vrijdag 31 juli 2020

Pelgrimeren van Boneffe via Daussoulx naar Namen

Zondag 12 juli 2020
Over een akkerpad richting Wâret-le-Chaussée

















Pelgrimsroute van Maaseik naar Saint-Quentin
Via Limburgica van Maaseik naar Daussoulx & Via Monastica van Daussoulx naar Namen
Van Boneffe via Daussoulx naar Namen
Zondag 12 juli 2020 – 26,7 km.
Dag 6: 118,3 – 145 km

Langs kerk en klooster van Boneffe
De wekker wekt ons om 6:15 uur in onze caravan op Camping Communal Devant Bouvignes in Dinant. Na het ontbijt verlaten we de camping om 7:25 uur en rijden Durkje en ik met onze auto van Dinant naar Boneffe, waar we onze etappe van vandaag beginnen bij een hele grote boerenhoeve aan de rand van de bebouwde kom.
Onze huurauto hebben we gisterochtend al achtergelaten aan de Maas in Namen, dus we hoeven nu alleen maar de pelgrimsroute van Boneffe naar Namen te lopen.
Eerst lopen we naar de Sint-Medarduskerk (1870) van Boneffe. Die is gesloten, dus we kunnen direct door. Door een smal steegje/paadje lopen we het dorp uit, steken we de Méhaigne over en komen we al snel langs een bijzonder groot gebouwencomplex, dat tot aan de Franse Revolutie nog een Cisterciënzer abdij was. Op straat rent een eekhoorntje vóór ons uit, maar hij keert zich om als er een auto van de andere zijde komt, en als hij ons dan weer ziet, keert hij nog eens om, en verdwijnt in een grote boom aan de andere kant van de straat. Bij een kleine replica van de Lourdesgrot verlaten we Boneffe.

Mondkapjes in de berm
Buiten Boneffe gaan we een betonnen ruilverkavelingsweg op. Het heeft even geduurd, en we hadden er op kunnen wachten, maar nu is het dan toch zover dat we het eerste Corona-mondkapje in de berm langs de weg vinden.
Overigens, later op de dag passeren we nogmaals een achtergelaten mondkapje in een wegberm. Er zullen vast nog vele volgen.
Jas en trui kunnen hier op dit betonweggetje in het open veld in de volle zon direct wel uit, want het is al aangenaam warm om hier tussen de akkers door te lopen. Het is bijna windstil, en de temperatuur zal vandaag nog oplopen naar 23 graden Celsius. Kortom, heel mooi zomers wandelweer.
Waar we de N924 oversteken, staat een ruïne van een wegkapel, en aan de overzijde van de weg staat een klein kapelletje op een paal, waarin een beeldje van Sint Rochus staat, herkenbaar aan zijn hond en pelgrimsattributen.
Even later wandelen we het dorpje Hemptinne binnen.

Van Hemptinne via Hambraine naar Cortil-Wodon
Voorbij Hemptinne gaat de asfaltweg over in een onverharde veldweg, een karrenspoor tussen akkers. Verderop draaien we naar een ander, licht stijgend veldpad. Links zien we dan de torentjes van een 17-18e eeuwse boerenhoeve, de Ferme de Montigny.
Over asfaltweggetjes en uiteindelijk over al weer zo’n mooi veldpad naderen we dan het gehucht Hambraine.
Voorbij de Sint-Martinuskerk volgt dan een brede en kaarsrechte lange betonweg richting Cortil-Wodon. Vlak vóór de Ruisseau de Hénémont verlaten we het beton, om over een met lang gras begroeid veldpad verder te wandelen naar de nieuwbouwwijk van Cortil-Wodon.
In Cortil-Wodon passeren we de St-Martinuskerk (1820).
En enkele honderden meters verder staat links van de weg een kapelletje, met daarin een 16e eeuws beeld van de gekruisigde Jezus, geflankeerd door twee andere beeldjes, van Maria en Maria-Magdalena. Ervóór staat een wegkruis. Het is tevens picknickplek.
Even later wandelen we Cortil-Wodon al weer uit.

Veldpaden en akkerpad
Buiten het dorp steken we de Ruisseau de Hénémont weer over, en dan gaan we hoog langs dit beekje verder over een wandelpad, dat door de school van Cortil-Wodon is geadopteerd, door er een natuurleerpad van te maken. Bij veel verschillende bomen langs dit pad staan informatiepanelen met informatie over die specifieke plek.
Nogmaals kruisen we de Ruisseau de Hénémont en voorbij een boerderij gaan we dan het open veld weer in, over een ruig veldpad tussen graanakkers door.
Verderop gaat dit veldpad over in een akkerpad, waar we tussen de suikerbieten door een brede akker moeten oversteken.

Vreemdelingen in Wâret-la-Chaussée
Over asfalt gaat het daarna verder. Voorbij de kruising van de N924 en de N942 wandelen we even later het dorp Wâret-la-Chaussée binnen.
Als we binnen de bebouwde kom even rondom de plaatselijke Sint-Quintinuskerk lopen, komt de overbuurman naar buiten om te zien wie toch die vreemdelingen met grote hoeden zijn die rondom hun kerk lopen. Deze vreemdelingen worden gedoogd; de man gaat weer naar binnen zodra hij ziet dat we hem zien staan. De kerk is gesloten. Het Corona-protocol hangt prominent aan de kerkdeur.
Verderop in het dorp, bij de plaatselijke feestzaal, nemen we een etenspauze in een omheind kinderspeeltuintje, op een prachtig bankje, en heerlijk in de ochtendzon.


Einde van de Via Limburgica
Na deze pauze beginnen we aan de laatste kilometers van de Via Limburgica. Nadat we de N91 zijn overgestoken, wandelen we naar de Ravel 2, het fietspad dat is aangelegd op het spoorpad van de voormalige treinlijn 142 tussen Tienen en Namen. Als we vlak vóór Daussoulx de Ravel 2 bereiken, weten we dat we de 146 kilometers van de Via Limburgica achter de rug hebben, de pelgrimsroute tussen het Nederlandse Thorn en het Belgische Daussoulx. In zeven wandeldagen hebben we de gehele afstand afgelegd.

Vervolg op de Via Monastica
Nu we hier vlak voor Daussoulx de Ravel 2 op stappen, gaan wij de voor ons eerste kilometers lopen op de Via Monastica. Deze Via Monastica begint overigens al in het Nederlandse Vessem, en gaat vanuit Vessem via het Belgische Daussoulx uiteindelijk naar het Franse Rocroi. Durkje en ik zijn van plan om in deze zomerpelgrimage van 2020 het laatste deel van die Via Monastica te wandelen, namelijk van Dassoulx via Namen, Dinant en Givet naar Rocroi in Frankrijk. Op deze wijze schakelen we dus de Via Limburgica en de Via Monastica aan elkaar, en wordt dat voor ons een doorgaande pelgrimsroute richting Santiago de Compostela.

Sporen van Daussoulx via Vedrin naar Saint-Servais
Het bewandelen van dit vervolg van onze pelgrimsdag is vrij eenvoudig, want we hoeven tot in Namen alleen maar op het fietspad van de Ravel 2 te blijven. Het gaat om ongeveer negen kilometer fietspad over het asfalt, dat is gelegd op het oude spoortracé. 
Eentonig is het trouwens niet, want je loopt soms even door een stukje open veld, maar doorgaans veel door een laan van bomen, en af en toe toch ook wel tussen metershoog opgaande rotsen. Al vrij snel passeren we de plaats Daussoulx.
Regelmatig krijgen we mooie doorkijkjes naar het landschap waar we doorheen lopen, en naar de oude boerderijen aan weerszijden van het spoorpad. Ook wandelen we hoog over door het dorpje Vedrin.
Na enkele kilometers merken we dat de dichtheid van de bebouwing toeneemt. We naderen de stad Namen, wat te zien is aan het feit dat we inmiddels de plaats Saint-Servais binnenwandelen, een voorstadje van Namen.

Namen
Nog enkele kilometers en we wandelen de bebouwde kom van Namen in. Daar steken we via een spoorbrug het huidige treinspoor over, vlakbij het treinstation van Namen, en daarna begint de stadswandeling in rechte lijn van de Rue des Combattants en de Rue de Bruxelles naar de Rue Saint
Jacques. In deze Jacobsstraat passeren we de Sint-Jacobskerk van Namen.
Onderweg worden we aangesproken door een Belgische man met zijn Russische vrouw en zoon. Ze vragen of wij richting Santiago de Compostela pelgrimeren, en vertellen dan dat zij ook al enkele malen via verschillende pelgrimsroutes naar Santiago de Compostela hebben gepelgrimeerd. Ze hebben elkaar overigens op de camino ontmoet. Altijd leuk om elkaar als pelgrims zomaar ergens te ontmoeten.
Aan het plein vóór het oude stadstheater vinden we een plek op het terras, waar we een kop koffie drinken. Onderweg hadden we nog geen open horeca-gelegenheid gezien, dus dit is onze eerste kop koffie van vandaag. Het is gezellig druk in Namen, op deze zonnige zondag.

Terug naar Boneffe en de camping
Na deze koffiepauze lopen we verder naar de rivier La Sambre, die in Namen uitmondt in de Maas. Via een brug steken we de Sambre over, en dan wandelen we naar de promenade die langs de Maas loopt.
Over deze rivierpromenade lopen we langs de Maas alvast in de richting van Dinant. Na enkele minuten al komen we aan op de plek waar we gisteren onze huurauto hebben geparkeerd.
Met deze auto rijden we vervolgens van Namen terug naar Boneffe, waar we onze auto afhalen, die we daar vanmorgen hadden geparkeerd. Met beide auto’s rijden we tenslotte terug naar onze camping bij Dinant.

Geen opmerkingen: