Zaterdag 30 januari 2010
Enige tijd geleden kreeg Durkje van haar naaste collega de dichtbundel “intimiteit in de ruimte”. De daarin gepubliceerde gedichten zijn van haar collega’s moeder, zo vertelde Durkje. De gedichten in deze bundel zijn geschreven door Berthe A. Zwama. Negen van de 27 gedichten zijn geïllustreerd met een schilderij (van Dick Oostra), een foto (van de schrijfster) of een tekening van Jan Giezen. Van de bundel zijn 500 exemplaren gedrukt en (uit)verkocht.
In deze gedichten van Berthe A. Zwama (geboren in 1942) zijn seizoenen, levensloop en levenskracht belangrijke thema’s. De schrijfster verbindt de binnen- en buitenwereld in toegankelijke, sobere taal; ritmisch gesteld en in heldere beelden verwoord. Het zijn haar persoonlijke observaties van gevoelens, van het leven van alledag.
De opbrengst van deze dichtbundel gaat naar de stichting TRO-TRO (een erkende niet-gouvernementele organisatie) en is bestemd voor de bouw en de inrichting van een kraamkliniek in Noord-Ghana. Met de opbrengst steunt deze stichting goed opgeleide, gekwalificeerde vroedvrouwen, die een centrale rol spelen in de gezondheidszorg op het Ghanese, arme platteland.
Berthe Zwama verstaat de kunst om mooie gedichten te schrijven. Als lezer maak je kennis met een bijzondere woordkeus, intiem geschreven, ook de ruimte scheppend voor eigen interpretatie en beleving. De titel “intimiteit in de ruimte” is representatief voor de inhoud van haar gedichten.
Ik lees Zwama’s welgewogen woorden in mooie tekstconstructen, zoals bijvoorbeeld hieronder een aantal representatieve citaten, door mij uit verschillende van haar gedichten geselecteerd:
- … panorama van stilte;
- … ik wil die stille buitenwereld binnen;
- … stralend liggen op een strand vol leven;
- … oktobervrouw, ze blijft nog zingen;
- … geeft ruimte aan wat broedt en hoedt;
- … en geef me over aan de vreugde van het zijn;
- … de nieuwe werkelijkheid van dit bestaan, ik moet er langs om bij mezelf te komen;
- … aan haar handen kleeft de draagbare herinnering;
- … onverhoeds en onderhuids …;
- … mijn eigen kletsica zingt daar brutaal door heen;
- … liefde een werkwoord;
- … en is het leven licht, de liefde levend;
- … de eenzaamheid, die scheurde door haar lijf;
- … laat me blijven in mijn verhalen, ook na mijn dood;
- … dag kind van mijn kind;
- … het geluk deelt uit;
- … het waas der onschuld vult de stille ruimte;
- … groot geluk kan klein zijn;
Stuk voor stuk zijn het taalpareltjes, aaneengeregen door en tot een bundeling van gedichten. Het kan niet anders of hier is een taalminnend schrijfster aan het werk geweest, die woorden weegt en overweegt, om zo na schrijven, schrappen en herschrijven te komen tot poëzie, dat vanuit de intimiteit van de binnenwereld van de dichteres in de ruimte van de buitenwereld het daglicht alleszins verdient.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten