donderdag 31 augustus 2023

Pelgrimeren van Ostabat naar Saint-Jean-Pied-de-Port

Pelgrimsroute van Parijs (F) naar Santiago de Compostela (S)
Via Turonensis van Parijs naar Saint-Jean-Pied-de-Port (GR655)
Van Ostabat naar Saint-Jean-Pied-de-Port
Dinsdag 22 augustus 2023 – 22,9 km.
Dag 52:  1.100,6 – 1.123,5 km.
 
Met medepelgrims wachten bij het Pelgrimsburo in Saint-Jean-Pied-de-Port



















De Bonus-etappe van de Via Turonensis
Durkje en ik gaan vandaag in Ostabat beginnen met onze volgende etappe. Dit is voor ons de achtentwintigste dag van de voor ons dit jaar nog 28 resterende etappes van de Via Turonensis; de laatste dus, want vandaag ronden we de Via Turonensis af.
Onze etappe van vandaag loopt tot in Saint-Jean-Pied-de-Port, waar de Via Turonensis eindigt.
Het wordt vandaag een wandeldag met hoogzomers wandelweer. Tijdens deze etappe is het doorgaans bewolkt, want gedurende nagenoeg de hele etappe zijn de heuvels en bergen om ons heen in wolken gehuld. Pas aan het eind van de etappe breekt de zon door, en zie je de laaghangende bewolking enigszins optrekken.
Tot op dat moment blijft het een nogal benauwde lucht, maar ook dat verbetert enigszins naarmate de tijd voortschrijdt. Alleen als we nu en dan de top van een kale hoge heuvel naderen en er over heen gaan, voelen we even die heerlijke lichte verkoeling van het briesje wind dat er nu en dan is.
Als we vanmorgen vanaf de camping vertrekken, is het al warm, en de temperatuur loopt vanmiddag evenals gisteren op tot 29 graden Celsius. 
De wekker wekt ons vanmorgen om 6:00 uur. Na het ontbijt verlaten we op onze fietsen om 7:10 uur de municipal camping Plaza Berri van Saint-Jean-Pied-de-Port (waar we gisteren naar toe zijn gereden), om dan van Saint-Jean-Pied-de-Port de 19,3 kilometers naar Ostabat te fietsen. In Ostabat stallen we onze fietsen aan een ijzeren hekwerk op het Jeu de Pelote-veld naast de kerk. Om 8:20 uur staan we klaar voor de start van onze volgende etappe.
De etappe van Ostabat naar Saint-Jean-Pied-de-Port hebben we in 2011 ook al gelopen, tijdens onze eerste pelgrimage van Sint-Jacobiparochie naar Santiago de Compostela. Dus eigenlijk hadden we eergisteren toen we bij de Stèle van Gibraltar aankwamen, de hele route van de Via Turonensis al helemaal gelopen. Desalniettemin vinden we het leuk om de etappe van vandaag nòg eens te lopen, omdat je dan toch de Via Turonensis qua opeenvolgende dagen aaneensluitend geheel afrondt. We beschouwen deze dubbele etappe dan maar als een soort bonus-etappe. Het kan ook geen kwaad om een etappe tweemaal te lopen, dus we gaan daar nog maar eens van genieten.

Paden langs boeren met vee
In Ostabat dalen we af van het plein naast de kerk naar het plein in het centrum van het dorpje.
Daar zien we twee pelgrimssymbolen – de pelgrimsstaf en de kalebas – gemetseld tegen de gevel van de expositieruimte van het dorp.
We wandelen Ostabat uit, en dan merk je al direct dat we in een heuvelachtig gebied komen, dat voornamelijk wordt beheerd door boeren. De koeien grazen hoog rechts van ons pad.
We zullen vandaag een groot aantal boerenbedrijven passeren.
Als we het asfalt verlaten, gaat de route verder over onverharde paden, onder andere door boomsingels. Waar we zo’n singel verlaten, zien we recht vóór ons een wegkruis in de berm van de asfaltweg staan.
Langs een boerderij dalen we af naar de D933, en die volgen we over een geasfalteerd fiets- en voetpad achter een dikke betonnen opstaande rand langs de D933. Zo lopen we tot in de plaats Larceveau.
Daar gaan we dan weer over asfalt verder. Daarbij komen we door een buurtschap van enkele woningen, die geen harde bestrating tussen de woningen hebben, maar waarvan de openbare weg tussen de huizen volledig uit grindpaden bestaat.
We groeten er een boer die het pad oversteekt om vanuit zijn huis naar de stal te lopen. De koeien binnen en buiten beginnen te loeien. Links van ons passeren we een weiland met tientallen schapen, achter deze boerderij. Dan kunnen we via een smal bruggetje in de beekvallei een beekje oversteken.
Achter ons horen we de boer herhaaldelijk ‘Allez, allez’ roepen in de schuur, en we zien dat hij de laatste koeien de schuur uit drijft, waarna hij de schuurdeur sluit, en alle koeien buiten lopen in de wei. Ze loeien nog een korte tijd, en dan wordt het weer stil om ons heen.

Ancien Moulin prieure-hopital Utziat
Verderop ontmoeten we een Duits stel pelgrims, dat we op de fiets in Ostabat al hadden gegroet. Voor hen is deze etappe de laatste van deze zomer, want als zij vanmiddag in Saint-Jean-Pied-de-Port arriveren, hebben ze zo’n vijfhonderd kilometer achter de rug.
Als we hen vragen of ze dan – inmiddels goed getraind – als afsluiting wellicht de Pyreneeën nog oversteken, geven ze aan dat niet te doen, want het is mooi geweest, en ze zijn toch ook wel een beetje moe van die lange tocht. Een volgende keer gaan ze dan verder vanuit Saint-Jean-Pied-de-Port.
Verderop komen we weer terug bij de D933, om dan over een smal paadje door de berm van deze drukke weg te lopen. Daarbij passeren we de oude moulin van Utziat.
Die is inmiddels ingericht als een rustplaats voor pelgrims onderweg.
Er hangen enkele afbeeldingen van pelgrims van eeuwen her.
En er is ook voor gezorgd dat passerende pelgrims hier gebruik kunnen maken van een watertappunt.

Over hoge heuvelpaden
We gaan weer heuvelopwaarts en volgen een hoog boven de D933 liggend smal heuvelpad. Langs het pad staat een betonnen ronde paal, met daarop de afbeelding in beton van een Jacobsschelp. Dergelijke palen hebben we in de afgelopen jaren wel vaker langs de pelgrimspaden gezien.
Op een smalle asfaltweg staat een boer met drie pelgrims te praten. Iets later blijkt dat hij staat te wachten op een kudde koeien, want die koeienkudde komt ons even later op de asfaltweg tegemoet, met twee auto’s er achter aan, die de koeien opdrijven naar de verderop wachtende boer.
De koeien laten zich rustig opdrijven door de auto’s, en lopen gestaag door over het asfalt en door de smalle bermen.
Verderop krijgen we Gamarthe in zicht, en op dat moment loopt er ook nog een andere pelgrim voor ons uit.

Door Gamarthe
Even later wandelen we het dorpje Gamarthe binnen.
We hopen hier een kop koffie te kunnen drinken, maar er is hier geen café langs de route in dit dorpje. We gaan dus door, in de hoop dat we een eindje verderop wel koffie kunnen drinken.
In Gamarthe komen we langs een grote schuur langs de weg, waarin tientallen schapen rondlopen.
In het centrum van Gamarthe komen we bij de dorpskerk, waar we in 2011 samen met andere pelgrims hebben gepauzeerd en geschuild, op de dag dat het nagenoeg de hele dag regende.
We zaten toen met een groep pelgrims in de halfopen ruimte onder de kerktoren, waar enkele houten bankjes staan, waarop het goed toeven is op regenachtige dagen; en op zonnige dagen als je als pelgrim op zoek bent naar een koele plek met schaduw. 

Bussunarits-Sarrisquette 
Voorbij Gamarthe volgt een aantal steile klimmen over smalle asfaltwegen, steeds heuvel op en heuvel neer.
Op een verkeersbord dat waarschuwt voor overstekend vee, staat met stift een tekst geschreven, waarmee pelgrims goede moed wordt gewenst. En de koe op het waarschuwingsbord kreeg geloei als tekst bijgeschreven.
Iets verderop passeren we een bord dat passerende pelgrims wijst op de plek om bij een boer te overnachten en/of te eten.
In Bussunarits-Sarrisquette komen we langs wegwerkzaamheden. Het lijkt erop dat men hier bezig is om een smalle voetgangersstrook aan te leggen langs de asfaltweg, om pelgrims van de rijbaan af te houden, zoals men dat verderop ook al heeft gedaan.
In Bussunarits-Sarrisquette passeren we ook een château, met een boerderij aan de andere kant van de weg, die vroeger allicht bij het château hoorde.
Vrij snel daarna wandelen we Bussunarits-Sarrisquette uit.

Na vier uren lopen koffie in Saint-Jean-le-Vieux
We hebben al bijna vier uren aaneensluitend gelopen, en nog steeds zijn we niet langs een plek gekomen waar we koffie kunnen drinken. Onze hoop is dan ook gevestigd op het volgende grote dorp Saint-Jean-le-Vieux.
Daar hebben we geluk want daar is het grote Hotel Restaurant Mendy open, en het is er ook buitengewoon druk, omdat het voor de Fransen lunchtijd is, en dan komen onder andere de werkmannen naar horecagelegenheden om warm te lunchen, en zo ook hier. Maar wij krijgen snel koffie, en genieten tussen Franse, Britse en Amerikaanse pelgrims op het terras van ons heerlijk kopje koffie, en een broodje erbij.
Na deze lunchpauze bezoeken we de dorpskerk.
Het interieur heeft veel donkerbruin houtwerk rondom in de kerk, maar wel heel mooi vormgegeven.
Ook de deur van de hostie-tabernakel is mooi gedecoreerd.
Na dit kerkbezoek steken we de weg over tegenover het restaurant.

Het mooie Magdeleine
We wandelen het dorp uit, en gaan dan verder met onze heuvelroute, over doorgaans asfaltwegen. Op een kruispunt van wegen hebben we een prachtig uitzicht over heuvels en dalen rondom ons.
Het laatste dorpje dat we door komen, is Magdeleine, een dorpje met een kleine kerk en een klein kerkhof eromheen.
We horen het water van de wateroverloop van de Nive, die langs de kerk stroomt.
Ook hier weer zien we het donkerbruine houtwerk rondom in de kerk, maar ook het plafond en het koor van de kerk zijn smaakvol kleurrijk gedecoreerd.
Na dit kerkbezoek steken we naast de kerk via de brug de rivier de Nive over.

Aankomst in Saint-Jean-Pied-de-Port
Nu nog luttele kilometers, en dan bereiken we de eerste huizen van Saint-Jean-Pied-de-Port. Op een muurtje liggen tientallen mooi gedecoreerde Happy Stones.
We ontmoeten er een stel uit het Californische Santa Barbara. Ze zijn op Spaanse en Portugese Camino’s al ervaren pelgrims, en zijn nu in Saint-Jean-Pied-de-Port gearriveerd om morgen de Pyreneeën over te gaan, om dan eerst via de Camino Franchés naar Léon te pelgrimeren, om dan over te stappen naar de Camino Primitivo, die ze eerder bewandelden, maar nog nooit voltooiden. De vrouw haar zoekgeraakte wandelstokken moeten hier vanmiddag of vanavond nog vanuit Parijs van vliegveld Charles de Gaulle arriveren, en anders moeten ze morgenochtend om 7:00 uur nog wandelstokken kopen in het centrum van Saint-Jean-Pied-de-Port, alvorens ze de Pyreneeën morgen oversteken. Ze maken van ons beiden even een foto bij onze aankomst in Saint-Jean-Pied-de-Port. 
Daarna wandelen we door La Porte Saint-Jacques het stadje Saint-Jean-Pied-de-Port binnen.
We lopen door de Rue de la Citadelle naar het pelgrimsburo tegenover de herberg Beilari, waar wij in 2012 overnachtten.

Vooraan in de rij van het pelgrimsbureau
Het pelgrimsburo gaat om 14:00 uur weer open, en dat is over tien minuten. Wij posteren ons derhalve als eersten vóór de deur van het pelgrimsburo, waar zich een andere Nederlandse pelgrim uit Eibergen bij ons voegt. Hij vertelt dat hij zojuist met de trein in Saint-Jean-Pied-de-Port arriveerde, en dat hij morgen begint met de oversteek over de Pyreneeën, op weg naar Santiago de Compostela. 
Als het pelgrimsburo open gaat, worden wij drieën gezamenlijk als eersten geholpen door een Nederlandse gastvrouw-pelgrim, die de startende pelgrim en ons als ervaren pelgrims goed informeert over onder andere hoe morgen verder de Pyreneeën over.
De Nederlandse jongeman koopt een pelgrimspaspoort en een Jacobsschelp, en wij krijgen de routepapieren met de informatie die we afzonderlijk nodig hebben voor ons vervolg. Onze pelgrimspaspoorten worden gestempeld.
Dan verlaten we het pelgrimsburo, en gaan we verder door de Rue de la Citadelle. Er staat dan al een hele lange rij wachtenden om straks geholpen te worden in het pelgrimsbureau.

Tot aan La Porte d’Espagne 
Midden in het centrum bezoeken we de kerk van Saint-Jean-Pied-de-Port. Het is hier iets drukker dan doorgaans in de kerken die we bezoeken.
In de kerk staat een standbeeld van de Heilige Jacobus de Meerdere.
Buiten gekomen, volgen we de hoofdstraat tot aan het eind. Daarbij komen we langs driehoekige straat-emblemen van Saint-Jacques-de-Compostelle.
We lopen de Rue d’Espagne uit tot aan het eind bij La Porte d’Espagne, vanwaar wij morgenochtend heel vroeg van start gaan voor onze oversteek over de Pyreneeën.
Daarna lopen we terug naar Camping Municipal Plaza Berri, waar we onze auto afhalen, om daarmee terug te rijden naar Ostabat, waar we de fietsen afhalen.
Tot slot rijden we dan terug naar de camping in Saint-Jean-Pied-de-Port.
We hebben nu de totaal 1.123,5 kilometer lange ‘Via Turonensis’ geheel voltooid in uiteindelijk 52 wandeldagen.

Geen opmerkingen: