zaterdag 24 december 2022

Klooster Claercamppad van Sexbierum naar Sint-Jacobiparochie (etappe 13)

Zaterdagochtend 24 december 2022
 
Via de voetgangersbrug over de Grutte Kolk naar de bunker van Koehool 

















Klooster Claercamppad
Op 1 juni 2022 presenteerde de wandel-journalist Fokko Bosker zijn nieuwe fiets- en wandelgids, van het zogenoemde 'Klooster Claercamppad', met de volgende subtitel aangeduid: 'Wandel- en fietsroutes door de Friese Waddendelta'.
Deze nieuwe gids bevat voor wandelaars: 13 etappes, 3 rondwandelingen, 1 wadlooptocht, 2 stadswandelingen en 3 fietstochten.
In de Friese Waddendelta ontmoeten water en land elkaar. Dit kustgebied is door de golven en getijdenwerking in duizenden jaren gekneed uit zand, klei en veen. Op de kwelderruggen vestigden zich de eerste Friezen en legden zij de basis voor hun rijk, dat zich uitstrekte vanaf Noord-Frankrijk tot aan Denemarken. Het Klooster Claercamppad brengt deze bijzondere landstreek, de natuur en geschiedenis in veelkleurige verhalen en met afwisselende wandel- en fietsroutes tot leven.
De route van dit pad loopt in grote lijnen vanaf Lauwersoog over Zoutkamp naar Dokkum, en voert dan verder naar Sint-Jacobiparochie (de startplaats van het pelgrimspad 'Jabikspaad'), Franeker en de Hanzestad Bolsward, om vervolgens met een lus over Makkum en Harlingen langs de kust en over de dijken terug naar Sint-Jacobiparochie te leiden. 
De eeuwenoude cultuurgeschiedenis van terpen, deltawerken, middeleeuwse kerken, kloosters en florerende handelssteden vertelt een bijzonder gelaagd verhaal.

Beginnen in het halfdonker
Vandaag wandelen we de dertiende etappe van het Klooster Claercamppad, van Sexbierum via Oosterbierum, Koehool en Westhoek naar Sint-Jacobiparochie, over een afstand van 17,7 kilometer. 
Het thema van deze etappe is: 'Kloosterhistorie als leidsnoer voor nieuw elan'. Dat thema wil duidelijk maken dat de eeuwenoude dorpen Sexbierum en Oosterbierum hun dorps- en kloosterhistorie aangrijpen voor nieuwe elan en voor het aanhalen van gemeenschapsbanden.
Het is vanmorgen vroeg bij vertrek 8 graden Celsius, en bij aankomst is het 9 graden Celsius. Koud is het dus niet. Het waait hier in de kuststreek niet hard, en bovendien hebben we vandaag de wind voornamelijk in de rug. Af en toe breekt de zon even door de wolken, en dan geniet je volop van dit vriendelijke weer op de dag vóór Kerst.
Enkele minuten vóór half acht vertrekken we vanmorgen. Op dit vroege uur is het nog donker, dus in dat donker rijden we met beide auto's naar Sint-Jacobiparochie, waar we de ene auto parkeren bij De Groate Kerk, waar we rond het middaguur later vandaag onze etappe willen beëindigen. 
Met de andere auto rijden we door naar Sexbierum, van waaruit we even later om enkele minuten na 8:00 uur vertrekken. In het schemerduister wandelen we Sexbierum uit via de Latsmaleane, en verderop langs Latsma State. Boven ons is het dan nog onbewolkt, dus het zal niet lang meer duren voordat het licht is.

Van Sexbierum naar Oosterbierum
Vanaf de Hoarnestreek gaan we het smalle schelpenpad van het Fiskerpaed op, en dan lopen we in noordelijke richting naar de Waddenzeedijk.
Via de houten brug steken we de Dyksfeart over om de Sédyk op te gaan.
We klimmen naar de top van de hoge zeedijk, en gaan dan buitendijks in oostelijke richting verder. Het is hoogwater, en het zeewater van de Waddenzee kabbelt rustig tegen de basaltblokken aan de voet van de Sédyk. Verschillende vogelsoorten foerageren op de grens van zee en basalt, en af en toe passeren we een plukplek, waar de roofvogels een watervogel of een haas hebben verorberd. Ondertussen schuift de dikke bewolking vanuit het westen in oostelijke richting over ons heen. We worden ingehaald door het front van de bewolking, dus na een tijdje lopen we niet onder een heldere lucht, maar onder de dichte bewolking.
Een eind oostelijker passeren we de locatie waar de Slachtemarathon aanvangt in de jaren dat deze Fryske langeafstandswandeling van Oosterbierum naar Raerd loopt. Maar hier gaan we in tegenstelling tot die tocht niet landinwaarts, want we moeten nog een klein eindje verder langs de zeedijk, omdat we via de parallelle Fiskersleane naar Oosterbierum moeten lopen. Vlak voordat we de Hoarnestreek bereiken, zien we drie reeën op de vlucht slaan voor ons. Ze verlaten de akker naast ons, en blijven op veilige afstand op de Fiskersleane even staan kijken, en dan verdwijnen ze uit het zicht.
Voorbij de Hoarnestreek - een oude kwelderwal - naderen we Oosterbierum langs een aantal kassencomplexen, en langs de nieuwe kloostertuin 'De Tagong', het resultaat van goed Oosterbierumer gemeenschapszin, hetgeen we in Fryslân ook wel 'mienskip' noemen. Onderweg ontmoeten we toevallig mijn ex-hogeschoolcollega Hermien Moning, die hier met haar echtgenoot de hond uitlaat.

Vanuit Oosterbierum naar de bunker van Koehool
Door Oosterbierum lopend, passeren we een boerderij, met op het boerderij-erf een bonte verzameling van oude landbouwmachines. 
Vanaf de Sint-Joriskerk volgen we de Lidlumerwei. Even verlaten we deze N393 om bij de tot groepsaccommodatie verbouwde voormalige dorpskerk te kijken. 
Op de Konkelswei passeren we het cortex-stalen kunstwerk dat melding maakt van de drie terpen waarop Oosterbierum ooit is gebouwd.
Tussen de grote kassencomplexen door, die langs de Konkelswei staan, lopen we in noordelijke richting terug naar de Hoarnestreek.
Nadat we een eind de Hoarnestreek hebben bewandeld, verlaten we deze voormalige kwelderwal, om dan over een veldpad langs de Grutte Kolk in de richting van de Waddenzee te lopen. Als we bij de voetgangersbrug over de Grutte Kolk zijn, kunnen we vóór ons al heel goed de bunker van Stelling Koehool zien, die hier is ingebouwd in de zeedijk. Deze bunker is nog het laatste restant van het voormalige Duitse luchtverdedigingskamp van Stelling Koehool, die in de Tweede Wereldoorlog deel uitmaakte van de Duitse Atlantikwall.
Aan de voet van de zeedijk in Koehool zoeken we een plekje in de luwte van een bomengroep, om hier koffie te drinken en broodjes te eten. Daarna kunnen we verder naar het oosten, met de wind en af en toe enige motregen in de rug.

Van Koehool over de Griene Dyk naar Sint-Jacobiparochie
We volgen nu de asfaltweg aan de voet van de Waddenzeedijk, tot aan de Dykshoek, waar het Bildtse buurtschap Westhoek begint.  
Toch gaan we hier Westhoek niet in, want we moeten zo'n honderd meter zuidelijker de Griene Dyk op, die ook één van de restanten van de voormalige zeewering is. Achter een raampje van een schuur zie ik een wulk liggen; de schelp die hier aan de Waddenzeekust kan worden gevonden.
Via de Langedyk en de Westerweg lopen we door naar Sint-Jacobiparochie. 
Bij de Groate Kerk aangekomen, ontmoeten we de Dokkumer IJsbrand, die hier bij De Groate Kerk arriveert om zich als pelgrim in spe over het pelgrimeren te laten informeren in het Pelgrimsinformatiecentrum van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob. Het Pelgrimsinformatiecentrum blijkt op deze vierde zaterdag van de maand echter helaas gesloten te zijn, dus hij zou tevergeefs naar Sint-Jacobiparochie zijn gereden. We bieden hem aan dat hij binnenkort eens bij ons op bezoek komt in onze refugio, waar wij hem dan het een en ander kunnen vertellen en laten zien over het maken van een goede start voor je pelgrimstocht.
Na deze toevallige ontmoeting rijden wij met de ene auto vanuit Sint-Jacobiparochie terug naar Sexbierum, waar we onze andere auto afhalen, die we daar vanmorgen hebben achtergelaten. Tot slot rijden we met beide auto's terug naar huis.

Geen opmerkingen: