Sentier vers Saint-Jacques-de-Compostelle; via Vezelay
Van Sogny-aux-Moulins naar Aulnay l’Aître
Vrijdag 25 juli 2008 – 18 km.
Dag 48: 987,2 – 1005,2 km.
’s Morgens rijden Durkje en ik eerst de auto naar Aulnay l’Aître en dan fietsen we van daaruit naar ons startpunt in Sogny-aux-Moulins.
Vanuit Sogny-aux-Moulins steken we eerst de spoorlijn en daarna de Marne over, om onze wandeling te kunnen hervatten op de kruising met de D80, waar we gisteren stopten.
We verlaten de D80 en volgen een bochtige weg langs de locale grindafgravingen.
De eerste ligt er nog kaal bij, maar verderop zijn de grindafgravingen al in gebruik voor recreatieve doeleinden, getuige de steigers, de picknickplaatsen en een bord van de plaatselijke watersportvereniging bij één van de volgende plassen van Le Pré Saint-Mange.
Wij wandelen tussen Le Pré Saint-Mange en de Marne door over een landbouwweg.
Na onze eerste vier kilometers komen we uit bij het parallelkanaal van de Marne, waar de D280 een brug heeft naar het dorpje St.-Germain-la-Ville.
We steken hier de D280 over en gaan aan de overzijde pauzeren bij een beschaduwde picknickplaats nabij twee grote wagenwielen van een oude ploeg.
Bij de brug over het parallelkanaal staat ondertussen een man luid te roepen en te gebaren dat wij de brug over moeten.
Ik vermoed dat de man denkt dat wij deelnemers zijn van een wellicht andere, vandaag georganiseerde wandeltocht.
Door het veld en langs een bocht in de Marne gaan we via Le Mahon tussen het parallelkanaal en de Marne door naar de brug van Vésigneul-sur-Marne.
Daarna volgt een lang stuk jaagpad – tussen het kanaal en de rivier door – naar de bruggen bij Pogny.
Nog vóór de kanaalbrug van Pogny - aan de overzijde van het kanaal - staat een grote groep metalen silo’s.
Voorbij de brug zien we de grootste silo ter wereld, van 110.000 ton.
We wandelen even over de kanaalbrug heen het dorpje in en vragen bij de 12e eeuwse kerk aan een voorbijgaande oude man naar het dichtstbijzijnde dorpscafé.
Het Cadillac-café ligt voor ons te ver buiten het dorp, dus bij de kerk maken we weer rechtsomkeerd.
We steken dan zowel de kanaalbrug als ook de rivierbrug over en verlaten Pogny.
De Marne stroomt hier ook sterk.
Naast de brug over de rivier is een picknickplaats, waar we pauzeren om wat te eten en te drinken.
Het is hier heerlijk schaduwrijk.
Dat moet ook wel, want de zon schijnt veel, het is drukkend, het waait nauwelijks en de temperatuur loopt op tot 30 graden Celcius.
Nu volgt voorbij de D54 een kilometers lang breed grindpad langs sportvelden, grindafgravingen en door de Enclave de la commune de Pogny.
Het dikke grind op dit brede pad maakt dat onze wandelschoenen af en toe alle kanten op rollen tijdens het wandelen.
Via de D302 lopen we vervolgens La Chaussée-sur-Marne binnen.
Op de kruising met de oude N44 scoren we ons eerste kop koffie vandaag toch nog, ook al is het inmiddels al 13.45 uur.
We hebben dus wel geduld nodig om elke dag weer een café te vinden op zo’n wandeldag.
’t Is wat laat, maar de koffie smaakt hier prima.
De waardin vraagt of we als pelgrims ook willen overnachten in haar combi-café-restaurant-hotel.
Dat doen we echter niet.
“Ultreia” (steeds verder), is de oude pelgrimsleus en die geldt hier en nu ook voor ons.
Wij volgen een oud tracé van de N44 door het dorp en gaan aan de rand van het dorp óver de rivier de Fion.
Bij Les Fauchees verlaten we deze weg om hier het veld in te gaan.
Hier, bij La Chaussée-sur-Marne komen de Marne en de Fion bij elkaar en hier is La Chaussée-sur-Marne gevormd door de samenvoeging van de voormalige dorpjes Coulmiers en Mutigny.
De onverharde veldweg gaat onder het nieuwe tracé van de N44 door.
Dat is verrassend voor ons, want die weg staat nog niet op de stafkaart in ons routeboekje, alhoewel die trouwens al wel als randweg staat vermeld in de routebeschrijving.
Het laatste deel van ons traject van vandaag gaat door de vallei van de Fion.
Een prima veldweg met links de beboste oevers van de rivier en rechts de velden, waar een combine druk in de weer is om te oogsten.
Twee tractoren met grote wagens verzamelen het graan dat uit de combine komt.
Bij de D81 gekomen, verlaten we het pelgrimspad en wandelen we via de brug over de Fion het dorpje Aulnay-l’Aître binnen, waar onze auto staat geparkeerd.
Een drukkende, warme dag met aan het eind van de dag toch nog af en toe een briesje wind.
Tussen 10.00-14.45 uur hebben we vandaag 18 kilometer gewandeld.
’s Morgens rijden Durkje en ik eerst de auto naar Aulnay l’Aître en dan fietsen we van daaruit naar ons startpunt in Sogny-aux-Moulins.
Vanuit Sogny-aux-Moulins steken we eerst de spoorlijn en daarna de Marne over, om onze wandeling te kunnen hervatten op de kruising met de D80, waar we gisteren stopten.
We verlaten de D80 en volgen een bochtige weg langs de locale grindafgravingen.
De eerste ligt er nog kaal bij, maar verderop zijn de grindafgravingen al in gebruik voor recreatieve doeleinden, getuige de steigers, de picknickplaatsen en een bord van de plaatselijke watersportvereniging bij één van de volgende plassen van Le Pré Saint-Mange.
Wij wandelen tussen Le Pré Saint-Mange en de Marne door over een landbouwweg.
Na onze eerste vier kilometers komen we uit bij het parallelkanaal van de Marne, waar de D280 een brug heeft naar het dorpje St.-Germain-la-Ville.
We steken hier de D280 over en gaan aan de overzijde pauzeren bij een beschaduwde picknickplaats nabij twee grote wagenwielen van een oude ploeg.
Bij de brug over het parallelkanaal staat ondertussen een man luid te roepen en te gebaren dat wij de brug over moeten.
Ik vermoed dat de man denkt dat wij deelnemers zijn van een wellicht andere, vandaag georganiseerde wandeltocht.
Door het veld en langs een bocht in de Marne gaan we via Le Mahon tussen het parallelkanaal en de Marne door naar de brug van Vésigneul-sur-Marne.
Daarna volgt een lang stuk jaagpad – tussen het kanaal en de rivier door – naar de bruggen bij Pogny.
Nog vóór de kanaalbrug van Pogny - aan de overzijde van het kanaal - staat een grote groep metalen silo’s.
Voorbij de brug zien we de grootste silo ter wereld, van 110.000 ton.
We wandelen even over de kanaalbrug heen het dorpje in en vragen bij de 12e eeuwse kerk aan een voorbijgaande oude man naar het dichtstbijzijnde dorpscafé.
Het Cadillac-café ligt voor ons te ver buiten het dorp, dus bij de kerk maken we weer rechtsomkeerd.
We steken dan zowel de kanaalbrug als ook de rivierbrug over en verlaten Pogny.
De Marne stroomt hier ook sterk.
Naast de brug over de rivier is een picknickplaats, waar we pauzeren om wat te eten en te drinken.
Het is hier heerlijk schaduwrijk.
Dat moet ook wel, want de zon schijnt veel, het is drukkend, het waait nauwelijks en de temperatuur loopt op tot 30 graden Celcius.
Nu volgt voorbij de D54 een kilometers lang breed grindpad langs sportvelden, grindafgravingen en door de Enclave de la commune de Pogny.
Het dikke grind op dit brede pad maakt dat onze wandelschoenen af en toe alle kanten op rollen tijdens het wandelen.
Via de D302 lopen we vervolgens La Chaussée-sur-Marne binnen.
Op de kruising met de oude N44 scoren we ons eerste kop koffie vandaag toch nog, ook al is het inmiddels al 13.45 uur.
We hebben dus wel geduld nodig om elke dag weer een café te vinden op zo’n wandeldag.
’t Is wat laat, maar de koffie smaakt hier prima.
De waardin vraagt of we als pelgrims ook willen overnachten in haar combi-café-restaurant-hotel.
Dat doen we echter niet.
“Ultreia” (steeds verder), is de oude pelgrimsleus en die geldt hier en nu ook voor ons.
Wij volgen een oud tracé van de N44 door het dorp en gaan aan de rand van het dorp óver de rivier de Fion.
Bij Les Fauchees verlaten we deze weg om hier het veld in te gaan.
Hier, bij La Chaussée-sur-Marne komen de Marne en de Fion bij elkaar en hier is La Chaussée-sur-Marne gevormd door de samenvoeging van de voormalige dorpjes Coulmiers en Mutigny.
De onverharde veldweg gaat onder het nieuwe tracé van de N44 door.
Dat is verrassend voor ons, want die weg staat nog niet op de stafkaart in ons routeboekje, alhoewel die trouwens al wel als randweg staat vermeld in de routebeschrijving.
Het laatste deel van ons traject van vandaag gaat door de vallei van de Fion.
Een prima veldweg met links de beboste oevers van de rivier en rechts de velden, waar een combine druk in de weer is om te oogsten.
Twee tractoren met grote wagens verzamelen het graan dat uit de combine komt.
Bij de D81 gekomen, verlaten we het pelgrimspad en wandelen we via de brug over de Fion het dorpje Aulnay-l’Aître binnen, waar onze auto staat geparkeerd.
Een drukkende, warme dag met aan het eind van de dag toch nog af en toe een briesje wind.
Tussen 10.00-14.45 uur hebben we vandaag 18 kilometer gewandeld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten