woensdag 17 januari 2024

Tusken Wâl en Pôlle van Karakteristyk Tytsjerksteradiel

Woensdag 17 januari 2024
 
Over de Monnikenweg langs de Wide Ie

















Stichting Karakteristyk Tytsjerksterdiel
In de jaren zeventig van de twintigste eeuw kwam binnen de Friese gemeente Tytsjerksteradiel het bewustzijn op gang dat men zich actiever moest opstellen om het streekeigene in de gemeente te bewaren. In 1976 dreigden een aantal karakteristieke woningen in het buurtschap Sumarreheide te worden gesloopt. Diverse mensen waren van mening dat men deze panden moest behouden. Dit was de aanleiding om in 1978 de 'Stichting Karakteristyk Tytsjerksteradiel' op te richten.
Deze stichting streeft ernaar karakteristieke en streekeigene panden voor de toekomst te behouden. Zij wil afbraak voorkomen, panden in hun oorspronkelijke staat laten en een wegwijs zijn bij het opknappen en restaureren van die panden.
Ook de karakteristieke landschappen en landschapselementen hebben de warme belangstelling van deze stichting. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het behoud van poelen, pingo’s, oude zandpaden en boomwallen.

Lijst van karakteristieke objecten 
In 1990 heeft de Stichting een inventarisatie gemaakt van het bezit aan karakteristieke panden in de gemeente Tytsjerksteradiel. Het resultaat van de inventarisatie was een lijst met ongeveer 475 panden, die voor bescherming in aanmerking zouden kunnen komen. De gebouwen op de lijst zijn geen monumenten in de zin van de Monumentenwet, maar zij worden wel karakteristiek geacht of streekeigen. Genoemde lijst werd het gemeentebestuur aangeboden en in 1990 door de gemeenteraad  vastgesteld. Een jaar later werd de lijst geactualiseerd en stonden er al meer dan 500 karakteristieke panden op de lijst. Sindsdien is er door sloop, ingrijpende verbouw en brand helaas nog wel het één en ander verloren gegaan. Een periodieke actualisatie van deze pandenlijst wordt wenselijk geacht.
Op de website van deze stichting kun je informatie vinden over het karakteristieke en streekeigene binnen de gemeente Tytsjerksteradiel dat men graag wil behouden en beschermen. Het gaat daarbij om historische panden, zoals woudhuisjes, pastoriewoningen, boerderijen en kerken, maar ook om kerkhoven, oude grafzerken, karakteristieke dorpsbeelden en historische landschapselementen.

Fietsroutes bewandelen door de Gebouwde omgeving
De stichting organiseert diverse activiteiten, zoals lezingen, excursies en fietsroutes langs karakteristieke bouwwerken en landschapselementen.
Enkele jaren geleden kwamen we in het bezit van een verzamelmapje, waarin vier van die fietsroutes zijn bijeengebracht. De titel van dit verzamelmapje luidt: 'Een welkome kennis in uw karakteristieke huis'. De routebeschrijvingen in dit verzamelmapje maken duidelijk dat de focus van de vier routes ligt op de zogenoemde 'Gebouwde omgeving' van Tytsjerksteradiel.
Nu zijn Durkje en ik niet zozeer fietsers, maar wel wandelaars. Bij het doornemen van die vier fietsroutes zagen we dat deze vier routes qua afstanden ook heel goed zijn te bewandelen, immers de vier routes zijn tussen de 19 en 27 kilometer lang, dus stuk voor stuk goed te lopen in één wandeldag. Daar komt bij dat het in principe zo is dat waar je kunt fietsen, je ook kunt wandelen. 
Dus hebben we deze vier routes ook in ons toekomstige wandelprogramma opgenomen, om ze te zijner tijd alle vier te gaan bewandelen. En vandaag wandelen we de tweede van die vier routes.

Fietsroute 2 wandelen: Tusken Wâl en Pôlle
De tweede fietsroute die we bewandelen, kreeg als thema mee: 'Tusken Wâl en Pôlle'. 
Vermoedelijk kreeg deze route die titel, omdat de route zich grotendeels bevindt tussen enerzijds De Wâl door Feanwâldsterwâl in het noorden en anderzijds het deels door water omgeven boerderij-erf aan het Zuiderend in Suwâld op het zuidelijkste punt van onze rondwandeling van vandaag.
We wandelen vandaag achtereenvolgens door de volgende Friese dorpen en buurtschappen: Hurdegaryp, Tytsjerk, Lytse Geast, Suwâld, Hústerheide, Burgum, Quatrebras en Feanwâldsterwâl. 
Deze vandaag bewandelde fietsroute heeft een lengte van circa 27 kilometer.
Durkje en ik vertrekken vanmorgen in het duister om 7:20 uur vanuit Feinsum, om dan met de auto naar het treinstation in Hurdegaryp te rijden, waar we deze etappe beginnen.
Bij vertrek uit Feinsum is de ochtendtemperatuur 0 graden Celsius, en als we in Hurdegaryp vertrekken, staat de temperatuurmeter op 1 graad Celsius. De temperatuur blijft gedurende onze dagwandeling overigens rond het vriespunt hangen. 

Van Hurdegaryp via Tytsjerk naar Lytse Geast
Om 7:50 uur staan we bij het treinstation van Hurdegaryp klaar voor vertrek. Het is nog donker op het moment dat we van start gaan. 
Door het duister en de gladheid van sneeuw en ijs op het wegdek moeten we voorzichtig Hurdegaryp doorkruisen over achtereenvolgens de Rijksstraatweg, de Burgemeester Drijberweg, de Easter Omwei en het Hoeksterpaed.  
Voorbij het landgoed waar het 18e eeuwse Gealeslot tot de brand van 1989 heeft gestaan, verlaten we Hurdegaryp, om dan in westelijke richting de Zomerweg op te gaan langs de Burgerveenstervaart.
Als we Tytsjerk binnen lopen, is het al licht geworden. 
Als we over de Buorren door Tytsjerk wandelen, passeren we de 18e eeuwse Sint-Vituskerk, die in de 19e eeuw werd verbouwd en uitgebreid tot kruiskerk.
Op de Lytsegeast kruisen we het Nijdjip.
Na het eerste uur kuieren, bereiken we het buurtschap Lytsegeast.

Winterse koffiepauze in Suwâld
Aan de zuidzijde van Lytsegeast gaan we Symen Halbeswei op. Verderop kruisen we nogmaals het Nijdjip, en om 9:30 uur wandelen we op het Noorderend het Friese dorp Suwâld binnen.
Op de Kerkbuurt komen we langs de van oorsprong 12e eeuwse Sint-Georgiuskerk. 
Dan is het zo langzamerhand wel koffietijd, dus we lopen door naar het Zuiderend van Suwâld, om bij de aanlegsteiger van de Zonnepont Schalkedyk plaats te nemen in de abri aan het Prinses Margrietkanaal, waar we in de luwte schuilen voor de koude wind die van de andere kant van het kanaal op ons af  komt. Ingepakt in onze warme winterwandelkleding kunnen we hier prima een kwartier koffiepauze houden, om er ook brood te eten voor de nodige energie voor de volgende kilometers.
Bij de camperplaats naast de jachthaven zijn enkele jongemannen hard aan het werk om in de winterkou een grote feesttent op te bouwen, want aanstaande zaterdag zal hier in Suwâld het tentfeest van het dorp zijn.

Langs Wide Ie en Poepekrús naar Hústerheide
Na onze korte ochtendpauze gaan we de Monnikenweg op, om eerst langs het Prinses Margrietkanaal in de richting van Burgum te lopen, en verderop langs de Wide Ie, waar het kanaal doorheen stroomt.
Bij het gemaal van de Flappersfeart passeren we op enige afstand de Sluterspoel, die verderop in het open veld ligt.
Aan het eind van de Monnikenweg gaan we vlakbij de Centrale As (N356) de Gaestmabuorren op, om verderop over de Langelaan op iets grotere afstand parallel aan de Centrale As verder in noordelijke richting te gaan. Op de Langelaan komen we vlak langs de Dobbe Langelaan, één van de vele pingo-ruïnes in deze streek.
Als we op de Zomerweg de Centrale As naderen, zien we in de verte een grote zuipkeet langs de Burgumerfeanster Feart staan, waarbij twee wegwerker van de Centrale As met bosmaaiers aan het werk zijn.
Op de Zomerweg komen we ook langs een zogenoemd Poepekrús, op de locatie waar in 1783 een Duitse Hannekemaaier om het leven is gebracht. Het oorspronkelijke herdenkingskruis is vervangen door een nieuwe kruis van cortex-staal en betonplaten, met een informatiepaneel erbij. 
Iets verderop moeten we trouwens even van het naastliggende fietspad af, want bomenrooiers zijn hier bezig om enkele bomen langs het fietspad te rooien.
Enkele minuten later wandelen we het buurtschap Hústerheide binnen.

Quatrebras en Feanwâlden
Waar de Zomerweg de Oude Commissieweg kruist, lopen we het buurtschap Quatrebras binnen, om dan vervolgens over het fietspad langs de Oude Commissieweg en voorbij de Rijksstraatweg (N355) langs de Woudweg naar het begin van de bebouwde kom van Feanwâlden te kuieren.
Maar voordat we de Woudweg op gaan, gaan we in een abri op een bankje zitten voor onze lunchpauze. Ook nu weer in de luwte ter bescherming van de koude wind, en niet te lang, om niet al te zeer af te koelen.
Op het fietspad langs de Woudweg moeten we regelmatig oppassen voor gladheid, want vanaf de rijbaan stroomt het regenwater door de berm over het fietspad heen, dat over breedtes van soms enkele meters bevroren is tot een spekgladde ijsvloer. Zonder echter uit te glijden, bereiken we Feanwâlden.
Bij de komborden van Feanwâlden draaien we De Wâl op, om daar het naburige dorp Feanwâldsterwâl binnen te wandelen.

Over De Wâl door Feanwâldsterwâl 
Langs de dorpsvaart doorkruisen we Feanwâldsterwal.
Aan de andere kant van het dorp steken we de Veenwoudsterwalvaart over.
Dan gaan we over op It Oare Ein, en dat over gaat in de Foksegatten. 
Toen we zojuist Quatrebras binnenwandelden, kregen we te maken met de eerste winterse neerslag van vandaag. Tot aan Hurdegaryp lopen we door een hele lichte sneeuwbui van droge sneeuw, wat een mooie winterse sfeer creëert tijdens onze wandeling. Op het flinterdunne ijs van de sloten langs de wegen vormt zich zo langzamerhand een heel dun laagje sneeuw, dat zorgt voor een mooi winters plaatje.
We lopen door het viaduct onder de Noarder-Omwei door, en passeren dan op de Langedyk weer enkele oude, karakteristieke wâldhúskes, zoals je die hier in de Friese Wouden regelmatig ziet staan.
Even later draaien we de Rijksstraatweg op, om dan over het fietspad Hurdegaryp binnen te wandelen.
Vanuit het dorpscentrum hoeven we dan alleen nog over de Stationsweg langs het treinspoor terug te lopen naar onze auto.
Het is enkele minuten over één als we aan het begin van de middag bij de auto arriveren, dus we kunnen nog mooi even bij mim op bezoek in Drachten, alvorens we huiswaarts keren.

Geen opmerkingen: