Pelgrimsroute van Sevilla (S) naar Santiago de Compostela (S)
Vía de la Plata van Sevilla naar Astorga
Van Canaveral naar Grimaldo
Zaterdag 5 april 2025 – 8,8 km.
Dag 16: 330,1 – 338,9 km.
Spaanse Via de la Plata
Vanuit het zuiden van Spanje lopen verschillende Spaanse pelgrimsroutes naar Santiago de Compostela.
Eén van die aanlooproutes die Durkje en ik in 2024 richting Santiago de Compostela al liepen, is de zogenoemde ‘Camino Mozárabe’, die begint in Almería, en dan ongeveer 630 kilometer noordwestelijker eindigt in Merída, waar de Camino Mozárabe aansluit op de ‘Vía de la Plata’, die bij Astorga in het noorden van Spanje aansluit op de Camino Franchés, richting Santiago de Compostela.
Durkje en ik hebben ervoor gekozen om dit jaar (2025) te beginnen met de Vía de la Plata, ook vanuit het zuiden van Spanje, en ook richting Santiago de Compostela. De ‘Vía de la Plata’ is de ongeveer 680 kilometer lange pelgrimstocht van Sevilla naar Astorga.
Vandaag lopen we daarvan onze 16e etappe, over een afstand van 8,8 kilometer, van Canaveral naar Grimaldo. We stijgen daarbij van ongeveer 353 naar 420 meter hoogte.
Vertrek vanuit Hostal Malaga in Canaveral
Omdat we voor vandaag een hele korte etappe hebben gepland, hebben we geen wekker gezet in Hostal Malaga, waar wij vannacht hebben overnacht. Tussen half acht en kwart voor acht zijn we wakker na een goede nacht. Voor zover ons bekend, waren er naast ons geen andere pelgrims die hier hebben overnacht.
Om 8:15 uur ontbijten we in onze kamer van dit hostal, en een lunchpakket voor onderweg maken we niet gereed, want we gaan na aankomst lunchen in Grimaldo.
Om 9:15 uur verlaten we dit hostal van Canaveral. Buiten ontmoeten we de man die ons gisteren incheckte. We vertellen hem dat we de kamersleutel in de salon hebben gehangen, en nemen dan afscheid van deze vriendelijke gastheer.
We lopen vanuit de accommodatie door de hoofdstraat (N-630). Bij het benzinestation ontmoeten we een Belgisch gezin met drie kinderen. Ze vertellen dat ze twee maanden hebben overwinterd in het zuiden van Portugal en nu weer op weg zijn naar huis. De kinderen kregen met hulp van een Nederlandse leerkracht daar thuisonderwijs van de ouders, en zo konden ze als gezin die twee maanden in het buitenland verblijven. Ze vertrokken vanmorgen om 4:00 uur in Portugal, en stappen hier uit, nu de kinderen alle drie wakker zijn, om hier even naar het toilet en om er iets te eten en te drinken.
Het is mooi weer – licht zonnig – dus de jas en de trui kunnen direct uit. We wandelen de bebouwde kom van Canaveral uit.
Op de rotonde van het dorp staat een kunstwerk van een detail van een oud gebouw, met erbij een nep-ooievaar op een nest.
Eerst denk je nog dat die ooievaar echt is, maar bij nader inzien is het toch echt een kunst-ooievaar.
Steile klim naar de Collado de las Canteras en door naar de Puerte de los Castanos
Wij hervatten op deze rotonde de doorgaande route van de Vía de la Plata, die niet dóór, maar langs Canaveral gaat.
Linksaf moeten we een veldpad op, waar we al direct de Ermita de San Christobal passeren.
Van onze routegids weten we dat we een fikse klim voor de boeg hebben. Het begint met een geleidelijke klim, maar op een gegeven moment zien we recht voor ons de Chinese pelgrim Robert langzaam de steile klim maken naar de heuveltop.
Over een rood rotsgesteente gaan we omhoog.
Het mooie is wel dat je na die klim een prachtig uitzicht hebt over Canaveral, en over de uitgestrekte vallei aan de voet van deze hoge heuvels.
Op de heuveltoppen komen we in en door een heuvelbos met voornamelijk naaldbomen. Zo hebben we het in de afgelopen twee weken nog niet gezien, dus dat is wel leuk voor de afwisseling.
Iets verderop, net over de top van de heuvels van de Collado de las Canteras, komen we door een bosgedeelte met veel kurkeiken.
Het zijn oude exemplaren, met generaties oud en nieuw kurk als boombast.
Daar ontmoeten we de Chinese pelgrim Robert, die we tussen Cáceres en Casar de Cáceres ook al hebben ontmoet. Hij werkt in Polen, en dit is al zijn tweede camino. Volgend jaar wil hij de Camino del Norte lopen, en nu gaat hij naar Santiago de Compostela. Op zijn vraag leggen we hem aanschouwelijk het verschil uit tussen de kurkeiken en de steeneiken die om ons heen staan.
Door een natte dehesa
Bij Puerto de los Castanos steken we de EX-109 over, en dan lopen we langs een nachtclub – ook vanmorgen geopend – naar het natuurgebied aan de overzijde van de EX-109.
Daar zie ik in het bos een plantje staan dat ik niet ken. Met behulp van Google Lens concluderen we dat het een Gele Hypocist is. De witte bolletjes breken er al door het rode omhulsel heen.
We komen vervolgens door een uitgestrekte dehesa. Links bloeit de witte brem veelvuldig. Ze kleuren mooi bij de vele kurkeiken erboven.
Voorbij een smalle waterloop komen we vanuit een meer beboste dehesa in een opener weidegebied.
Daar passeren we een grote vijver, die in een dalletje hier in open landschap ligt.
Ook dit is toch wel een nat gebied na de vele regens die Spanje onlangs en tot ook gisteren heeft gekend. Daarom moeten we regelmatig een beekje oversteken. Gelukkig liggen op veel van die doorwaadbare plaatsen wel enkele grote stenen, waarover je al balancerend droog over kunt steken, en anders moet één hele grote (over)stap volstaan.
Links van het pad zie ik op een lang geleden omgezaagde boom een mooie gele trilzwam.
Natte afslag Grimaldo
Om 11:20 uur komen we op het punt waarop we de afslag van de Vía de la Plata kunnen nemen naar het dorp Grimaldo, waar we op zoek gaan naar de pelgrimsherberg.
Een aanmerkelijk aantal wegwijzers maakt de passerende pelgrims duidelijk dat verderop twee overnachtingslocaties voor pelgrims zijn in Grimaldo.
Achter het hekje volgt voor ons dan een heel smal pad tussen hoog opgaande grassen door. Bij het viaduct van de A-66 waar we onderdoor moeten lopen, staat een sinaasappelboom met nog veel sinaasappels.
Op een laag punt moeten we een snel stromend beekje oversteken. We kunnen nog maar net met droge voeten over.
Dan gaat het een eind steil heuvelopwaarts over een heel smal paadje met aan weerszijden hoog opgaande begroeiing, dat nog heel erg nat is van de regen van gisteren, dus binnen de kortste keren zijn schoenen, sokken en wandelbroeken doorweekt van het regenwater op de begroeiing.
Overnachten in de donativo pelgrimsherberg van Grimaldo
Om 11:35 uur zijn we boven gearriveerd op de hoofdweg N-630, die door het dorp loopt. We gaan linksaf langs de hoofdweg en zijn dan nagenoeg direct gearriveerd bij de pelgrimsherberg naast het dorpscafé. We gaan het café in en kunnen direct inchecken in deze donativo-herberg. We krijgen een herbergstempel in onze pelgrimspaspoorten en worden dan buitenom begeleid naar de herberg. Een Spaanse pelgrim heeft één van de drie slaapzalen van twee stapelbedden inmiddels in gebruik genomen.
Wij kiezen twee onderbedden van één van de andere twee nog lege slaapzalen. Dan kunnen we ons installeren en gaan douchen.
Even later komt de Chinese pelgrim Robert binnen, en installeert zich in de derde nog beschikbare slaapzaal in het midden.
Voor de lunch haalt Durkje bij de bar hiernaast twee lekker belegde bocadillo’s, en dan lunchen we in het centrale halletje van de herberg waar een ronde tafel staat.
Deze dag heeft het karakter van wandeldag & rustdag samen, want we hebben nu de hele middag voor onze fotoverwerking en voor de verslaglegging van de afgelopen twee wandeldagen.
Tijdens het theedrinken komt de Franse pelgrim Martine binnen, met wie wij enkele dagen geleden samen met het Canadese pelgrimsechtpaar Gerry & Nicole hebben gedineerd in Mérida. Zij is vanmorgen met de bus vanuit Cáceres vertrokken naar Canaveral, en is daarna van Canavaral naar Grimaldo gelopen. Ze overnacht bij ons in de slaapzaal.
Vanavond kunnen we naar één van de restaurants van Grimaldo voor ons avondeten, en morgen gaat het dan weer voort naar Galisteo en wat daarop volgt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten