maandag 16 september 2024

Pelgrimeren van Bordebeurre naar Lavardin

Pelgrimsroute van Parijs (F) naar Santiago de Compostela (S)
Via Turonensis van Parijs naar Saint-Jean-Pied-de-Port (GR655)
Westroute van Lozère (Palaiseau) naar Tours (GR655 O)
Van Bordebeurre naar Lavardin
Vrijdag 23 augustus 2024 – 21,7 km.
Dag 16: 314,3 - 336 km
 
Sint-Jacobus in het koor van de Eglise Saint-Genest te Lavardin



















Wisselvallig weer op het pelgrimspad
De wekker wekt ons om 6:00 uur in onze caravan op Camping des Reclusages in Montoire-sur-le-Loir, tussen Vendôme en Château-Renault.  
Na het ontbijt verlaten we de camping om 7:10 uur, om met de auto vanuit Montoire-sur-le-Loir naar Lavardin te rijden. We hebben de fietsen op het fietsenrek achter op de auto. 
Nadat we de fietsen van de auto af hebben gehaald, laten we de auto achter in het centrum van Lavardin, en dan fietsen we van Lavardin de 13,5 kilometers naar Bordebeurre.
Het is vandaag wisselvallig weer. Vanmorgen hebben we te maken met aanhoudende motregen, weliswaar heel licht. Rond het middaguur breekt de zon even door, maar niet voor lang. Vanmiddag is het eerst bewolkt, en vanaf twee uur vanmiddag wordt het zonniger. Het waait behoorlijk, maar de wind is daarentegen aangenaam warm.
Als we de camping verlaten, is het behoorlijk warmer dan in de afgelopen dagen. Desalniettemin hebben we de trui en de jas nog wel aan als we vanmorgen fietsen. De temperatuur loopt vandaag op tot 26 graden Celsius aan het eind van deze etappe. Uiteindelijk is het vandaag toch wel goed wandelweer.

Kiezen voor de klassieke pelgrimsroute volgens het boekje
Vandaag gaan we lopen van Bordebeurre (bij Marcilly-en-Beauce) naar Lavardin (ten zuiden van Montoire-sur-le-Loir), over een afstand van 21,7 kilometer.
Als we vanuit Lavardin door de lichte motregen op de fiets aankomen in Bordebeurre, plaatsen we de fietsen in het oude deel van het dorpje, daarbij gadegeslagen door een groot aantal onrustige kippen en gakkende ganzen.
Onze etappe vandaag begint om 8:25uur. Na de eerste stappen gaan we ons toch eerst maar even oriënteren op de richting die we kiezen. We komen er namelijk achter dat de nieuw bewegwijzerde route vanuit Bordebeurre in de richting van Higaudière gaat, terwijl de pelgrimsroute volgens onze pelgrimsgids meer zuidwaarts gaat in de richting van Marcilly-en-Beauce. En de digitale route op onze smartphone in Organic Maps kiest nog een andere, een derde route, zo’n beetje tussen beide voornoemde wandelroutes in.
Na enig wikken en wegen, kiezen we ervoor om de beoogde pelgrimsroute volgens het boekje te lopen, waarbij we dan niet eerst weer teruglopen naar de spoorwegovergang van gisteren, maar dat we via de D166 rechtstreeks naar Marcilly-en-Beauce lopen, waarna we dan ten zuiden van dit dorpje de aansluiting op de klassieke pelgrimsroute volgens onze wandelgids vinden.

Via Marcilly-en-Beauce naar Villiersfaux
Zo gezegd, zo gedaan, dus om 8:40 uur wandelen we de bebouwde kom binnen van Marcilly-en-Beauce.
Vooraan in het dorp staat de dorpskerk in de steigers, en wel op een heel bijzondere wijze. Het steigerwerk gaat samen met een groot wit zeildoek namelijk over het kerkdak heen, en daarmee kan de kerk droog blijven als het kerkdak tijdens de restauratie open wordt gemaakt.
Tegen de kerkmuur staat een oud en roestig grafmonument, gemaakt van gietijzer, in de vorm van een treurwilg.
Ten zuiden van Marcilly-en-Beauce pakken we de draad van de doorgaande pelgrimsroute weer op, die vanaf hier wel wordt bewegwijzerd, zij het met veelal nog de oude wit-rode richtingwijzers. Op deze route steken we op een gegeven moment een spoorviaduct over van de tamelijk frequent passerende TGV-treinen. Links van de weg is op de vangrail met caminogele verf een caminopijl geschilderd, met daarbij in geel de aanduiding: Compostelle.  
Even later wandelen we de bebouwde kom van Villiersfaux binnen. 
Toch gaan we dit dorp niet binnen, want de wandelkaart toont ons dat we direct rechts af in noordelijke richting langs het dorp moeten lopen. We komen dan op een heuvelachtig veldpad tussen akkers vol kool en zonnebloemen.
Ruim tien minuten later lopen we langs een wijngaard.

Door de Vaugouffard met een koffiepauze in La Higaudière
We volgen enkele oude wegwijzers, en zien op een gegeven moment ook een nieuwere versie daarvan, ter hoogte van de dolmen van Vaugouffard, die overigens wel nagenoeg geheel is overwoekerd door allerlei planten.
Voorbij de dolmen dalen we af naar het buurtschap Berger. 
Beneden bij enkele boerderijschuren gaat de route verder langs de nieuwe wegwijzers, die we nietsvermoedend volgen. Nadat we de TGV-spoorlijn weer passeren, komen we direct in het dorpje La Higaudière.  
Hier vinden we bij een in verbouw zijnde boerderij een plekje op enkele houten vlonderdelen, waarop we onze koffiepauze genieten.
Dan kijken we eens even goed naar de route, want La Higaudière zou toch niet op onze route moeten liggen volgens onze pelgrimsgids. Dan zien we en realiseren we ons dat de nieuw bewegwijzerde route vanuit Bordebeurre via La Higaudière naar Berger loopt, en dan verder gaat, waarschijnlijk volgens de route van onze routegids. Dit betekent dat we vanuit Berger een kilometer terug zijn gelopen op de route, maar dan volgens de nieuw bewegwijzerde route.

Terug naar Berger en dan naar Les Marines
We zitten heerlijk in de luwte van de boerderij van La Higaudière te koffiedrinken, en ondertussen begint het iets harder te motregenen. Durkje besluit om voor de zekerheid en voor het comfort tegen de toch wel flinke wind op de weg terug richting Berger maar even de regenponcho aan te doen. We lopen na deze koffiepauze de kilometer terug naar Berger, en negeren dan de nieuwe wegwijzers, om de wijngaarden van Vaugouffard door te gaan, zoals we dat eerder al hadden verwacht. 
Vanaf daar is ook de bewegwijzering weer goed en duidelijk. Vanaf hier vallen de nieuwe route en de klassieke route die wij volgen weer geheel samen.
We steken de D82 over en doorkruisen dan het gehucht Les Marines.

Door en langs Bois du Chêne
Over een mooi veldpad door het open veld lopen we naar de D917, die we oversteken, waarna we een prachtig hol bospad in gaan van het Bois du Chêne.
We dalen af in de vallei van de Loir, en komen dan in het schilderachtige buurtschap La Saulnerie.
De huisjes en huizen zijn hier in en tegen de rotswand gebouwd.
Beneden loopt de spoorlijn van een toeristentreintje. Vlak vóór die spoorlijn gaan wij linksaf langs een vijverpartij met erbij een oude wasplaats.
Vanuit La Saulnerie volgen we een mooi groen hellingpad parallel aan de toeristische spoorlijn met in de verte rechts de Loir. 
Dit pad volgen we tot het dorpje Fleurigny.
Dan volgen we de asfaltweg door Fleurigny.
Rechts van de weg staat een betonnen wegwijzer die wij nog niet kennen. Bij nader onderzoek blijkt dit de wegwijzer te zijn voor de man die we gisteren in Vendôme ontmoetten, die het Sint-Maartenspad bewandelt.
Op deze plek, bij een huis met een mooi klein doch kleurrijk tuintje, gaat die route en ook de onze, met een scherpe bocht linksaf steil omhoog, de heuvel op.
Boven aangekomen, blijkt dat we voor de oversteek staan van de D917. Een boer draait hier net zijn tractor van het land af, om de D917 op te gaan.

Deelnemers van de zeven pelgrimages naar de Notre Dame van Parijs
Wij steken de D917 nog niet over, maar volgen deze drukke verkeersweg aan de linkerkant door de berm, met het tegemoetkomende verkeer vóór ons. Iets verderop steken we de D917 wel over, want dan gaan we door het veld richting Houssay.
Boven op een heuvel passeren we de grote watertoren van Houssay.
Rechts van het veldpad dat ons Houssay binnen voert, staat een rij van enkele bijenkasten opgesteld onder een rij fruitbomen.
Wij wandelen het centrum van Houssay binnen.
Tegenover de plaatselijke basisschool – waarin enkele dames aan het werk zijn – vinden we vóór het dorpshuis een prima houten bank, waarop we plaatsnemen voor onze lunchpauze. 
Aan het einde van deze pauze passeren twee wandelende dames met kleine rugzakjes op hun rug. Ze vragen of we het pelgrimspad van Sint Jacob lopen, en als we dat bevestigen, komen ze naar ons toe, en voeren we een tamelijk lang gesprek over hun en over ons langeafstandswandelen.
De vrouwen vertellen dat ze deelneemsters zijn aan één van de zeven langeafstandswandelingen die momenteel voor individuen en groepen en als processie worden georganiseerd. Alle zeven arriveren die op 14 september 2024 bij de Notre Dame in Parijs. Dit ter gelegenheid van de feestelijke heropening en inwijding van de gerestaureerde kathedraal, nadat die vijf jaar geleden door brand grotendeels werd verwoest. Er is ook een speciale website gemaakt, waarop alle zeven langeafstandswandelingen met hun ins en outs worden beschreven. Zij nemen dus deel aan één van die feestelijke inwijdingstochten, die ze ook een pèlerinage ofwel pelgrimage noemen. Alle zeven pelgrimages dragen de naam van een heilige, waaronder Sint-Martinus en ook Sint-Jacobus. Leuk om dat van deze twee wandelende dames – Benedicta & Valentine - te horen. 

Het verstopte hagedisje in de wijngaard
Als we Houssay even later uit wandelen, lopen we tussen twee gebouwen door, waarvan je de linker zou kunnen betitelen als oudbouw; een oude schuur met een ratjetoe aan materialen en gereedschap.
Aan de rechterkant staat een mooi voorbeeld van wat je hier in Frankrijk tegenwoordig veel ziet in dorpen aan nieuwbouw: een mooie nieuw huis in aanbouw, vaak in zwart, wit en grijstinten.
Vanuit Houssay lopen we naar het buurtschap La Serrerie.
Eerst over een asfaltweggetje, en daarna over een veldpad dalen we dan af naar het buurtschap Harpin. We komen niet door Harpin, maar gaan vlak vóór de plaats verder over een pad langs de bosrand van het bosperceel dat ons scheidt van Harpin.
Verderop klimmen we weer heuvelopwaarts, en dan lopen we langs een al oudere wijngaard met allemaal van die welbekende knoestige druivenstruiken.
Het dode hout van die knoestige druivenstruiken wordt door de wijnboeren vaak aan het eind van de akker gegooid, en één daarvan ligt tegen het pad waarop we lopen. Als ik zo’n knoestige stronk omdraai om die te bekijken, blijkt dat er een hagedisje onder die stronk zit. Het diertje blijft enige tijd doodstil staan, maar als ik te lang blijf kijken, rent hij heel snel naar de omgedraaide stronk, en verdwijnt voor mij uit het zicht. De stronk laat ik zo liggen, om de hagedis niet weer op te schrikken.

Dalen en stijgen bij La Perrine
We dalen weer af in een vallei, en komen bij een asfaltweg uit nabij de Moulin de Crouet.
Die zien we niet, want we gaan de andere kant op, om bij La Basse Raimbaudières een beekje over te steken.
Vanuit het dal gaan we weer heuvelopwaarts naar het buurtschap La Perrine, waarvan we niet meer zien dan alleen één huisje dat indertijd tegen een heuvelwand is gebouwd. Een grote bult hakhout ligt vóór het huis, dus qua brandhout zijn ze wel klaar voor de komende winter in dit desolate gebied.
Voorbij La Perrine gaan we een schitterende holle weg op, met hoog opgaande aarden wallen aan weerszijden van het karrenspoor. Rechts grazen koeien in een weiland.
Bij een volgende asfaltweg die we bereiken, staan enkele hele duidelijke wegwijzers, die overduidelijk maken dat wij op de GR655 (hier ook de GR35) lopen van Houssay naar Lavardin.

Route Barrée na de aardverschuiving
Na asfalt gaat het verderop weer het veld in, waarbij we over een karrenspoor voortgaan, met smalle bandensporen aan beide zijden, en in het middenbermpje hoog opgaande grassen en andere al dan niet bloeiende kruiden. Alweer zo’n mooi pad op alweer zo’n mooie pelgrimsdag.
Vanaf een bredere veldweg moeten we een smaller karrenspoor op. Aan het begin van het pad staat een bord met het opschrift ‘Route Barrée’, maar die afsluiting weerhoudt ons er niet van om de inmiddels weer goed bewegwijzerde pelgrimsroute te vervolgen. Verderop wordt duidelijk waarom dit pad is gestremd, want daar zien we dat rechtsvóór ons een hoog opgaande akkerrand over een groot deel is ingestort. Door die aardverschuiving is de akkeraarde als een dikke bult over de volle breedte van het veldpad geschoven. Die bult aarde is inmiddels fiks overwoekerd door allerlei plantengroei. We kunnen over een smal paadje aan de linkerzijde er wel prima omheen, dus dat doen we.

Bouwen vóór en in rotswanden
Dit pad komt uit bij een huisje dat tegen en in de rotswand is gebouwd.
Verderop, bij een groter huis, zien we dat men in de rotswand één en ander heeft uitgehouwen, om er vertrekken in aan te brengen.
Ook iets verderop bij Langeron zien we weer zo’n huis tegen de rotswand, met vertrekken in de rotswand.  
Dan komen we langs een graanakker, waarop het graan al is geoogst, en de stoppels zijn gehakseld op het veld. Inmiddels komt ertussen al weer groen op, dus die kleurschakering van het gele stro en de frisgroene plantjes maken in het zonlicht alsof er een mooie geel-groene deken over de uitgestrekte akker ligt.
Voorbij deze akker steken we bij een smalle doorwaadbare plaats via een klein houten bruggetje een smalle waterstroom over.

Hoog opwaarts naar Lavardin
Vanaf nu gaat het alsmaar omhoog in de richting van Lavardin. We komen dan langs een eerste groot wit huis dat hoog opgaand tegen en in de rots is gebouwd.
Hoog vóór ons zien we in de verte al de burchtruïne van Lavardin.
We moeten een fikse klim maken over een buitengewoon steil voetpad tegen de rotswand. Zo steil klimmen we niet vaak.
Bovenin komen we dan op een soort balkon-pad, vanwaar we een fraai uitzicht krijgen over het stadje Lavardin. 
En in de verte kunnen we ook de stad Montoire-sur-le-Loir zien, met haar burcht en kerk.
We gaan verder over dit bijzondere balkonpad langs de rotswand.
Hier en daar zijn naast de huisjes ook kelders in de rots uitgehouwen.
Op een muurtje bij één van de huizen staat een rij grote en kleine schoenen, die zijn gevuld met groeiende vetplanten.

Museum en galerie in Lavardin
Dan dalen we af over hetzelfde doorgaande pad, naar het centrum van Lavardin.
Daar passeren we in de voormalige kapel een museum en een galerie. 
Eerst bezoeken we het gemeentelijk museum. Een kleine langwerpige ruimte, waarin allerhande zaken liggen geëxposeerd, zoals oude gebruiksvoorwerpen, bodemvondsten, en foto’s en prenten.
Daarna bezoeken we de kunstexpositie in de galerie ernaast. Daar hangen voorin schilderijen, en achterin een serie foto’s van oude locaties, zoals van bruggen en gebouwen. De fotograaf ervan – Bernard Jouvin – is aanwezig en geeft ons uitleg over de soort desolate locaties waar hij graag en mooi fotografeert, daarbij knap gebruik makend van lichtval. Deze fotograaf woont in Grenoble, maar kreeg de gelegenheid om hier in Lavardin deze mooie expositie in te richten.

De Eglise Saint-Genest, een bonte kerk vol fresco’s
Tot slot van deze etappe gaan we nog naar en in de 11e eeuwse kerk van Lavardin, de Eglise Saint-Genest. 
Daar verwonderen we ons over de bonte kleuren van het kerkinterieur.
De kerk toont een uitzonderlijk groot aantal fresco’s op alle muren en alle pilaren van de kerk.
Zo hangt aan het plafond in het koor van de kerk een grote muurschildering van Jezus Christus.
Op de pilaren zien we een groot aantal heiligen. 
Eén van de heiligen is Sint Jacobus, die hier wordt afgebeeld als pelgrim (met staf) en als apostel (met de Bijbel in zijn hand).
Er hangt ook een schilderij in de kerk, waarop je kunt zien dat Jezus Christus door Johannes de Doper wordt gedoopt, met een Jacobsschelp.
Een plaquette maakt duidelijk dat men er 22 maanden over heeft gedaan om de muurschilderingen in deze bijzondere kerk te restaureren.
En het resultaat mag er wezen, want deze kerk laat iets zien van de veelheid aan kleuren en afbeeldingen die de oude middeleeuwse kerken van origine vertoonden.
Veel is later verdwenen achter wit pleisterwerk, maar hier kun je werkelijk iets bijzonders, iets moois van vroeger zien en beleven.

Vakantiedag tussen de etappes
Vanuit de kerk lopen we naar het centrale plein van dit stadje, waar onze auto staat geparkeerd.
Dan rijden we vanuit Lavardin terug naar Bordebeurre, waar we vanmorgen onze fietsen hebben achtergelaten.
Vanuit Bordebeurre rijden we dan met de fietsen achter op de auto terug naar de camping in Montoire-sur-le-Loir.
Voor morgen wordt in de middag regen verwacht. We hebben besloten om na deze drie wandeldagen een dag vakantiepauze in te lassen, om dan overmorgen verder te gaan met de volgende etappe van deze pelgrimage.

Geen opmerkingen: