zaterdag 26 april 2025

Pelgrimeren van Calzada de Béjar naar Fuenterroble de Salvatierra

Pelgrimsroute van Sevilla (S) naar Santiago de Compostela (S)
Vía de la Plata van Sevilla naar Astorga
Van Calzada de Béjar naar Fuenterroble de Salvatierra
Donderdag 10 april 2025 – 20,7 km.
Dag 21: 434,2 – 454,9 km.
 
Pelgrimsmaaltijd in de parochiale pelgrimsherberg van Fuenterroble de Salvatierra



















Spaanse Vía de la Plata
Vanuit het zuiden van Spanje lopen verschillende Spaanse pelgrimsroutes naar Santiago de Compostela.
Eén van die aanlooproutes die Durkje en ik in 2024 richting Santiago de Compostela al liepen, is de zogenoemde ‘Camino Mozárabe’, die begint in Almería, en dan ongeveer 630 kilometer noordwestelijker eindigt in Merída, waar de Camino Mozárabe aansluit op de ‘Vía de la Plata’, die bij Astorga in het noorden van Spanje aansluit op de Camino Franchés, richting Santiago de Compostela.
Durkje en ik hebben ervoor gekozen om dit jaar (2025) te beginnen met de Vía de la Plata, ook vanuit het zuiden van Spanje, en ook richting Santiago de Compostela. De ‘Vía de la Plata’ is de ongeveer 680 kilometer lange pelgrimstocht van Sevilla naar Astorga.
Vandaag lopen we daarvan onze 21e etappe, over een afstand van 20,7 kilometer, van Calzada de Béjar naar Fuenterroble de Salvatierra. We klimmen daarbij van ongeveer 787 naar 950 meter hoogte. We zitten nu dus bijna op een hoogte van één kilometer in de bergen.

Vertrek Casa Rural Jorge in Calzada de Béjar
Onze wekker gaat vanmorgen af om 6:15 uur in de pelgrimsherberg Casa Rural Jorge in Calzada de Béjar. 
Voor zover ons bekend, waren er naast ons twee andere pelgrims die hier hebben overnacht, namelijk de Amerikaanse pelgrims Trudy en Ann, die gisteravond ook met ons hebben gegeten in de keuken van de casa rural, nadat onze gastvrouw Esther heerlijk voor ons had gekookt.
Om 7:00 uur ontbijten we in de keuken van deze casa rural van wat Esther ons als ontbijt heeft aangeboden. We maken dan ook het lunchpakket voor onderweg gereed.
Om 7:35 uur verlaten we de casa rural van Calzada de Béjar. Het is dan al licht.
Buiten de accommodatie ontmoeten we de echtgenoot van onze gastvrouw, die ons gisteren verwelkomde, en die wij nu bedanken voor hun gastvrijheid van hun casa rural.
We starten door in de hoofdstraat van dit bergdorpje.
Het is een bijzonder dorpje, met al die oude huizen aan weerszijden van de straat.
Hier en daar hangen gevelborden aan de panden die verwijzen naar de camino.
De hoofdstraat is overigens afgesloten voor doorgaand autoverkeer, omdat één van de woonhuizen van deze straat op instorten staat.
Aan het eind van de straat staan twee gevels van huizen op stenen pijlers.
Vooral bij de casa rurals hangen veel gevelborden met verwijzingen naar de pelgrimstocht. 
Bij de uitgang van het dorp staat een cortex-stalen pelgrim, met eronder een water-spuwende waterbron.
Deze pelgrim steekt trouwens wel heel mooi af tegen de warme kleuren van de opkomende zon.
Om 7:45 uur verlaten we Calzada de Béjar.

Savannelandschap met oversteek over waterlopen
We volgen een mooi breed veldpad het dorp uit, en steken verderop een asfaltweg over, op de plaats vanwaar we weer heel goed de sneeuw op de bergtoppen kunnen zien, hoog in de bergen.
Hier en daar grazen koeien in de weiden links en rechts van het dorp. Kennelijk heeft een koe met een kalf een opening in één van de afrasteringen gevonden, want moeder en kind wandelen rustig grazend ook over ons pad en door de bermen van het pad.
We lopen door een tamelijk open landschap, dat door onze routegids overigens wordt vergeleken met een savannelandschap. Even later lopen we in een door bomen omzoomde laan, waar de ondergrond hier en daar trouwens drassig is, en een deel zelfs onder water staat. Maar door de stapstenen kunnen we daar met vrij veel gemak wel droog oversteken.
Bij een volgende beek wordt het ons wel heel gemakkelijk gemaakt, want daarover ligt een metalen brug over de rivier.

Veel verwijzingen naar pelgrimage in Valverde de Valdelacasa
Om 9:30 uur arriveren we bij de oversteek van een beek, bij de ingang van het bergdorpje Valverde de Valdelacasa.
Bij de ingang van het dorp staat de afbeelding van een pelgrim, die verwijst naar de bar van het dorp.
Langs de kerk lopen we naar boven, het dorp in.
Op verschillende plekken in het dorp zijn uiteenlopende soorten wegwijzers opgehangen, die de pelgrims duidelijk door het dorp helpen te gaan.
Zoals in zoveel Spaanse dorpen, vind je hier en daar ook een huis met devotie-geveltegeltableau’s van verschillende heiligen.
Bijna aan het eind van het dorp is een pleintje, waarop men verschillende decoraties heeft geplaatst, die met het agrarische karakter van dit bergdorp te maken hebben. 
Op een kruispunt van enkele straten staat een groot standbeeld van Sint-Jacobus als pelgrim en als apostel.
Ook de relatie tussen de pelgrimsroute en de eeuwenoude veedrijversroute wordt met een naambord gepresenteerd.
En dan helemaal aan het eind van het dorp staat nog eens weer een kunstwerk van een pelgrim.
En of dat allemaal nog niet genoeg is, staat even verderop een natuurstenen zuil, waarop wordt aangegeven dat de Vía de la Plata onderdeel uitmaakt van de Caminos de Santiago.
Dan om 10:15 uur wandelen we over asfalt het bergdorpje Valverde de Valdelacasa uit.

Veel bermmuren aan weerszijden van Valdelacasa
We gaan nu over een stille asfaltweg van Valverde de Valdelacasa naar Valdelacasa. Daarbij lopen we door een bermmuurtjeslandschap, want heel veel weilanden zijn afgeschut door muurtjes van opeengestapelde natuurstenen.
Om 10:20 uur wandelen we het bergdorp Valdelacasa binnen. 
Rechts van de weg staat een wegkruis bij een waterbron, en hogerop ligt een groot rotsblok boven op een heuvel.
In het dorp wordt nieuwgebouwd. Omdat er nog maar sprake is van ruwbouw, kun je zien hoe de eerste muur wordt opgemetseld van grote natuursteen van allerhande vormen en formaten.
We hadden gehoopt dat in dit wat grotere dorp een bar-café zou zijn waar we koffie zouden kunnen drinken, maar op onze vraag aan een voorbijganger op straat wordt die hoop weggenomen, want – zo zegt hij - er is hier geen café. Wel vinden we verderop op de kruising met de hoofdweg een abri, waarin we heerlijk kunnen koffiedrinken en pauzeren. We bellen dan even met mim om naar haar ongemakken na het ziekenhuisbezoek van gisteren te informeren, en we proberen daarna tevergeefs een nacht eerder extra bij te boeken in het hostal waar we in Salamanca gaan overnachten. 
Als we vertrekken, komt ook de Chinese pelgrim Robert aanlopen. We lopen met zijn drieën het dorp uit, en even later gaan Durkje en ik samen weer verder, want Robert loopt bij voorkeur in een heel langzaam tempo.
En ook voorbij dit dorp gaat de route verder door een bermmuurtjeslandschap.
Links van de weg ligt een mooi breed pad met rotsen en bermmuren aan weerszijden.
Langs de weg is ook een varkenshok van steen gebouwd, met aan één lange zijde een grote opening, opdat de varkens die op dit land lopen, gemakkelijk de beschutting kunnen zoeken en vinden.
Verderop zien we trouwens dan al de grote en hoge steengroeve.
We  gaan bij een grote rotsformatie over van asfalt op een landbouwweg van kleine steentjes, richting steengroeve, die we verderop op ruime afstand passeren.
Achter één van de bermmuren graast een kleine kudde koeien.

Andere richtingwijzers
Nu we weer in een nieuwe regio zijn aangekomen, zijn ook de standaard wegwijzers anders geworden. Nadat we dagenlang hebben genavigeerd op de grote wegwijzerkubussen, moeten we nu vooral letten op houten paaltjes waarop een Jacobsschelp is afgebeeld, met erboven een gele driehoek die de juiste richting aangeeft.
We lopen over een heel breed bergpad en gaan alsmaar hogerop.
Onder een groep bomen aan de rand van dit brede pad zit Rosanne een korte pauze te houden. We praten even met elkaar, en gaan dan weer verder.
En dan na een bocht in het pad krijgen we ineens Fuenterroble de Salvatierra in zicht. Het ligt vóór ons in het dal.
We lopen recht af op een groot bord, waarop staat aangegeven op welke plek van de Vía de la Plata Fuenterroble ligt tussen Cáceres en Astorga.
Om 13:05 uur wandelen we de bebouwde kom van Fuenterroble de Salvatierra binnen.
Een informatiebord geeft aan dat het vanaf hier nog 513 kilometer is naar Santiago de Compostela.

Fuenterroble de Salvatierra
Met geveldecoraties wordt bij de ingang van het dorp direct duidelijk gemaakt dat je hier een dorp aan de camino binnenwandelt.
We hebben direct al geluk, want er is hier in het dorpje toch wel een winkeltje, de zogenoemde Tienda del Peregrino.
Het stalen handvat van de winkeldeur laat een mooie afbeelding van een pelgrim zien. 
Gelukkig is het winkeltje open, en kunnen we hier naar hartenlust inkopen doen voor vanmiddag, vanavond en voor de etappe van morgen.
Hier verkoopt men onder andere verschillende soorten peulvruchten, zoals bonen en kikkererwten, en die kun je opscheppen vanuit een bak met een Jacobsschelp, heel toepasselijk dus.
We passeren de kerk van het dorp. 
Om 13:25 uur arriveren we bij de pelgrims-herberg, de Albergue Parroquial Santa María de Fuenterroble.




Albergue Parroquial Santa María de Fuenterroble
Binnen worden we hartelijk ontvangen door de dienstdoende hospitalero. 
We staan in de receptie, die tevens eetzaal is.  
Robert is al binnen, want hij had het winkeltje nog niet gezien en nog geen boodschappen gehaald.
Het is een wonderlijke ruimte, heel groot, met overal in alle hoeken en aan alle wanden een wonderlijke hoeveelheid en variëteit aan spullen, zoals boeken, schilderijen, beeldjes, liturgisch materiaal, eigenlijk teveel om op te noemen.
Tussen al die spullen staan ook verschillende beelden van pelgrims en van de heilige Jacobus.
Als we ons inschrijven, vertelt de hospitalero dat hij behalve een pelgrimsherbergstempel ook een handmatig gemaakt zwaardkruis in onze pelgrimspaspoorten kan tekenen; of we dat ook wensen. Dat is prima, dus we laten onze pelgrimspaspoorten bij hem achter, dan heeft hij vanmiddag de tijd om die erin te tekenen.
Op het moment dat wij worden ingeschreven, komen ook de Italiaanse pelgrim Rosanne en de Britse pelgrim Graig binnen. 
Zij wachten even totdat wij klaar zijn, en een plek toegewezen hebben gekregen qua slaapzaal.
Om daar te komen, moeten we over een binnenplaats achter het hoofdgebouw.
De hospitalero wijst ons ook de weg naar de kapel naast de slaapzaal, waar ieder naar gelieven naar binnen kan voor stilte en gebed.
We gaan onder de koude douche, en Durkje hangt even later de was te drogen in de zon vóór de slaapzaal. 
Omdat we zo mooi aan het begin van de middag hier zijn gearriveerd, hebben we deze middag volop tijd voor foto’s en verslag.
We lunchen samen met de Britse pelgrim Graig op een paar stoelen in de schaduw vóór de herberg.
Vanavond begint na de mis – die overigens vanavond niet plaatsvindt - het gezamenlijke avondeten om 20:30 uur in de grote eetzaal van deze donativo pelgrimsherberg.
Op de ene fietspelgrim na schuiven alle pelgrims aan tafel voor de eenvoudige driegangenmaaltijd van soep & brood, gebakken ei & bacon, en een kookpuddinkje na.  
Aan het eind van de  maaltijd komt voor ons onverwacht ook padre Blas nog langs, de geestelijk vader van deze parochie en van deze parochiale pelgrims-herberg. Vader Blas spreekt ons toe, bidt en zingt met en voor ons, en gaat onder het genot van een wijntje nog kort met ons in gesprek. 
Daarna gaat iedereen naar de slaapzalen, en wordt het stil in de pelgrimsherberg.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten