Het bospad van de Bakkeveensterduinen staat onder water |
Stellingenpad
In het jaar 2022 gaf de uitgever Nivon Natuurvrienden een nieuwe wandelroutegids uit, met als titel 'Stellingenpad'. De subtitel van de wandelgids is: 'In de voetsporen van de Griffioen'. Dit pad wordt in het Engels ook wel de 'Griffin Fairy Trail' genoemd.
De streekverhalen in deze wandelgids worden ingeleid door etappe-elfen en door de Griffioen, het fabeldier dat in het wapen van de Stellingwerven staat.
Inclusief een Zuidlus en een doorsteek heeft dit wandelpad een totale lengte van 263,4 kilometer. De route loopt door de provincies Fryslân, Drenthe, Overijssel en Flevoland; in grote lijnen vanuit Appelscha door het Drents-Friese Wold, via Vledder, Steenwijk en Giethoorn langs de Weerribben, via Vollenhove door vestingstadjes aan de voormalige Zuiderzee, door Wolvega, Noordwolde, Oosterwolde, Haulerwijk, en dan weer terug naar Appelscha. En onderweg kruis je enkele slingerende riviertjes en beekjes, zoals bijvoorbeeld De Lende, de Kuunder/Tsjonger en de Slokkert.
Wandelgids
Deze wandelgids verdeelt de route over 15 etappes door de Stellingwerven, waarvan er zeven zijn onderverdeeld in elk twee deeletappes. De kortste etappe is 10,4 kilometer, en de langste heeft een lengte van 28,1 kilometer. Elke etappe heeft haar eigen thema.
Omdat Durkje en ik proberen om de etappe-lengtes dicht rond het gemiddelde van zo'n 20 kilometer per wandeldag te houden, hebben wij een eigen etappe-verdeling gemaakt, uitgaande van zo'n 13 wandeldagen op het Stellingenpad. Na het afronden van de 9e etappe hebben we echter van de vier laatste etappes drie langere etappes gemaakt, van ongeveer 25 kilometer per etappe. Totaal komen we dan op 12 etappes voor het hele Stellingenpad.
De wandelgids bevat naast de routebeschrijving (in beide richtingen) en 42 topografische kaarten ook voorlichtende teksten over het landschap van de Stelllingwerven, en over de natuur, markante plaatsen, over bijzondere gebeurtenissen, en over het ontstaan, de geschiedenis en de taal van de Stellingwerven (vroeger ooit een autonome boerenrepubliek), want ook deze regio heeft een heel eigen karakter. Daarnaast kun je in deze wandelgids ook elfen-belevingsverhalen en cultuurhistorische verhalen lezen.
Deze route kent overigens geen eigen route-markering, maar maakt gebruik van het landelijke wandelknooppunten-netwerk.
Over heidevelden en door broeklanden & Via de vennen en pingo's langs de meanderende Tsjonger
Vandaag lopen we onze tiende dagwandeling op het Stellingenpad, over een afstand van 25,1 kilometer. Dit zijn de laatste 7 kilometers van etappe 9 en de eerste 18,1 kilometers van etappe 10 van onze wandelgids. Het is de eerste dag van onze driedaagse afsluiting van het Stellingenpad.
Het thema van etappe 9 is: 'Over heidevelden en door broeklanden'.
Het thema van etappe 10 is: 'Via de vennen en pingo's langs de meanderende Tsjonger'.
Om 7:35 uur vertrekken we vanuit Feinsum, om dan eerst naar het Drieprovinciënpunt bij Een-West te rijden, waar we de auto parkeren. Daarna rijden we met de andere auto terug en door naar de Prikkedaem-brug over de Tjonger, want daar begint onze tiende dagtocht van het Stellingenpad.
Het is 5 graden Celsius als we vertrekken, en de temperatuur stijgt vandaag tot 11 graden Celsius.
De jas kan na een uur al uit, en het is genieten van aangenaam zonnig wandelweer vandaag tijdens onze etappe door de Stellingwerven.
Langs Tsjonger en door Ontwijk naar Donkerbroek
Om 9:00 uur steken we bij Prikkedam bij het kunstwerk van de rechtopstaande kano de Tsjonger over.
Over het schouwpad van de zuidelijke rivieroever lopen we langs de Tsjonger van de Prikkedaem naar de Balkweg.
Over de Balkweg-brug steken we de Tsjonger weer over, maar nu in noordelijke richting. Daarna gaan we door de tunnel onder de N381 door, waarna we naar het oosten afbuigen, en het bosgebied van Ontwijk in gaan.
Een deel van Ontwijk is nog heideveld, dat we van zuid naar noord doorkruisen.
Verder zouden we in Ontwijk om een grote pingo-ruïne heen moeten lopen, maar dat gaat niet lukken, want het heidepad is over veel meer dan de volle breedte geheel onder water gelopen.
Daarom gaan we over een hoger gelegen bospad via de andere kant om de waterplas.
Aan de noordkant van de pingo-ruïne kunnen we het doorgaande bospad hervatten, waar we even later de grote stenen faunatoren van Donkerbroek passeren, waarin allerlei openingen zijn gemaakt, waardoor vogels (holenduif en koolmees), zoogdieren (vleermuizen), insecten (bijen, pissebedden, oorwurmen en spinnen) en amfibieën (kikkers en padden) naar binnen kunnen gaan om daar bijvoorbeeld te nestelen. Een mooi initiatief, en bovendien heel decoratief op deze open plek in het bos, waar vroeger het doolhof van Donkerbroek was.
We verlaten het bosgebied van Ontwijk bij de Opsterlandse Compagnonsvaart, ter hoogte van het neoclassisistische buitenhuis Ontwijk, waar we de bebouwde kom van Donkerbroek binnen lopen.
Langs de vaart die Donkerbroek doorsnijdt, bloeit inmiddels het groot hoefblad.
Nabij de brug over de Opsterlandse Compagnonsvaart zien we de Laurentiuskerk met de klokkenstoel van Donkerbroek.
Over de Duurswouder Heide en de Stripe
Aan de oostzijde van de vaart doorkruisen we Donkerbroek over de Herenweg, waarna we de Kerkereed in noordelijke richting op gaan.
We blijven een heel eind in een rechte lijn in noordelijke richting lopen, om dan na het oversteken van de voormalige waterkering van de Leidijk het bosgebied van de Duurswouder Heide op te gaan.
Op de rand van bos en heide vinden we een houten bank in de zon, met uitzicht over het uitgestrekte heideveld, het grootste van Fryslân. Hier houden we onze koffiepauze.
Na deze pauze steken we het grote heideveld van de Duurswouder Heide over.
Daarna lopen we eerst langs de bosrand, en verderop weer een stuk door het bos.
Zo ongeveer halverwege tussen Wijnjewoude en Bakkeveen gaan we de Stripe op. Rechts van het pad staat in een tuin een oude vrachtwagen die niet meer wordt gebruikt.
De routegids geeft aan dat we tot aan de Kromme Singel door zouden moeten lopen over de Stripe, maar dat mag niet. Bijna aan het eind van de Stripe staat dat we als voetgangers niet verder mogen wegens asfalteringswerkzaamheden verderop. We moeten dus een alternatief zien te vinden om voort te kunnen gaan.
Over beton en boomstammen en zandpaden door het bos van De Slotplaats
Waar het wandelverbodsbord staat, kunnen we over een ander zandpad het bosgebied van landgoed De Slotplaats in gaan. Rechts van het pad ligt een grote veenplas, waarin enkele solitaire bomen op kleine pollen in het water staan.
We nemen het eerste bospad linksaf, waar we om een enorme omgevallen boom heen moeten lopen.
Aan het eind van die bosbaan, gaan we rechtsaf, het nieuwe wegdek van de Kromme Singel op, die is aangelegd als losse betonplaten. Over het nieuwe beton gaan we voort tussen het Alddjip (ofwel Koningsdiep) links van ons, en het bosperceel van De Slotplaats rechts van het betonpad.
Hier vervolgen we iets verderop het bospad, terug in De Slotplaats. Daar moeten we via het Boaz Brugje een brede veenplas oversteken. Aan het eind van het Boaz Brugje staan verkeersborden, die de doorgang richting betonpad achter ons verbieden.
Tussen de Kromme Singel en de Witte Singel gaan we een zogenoemd Nattevoetenpad op. Dat spreekt boekdelen, en blijkt ook werkelijk zo te zijn, want verderop staat het bospad over de volle breedte onder water. We nemen derhalve een smalle bypass door het bos, maar moeten daartoe nog wel over een rijtje naast elkaar liggen boomstammetjes een brede sloot oversteken. Met ieder een wandelstok en elkaars hand vasthoudend tot steun balanceren we ons veilig en droog over de stammetjes naar de overzijde van de bossloot.
Via de Beakendyk en over de Zwarte Singel gaat het daarna over de mooie brede bospaden door De Slotplaats richting de Foarwurker Wei in Bakkeveen. Rechts van het bospad zien we een ooievaar met succes foerageren langs de oever van een veenplas.
Op het terras van het Informatiecentrum van Natuurmonumenten houden we onze lunchpauze bij De Slotplaats (1668) van Bakkeveen.
Over de Bakkeveensterduinen en de Heide van Allardsoog
Daarna steken we de Bakkeveensche Vaart over, om dan het bosgebied van De Miumer in en door te gaan.
In dit bosperceel staan hele oude bomen met prachtige boomstammen.
Vooral de boomschors is bijzonder decoratief.
Waar we de Mjûmster Wei oversteken, zouden we het bospad van de Bakkeveensterduinen op moeten gaan, maar ook hier weer gaat dat niet lukken. Over een heel breed terrein staat namelijk dit bos en ook het bospad geheel onder water, dus deze doorsteek is geen optie.
We lopen daarom langs de Mjûmster Wei, totdat we ter hoogte van de Slotleane wel - zij het ook met enig balanceren over een zeer drassig pad - het bos in kunnen lopen.
Voortgaan gaat een tijdje goed, maar als we op een gegeven moment de Bakkeveensterduinen over moeten steken, steekt een ondergelopen heidepad daar nog eens weer een stokje voor.
Wederom moeten we een alternatieve route zoeken door dit mooie stuifduinengebied.
Midden in het duinengebied bloeit inmiddels de geelbloeiende brem.
Aan de oostzijde komen we op de Heide van Allardsoog, waar we over een holle weg lopen, een oeroud karrenspoor.
We konden zojuist ook al niet langs de Poepedobbe lopen, omdat ook het toegangspad tot die dobbe onder water staat, maar op de Heide van Allardsoog komen we wel langs een andere grote pingo-ruïne van dit heideveld.
Nadat we langs de Volkshogeschool-conferentieoord Allardsoog zijn gelopen, komen we om 14:35 uur het natuurgebied uit op het Drieprovinciënpunt ten westen van het buurtschap Een-West, waar we vanmorgen onze auto hebben achtergelaten.
Met deze auto rijden we terug naar Prikkedam, waar we de ander auto afhalen, alvorens we terug rijden naar huis, alwaar we om 15:45 uur arriveren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten