden in het eerste kwartaal van 2019 plaats in het Institutio Cervantes aan het Domplein te Utrecht.
De lezingen waren toegankelijk voor alle leden van ons nationaal pelgrimsgenootschap, maar ook niet-leden konden zich bij het Nederlands Genootschap van Sint Jacob opgeven als deelnemer voor één of meer van deze lezingen.

Inhouden van de lezingenserie
Hieronder staat een overzicht van de vijf serie-lezingen, met daarin een weblink naar de vijf webimpressies die ik over deze lezingen schreef en publiceerde op deze weblog:



zondag 7 april 2019

Rondje Landweer in vijf etappes - Etappe 1.5

Zondag 7 april 2019
Bij de wortel van een omgevallen boom op het Aekingerzand



















Tussen Landweer & Friese Waterlinie
In het jaar 2015 verscheen de wandelgids 'Tussen Landweer & Friese Waterlinie', geschreven door de landschapsjournalist Fokko Bosker. Deze wandelgids bevat vijf Themaroutes, die zijn opgebouwd uit 13 afzonderlijke wandelroutes door de Friese gemeenten Ooststellingwerf & Weststellingwerf, over een afstand van 250 kilometer, en qua etappe-routes gebaseerd op het Friese Wandelknooppuntennetwerk.
De 13 etappes worden vooral verhalend beschreven, waarbij de streekhistorie en de flora en fauna van de streek uitgebreid aan bod komen. De gids heeft meer het karakter van een wandelgids, dan een routegids, want je leest wel veel over wat je onderweg wandelend passeert, maar de incidentele teksten over de te wandelen etappe-routes zijn zo globaal, dat ze niet kunnen worden gebruikt om de route onbezorgd te lopen.

Rondje Landweer in vijf etappes
Omdat voor vandaag een buitengewoon mooie zonnige en betrekkelijk warme voorjaarsdag is voorspeld, hebben Durkje en ik besloten vandaag de vijfde route te wandelen van de 13 etappes van deze wandelgids. We lopen vandaag de vijfde etappe van Themaroute 1, met als titel 'Rondje Landweer in vijf etappes'. De vijf etappes zijn respectievelijk 18, 10, 19, 24 en 19 kilometer lang. Onze keus viel vandaag op de vijfde etappe, met een afstand van 19 kilometer.
Etappe 1.5 is getiteld: 'Terug naar Elsloo over Kale Duinen en door het Drents-Friese Wold'.

Spoorzoeken in het Wandelknooppuntennetwerk van Zuid-Oost Fryslân
Van elke etappe wordt het startpunt en het eindpunt aangegeven, en de route-aanwijzing bestaat uit de opeenvolgende Wandelknooppuntennummers die je wandelend 'in het veld' passeert. Het kaartje in de wandelgids met daarin de knooppuntennummers is zozeer verkleind afgebeeld dat die niet kan worden gebruikt als betrouwbare gids. Onderweg ervaren we dat de wandelknooppuntennummers in de wandelgids in meerdere gevallen niet overeenkomen met de nummers op de veldpalen, wat het correct volgen van de route bemoeilijkt. Sommige nummers uit de wandelgids ontbreken in het veld, en enkele van de nummers in het veld staan niet in de wandelgids. In één geval geeft een Wandelknooppuntenpaal (bij nummer 62) een overduidelijk verkeerde richting aan. Met gebruik van de Wandelknooppuntenkaart en enig richtinggevoel wijken we af van de richtingpijlen, en constateren verderop dat wij toch wel goed hebben gekozen. Kortom het is vandaag wederom enigszins spoorzoeken.
We zijn onlangs door Recreatieschap Marrekrite prima geholpen met een nulversie van de Fiets- en wandelknooppuntenkaart Fryslân, van de regio Zuidoost-Fryslân; en eerlijk is eerlijk, als je die erbij hebt, los je de problemen van de wandelgids niet geheel op, maar lukt het je wel - met enige scherpe oriëntatie in het veld - om de route (vrijwel geheel) correct te volgen. We ervaren in elk geval de wandelknooppuntenkaart als van doorslaggevende betekenis voor het volgen van de juiste route.
Als over enige tijd de wandelknooppuntenkaart in de verkoop komt, zou het helpen dat de uitgever van de wandelgids een erratum publiceert - behorend bij de wandelgids - waarin dan voor alle 13 etappes de correcte volgorde van wandelknooppunten staat, zoals die in het veld worden aangetroffen. Afstemming van uitgever en Marrekrite samen is dan van belang, want de ene keer zal de uitgever de routebeschrijving moeten aanpassen, en een andere keer (zoals vandaag waar van paalnummer 29 de 2 ontbrak) zal Marrekrite de paalnummers moeten laten corresponderen met de routebeschrijving. Daarna blijft een periodieke check door beide partijen van belang.

Etappe 1.5: Terug naar Elsloo over Kale Duinen en door het Drents-Friese Wold
Rond 7:30 uur vertrekken we vanuit Feinsum, en brengen we een auto naar het eindpunt in Elsloo. Daarna rijden we van Elsloo naar Ravenswoud, vanwaar we de wandelroute aanvangen. Toen we vanmorgen vertrokken, was het 9 graden Celsius. Bij aankomst in Ravenswoud om 8:45 uur is het 10 graden Celsius. Gedurende de hele dag blijft de zon volop schijnen, zodat de temperatuur vandaag al snel oploopt naar zo'n 21 graden Celsius, en we de hele wandeldag kunnen genieten van een stralend zonnige zondag. Onderweg ontmoeten we vandaag veel wandelaars en fietsers; vooral ook veel (groepen) mountainbikers. Vooral op en rond het Aekingerzand is het een drukte van belang. Velen nemen vandaag de gelegenheid te baat om te genieten van de combinatie van het Nationaal Park Drents-Friese Wold en dit prachtige weer.

Van Ravenswoud naar Aekinga
We verlaten Ravenswoud bij de brug, aan de westzijde, en lopen in westelijke richting langs de Eerste en de Vierde Opwiek, waar een groep runderen graast in dat veengebied.
Ter hoogte van de sluis van Fochteloo steken we de Vaart Zuidzijde over, om dan over De Maden naar Aekinga te lopen. Daar steken we de N381 over, om vervolgens bij Terwisscha naar het Buitencentrum Drents-Friese Wold van Staatsbosbeheer te gaan, waar we op een dan nog stil maar zonovergoten terras een kop koffie drinken. Veel auto's, waarvan een aantal met fietsen op fietsdragers en met paardentrailers rijden de parkeerterreinen op, en na een klein halfuur zit het terras bijna vol. De terraszondag is nu onmiskenbaar begonnen.


Aekingerzand
Na deze koffiepauze betreden we het Aekingerzand, onderdeel van Nationaal Park Drents-Friese Wold. Het was een goed idee om hier de paden voor wandelaars en mountainbikers te scheiden, want op zo'n drukke dag als deze hinderen wandelaars en fietsers elkaar niet in dit gebied, en is er sprake van sportief natuurplezier voor beide categorieën recreanten.


In het duin- en heidegebied van het Aekingerzand passeren we een kudde heideschapen. De meeste lammeren blijven dichtbij hun moederschaap, maar één van de lammeren heeft zich afgezonderd op grote afstand van de kudde. De roepstem van het lam wordt waarschijnlijk door het moederschaap al niet meer gehoord, en het lam doolt roepend verder door de zandduinen en over de heide.
Verderop, tegenover het Aekingermeer, passeren we een aantal omgevallen bomen. Ze liggen allemaal in de dezelfde richting, en zijn dus waarschijnlijk enkele jaren geleden door eenzelfde storm geveld. De wortelstelsels steken enkele meters hoog boven het zandoppervlak uit.

Bultingerveld en Schaopedobbe
In het Bultingerveld komen we langs de locatie waar momenteel een nieuwe waterplas wordt gegraven, die ook al wordt aangeduid als hondenspartelplaats. Enkele honden maken nu alvast van die nieuwe plas gebruik.
Dan steken we de Kloosterweg over, en wandelen in de richting van de Schaopedobbe. Daar gaan we in westelijk richting verder, door het bosperceel, om verderop dan het laatste deel van deze etappe over het fietspad langs de Kloosterweg naar Elsloo te lopen. Daar staat onze auto, waarmee we vervolgens terugrijden naar Ravenswoud.
Bij Aekinga scheiden vervolgens onze wegen, want Durkje rijdt door naar Terwisscha, waar ze bij Buitencentrum Drents-Friese Wold een afspraak heeft voor een ontmoeting met haar vriendinnen Nely en Anja, en ik rijd met de andere auto weer terug naar Feinsum, om dit wandelverslag als webimpressie van deze wandeletappe alvast online te zetten.

zaterdag 6 april 2019

Ledenraad werkt, bidt en bewondert

Vrijdag 5 april 2019 
Expositie over een nieuwe kijk op kunst en calvinisme
















Ledenraad oude en nieuwe stijl
Met de verandering van de statuten van het Nederlands Bijbelgenootschap (NBG) veranderde ook de samenstelling van haar Ledenraad.
Vandaag is het moment aangebroken dat de leden van de voormalige Ledenraad worden bedankt voor hun veelal jarenlang gepassioneerde inzet voor het bijbelwerk van het Nederlands Bijbelgenootschap, en tegelijk kunnen we kennismaken met de nieuwe leden van de Ledenraad nieuwe stijl.
Dat doen we vandaag in Dordrecht, waar we met een groep Ledenraadsleden, beroepskrachten uit Haarlem en verenigingsbestuurders bijeenkomen om deze transitie van oude naar nieuwe Ledenraad te markeren.


Een nieuwe kijk op kunst en calvinisme
Om 14.00 uur worden we ontvangen in de lounge van het Dordrechts Museum. NBG-directeur Rieuwerd Buitenwerf heet alle genodigden van harte welkom, en benoemt de aanleiding van deze feestelijke middagsessie in Dordrecht.
Daarna gaan we in twee subgroepen uiteen, voor een rondleiding met een gids door de tentoonstelling 'Werk, bid en bewonder', die momenteel kan worden bezichtigd in het Dordrechts Museum.

Keurbijbel
Na ongeveer een uur komen we met zijn allen weer bijeen in de museum-lounge, waar bestuursvoorzitter Karin van den Broeke de afscheidnemende Ledenraadsleden toespreekt met welverdiende bewoordingen van dank.
Dan krijgen we nog een toegift, want we kunnen nog mee naar het in Dordrecht nabijgelegen museum 'Hof van Nederland', waarin we in het verlengde van de pas bezochte tentoonstelling met een gids een bezoek brengen aan de tentoonstelling 'Te Kunst en te Keur'. Hier kunnen we een groot aantal Keur-Bijbels bekijken, die ter gelegenheid van deze expositie in bruikleen zijn gegeven door het Nederlands Bijbelgenootschap.

Robotbijbel
Op de terugweg naar het Dordrechts Museum wandelen we nog langs de buitenvitrine tussen de beide musea, waarin een robotarm in een periode van ongeveer zeven maanden de volledige tekst van de Statenbijbel overschrijft op een grote papieren boekrol.

Jas van belofte

Donderdag 4 april 2019 
Cover van het Boekenweekgeschenk 2019

Boekenweekgeschenk 2019
Als Arthur met hoge snelheid per ambulance naar het ziekenhuis wordt gebracht, is hij er zeker van dat hij bezig is het leven te verlaten. Bijna vanaf de andere zijde overziet hij wat hij achterlaat, en vraagt zich af of het genoeg is.
Dit is in kort bestek de rode draad van het Boekenweekgeschenk van 2019. Speciaal voor de Boekenweek van 2019 schreef Jan Siebelink de novelle 'Jas van belofte'; als ode aan een vriendschap, aan een vader en aan het schrijven van boeken.

Perspectief op de toekomst
De novelle 'Jas van belofte' gaat over Arthur Siebrandi. Er is weinig fantasie voor nodig om je als lezer te realiseren dat de achternaam van Siebrandi sterk lijkt op de achternaam van schrijver Siebelink. Wie Siebelinks roman 'Knielen op een bed violen' heeft gelezen, zal vrij snel enige analogie ontdekken in de sterk bepalende rol die de vader (van Jan en Arthur) speelt in Siebelinks verhalen.
De titel van het boek is ontleend aan het bijbelboek Koningen 2:12, waarin staat: “Daarop nam Elia zijn mantel en sloeg op het water van de Jordaan dat zich her- en derwaarts verdeelde, zodat hij met Elisa, zijn opvolger, kon oversteken. Aan de overkant wachtte hem een vurige wagen en vurige paarden. Aldus voer Elia ten hemel, verdween uit het oog. Daarop raapte Elisa de mantel op die van hem gevallen was tijdens de opneming.” 
De jas van belofte staat symbool voor het perspectief op de toekomst, aan het eind van de 'smalle weg'.

Hard werken
In het begin van het boek krijgt de 79-jarige Arhur een beroerte en wordt met een ambulance in vliegende vaart naar het ziekenhuis gebracht.
In de cursief gedrukte passages volg je als lezer het geleidelijk afscheid nemen van zijn leven. Gedurende deze ambulancerit blikt Arthur terug op zijn leven
Arthur worstelde jarenlang met het schrijven van een roman. Het verhaal in die roman over Arthur zijn vader, die - toen Arthur nog een jongetje was - zomaar uit zijn leven verdween. Alleen de jas die op straat achter bleef, rest nog van zijn vader
Behalve dat hij een roman schrijft, is Arthur naast het lesgeven als inval-docent Frans ook met een promotieonderzoek bezig. Het boek laat ons zien dat het schrijven geen sinecure is. De lezer krijgt even het perspectief dat de roman en het proefschrift vlot zullen verschijnen, maar de werkelijkheid is weerbarstiger. Je herkent de in Siebelinks boeken terugkerende thematiek van de hardwerkende man (vader van Arthur en van Jan enerzijds, en van Arthur als symbool voor de auteur), die ploetert maar moeizaam tot geen resultaat en succes op al dat werk behaalt.
Verder licht het verhaal een tip van de sluier op over het proces van vallen en opstaan, dat een auteur doorloopt in de wereld van de uitgeverij van boeken.

Siebrandi & Siebelink

  • Het leven op aarde is slechts voorbereiding.
  • En als er iets te vergeven valt, God heeft daarvoor doorgeleerd. Het is toch zijn vak om te vergeven?
  • Bestaat er iets ergers dan een mens die doodgaat? Bij elk sterven zou de wereld even stil moeten staan.
  • In de Bijbel wordt homoseksualiteit gekoesterd. Hoe kan de kerk daar zo tegen zijn?
  • Je hebt in je leven maar één doel. Hou dat voor ogen.
  • Die jas is een jas van belofte. Je wilt de vondst van die jas en het wonder beleven.
  • Met voetbal kijken verdien je de eeuwigheid niet.
  • Arthur Siebrandi had geen plan. Hij was nerveus en bang.