Bij de Capela de São Bento da Porta Aberta |
Van Lissabon naar Santiago de Compostela
Caminho Portugués de Santiago van Rubiães naar Tui
Caminho Portugués de Santiago van Rubiães naar Tui
Dinsdag 30 april 2019 – 19,3 km.
Dag 21: 478,1 – 497,4 km
Dag 21: 478,1 – 497,4 km
Rubiães in en uit
Gisteravond zijn Durkje en ik
en ook het Duitse echtpaar dat met ons in Rubiães overnacht door de
plaatselijke restauranteigenaar naar zijn restaurant gehaald, en na afloop weer
teruggebracht naar Casa das Lages. Met Mattias & Karla hebben we samen een
pelgrimsmenu gegeten in dat restaurant, dat overigens nagenoeg vol zat met zo’n
30 pelgrims.
Mattias & Karla willen
vanmorgen graag al om 7:00 uur ontbijten, dus daar sluiten wij bij aan. Dat
doen ook de andere vier Duitse pelgrimsgasten van Casa Lages, dus de eigenares
heeft voor ons achten het ontbijt op een lange tafel in de keuken klaargezet. Als Durkje en ik klaar zijn voor vertrek,
nemen we afscheid van de andere zes pelgrims. Wellicht zien we ze vandaag nog.
Om 7:30 uur verlaten wij Casa das Lagas.
We lopen vandaag van het
Portugese Rubiães naar het Spaanse Tui, over een afstand van 19,3 kilometer.
We volgen eerst de
bewegwijzerde route naar het dorp Rubiães. Een deel van de route moet hier nog
worden bestraat. Daar wordt aan gewerkt.
We steken de Rio Coura over
via de oude Romeinse stenen boogbrug.
Bij de combinatiezaak van
café en winkel ‘Bom Retiro’ gaan we naar binnen om de boodschappen voor de
tocht van vandaag te kopen. Daar loopt ook een ander Nederlands echtpaar rond,
horen we.
Langs een rivier met een
waterval lopen we Rubiães uit.
De veters nog één keer goed
strikken, en dan is alles klaar voor de tocht.
Samen lopen tussen Rubiães en Fontoura Fuente
Buiten Rubiães halen we het
Nederlandse echtpaar in, dat zojuist ook in de winkel was. We lopen een eind
met Joop & Herma van Essen op, tot aan het dorpje São Bento da Porta
Aberta.
Als we bij de kerktrappen
naar beneden lopen, en het pad weer op gaan, komen de Duitse pelgrims Mattias
& Karla aanlopen.
In Fontoura Fuente zien we
een tegeltableau van Sint Jacob aan een huisgevel hangen.
We maken in Fontoura Fuente
nog even een foto van de kerk, en gaan dan door.
Voor en achter ons lopen
pelgrims uit meerdere landen. We horen in elk geval Nederlands, Duits,
Portugees, Engels en Noors.
Op de smalle paden waar we
voorzichtig moeten dalen, is er af en toe enige filevorming, maar zodra het
pad weer breder en vlak wordt, trekt de stoet pelgrims wel weer uit elkaar, en
wordt het weer stil voor en achter ons.
Koffiepauze bij de Quinta
We lopen langs het dorpje
Cerdal.
Ons plan was om zo ongeveer
halverwege een rustpauze te nemen. Dat zou dan in het dorpje Pacos zijn. Als we
bij Pacos hoog langs de Quinta Estrada Romana lopen, zien we beneden bij deze
voormalige boerderij een terras. Dit wordt onze koffiepauzeplek vanmorgen.
Beneden worden we
aangesproken door een vrouw die aan de lange tafel zit. Ze blijkt Nederlandse
te zijn, die hier voor enkele dagen op bezoek is, omdat haar dochter hier in
deze herberg als vrijwilligster hospitaleert. We nemen plaats bij haar aan
tafel en bestellen binnen bij haar dochter koffie. Terwijl we het koekje en een
broodje bij de koffie eten, scharrelen twee witte honden continue om ons heen,
ondertussen bedelend om iets van biscuit of brood of beleg. We horen dat de
vier Zuid-Koreaanse pelgrims zojuist ook al zijn gepasseerd.
Als we er al even zitten,
zien we de Duitse Mattias & Karla boven bij de doorgaande weg plaatsnemen,
en als we weer vertrekken, komen zojuist de Nederlandse Joop & Herma ook
aanlopen.
Van Pedreira naar Arão
Verderop – vlak voor Pedreira
– steken we de Rio Pedreira over via een kleine Romeinse stenen boogbrug.
Als we in de regio van
Valenca komen, passeren we een groot informatiebord, waarop de route naar
Valenca staat afgebeeld. Zo worden we alvast welkom geheten in Valenca.
In de berm van het
bedrijventerrein waarover we lopen, staat een plant in bloei met prachtige
feloranje bloemen, vol in de zon; intens van kleur.
Voordat we in Valenca komen,
moeten we eerst nog door het dorpje Arão. In de wegkapel van Arão kunnen we een
kerkstempel plaatsen in onze pelgrimspaspoorten. Op het altaar in de kapel
staat een witte kaars met daarop een afbeelding van het zwaardkruis.
Forteleza & Valenca
Nadat we langs het busstation
van Valenca zijn gelopen, wandelen we langs de hoog opgaande burchtmuren de
stad Fortaleza-Valenca binnen.
Bij de stadspoort worden
pelgrims verwelkomd door een pelgrimsbord, en uitgenodigd om Fortaleza te
doorkruisen.
We gaan het stadje in, waar
ons opvalt hoeveel winkeliers grote hoeveelheden van hun koopwaar allemaal
hebben uitgestald op straat, vóór de winkel.
We lopen naar de stadsmuur,
vanwaar we een prachtig uitzicht hebben over enerzijds de restanten van het
oude Portugese fort, en verderop over de rivier Rio Minho, die de grensrivier
is tussen dit deel van Portugal, en van Spanje aan de overzijde van de rivier.
We gaan verder door deze
vestingstad, en bezoeken aan de rand van de stad een oude kerk, waarvan ons
opvalt dat die een houten vloer en een houten tongewelf heeft.
Als we het fort hebben
verlaten, komen we onderaan de stenen trappen langs een café, waarbij staat aangegeven
dat dit de laatste Portugese bar is die wij op de Caminho Portugués passeren.
Tussen een grote groep Portugezen en pelgrims nemen we plaats op het terras om
hier een theepauze in te lassen alvorens we Portugal zullen verlaten.
Over de grens van Portugal naar Spanje
We lopen naar de rivier de
Rio Minho. Hier zullen we de landsgrens oversteken.
Achter ons zien we nog het
grote landbord van Portugal.
Dan steken we via de lange
ijzeren brug de rivier over, die aan de overzijde de Rio Miño heet.
Even later – maar door het
tijdsverschil tussen beide landen meer dan een uur later – wandelen we bij het
landbord España het land Spanje binnen.
We kijken nog even achterom
naar de rivierbrug die ons zojuist toegang van Portugal naar Spanje verschafte.
De rest van de camino zullen we dus door Spanje gaan.
We volgen de gele
caminopijlen en de Jacobsschelpen in het wegdek.
Canadese pelgrim met Friese roots
Vóór ons zien we een man en
een vrouw met een pelgrim praten op onze route. De man begroet ons in het Nederlands.
Hij schatte in dat wij Nederlanders zijn. Hij vertelt dat hij uit het Canadese
Banff komt, maar dat zijn grootvader vroeger in Sneek slager was. Hij wandelt
nu op zijn pelgrims-rustdag hier met zijn Canadese echtgenote, en was hier op
straat zojuist in gesprek geraakt met de pelgrim die bij hen staat. Zij blijkt
uit Sneek te komen, en ze had even eerder ons al zien lopen met het Friese
vlaggetje aan onze rugzakken. Vandaar dat de man ons in het Nederlands en zelfs
een beetje in het Fries aansprak.
Wapperende was hoog naast de kathedraal
De Sneker pelgrim loopt door,
en wij praten nog even na met het Canadese pelgrimspaar, over hun ervaringen
tijdens hun pelgrimage van Porto naar hier. Even later wandelen wij langs de
rivier Rio Miño.
We verlaten de rivier al
snel, om in de richting van het oude stadscentrum van Tui te lopen. Hoog vóór
ons zien we al de oude kathedraal van Tui. Daar moeten met een klim we naar
toe.
Bij de kathedraal aangekomen,
ontmoeten we de twee Nederlandse mannen, die gisteren als pelgrims ook een
pelgrimsmenu aten in het restaurant van Rubiães waar wij ook aten.
We kunnen de kathedraal nog
niet in, dus we lopen direct door naar het Pension Cabalo Furado, dat bijna
naast de kathedraal staat. Daar vinden we een slaapplaats voor de komende
nacht.
Onze gastvrouw laat zien
dat we boven op het dakterras de was kunnen drogen. Nadat we hebben gedoucht, en ook de was schoon is, wappert deze aan de lijn, hoog boven de
stadsbebouwing uit, en bijna naast de toren van de oude kathedraal van Tui.
Omdat het zonnig en warm is,
en er een verfrissende wind waait, is de was in heel korte tijd al weer droog,
en daarmee klaar voor morgen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten