Goed uitgerust van onze wandeltocht van gisteren, genieten Durkje en ik van een welverzorgd ontbijt in Hotel Donia State. Na het uitchecken wandelen we van het hotel over de Badweg naar Oost-Vlieland. Daar ontmoeten we Pieter in de personeelswoning van het restaurant Puur Vlieland waar hij werkt.
Als we om kwart voor elf door de Dorpsstraat lopen, is aan de ons tegemoetkomende wandelaars en fietsers met bagage te zien dat zojuist een veerboot in de veerhaven van Oost-Vlieland arriveerde. Slingerend gaan deze pas aangekomen fietsers - waarvan je direct kunt zien dat sommigen thuis nooit of nauwelijks fietsen - op soms veel te grote of ook wel veel te kleine fietsen tussen de voetgangers en andere fietsers door. Gelukkig is de Dorpsstraat van dit autoluwe eiland breed genoeg voor deze wirwar van zoekende en flanerende toeristen.
Nadat we in het zicht van de veerhaven samen met Pieter op het terras van restaurant De Stern koffie hebben gedronken, monsteren we tegen kwart voor twaalf weer aan op de veerboot naar Harlingen. Vanaf het bovendek van de varende veerboot zien we de haven steeds kleiner worden, passeren we de vernieuwde jachthaven, laten we het havenstrand aan de oostzijde van Oost-Vlieland ook achter ons en kiezen we met de nodige deining het ruime sop tussen Vlieland en Terschelling, om vervolgens tussen een groot aantal zeilschepen en motorbootjes door over de Waddenzee richting Harlingen-haven te varen. Het zonovergoten Vlieland achter onze veerboot verdwijnt langzaam als een nog wel zichtbare, wit-geel-groene, streep op de horizon. Vaarwel Vlieland.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten