Het Hooge Huis, donjon van kasteel De Nijenbeek aan de IJssel |
10
De pelgrimstocht van Durkje en mij van Sint-Jacobiparochie naar Santiago de Compostela, en iets verder door naar Cabo Fisterra duurde 152 + 4 = 156 dagen. Met enige berekening had dat ook wel in 150 dagen gekund.
Wij zijn er op uit getrokken, naar buiten getreden, en ontdekten onderweg steeds meer dat je gaandeweg ook een reis naar binnen maakt, een innerlijke reis. Die reis naar binnen kun je sturen door elke dag een tekst ter bezinning mee te nemen, die je dan wandelend en/of rustend overdenkt. Durkje en ik hebben dat niet gedaan.
Maar daar hoeft het niet bij te blijven.
Ik ben opnieuw op reis gegaan.
Deze denkbeeldige tocht is een reis van Psalmen, van één Psalm voor elke pelgrimsdag. Een avontuur met de vraag wat het verbinden van de volgende Psalm aan de volgende Pelgrimsdag op je wandeling naar binnen van je vraagt, en wat het je heeft geschonken als je wandeling met God en met elkaar ten einde is.
Een inleiding op deze Psalmenpelgrimage schreef ik in mijn blog van 16 januari 2015.
Nog steeds nieuwsgierig naar onze bestemming en bovenal naar wat deze weg ons brengt, wandel ik vandaag verder op deze denkbeeldige Psalmenreis met Psalm 10 op Pelgrimsdag 10.
Leestip
Hieronder staat eerst een weblink naar ons wandelverslag van deze Pelgrimsdag.
Daaronder staat een weblink naar deze Psalm, met de bijbeltekst van de 'Nieuwe Bijbelvertaling' (NBG 2004).
Onder de Psalm staan altijd de tussenkopjes van de 'Bijbel in Gewone Taal' (NBG 2014).
Ultreia!
Van Deventer naar Zutphen
Waar bent U Heer
Niemand is veilig voor slechte mensen
De Heer helpt altijd
Veiligheid is cruciaal
Op onze 10e pelgrimsdag - op weg van Deventer naar Zutphen - lopen we langs de IJssel. In de brede rivierbedding van de IJssel passeren we de torenruïne van kasteel 'De Nijenbeek', ter hoogte van Gietelo-Gorssel. Deze donjon wordt ook wel het 'Hooge Huis' genoemd. Deze 13e eeuwse woontoren werd later uitgebreid met een kasteelplein en een voorburcht, waardoor het als kasteel een prominent bouwwerk werd op deze strategische plek aan de IJssel. Zo'n burcht was een goede plek om als uitvalsbasis te gebruiken in de strijd, maar bij naderend onheil van de vijand bood zo'n kasteel ook de bescherming tegen vijandelijke troepen. In de strijd tegen de Spanjaarden, heeft deze burcht ook een militaire rol gespeeld. Het is iets van alle tijden dat mensen proberen om hun vijanden verre van zich te houden. Veiligheid is één van de cruciale aspecten in het leven van ieder mens.
Waar bent u Heer?
In Psalm 10 gaat het over veiligheid en onveiligheid. De psalmist ziet hoe om zich heen de ene onmens de veiligheid van de andere mens aantast. De dichter neemt slechte mensen waar, die zichzelf zo geweldig vinden, maar die de machteloze medemens onderdrukt. Rijken worden steeds rijker, door het stelen van de armen, die daardoor steeds armer worden. De slechteriken zijn totaal 'van God los', ofwel 'goddeloze' heidenen, die zich niet bekommeren om God en gebod. Als roofdieren liggen deze zondaars op de loer, om onschuldigen te vernederen, om van de weerloze te stelen, om de zwakken te doden, en om door leugen en bedrog de onschuldige medemens onrechtmatig te beschadigen.
De psalmist vraagt zich af waar de Heer is, waarom God dit alleen maar aanziet, en niet ingrijpt. De dichter roept om vergelding van het kwaad, en om steun aan de verdrukten, aan verweesden, en aan al die hulpbehoevende mensen die de zorg van de Heer zo intens behoeven.
Slechte mensen zijn niet veilig
In de Tweede Wereldoorlog hebben miljoenen onderdrukten geleden onder het zware juk van de Duitse bezetters. Wij kennen allemaal de verhalen van de trotse hoogmoed, de gemene hebzucht, het boosaardig optreden, en het helse geweld van de representanten van de Duitse bezetting. De verwarring die zij zaaiden, maakte dat zelfs de meest eerbiedige mensen (de gruwelijkheden van) die mensonterende vijanden vervloekten.
Zoals de psalmist met zijn schreeuw om hulp roept tot God om een keer te brengen in dit onrecht, zo smeekten de Nederlanders in de Tweede Wereldoorlog de Geallieerden om alle beschikbare middelen aan te wenden om de Duitse vijand te vernietigen.
In de laatste twee weken van de Tweede Wereldoorlog was een groep Duitse soldaten gelegerd in de dikke toren van kasteel De Nijenbeek aan de IJssel. Onze Canadese bevrijders hebben deze groep Duitse bezetters met een verwoestende granaatbeschieting verdreven uit dit 'Hooge Huis'.
De inwoners uit deze regio van Deventer en Zutphen zullen vast en zeker ten volle de psalmist van Psalm 10 hebben begrepen in zijn schreeuw om hulp, en óók tijdens en na de bevrijding de verzekerende woorden in de Psalm dat God niet blind is, dat Hij al die ellende en al dat verdriet wel degelijk ziet, dat Hij machtelozen steunt en wel zorgt voor de mensen die zorg behoeven.
Zo actueel is de Bijbel
Maar de wereld blijft in rep en roer, want als het kwaad op de ene plek op aarde is verdwenen, steekt het op een andere plek de kop weer op. Ook vandaag wordt dat maar weer al te pijnlijk zichtbaar in een reportage op het NOS-Journaal, waarin een jonge vrouw vlak na een vernietigende dubbele bomaanslag in de Syrische hoofdstad Damascus voor het oog van de camera ons op het televisiescherm hartverscheurend, huilend en wanhopig toeroept over de daders van deze bomaanslag:
"Moge God ze geen succes geven; dit is verkeerd!"
De super-oude woorden van de psalmist blijken vandaag nog honderd procent actueel, immers die psalmist vertolkte de schreeuw van deze Syrische vrouw Anno 2016 duizenden jaren geleden al als volgt:
"Laat hen verstrikt worden in de boze plannen die zij bedacht hebben" (NBG, 1951)
"Maak hen gevangenen van hun eigen plannen" (NBV, 2004)
"Heer, laat slechte mensen zelf de pijn voelen die ze anderen aandoen" (BGT, 2014)
"Breek ze, dat ze het niet meer wagen" (Huub Oosterhuis, 2011)
De Heer helpt altijd
Dwars tegen alle verdrukking in; door alle schrijnende beelden en verhalen van dodelijke aanslagen heen, klinkt - voor wie de hele psalm tot het eind leest - door, de boodschap van de psalmist dat God de aarde gunt aan de nietigen, aan de armen, aan de machtelozen, aan de weerlozen, aan weduwen en wezen, aan verdrukten, aan allen die de Heer willen dienen, de Koning, voor eeuwig en altijd.
De dichter Muus Jacobse verwoordde dat in de laatste zin van zijn tiende Psalm in het Liedboek voor de Kerken als volgt:
"Verdrukten en verweesden
gaan in Uw naam als eeuwig onbevreesden".